SchagerCourant Schippersvereeniging „Schuttevaer". HEEREN-BA/U Vierde Blad. Uitvoering van de Tarwewet. *De Ziuitte ai geurige rooktabak f Vergadering te Zuidscharwoude. Zaterdag II April 1931. 74ste Jaargang. No. 8847 MINISTER RUYS INSTALLEERT DE COMMISSIE VAN ADVIES EN BIJSTAND. Uitwerking der wet slechts binnen de grenzen van het algemeen belang. De minister van binnenlandsche zaken en landbouw heeft Donderdag in een lokalen van zijn departement geïnstalleerd de commissie van advies en bijstand voor de uitvoering van de Tarwewet 1931. Bij de installatie was aanwezig de referendaris bij de directie van den landibouw, de heer W. M. Ebbink, administratief hoofd van het regeeringsbureau voor de Uitvoering van de Tarwewet. Red© van minister Ruys d© Beerenbrouck. De minister hield de volgende installatierede: Mijne heeren, Indien ooit aan eenige commissie een zware taak werd opgelegd, de regeering pleegt dat wel eens te doen dan is het wel aan de commissie van advies en bij- Minister Ruys de Beerenbrouck. atand voor de uitvoering van de Tarwewet. Van uw deskundigheid toch zal ik gebruik moeten maken om de uitvoering van de Tarwewet te leiden in dien zin, dat met belangen van allerlei aard en op zeer uiteenioopen- de gebieden rekening wordt gehouden. De adviezen en gegevens, die het mij mogelijk maken in elk bijzonder geval het concrete belang het al gemeen belang te toetsen, zal ik aan uwe commissie ontleenen. Dat vereischt nauwgezette voorbereiding en zuivere omlijning. Er is mij alles aan gelegen hierbij de meest overtuigende helderheid te verkrijgen. In leder opzicht moet de indruk worden vermeden, als zoude met de uitvoering van deze wet over belangen worden heen- geloopen. De regeering heeft ervoor te waken, dat een wet, ln het algemeen belang tot stand gekomen, ook in haar uitwerking zich binnen de door dat belang gestelde grenzen blijft bewegen. Ik stel er prijs op, dit als uit gangspunt naar voren te brengen Er is nog een andere reden uw taak geen gemakke lijke te noemen. De Tarwewet immers is 'n crisismaat regel; haar inhoud is beperkter dan die van een wet, onder meer normale omstandigheden voorbereid, wel zoude zijn. Er is meer vrijheid, meer ruimte haar op verschillende wijze toe te passen zonder met haar letter ln tegenspraak te komen. Dit maakt de taak der uit voeringsorganen, waarvan uwe commissie niet de minst belangrijke is, moeilijker, omslachtiger en gewichtiger, maar ook schooner en dankbaarder. Bewijsmateriaal voor deze stelling ligt voor het grijpen; ik behoef slechts op het eene vraagpunt te wijzen: maal- en menggebod of bijlevering. i Zoo zoude ik meer kunnen noemen: te midden van zoo bij uitstek deskundigen lijkt mij dat geheel overbodig. In de samenstelling van uw commissie Is tot uiting gebracht de gedachte van de regeering, dat alleen door samenwerking en onderling overleg en begrip iets tot stand kan komen, dat in overeenstemming is met het nationaal belang. Ik hoop, dat deze gedachte in uw midden zal vaardig zijn. Gij hebt een nationaal belang te dienen. Zij, die mee- nen, dat de wet uitsluitend beoogt „eenige onte vreden boeren wat geld ln han den te spele n", hebben zoo weinig begrip van aard en wezen van eenv olksgemeenschap, dat in staats verband een eenheid vormt, dat ik er mij van ontslagen acht, op de oppervlakkigheid en onjuistheid dier mee ding te wijzen. De voltrekking van een ramp ten plattelande te voor komen is een daad van nationaal beleid. Zij geeft der regeering het recht, de volle medewerking ln te roepen van andere groepen der bevolking dan de agrarische. Dit beteekent niet, ik zeide het reeds, dat voor het landbouwbelang elk ander belang voetstoots moet wijken. Waar een wil is, is een weg. Ik veronderstel bij u den wil in onderling overleg