Voor elck wat wils. Hoe de schatten der aarde worden verborgen. Baardtooi in vroeger dagen. INGENIEUSE BEVEILIGING. Begraven kunstschatten. Er bestaat een bewapeningswedstrijd tusschen de verschillende landen: soms is de eene partij een neus lengte voor, dan weer de andere. Dezelfde wedstrijd wordt er gevoerd tusschen de banken, die telkens hun schatkamers beter beveiligen, en de misdadigers, die graag een onaangekondigd bezoek willen brer:;en aan de fantastische rijkdommen, die daar in den \zrra van ef fecten, baargeld, staven goud, enz. liggen o; -estapeld als een moderne versiering van een ap rooi.je uit Dui zend-en-één-nacht Hier wordt in stilte hardnekkig ge streden, eiken dag en vooral eiken nacht Zoowel de aanvallers als de verdedigers beschikken over ingeni eurs en andere wetenschappelijk gevormde personen, die al hun talenten in hun dienst stellen. Het is nog niet zoo lang geleden, dat twee met vet ingesmeerde vrijbuiters te Berlijn zoo'n blok gewapend beton wisten binnen te dringen. Zij zijn nog steeds niet gevonden. INGENIEUSE BEVEILIGING. Geen moderne vesting is zoo sterk als de schatkamers der groote banken. In Wallstreet liggen zij ver onder het peil van het New-Yorksche grondwater. Honderden automaten verraden elk geluid, elke beweging. Het nieuwste is de optische detective, een lichtstraal, die door het lichaam van een indringer onvermijdelijk moet worden onderbroken. De Banque de France, die na New- York de grootste schatten in haar kluizen bewaart, heeft zich niet alleen beveiligd tegen eiken aanval van buiten, maar kan zelfs wekenlang een belegering doorstaan, wanneer het in Parijs eens mis mocht loopen. Zij heeft een eigen electrische centrale, een inrchting om te zorgen voor luchtverversahing en een voorraad levens middelen, die haar talrijke personeel wekenlang zou ikunnen voeden. Onder de bank wellen bronnen op uit het diepste der aarde. De hoofdkantoren van de groote Duitsche banken hebben natuurlijk ook uitstekend be veiligde kluizen, die groote sommen hebben gekost. Sinds kort is er een unicum bijgekomen, waarvan slechts zeer weinigen het bestaan kennen. Het is een bewaar plaats, die althans in Europa eenig in haar soort is. Men kan er kunstschatten in bewaring geven .Inplaats van goud en waardevolle papieren kan men hier schil derijen, beeldhouwwerken, sieraden en alle mogelijke kunstvoorwerpen tegen diefstal beveiligen. Wonderen van kunst stroomen hier uit geheel Europa bij elkaar, dingen van een waarde, die niet kunnen worden ver vangen en waarvan het verlies dus onherstelbaar zou zijn, wat ook van de grootste som geld niet gezegd kan worden. TIJDELIJK VERBLIJF. Deze gasten komen en gaan, zonder dat men er zich veel om bekommert. Vele ervan blijven hier langen tijd bewaard als oude menschen, die in de strengste af zondering zich van de wereld terugtrekken en niets meer van haar willen weten. Maar er zijn er ook bij, die er maar kort blijven als in een hotel, waarin zij tijdens een veelbewogen leven even afstappen om zich te verpoozen. Die stukken verdwijnen weer op de we reldmarkt om een onbekende toekomst tegemoet te gaan in het paleis van een milliardair. Er zijn er bij, die het laatste bezit zijn van hun eigenaars, die gaande weg hun geheele vermogen hebben verloren, maar nu dit liefste, die eenige overgebleven stuk in veiligheid willen stellen. In kleine geluidsdichte cellen, die uitko men op de vestibule van deze bewaarpaats, wordt er beslist over hun toekomst; dikwijls gaan zij weer terug naar hun vakje, maar dikwijls gaan zij ook over in vreemde handen. HET INTERIEUR. In die vestibule komt men vanuit de hal voor het gewone bankpubliek langs een trap van enkele treden. Het is een licht, vroolijk kamertje, met marmer be kleed. Het lijkt wel een kleine, eenigszins officieele salon, als die indruk niet werd verstoord door een mon sterachtige cirkelronde deur, dikker dan een mensch, die ondanks haar gewicht van 35.000 K.G. door