SCHOTSCHE STOFFEN WORDEN VEEL GEDRAGEN ij HOE KAN MEN EEN PATROON ZELF KNIPPEN? Als variatie op de onderjurk, die we de vorige week geteekend hebben, zullen we nu de onderjurk volgens bijstaande teekening teekenen. De maten die we noodig hebben zijn de vorige week reeds besproken le. bovenwijdte (bw.) 2e. heupwijdte (h.w.) 3e. geheele lengte (geh. 1.) 4e. onderwijdte (ow.) We teekenen altijd een half patroon van middenvoor tot middenachter. Voor en achter is bij dit patroon hetzelfde, dus hebben we maar met gedeelte te doen. Zet een loodlijn en een waterpaslijn op en meet op de waterpaslijn lA b.w. af en ga bij \l. de middenvoornjn b cjvi omnoog, meet op deze lijn de halve halsbreedte af en teeken dan een lijn naar het armsgatpunt toe. Geef ook een lijn op de hoogte waar de knip be gint en ook op de geheele lengte Meet op de lijn van de hoogte van de knip Vk h.w. af. Bij dit punt gaat u 2 c.M. omhoog en teekent zoo een eenigszins gebogen lijn naar de helft van X h.w De rechte lijn tee kent u door en meet op deze lijn X o w. af en verbindt deze lijn met een loodlijn tot u stuit op de lijn van de geheele lengte Nu kunt u de onderjurk volgens teekening teekenen. 1. Op een zwarte of donkerblauwe tailleur een das van Schotsche taffetas, gestrikt met één enkele lus, terwijl de tweede slip tot onder de lederen ceintuur reikt. 2. Een blouse van rood en gele Schotsche stof, gedragen bij een donkerbruine tailleur. De kraag is slechts half, daar de andere zijde gedrapeerd om den hals valt. Benoodigd 1.50 M. van 1.40 M. breedte. 3. Een deux-pièces in Schotsche stof van twee kleuren, groen en zwart. De rok is ver wijd door twee geïncrusteerde holle plooien. Kraag en polsen zijn van tandvormig uitge sneden crêpe de chine. Onder den peau de suède ceintuur komt een kleine gekruiste basque te voorschijn. Benoodigd 3.25 M. van 1,40 M. breedte. 4. Een tailleur van beige, geel en bruin Schotsch wollen stof. De rok is verwijd door holle plooien aan de voorzijde. Eén dubbele platte volant zoomt het manteltje, dat ge sloten wordt met tweelingknoopen. De blouse is van rose crêpe Georgette. Benoodigd 3.50 M. van 1.40 M. breedte. 5. Een tailleur, waaraan het manteltje van effen marineblauwe wollen stof en de rok van groen en geel Schotsch wollen stof ge maakt is. Sjaal en mouw zijn geïncrusteerd met Schotsch wollen stof. Onder het man teltje een blouse van geel crêpe de chine. Benoodigd: manteltje 1.50 M. van 1.40 M. breedte; rok 2 M. van 1.40 M. breedte. Waarom men trouwt. Een Duitsche kalender van 1761 vertelde er zeer pessimistisch dit van De eene vrijt slechts om de bruidschat. De ander, wijl 't gelaat bevalt. De derde, omdat anderen 't deden. De vierde, moeder wil 't, nu zal 't. De vijfde vrijt voor zijn positie. De zesde denktHet is mijn plicht. De zevende voor 't welbehagen. De achtste :wijl 't mijn schuld verlicht. De negende huwt voor zijn geslacht. De tiende voor 't geluk dat wacht. De elfde en twaalfde Ach, waarom Zij weten 't niet, ze zijn te dom. Uit een kindermond. Hans, ongeveer 8 Jaar, is stout aan tafel en krijgt een standje van moeder. Vader doet er ook een hartig woordje bij en nu barst Hans verontwaardigd los Ook 'n kunst, met z'n beiden tegen zoo'n klein kind. Moeder en tante bekijken een jeugdportret van grootmoeder. Fritsje komt aandribbelen en als moeder vraagt: „Wie is dat. Fritsje?" zegt hij zonder aarzelen: „Grootmoeder, toen zij nog nieuw was Mies en Hansje staan voor het raam naar een enkele ster te kijken, die aan den be wolkten hemel zichtbaar is. Hansje vraagt: „Klein maantje zus?" en „groote" zus zegt: Weineen Jongen, een gaatje in de donkerte!" Kaxeltje ziet voor het eerst de zon onder gaan in zee. „Moesje, kruipt de zon iederen avond in het water?" „Ja, ventje" „Maar hoe krijgen ze haar dan 's morgens weer droog genoeg om ze aan te steken?" Het gezin at hachée, toebereid van het overgebleven vleesch van den vorigen dag Toen men wilde gaan bidden, zei Tonny: „Dat is niet noodig, vader; we hebben giste ren al voor hetzelfde gebeden." Mijnheer en mevrouw gaan 's avonds uit en het dienstmeisje vraagt mevrouw een boek om den avond gezellig door te brengen „Wat zal ik je nu eens voor een boek geven' denkt mevrouw hardop. De zesjarige zoon kijkt op van zijn speel goed en zegt gedecideerd: „Geef haar het kookboek, moeder." Nuttige wenken. Om linnen glanzend te krijgen voege men aan de stijfsel wat zout toe. Wanneer men een knoopsgat moet maken in zeer dunne stof, doet men goed, alvorens dit te knippen, met de machine een rijtje stiksteken te maken aan beide zijden van het te maken knoopsgat en daartusschen dan het knipje te geven. Daardoor verkrijgt de dunne