tot een nauwkeurige afweging en bevredigende vereeniging van de onderscheidene belangen te geraken. De weg om dit te bereiken zal zich vanzelf aan u aanwijzen. In uw deskundigheid en objectiviteit stelt de regeering groot vertrouwen; haar beste wenschen voor vruchtdra- genden arbeid worden u meegegeven. Thans reeds mag ik u dank zeggen voor uwe bereid- Willigheid aan dezen belangrijken arbeid mede te werken. Moge deze dank later met evenveel warmte worden ge- Bracht, wanneer uwe taak onder Gods zegen, die bij elk menschenwerk onmisbaar is ,is voltooid. Met dezen wensch verklaar ik uw commissie geïnstal leerd. ECHTF, 'RIESCHE SEDERT 1753 20 -50ct. per ons Antwoord van ir. S. L. Louwes. De heer ir. S. L. Louwes, voorzitter der commissie en regeerings-commissaris voor de uitvoering van de Tar wewet, beantwoordde 's ministers rede als volgt: Het moge mij vergund zijn in de eerste plaats een woord van dank te brengen aan Uwe Excellentie voor het vertrouwen in mij gesteld, door mij aan te wijzen als voorzitter dezer commissie. Uuwe Excellentie heeft eenige woorden gewijd aan de beteekenis van de Tarwewet en daarbij gewezen op de taak, die in verband met het doel dat met deze wet wordt beoogd, aan de commissie van advies is opgedragen. De commissie zal zich bij de uitoefening van haar taak steeds voor oogen houden het door Uwe Excellentie ge stelde doel, den steun aan den landbouw, die deze cri- siswet beoogt, uit een oogpunt van algemeen belang te bezien. Bij Iedere wet, die ingrijpt in het economisch leven worden nu een keer onvermijdelijke verschillende be langen en belangengroepen geraakt. Het zal misschien onvermijdelijk blijken, dat „de voorkoming van de vol trekking van een ramp ten plattelande", zooals Uwe Excellentie het doel dat mede met deze wet wordt be oogd noemde, anderen opofferingen zal opleggen. Het is mij een behoefte Uwer Excellentie bij deze ge legenheid de verzekering te geven, dat de commissie zich bij hare adviezen zal laten leiden door het streven, zoo veel met een goede uitvoering van de wet in overeen stemming is te brengen, de gevreesde benadeeling van andere belangen zooveel mogelijk te voorkomen en ik heb de hoop, dat het mogelijk zal zijn in dezen zeer veel te bereiken en dat de ten tijde, dat deze wet aanhan gig was, van verschillende zijden geduchte bezwaren tot een minimum zullen kunnen worden beperkt. In voorloopige besprekingen, die ik in de laatste tijden ter zake van de uitvoering van de wet met verschillende belangengroepen mocht hebben, hebben mij de overtui ging geschonken, dat bij allen de goede wil om mede te werken tot een goede uitvoering der wet voorzit. Dit is natuurlijk een voorwaarde voor het volledig bereiken van het doel, dat de regeering zich stelde, toen zij deze wet aanhangig maakte; het zal ook het voorkomen van de bovenaangeduide bezwaren voor de verschillende belan gengroepen zooveel gemakkelijker maken. Het is de oprechte wensch onzer commissie, dat zij door hare adviezen voor haar deel er toe moge medewer ken en steun aan de inheemsche tarweteelt tot zijn volle recht te doen komen, met beperking tot het uiterste minimum van bezwaren van andere groepen. Onder het uitspreken van den wensch wil ik eindigen met aan Uwe Excellentie den oprechten dank uit te spreken voor het in de commissie gestelde vertrouwen. Voorbarige berichten. Zoo af en toe duiken in een onzer groote dagbladen berichten op over de uitvoering der Tarwewet, die nogal eens voorbarig en onjuist blijken te zijn. Naar aanleiding van een als boven bedoeld bericht schrijft thans het Nederl. Correspondentie-bureau in Den Haag. Naar wij uit goede bron vernemen, heeft een inven tarisatie van de aanwezige voorraden inlandscne tarwe van den oogst 1930 nog niet plaats gehad. Wel is