een lichten druk opendraait op haar kogellagers. Het is een kolos van onsmeltbare pantserplaten met uitsteek sels, die in den stalen rand van de ronde deurpost passen. En evenals in een sprookje kan men ook hier •binnenkomen, wanneer men de tooverformule kent: een getal van vele cijfers, dat slechts aan één persoon be kend is, hoe uitgebreid het personeel ook mag zijn. En die eene persoon kan nog alleen binnenkomen met medeweten van een tweede, die den sleutel in bewa ring heeft. Behalve die twee mag niemand er binnen treden, zelfs niet de bezitters van de kostbaarheden. Als zij het wenschen, worden hun eigendommen door de employé's te voorschijn gehaald en kunnen zij erover onderhandelen in een der reeds genoemde cellen. EEN KIJKJE IN „HET HEILIGE DER HEILIGEN". De deur wordt voor ons geopend en dan wordt ons de weg versperd door een massief stalen hekwerk. Wij zien een langwerpige ruimte, waarvan de wanden •bestaan uit lokettenkastjes, die tot aan de zoldering reiken. Er zijn heel kleine bij en ook reusachtige, waarin men meer dan Ievensgroote Boeddhabeelden, met goud 'bekleede Egyptische mummies, marmeren torso's van Carrara of zilveren offerschalen uit den tijd van Monte- zuma kan bewaren. Vele kasten zijn gevuld met kost bare schilderijen van Rembrandt, Titiaan, Leonardo da Vinei, Rubens en Tontoretto. Dat alles kan men hier veilig bewaren voor weinig geld, want het kleinste vakje kost maar 15 Mark of f 9 per jaar aan huur en het grootste 90 Mark of f 54. Voor dat lage bedrag worden de kunstschatten werkelijk voorbeeldig verzorgd. Boor indirecte verwarming heerscht er altijd dezelfde tempratuur en door indirecte toevoer van vochtige lucht bereikt men in verband met die temperatuur een De. ingang naar de schatkamer, wanneer de deur in'het beschermende hek opengaat. zoodanig atmosfeer, dat voorwerpen beter dan waar ook geconserveerd worden. Zelfregistreerende .toestel len noteeren bovendien de gesteldheid der lucht voor de controleerende bankemployé's. IN EEN STALEN DOOS. Wij kunnen door het hek heen niet niet zien, dat deze geheele schatkamer in een stalen doos is verborgen. Van onder en boven en aan alle kanten is zij omgeven door een onsmeltbare stalen wand ter dikte van 1.6 M. In geheel Europa bestaat er geen stalen kamer, die ook maar bij benadering zoo sterk is als deze. De meest De geweldige deur, die naar de eigenlijke schatkamer voert. doeltreffende methode om de milliarden, die hier lig gen opgestapeld, te beveiligen, is de volgende De schat kamer staat niet rechtstreeks in verbinding met de buitenlucht. De lucht kan alleen binnenkomen uit de vestibule via de ronde deur. Wanneer er dus ooit iemand wist binnen te dringen, zou hij de deur moeten laten openstaan om niet een langzamen ellendigen ver stikkingsdood te sterven. De drukke tijd komt in de lente. Dan worden uit alle landen der aarde de kunstschatten hierheen gebracht. Zelfs Amerikaansche dollarkoningen, die een landgoed willen inrichten en daarvoor antiquiteiten bij groote hoeveelheden opfcoopen, laten ze hier zoolang bewaren. Rijke bankiers, die een lange vacantierels willen gaan doen, geven hier hun schilderijen af. En dan zijn er nog vele voorwerpen, die jaar in, jaar uit in hun kastjes blijven liggen. Familleschatten waaronder die van menig regeerer.d vorstenhuis zijn hier veiliger dan in de paleizen en kasteelen. Slechts enkele meters onder de drukke Berlijnsche straten vindt men dezen tempel der schoonheid. Helaas kan die schoonheid tot niemand spreken. Deze wonderen van kunst geven niemand ge not, zelfs niet hun bezitters. Het is wel treurig, dat de wereld nog altijd geregeerd wordt door de angst en dat de schoonheid alleen kan worden beschermd door haar te verbergen. WETENSCHAP EN TECHNIEK. Het mysterie van het Noorderlicht. Te Tromsö is onlangs een groot observatorium opge richt om een speciale studie te maken van het Noor derlicht, de z.g. aurora borealis.. Dit natuurverschijnsel