stof eenlge stevigheid en vergemakkelijkt het cordon- neeren. Afgesneden bloemen blijven lang frisch. als men eiken dag een stukje van de steel "fknipt en geregeld schoon water geven. Uit koper verwijdert men vlekken met pe troleum of poetsolie. Oude vlekken kan men met citroenaap verwijderen. OESTERSOEP. Benoodigd 16 schoongemaakte oesters, VA L. helderen bouillon van 1 kleine schelvisch, 40 G. bloem, 50 G. boter, i/2 d.L. room, zout, nootmuskaat, cayennepeper. Bereiding De oesters op een hoekje van df kachel in hun eigen vocht gaar laten smoren met een klein stukje boter er in Vooral oppassen dat zij niet hard worden, daar zij dan moeilijk verteerbaar worden. Intusschen boter en bloem op de kachel vermengen tot een papje, dadelijk de kruiden er bij doen en langzamerhand, onder voortdurend roeren, den bouillon toevoegen De soep. die matig gebonden moet zijn ongeveer 10 minuten laten doorkoken, dan den room er doorroeren, en ten slotte de soep gieten op de oesters, die men reeds in de terrine gelegd heeft. FLENSJES MET GARNALENRAGOUT. Voor de flensjes 3 eieren. 100 G. tarwe bloem. t/2 L melk, iets zout, ongeveer 50 G. boter. Voor den ragout200 G. garnalen. 2 d L. melk of bouillon, iy2 dJL. room, 25 G. tarwebloem, 30 G. boter, wat peper, zout en nootmuskaat, 1 eetlepel fijn gehakte Mijn hond. Ik heb een mooien, witten, Een allerleuksten hond, Hij volgt me met de oogen, En kijkt maar naar mijn mond. Hij is zoo lief en waakzaam, En ook voorbeeldig trouw. Geen mensch hoeft het te wagen, Te raken aan de vrouw Hij heeft een grooten, ronden, Een kokosnotenkop; Hij geeft gewillig pootjes, Eh zit ook keurig op. 't Is een eenvoudig kunstje, Dat ik toch niet versta Dat „mooi doen", „pootjes geven", Ik doe het hem niet na H. H. de B i peterselie. Bereiding Klop, voor het flei beslag, de eieren met het zout, voeg bij de bloem en langzamerhand de tot het mengsel geheel glad en ged lijk vloeibaar is. Verwarm, voor den nalenragout, roerende de boter me bloem, voeg daarbij in kleine scheutji steeds roerende de vloeistof, maak de of met de kruiden en roer er dan zout water gewasschen (en daarna I uitgelekte) garnalen door en de gel peterselie. Bak de flensjes op de bcki wijze (met telkens een gedeelte van boter) aan één kant mooi bruin, lei de lengte een smallen streep garni ragout en rol daarmee het flensje m op, ofsla met een pannekoekmes gaargebakken flensje in de pan du! zoodat een halve cirkel wordt gevoi leg in 't midden daarvan een deel van ragout en sla daarover heen den cirkel van zijn middelpunt uit in dr< zoodat een regelmatige punt wordt vormd, waarin de ragout geheel best blijft. Schik deze punten zóó op den s tel, dat ze met elkaar weer een cirkeL men, terwijl een tweede laag tot eeil kleineren cirkel wordt gelegd en heti den dus wat hooge- wordt opgestapeld.! gerecht kan dienst doen voor de kol tafel, maar is ook geschikt om bij het: dagmaal in plaats van croquetjes te len gepresenteerd. GESTOOFDE SAUCIJSJES. 25 Stuks kleine versche saucijzen zout beschuit of paneermeel iy2 bouillon. Bereiding De saucijsjes wentelen la i klopt ei met een beetje zout, daarna gestampte beschuit, deze bewerking tens herhalen, daarna de worstjes l alle kanten bruin bakken in weinig bj in de koekepan, zonder er in te priki Daarna langzamerhand bij de saus warmen bouillon gieten, heeft men niet, dan warm water en een stukje big's; in deze saus de worstjes nog w veer 10 minuten laten stoven. Men geeft deze saucijsjes bij aardapp* puréê, groene kooltjes, ook wel bij witt boonen-sla. Een knoop in den zakdoek. federeen heeft wel eens radeloos gesta naar een knoop in den zakdoek, welke ,pro memorie" aan iets herinnerde He echter weinig bekend, waaraan dit alom kende herinneringsteeken zijn ontstaan hi te danken. Het is afkomstig uit de Midi eeuwen, uit den tijd der vrouwendiet „cour d'amour". Iedere ridder moest knoop in zijn beddelaken maken en die ei avond ontwarren, met den wensch geve mijn dame een goeden nacht. Dit later overgebracht op een zakdoek men den aangebedene ten geschenke die zij in de hand droeg. Later werd ai! I ken ook voor meer prozaïsche herinner&^j j gebruikt. ONZE PATRONEN. Patronen van de modellen van mant^ en kinderjurken zijn verkrijgbaar bij mode-redactrice Mejuffr. L Berendes, Jof Maetsuyckerstraat 96, Den Haag. De patronen voor dames kosten 1«— voor kinderen 0 80. Het duurt ongeveerj dagen alvorens ze In het bezit komen r degenen die patronen aanvragen Aan de lezeressen die een patroon best] ;en, wordt beleefd verzocht tTij de aanvrs het verschuldigde bedrag in te sluiten, I voorkoming van administratiekosten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 16