bij den opzet van de tarweorganisatie gevraagd aan de daarbij betrokkenen een voorloopig overzidht te .ver strekken van de hoeveelheden tarwe van den oogst 1930, die vermoedelijk in de verschillende provincies aanwezig zouden zijn. Het verzamelen van deze gegevens is in de eene pro vincie nauwkeuriger geschied dan in de andere. Maar in het algemeen heeft men aan deze voorloopige opga ven zeer weinig. Alleen in de provincies Zuid- en Noord- Holland is men tot cijfers gekomen, die een globaal over zicht van de daar aanwezige hoeveelheden geven. Ver moedelijk bevindt zich in die twee provincies de meeste tarwe, die van den oogst 1930 is overgebleven. Het cijfer van deze voorraden bedraagt echter nog niet het zesde gedeelte van den in een der bladen (het Handelsblad; red. Sch. Crt.) genoemden aanwezigen voorraad van 119.000 ton, waarop men voor het geheele land nog zou kunnen rekenen. Voorts vernemen wij, dat er besprekingen gaande zijn tusschen de verschillende groepen van koopers van tar we voor de behartiging van hun belangen in gemeen schappelijk overleg. Deze besprekingen zullen nog wor den voortgezet. Voorzoover bekend, is nog niemand aan gewezen, die namens hen als inkooper zal optreden, ter wijl ook geenszins vaststaat, of één bepaalde commis siehandel daarmede voor alle belanghebbenden zal wor den belast. De algemeene maatregel van bestuur voor de uitvoe ring van de Tarwewet is nog in voorbereiding. De vol gende week zal de definitieve stichting plaats hebben van de centrale tarwe-organisatie, zoodat eerst dan tus schen de verkoopers en de inkoopers van tarwe de nood zakelijke besprekingen zullen kunnen plaats vinden. Donderdag en Vrijdag werd de 68e Algemeene Ver gadering van bovengenoemde vereeniging gehouden in de kolfbaan van den heer P. Kramer te Zuidschar woude. Het waren ongeveer. 100 afgevaardigden uu alle deelen des lands die opgekomen waren, welke te ongeveer te halfdrie de met bloemen en guirlandes versierde zaal vulden. (Eerste dag.) De opening. De Voorzitter, de heer Mr. H. Smeenge, opent de vergadering met een woord van welkom en merkt op, dat het reeds drie kwartier te laat is. Daarom zal hij zich bekorten met zijn openingsrede. Men zal zich hebben afgevraagd wat hier te doen is. Wel, „Schut tevaer" houdt hier de 68e Algemeene Vergadering in een deel van het land waar de groote scheepvaart nog niet is doorgedrongen. Hier worden nog slechts kleine schuiten gebruikt voor het vervoer der tuin bouwproducten, naar de markten. Langendijk heeft heel lang gezeurd om de alg. vergadering, nu hebben ze hem dan. Spr. is heel blij dat besloten is, deze vergadering aan den Langendijk te houden. Ieder kan dit begrijpen. Wanneer men per autobus of per spoor naar hier is gekomen, kan men opmerken, dat men met een stoer en arbeidzaam, doch ook zeer vasthoudend volk te doen heeft, dat de strook grond, aan zee en moeras ontworsteld, van meer waarde heeft gemaakt dan waar tarwe wordt verbouwd. Officieels personen wil Voorzitter nog niet toespre ken, daarvoor zal morgen wel gelegenheid zijn. Een uitzondering wil spr. echter maken ten opzichte van den Burgemeester van Zuidscharwoude, die door te komen met een hoogen hoed op, het bewijs heeft gele verd dat dezen dag een hoogst belangrijke voor zijn gemeente is en goed is voor de toekomst. Dat Z.Ed. met ons meeleeft is een goed voorteeken, voor alles wat ons deze dagen te wachten staat. Voorzitter stelt voor te denken aan de welvaart van deze gemeente, die met de 4 Langendijker gemeenten aanéén de Lan gendijk vormt. Mededeelingen van ingekomen stukken. De Secretaris deelt eenige berichten van verhinde ring mede. Ook zijn nog enkele voorstellen ingekomen, welke nog aan de agenda zullen worden toegevoegd. Het verslag van de werkzaamheden van de