is nog altijd niet geheel verklaard en de belangstelling ervoor is den laatsten tijd in wetenschappelijke kringen sterk toegenomen. Om het objectief te kunnen waar nemen, zal men gebruik maken van foto's. De camera's worden vele kilometers van eikaar opgesteld en op een zelfde vaste ster gericht zoo kan men niet alleen de verschijnselen zelf fotografeeren, doch tevens hun plaats in de ruimte bepalen. Bij elke camera staan twee waarnemers, één om de foto's op te nemen en één om met den tweeden waarnemer van de andere camera te te telefoneeren en orders te geven, op welk oogenblik precies moet worden afgedrukt Deze tweede waar nemer maakt ook de noodige aanteekeningen. De laatste twintig jaar zijn de opvattingen over het Noorderlicht belangrijk veranderd, vooral door het verdienstelijke werk van den Noorschen geleerde Pro fessor Carl Störmer. Men veronderstelt, dat het veroor zaakt wordt door electrisch geladen deeltjes, die door de zon worden uitgestooten en dan in de hoogere en ijlere lagen van onzen dampkring electrische ontladin gen veroorzaken, ongeveer zooals de ontladingen in een luchtledige buis. Door het lichteffect van de magneti sche polen der aarde komen deze verschijnselen voor in twee kringvormige zones in het Noorden en Zuiden van de aarde. Zulke ontladingen zullen uit den aard der zaak niet voorkomen in de betrekkelijk zware lagere luchtlagen en dit wordt ook bevestigd door de berekeningen, die men aan de hand der foto's gemaakt heeft. Gewoonlijk is de minste hoogte van het verschijnsel een goede 100 K.M. en de laagste gelegen aurora borealis, die men heeft waargenomen, bevond zich nog op een hoogte van 43 K.M. Dit komt niet overeen met wat men met het oog waarneemt, want men ziet het Noorderlicht dik wijls op geringe hoogten, b.v. om een bergtop heen of zelfs tegen een bergketen als achtergrond. Er zijn ook menschen, die beweren, dat zij door zoo'n ontlading zijn heengeloopen. Geheel verklaarbaar is dit nog niet Sommigen achten de groote hoogten, waarop het ver schijnsel zich zou moeten voordoen, ook onwaarschijn lijk, omdat het dikwijls gepaard gaat met geluiden. In 1885 heeft Sophus Tiomholt, een bekende Noorsche autoriteit op dit gebied, duizenden circulaires naar alle plaatsen in Noorwegen gezonden met het verzoek aan de bevolking, om hem van al haar waarnemingen en ervaringen op dit gebied op de hoogte te stellen. Onder de antwoorden waren er 36 van personen, die gelui den hadden gehoord, terwijl 27 van hen zelf geen geluiden hadden waargenomen, doch personen konden noemen, die hen die geluiden hadden beschreven als gesis, geknetter, geruisch, enz. Men heeft weieens verondersteld, dat de ontladingen, die voor de waarnemers hoorbaar zijn, tevens die zijn, die op geringe hoogte voorkomen, Deze soort ontladin gen zijn natuurlijk veel zeldzamer dan die op groote hoogten, die wel zichtbaar, doch niet hoorbaar zijn. In Alaska ziet men ook dikwijls Noorderlicht en de daar waargenomen feiten komen geheel overeen met het in Noorwegen verzamelde materiaal. Toch behoeft het Noorderlicht niet op geringe hoogte voor te komen om geluiden te veroorzaken. Bij het bijzonder mooie Noor derlicht van 15 October 1927 hoorde de Noorsche astro noom H. S. Jelstrup de karakteristieke geluiden, hoewel de foto's, die in dezelfde streek van het verschijnsel werden genomen, als gewoonlijk een groote hoogte aan gaven. De reeds genoemde Professor Störmer verklaarde dit als volgt. De geluiden worden niet rechtstreeks ver oorzaakt door het Noorderlicht, doch zijn het gevolg van ontladingen van statistisch electrlciteit lm boomen, tele graafpalen, enz., die zich dicht bij de oppervlakte der aarde bevinden. Deze ontladingen worden indirect ver oorzaakt door de veranderingen, die tengevolge van het Noorderlicht optreden in de electrische ladingen der hoogere luchtlagen. Door de aurora borealis te bestudeeren, hoopt men dan ook meer te weten te komen van de hoogere lucht lager. van onzen dampkring. Het is bekend, dat de stralen van het Noorderlicht zich tot honderden kilo meters boven de plaats der ontlading uitstrekken; mis schien bereidt de invloed ervan zich aok naar beneden uit Toeken van Waardigheid. In 1840 wettelijk verplicht In het Engelsche leger. DE baard, die in de oude tijden als mannelijk attribuut een religieuze en zinnebeeldige be- teckenis had, is zelfs door de nieuwe mode nog niet geheel en al verdrongen. De oudste plastieken, die wij kennen en die eerst kort geleden in Kish en Ur in Mesopotamië als cul tuurvoorwerpen van 6000 jaar geleden zijn opgedol ven, toonen reeds mannenhoofden met zorgvuldig on derhouden baardtooi en dezelfde liefdevolle verzor ging van den baard doet zich thans nog in Voor-Azië geiden. De Mohammedanen zweren bij den baard van hun profeet. Mohamed verfde zelfs zijn baard en kreeg vele navolgers. Ook de voormalige Turksche sultans hadden hun baardwetten, die nimmer door een scheermes mochten worden overtreden. De groei van den baard staat in zeer nauw verband met het klimaat In droge, warme landen is de baard dun, steil en zwart, zooals bijv. bij de Arabieren, Jo den en Zuid-Europeeërs, in Noordelijker streken is hij daarentegen voller en bleeker getint, zooale bij de Kaukasische volkeren. Andere rassen, zooals de Mon golen, Maleiers, Negers en Indianen hebben slechts een spaarzamen baardgroei. Ook bij vrouwen doet zich vaak een min of meer sterke baardgroei gelden, doch in dit geval staat zij in verband met een af wijking, die betrekking houdt met cle min of meer sterke ontwikkeling van mannelijke karaktereigen schappen. Dit verschijnsel doet zich vooral sterk gel- uen in enkele streken van Abessinië en Zuid-Ame- rika, waar de vrouwen, evenals de mannen een weel- derigen baardgroei hebben. Historische voorbeelden zijn Margaretha Maultasch, gravin van Tyrol en Margaretha van Parma, de dochter van Keizer Karei V Terwijl thans in Voor-Azië, zooals hierboven reeds opgemerkt, de baard nog ten nauwste met de volks cultuur is verbonden, ging men reeds in 3253 vóór Christus, in navolging van Pharao Atoti in. Egypte clean-shaven. Ook Philips 11 van Spanje was een aanhanger van de baardmode. Nlenwe vooraltziclien voor den microscoop. De microscoop heeft ons reeds onnoemlijk veel ge- leerd en het is niet te overzien, wat hij ons nog zal openbaren wanneer er betere toestellen zullen worden vervaardigd. De moderne microscoop is n.1. nog niet oud: het is nog geen 50 jaar geleden, dat Dr. Ernst Abbe van de Zeissfabrieken het principe ontdekte, waarop hij is geconstrueerd. Hij bemerkte, dat met hetzelfde lenzensysteem de détails beter zichtbaar wa ren bij blauw licht dan bij rood licht, omdat dit laatste een grootere golflengte heeft Het verschil in golflengte bedraagt een fractie van een mikron of 0.001 m.M., maar dat is vrij veel voor de uiterst kleine afmetingen, die met een microscoop bestudeerd moeten worden. Om nóg nauwkeuriger werk te leveren, zou men geen blauw of violet licht moeten gebruiken, maar ultraviolette stralen. Voor den oorlog is er door Kohier van de Zeissfabriekep al een microscoop voor ultraviolette stralen geconstrueerd, doch om onverklaarbare redenen is er niet verder aan gewerkt. Nu zijn de moeilijkheden, o.a. bij het scherp instellen, bij ultraviolette stralen veel moeilijker, omdat zij niet zichbaar zijn. Gewoon glas is ook niet bruikbaar, omdat het ultraviolette stralen slecht doorlaat; daarom moet men kwarts ne men. De heer F. F. Lucas, van de Bell Telephone Company heeft beter werken met ultraviolet licht mogelijk ge maakt Om te beginnen „zeeft" hij het spectrum van een electrische vonk, die tusschen twee electroden van cadmium overspringt zoodat hij alleen ultraviolet licht met een golflengte van 0.25 mikron op het object laat vallen. Om den microscoop te kunnen instellen, maakt hij gebruik van een „zoeker": een oculair van uraang'.as, dat licht geeft wanneer er ultraviolette