Alge meene vergadering te Bodegraven wordt voor kennis geving aangenomen. Als kasna'fcieners worden aangewezen de afdeelin- gen Lemmer, Vlissingen en Oude Tonge. Ter bevordering van een geregelde behandeling der voorstellen, heeft het Hoofdbestuur deze als naar ge woonte in rubrieken ingedeeld, welke in de gebrui kelijke volgorde zullen worden behandeld. Wij volstaan met de behandeling van de belang rijkste voorstellen en van de voorstellen der afdee- ling Langendijk op te nemen. De afd. Langendijk stelt voor: 1. Aan te dringen op spoedige verdere uitwerking van het West-Friesche kanalenplan. 2. Met klem aan te dringen op langere openstelling der kleine sluis te Zaandam en op electrificatie der Wilhelminasluis aldaar. 3. Aan te dringen op verbetering van de verlich ting der Schouwsluis te Spaarndam. 4. Aan te dringen op betere verlichting van de pont te Molletjesveer bij Krommenie. 5. Aan te dringen op toezicht, op de bakkenslee- pen der Stadsreiniging te Amsterdam. Voorzitter deelt mede, dat voorstel 1 Vrijdagmid dag na half vier zal worden behandeld. Betreffende voorstel 2 merkt de heer T. P. Keijzer op, dat dit reeds een oud voorstel is. Er is reeds ge tracht verbetering in te krijgen. Eerst bij het water schap, doch daar schijnt het belang der schipperij niet zwaar te wegen. Daarna is het College van Ged. Staten opmerkzaam gemaakt op dezen toestand. Van Ged. Staten is een antwoord ingekomen, dat het de volle aandacht heeft. De heer Keijzer is van meening, dat als een beetje wordt aangedrongen men het wel voor elkaar zal Mr. U. SMEENGE. kunnen krijgen. Spr. stelt voor hem te machtigen tot het doen van de noodige stappen bij Ged. Staten en het Waterschap De heer Kamp. afd. Langendijk, juicht het toe, dat op electrificatie wordt aangedrongen. Het schutten zal dan veel vlugger gaan. De h'eer Duinker, Alkmaar, houdt een krachtig pleidooi voor de electrificatie. De heer Hoogland. Langendijk, zegt, dat de Zaan streek aandringt op verlaging der sluisgelden. Hij stelt voor, dit voorloopig to laten vervallen. Eerst de electrificatie maar, de verlaging van het sluisgeld komt later wel. De heer Damen brengt hulde aan de sluis te Zaan dam. De behandeling is daar vlugger dan bij andere sluizen. Spr. heeft voor een rijkssluis eens 2 dagen moeten wachten, terwijl hij bij de sluis te Zaandam hoogstens 2 uur heeft gewacht. Het voorstel van den heer Keijzer wordt met alge meene stemmen aangenomena Naar aanleiding van punt 5 merkt de heer Van der Heerik op, dat soms 13 k 14 bakken achter een zeer klein motorschuitje hangen. Met harden wind wordt het verkeer totaal gestremd, daar dit kleine schuitje deze bakken onmogelijk kan houden. De heer Smit van Amsterdam zegt, dat het volgens het reglement verboden is om meer dan 6 bakken te sleepen, dus als de gemeente Amsterdam zich aan het reglement houdt, zal dit niet meer voorkomen. Aangenomen. Volgt een voorstel van de afdeeling Rijks.treek: Er op aan te dringen, dat de Rijkswaterstaat bij het ontwerpen en maken van de volgende bruggen rekening houdt met de belangen van de binnen scheepvaart en overleg pleegt met de Vereeniging „Schuttevaer" en nog enkele wenschen en voorzie ningen voor bruggenaanleg. Wordt aangenomen. Officiëele ontvangst ten raadhulze. Nadat allen in de raadzaal, die voor dit doel was ontruimd, aanwezig waren, spreekt de Burgemeester de Edelachtb. Heer A. L. van Spengler, de volgende rede uit: Wanneer het Gemeentebestuur thans in zijn hui3 vereenigd ziet het Hoofdbestuur en verscheidene af gevaardigden der 47 afdeelingen van „Schuttevaer", die zich van heinde en verre naar onze gemeente heb ben begeven, dan willen wij uitspreken dat wij met groote belangstelling Uwe komst hebben tegemoet gezien en Uwe aanwezigheid op hoogen prijs stel len. Wij waardeeren dat Uwe afdeeling „Langendijk" verzocht heeft Uwe 68e Algemeene Vergadering al hier te mogen ontvangen en dit verzoek door U is in gewilligd. De aanwezigheid der vertegenwoordigers van Hunne Excellenties, de Ministers van Arbeid, Handel en Nijverheid en Defensie waardeeren wij hoogelijk, terwijl wij verheugd zijn in ons midden te zien de Inspecteur van de Scheepvaart, de Secretaris van het Binnenvaartcongres en vertegenwoordigers van vele colleges. Ook de besturen der drie Langendijker zusterge» meenten geven, voor zooverre niet verhinderd door hunne tegenwoordigheid U blijk van gemeenschap pelijke instemming en waardeering dat Langendijk als vergaderplaats werd uitverkoren. Temeer verheu gen wij ons daarover mijnheer de Voorzitter, omdat deze belangrijke vergadering van bijzondere, buiten gewone beteekenis zal zijn. Hoevyel nog slechts enkele uren ter plaatse vertoe vend, zult U reeds hebben bespeurd dat Uw element, het water, in deze streek domineert en de wegen over- heerscht. Al is het scheepvaartverkeer alhier niet on belangrijk, toch durf in uitspreken dat Langendijk bij de meesten Uwer tot heden onbekend was. Of U dit als een gemis beschouwt laat ik in het midden, wel wil ik U verklaren dat wij Uw wegblijven steeds betreurd hebben, omdat als oorzaak daarvan geldt dat de onmogelijkheid om met Uwe vaartuigen ons wa terrijk kwartier te bereiken, bij afwezigheid van vol doende goede waterwegen. Zoo was en is de toestand niet slechts alhier, doch vrijwel in het gansche Noor derkwartier Evenwel' zal binnen afzienbaren tijd door aanleg van het kanaal Omval-Huijgendijk-Oud- karspel ons niet meer belet worden Uwe schepen in onze wateren en havens welkom te heeten. Het mag overbodig heeten U te verzekeren dat wij derhalve verheugd zijn dat deze eerste kennismaking staat hernieuwd te worden. Een dankbaar woord van hulde moge ook hier geuit worden aan de Westfriesche Kanaalvereeniging voor haar pioniersarbeid; dat zij ook de verdere uitvoering van haar kanalenplan zal mogen aanschouwen. Mijnheer de Voorzitter! De leden Uwer vereeniging ondervinden in hun bedrijf helaas ook den druk der abnormale tijden. De moeilijkheden van binnen- en Rijnvaart zijn vele en drukken te zwaarder omdat de schippers niet direct een bevoorrechte plaats in nemen, bij gemis van een behoorlijke regeling hunner rechtspositie, een gemis hetwelk zich steeds sterker doet gevoelen. Teveel scheepsruimte, te weinig vracht en scherpe concurrentie, vooral van de vervoermidde len te land, zijn bovendien factoren die den schipper een zwaren strijd bezorgen om het hoofd hoven water te houden. Laat ik evenwel niet te pessimistisch wor den, en liever wijzen op de Latijnsche spreuk, die ver tolkt: „Scheepvaart is noodig, leven is niet noodig". Ik vertrouw dat aan deze woorden geen verkeerde beteekenis zal worden gehecht. Intusschen blijft het vastgelegd dat het binnenscheepvaartbedrijf een der voornaamste schakels vormt in het economisch be drijfsleven van ons land. De voorgenomen vernieu wing eii verbetering van vele vaarwaters, benevens den aanleg van kanalen brengen mede meer vervoer naar het water, dus voordeeion voor de scheepvaart. Moet het den schippers geen riem onder het hart steken dat de Amsterdamsche Kamer van Koophandel onlangs adviseerende over het vervoervraagstuk, o.a. uitspreekt: „Steeds houde men evenwel voor oogen dat het goedkoope binnenwatervervoer in ons land een der zegenrijkste factoren in ons economisch sa menstel is en dat geen regeling op het gebied van het vervoerwezen dat steeds de voorwaarden, in het vervoer te water bestaande, tot grondslag moet heb ben, om andere mindere gunstige factoren in onze voortbrengingskosten te compenseeren de kosten van het watervervoer mag verhoogen". Mijnheer