stralen op vallen Wanneer dus het door den microscoop gevormde beeld in ultraviolette stralen op den zoeker valt. zendt dezo een flauw licht uit van grootere golflengte, dat er groen achtig uitziet. Door middel van dit groene beeldje kan men dus den microscoop scherp Instellen. Dit is een heel geduldwerkje, want In verband met de sterke vergrooting moet men den brandpuntafstand tot op 0.25 mikron nauwkeurig instellen, wat natuurlijk ook zijn technische moeilijkheden heeft. De microscoop ver groot G000 maal. Daardoor kan men o.a. de oppervlakte van metalen onderzoeken om hun samenstelling en ge breken te ontdekken. Nu weet men b.v. dat het verhar den van staal en staallegeerlngen neerkomt op het neer slaan van ferrocarbide en dat ook het fijnst gepolijste oppervlak er uitziet als gummi met stukjes glas. Onder- zeesche kabels werden vroeger beschermd door een le geering van lood met 1 pet antimonium, doch dat laat ste scheidde zich na eenigen tijd altijd uit en veroor zaakte daardoor barsten. Nu heeft men dank zij den microscoop een betere legeering gevonden, n.1. van lood met 0.04 pet calcium. Hierdoor verkrijgt men een duur zame bescherming, terwijl men tevens onafhankelijk wordt van de antlmoniumlevering door Ohlna. Vele an dere legeeringen heeft men zoo door den microscoop sterker of duurzamer kunnen maken. Bij het bestudeeren van plantaardige en dierlijke cel len met ultraviolette stralen heeft men nog een ander voordeel, n.1. dat men ze niet behoeft te kleuren, zooals bij gewoon licht noodig is om hen zichtbaar te maken. De kleurstof kan altijd onverwacht chemische verande ringen teweeg brengen, waardoor de cellen bovendien worden gedood. Bij de buitengewone sterke vergrooting De Grieken droegen, tot Alexandor de Groote de mode van de gladde wang invoerde, gaarne een lange baard, doch de Philosophen stoorden zich niet aan den gril van Alexander de Groote. De Romeinen volgden het voorbeeld van Alexander .ae Groote omstreeks 30 jaar voor Christus en van den grooten Ccipio, den bestrijder van den baardigen Hannibal, weten wij dat hij zich dagelijks liet sche ren. Terwijl juist de Grieken als teeken van rouw hun baard afscheerden, lieten de Romeinen hem in dit geval groeien en het liefst in verwilderden staat. De slaven mochten in de oudheid, evenals geen lang haar, tevens geen baard dragen. Dit werd waarschijn lijk hierom gedaan dat men een slaaf op zijn vlucht gemakkelijker zou herkennen. In 120 na Christus werd door Keizer Hadrianus in Rome de baardmode weer ingevoerd. Ook het vroege Christendom verklaarde zich pro-baard. Bisschop Clemens van Alexandriö bijv. beschouwde het als on waardig voor een Christen om zich te scheren. Daar om heeft tot op heden de volle baard van den pries ter in do Oostelijke kerk stand gehouden, terwijl de Romeinsche kerk het tegenovergestelde principe handhaafde, waarvan alleen enkele pausen en mon niksorden zijn afgeweken. De Germanen droegen ten tijde van Karei den Groote volle baarden, terwijl de Franken de mode van de bakkenbaarden bevorderden. Van 900 tot 1100 na Christus stond de volle baard weer in het brand punt der belangstelling, eveneens in de periode na 15C0, zooals de portretten van Karei V, Philips II, en Hendrik IV van Frankrijk bewijzen. De periode van den 20-jarigen oorlog werd be- heerscht door den martialen knevelbaard van Gustaaf Adolf en dank zij Bodewijk XIV heerschte 100 jaar later weer de baardlooze modeIn 1840 werd de snorbaard als wettelijk verplicht in het Engelsche le ger ingevoerd en ook de Duitsche marine werd ver plicht zich een baard aan te meten. Het revolutie jaar 1848 gaf de menschen de mode van den wilden „barricadebaard". Historische baarden zijn voor heen nog geweest de volle baard van Keizer Frede- rik en de „Het-is-bereikt-baard' van Wilhelm II van DuitschlandDe baardmode heeft zich de eeuwen dóór herhaaldelijk gewijzigd, evenals de mode der kleederdrachten en al bestaat er thans een sterke mannelijke sympathie voor het „clean-shaven" ge laat, toch mogen wij de wijze woorden van Breero in gedachten houden: „Het kan verkeeren!" (Nadruk verboden.) en de betrekkelijk groote afmetingen van een cel heeft men echter andere moeilijkheden te overwinnen: wan neer men een bepaald stukje van de cel scherp ziet, is de rest ervan onscherp. Men moet dus zoo'n cel syste matisch onderzoeken en haar daarvoor verdoelen Jn denkbeeldige laagjes ter dikte van 0.25 mikron omdat de brandpuntafstand ook op 0.25 mikron nauwkeurig moet worden afgesteld. De vooruitgang, die de biologie, door dezen microscoop zal meemaken, kunnen wij ons zelfs niet voorstellen. De tot dusver onzichtbare ohromosemen kunnen er gemakkelijk mee worden waargenomen, even als den invloed, die er door X-stralen op kan worden uitgeoefend en vele bacillen zullen worden ontdekt. De verbranding in een cylinder gefilmd. Het kloppen van den motor is een gevolg van plotse linge ontploffingen. Een goed scheikundige moet evenals een goede kok gebruik weten te maken van kliekjes. Als hij de bijproducten van een proces niet weet te benutten gaan zij verloren. Hij zoekt dus uit den aard der zaak ook naar een oplossing van het vervelende vraagstuk, dat de automobilist het kloppen van den motor noemt, want daarbij gaat het ook om een bijproduct, dat onaf scheidelijk aan de benzine verbonden Is. Dit is het eenige gebrek, dat de benzine volgens de autofabrikanten nog aankleeft, anders zou zij Ideaal zijn. En de scheikun dige weet niet, hoe hij van het kloppen een nuttig ge bruik zou kunnen maken. Het kloppen Is nu langs an deren weg bestudeerd. Men heeft n.1. een film gemaakt vaii het verbrandingsproces in den motor. Het kloppen wordt n.1. veroorzaakt door eén te snelle verbranding, die gepaard gaat met een snelle stijging van den druk in de cylinders. Die druk vertegenwoordigt een tamelijk groote kracht en deze werkt ongeveer als een plotselln- gen tik met een hamer. Het spreekt vanzelf, dat die kracht van geen nut is en dat de prestatie van een mo tor er door het kloppen dus ook niet beter op wordt. Het ideaal is, dat de verbranding geleidelijk plaats vindt zonder den minsten schok. Dan neemt de druk in de cylinders ook gelijkmatig toe. Men kan dit gemak kelijk bewijzen uit de gemaakte opnamen. Het maken van die opnamen is echter zeer bezwaarlijk, want men moet het binnenste van de machine fotografeeren. Daar om werd een smal stuk kwarts ingelast in den wand van de verbrandingsruimte, m.a.w. in het bovenste ge deelte van den cylinder. Daaromheen kon men het ge heele verbrandingsproces vanaf het overspringen van do vonk uit de bougie volgen. De camera nam dus een film op van de vonk, zooals die van de bopgie naar het tegenovergestelde gedeelte van de verbrandingsruimte oversprong. Wanneer de ver branding goed verliep, bewoog de vonk zich met een vaste snelheid, die echter niet eenparig was. Wanneer de motor echter klopte, bewoog de vonk zioh eerst nor maal, om dan op een bepaald punt met veel grootere snelheid verder te gaan. Daarbij namen ook de lichtver schijnselen plotseling toe, zoodat men door do geheele verbrandingsruimte een flikkering waarneemt. Deze plotselinge vlam gaat gepaard met een zeer snelle toe name van den druk in den cylinder, waardoor het klop pen wordt veroorzaakt Hierdoor is de cylinder van een benzinemotor het ge voeligste middel om snel en zeker uit te maken, of de chemische samenstelling van een bepaalde soort ben zine juist is. In dit opzicht werkt de cylinder zuiverder dan de bekwaamste scheikundige, want als er Iets aan de samenstelling der benzine ontbreekt, uit hij zijn on tevredenheid dadelijk door te gaan kloppen. (Nadruk verboden). Karei V was een vurig aan- Socrates droeg een vollen hanger van den baard. baard. Lodenijk XIII drbeg nog Lodewijk XIX van Frankrijk slechts een puntbaardje. huldigde de „clean-sha- ven"-mode.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 7