de Voorzitter! Met groote belangstelling heb ik meerdere malen kennis genomen van de vele gewichtige, omvangrijke vraagstukken die de aan dacht van „Schuttevaer" eischen. Het dwingt be wondering af gade te slaan hoe, op elk gebied, Uw Bestuur de stoffelijke en geestelijke belangen van de binnenscheepvaart voorstaat, en bevordert. Het moet Uw Bestuur voldoening geven te constateeren hetgeen reeds voor het welzijn der schippers kon worden be reikt en verkregen. Saamhoorigheid en samenwer king moesten leiden tot goede resultaten en tevens tot opvoering van de belangrijke positie welke de binnenvaart zich in ons bedrijfsleven heeft veroverd. Maar bovenal wordt algemeen beseft en dankbaar erkend dat verwezenlijking van vele wenschen en verlangens te danken is aan de krachtige mede werking, gepaard aan de veelzijdige gaven, van Uw Voorzitter, Mijnheer de Voorzitter, ik hoop van harte, dat U voor „De Schuttevaer" nog vele jaren zult willen blij ven beteekenen zijn „Schutspatroon". Moge het spoe dig verkrijgen van een bevredigende regeling van on derwijs aan schipperskinderen de kroon zetten op Uw zegenrijken arbeid. Wanneer ik tenslotte namens de Langendijker Gemeentebesturen U nogmaals har telijk welkom heet, uit ik daarbij onze beste wenschen voor den bloei, voorspoed en welvaart van „Schutte vaer." Mijnheer de Voorzitter, U de Bestevaer van Schut tevaer heill Deze rede werd met luid applaus en toejuichtingen beloond en wordt de eerewijn rondgediend. De heer Smeenge spreekt. Hierna wordt het woord gevoerd door den heer H. Smeenge, die opmerkt dat het voor de hand ligt dat hij voor allen hier zal spreken. Spreker wijst erop, dat in deze tijdsomstandigheden voorzichtigheid is geboden om zich niet te laten mee- sleepen. Naast de hooge conjunctuur is de toestand niet rooskleurig. Zooais de burgemeester heeft ge zegd, dat het hem verheugt dat Schuttevaer thans hier vergadert, verheugt spreker destemeer, dat deze wordt gehouden in eene streek die nu ontsloten is voor 't groote scheepvaartverkeer. Voorts wijst spre ker er op, dat de punten, die no. 1 op den beschrij vingsbrief zijn geplaatst, worden bewaard tot morgen, waarvoor spreker een bijzondere reden heeft, In dien zin, dat er morgen personen aanwezig zullen zijn, dia voor die punten bijzonderen dank verdienen. Spreker is overtuigd dat allen voor het goede me dewerken, toch zijn er personen van veel grootere verdiensten, waaraan meer aandacht dient gewijd te worden. Is het pl.m. 25 jaren geleden, dat spr. hier was in verband met de vereeniging „Tut Nut van het Algemeen", toen hij voor de kleinen der wereld in het land iets deed, toen werd hem gezegd, dat hij niet moest zitten bij de democratie. Toch heeft spr. er steeds voor gewerkt, dat de democratie toch naar voren kwam. Ook heeft spr. 40 jaren langs geijverd voor het onderwijs der kleinen. En als er morgen de 40 jaren worden herdacht, dan is het een herdenken in de nieuwe wereld. Voort memoreert spr., dat de burgemeester de hoop heeft uitgesproken dat spr. nog lang moge blijven, doch spr. wenscht zulks, zooals hij thans is. Vervolgens brengt spreker hartelijk dank voor de vriendschappelijke ontvangst. Had spr. het vermoe den de lijn, die met het begin der vergadering was gevolgd, zou voortgaan, spr. is hiervan thans ten volle overtuigd. De burgemeester kan ervan over tuigd zijn, dat allen, hier aanwezig, dezelfde mee ning zijn toegedaan, waarover Z.Ed. tevreden kan zijn. Mochten er naijverigen zijn ten opzichte der kanali satie, dan zal zulks voortspruiten uit het feit, dat zij in mindere goede condities verkeeren. Wel is er gezegd dat wij de oudste weggebruikers zijn, zij het dan ook te water, doch de wandelaar is de alleroud-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 13