:bjir Courant
ipeelbal van Wind en Golven
a
d Harenkarspe!
Raad Winkel.
Raad Callantsoog.
Derde Blad.
UILLETON
Ethel M. Dell.
jen ev>
wichft
cn «n'J
we®,'
)oo.7
)r. uj
>emt 4J
n et; f
iieu*ij
n fut
ïen
de
lijven.
11 zich
-niping
Jizen,
ran h«
iiameljji
aneldd»
1936 wj
nog f
>8 op
foensdag 2 September 1931.
74ste Jaargang. No 8927
itvaogj
rden t,
als
Bergen,
enschjj
Aui
Itter de heer H. Nolet, burgemeester, secretaris
ters*f j Dani-
rijn hta eden zün aanwezig.
ponrftter heet allen hartelijk welkom, in het bij-
raadsleden, die voor de eerste maal aanwezig
Voorzitter feliciteert de raadsleden met hun be-
Allenïi dit is een felicitatie waard, daar de kiezers
iren in de gekozenen hebben gesteld. Er zal van
Vink«H lieden veel worden gevraagd daar v/ij de benarde
Ughedan, waaronder de hecle wereld en speciaal
■neente heeft te lijden, moeten trachten op te los-
tievëri r. hoopt dat alle leden met eerbiediging van ieders
int alles zullen doen om de moeilijkheden to over-
Beëediging raadsleden.
Weden leggen thans in handen van den Voor-
n 00^®k vereischte eeden af.
der I
el
iet i
mi t
kelien|
♦en
nd vo
nd de
e beo
ïren i.|
van
ten
uit tei
n heer]
1 140
it zich
vindei
Msi
1
Jkend
Verkiezing wethouders
dtter stelt voor te voorzien ln de vacature de
[pBe zegt dat de verkiezingen '31 niet waren als
ten hadden gedacht, men had 7 zetels ver-
Ie kreeg er 6. De R.K. fractie heeft gemeend, de
I jooals die tot heden bestond niet te kunnen
(5 R.K., 2 andersdenkenden. 2 R.K. wethou-
[peR-K. fractie heeft een bespreking gevoerd met
1 der linksche partijen, de V. D. fractie, omdat
eid meebracht dat ook een lid der linksche
Wethouder werd. Spr, stelt dan ook zijn mandaat
Idng.
Francis zegt dat de V.D, fractie het op hoo-
stelt dat de R.K. fractie meende dat er veran-
[htam in het college van B. en W. Spr. bedoelt
1 niet dat het college niét goed was. Spr. vindt
dat de heer De Groot spontaan zijn zetel he
rstelt voor de linksche partijen en dankt voor
llligheid in deze betoond.
\bm Dekker vraagt of het geen verwarring zou
1 dat gestemd werd voor de vacature De Groot,
1 Remt zoo, de ander zus. Zou het niet beter zijn
t een wethouder van links en dan een van rechts
emd?
litter meent dat dit niet In de raadsvergade-
t worden besproken, maar dat dit in kiesver-
g had behooren te geschieden,
lering wordt geschorst,
nlng wordt de heer S. J. de Vries gekozen
I stemmen, 4 stemmen werden op den heer C. Fran-
acht
heer De Vries neemt op de vraag van den Voor-
fa benoeming aan, al is spr. er van overtuigd dat
van wethouder, gezien de benarde tijdsomstan-
moeilijk is. Spr. zal echter zijn best doen.
hm A. Dekker wordt met algemeene stemmen
Ier gekozen. De heer Dekker neemt de be
un en hoopt zijn beste krachten in het belang
fc potente te kunnen geven.
lil Ywraitter feliciteert de gekozen wethouders met
en dat zij de taak aanvaarden, ondanks
omstandigheden, doet het beste voor de toe-
Spr. hoopt met de wethouders in de beste
te kunnen samenwerken. Op spr. rust echter
m zinder prettige taak en wel om wethouder De
ah te luiden. Spr. heeft met den heer de Groot
en t- Dekker steeds prettig samengewerkt en spr. voelt
rgans ir rcor den heer de Groot, die 12 jaar wethouder
ing fl^WMst. een offer is geweest, mag de heer de Groot
ïtr echter niet al te zwaar zal zien. Spr. dankt den
gWJ de Groot voor de bereidwilligheid, waarmee deze
1'et S roorsl in de eerste jaren van zijn burgemeesterschap
t den emoet getreden en hoopt dat de raad nog vele ja-
het Zï in de adviezen van den heer de Groot mag pro-
werkdfia
heer De Groot dankt voor de gesproken woorden.
*ft steeds zijn beste krachten gegeven, het is nu
seerdü logenaarnde degradatie doch spr. zal raadslid blij-
1. V 03 oolang zijn krachten dit toelaten. Spr. heeft steeds
mogtl
met vertrouwen samengewerkt met B. en W. en de raad
De heer Dekker zegt jaren met den scheldenden wet
houder te hebben samengewerkt in het belang van de
gemeente en de gemeenschap en er is hoegenaamd geen
kritiek geweest op het beleid van B. en W. Spr. prijst
het groote billijkheids- en rechtvaardigheidsgevoel van
den heer de Groot, wat hem tot die groote offervaardig
heid heeft gebracht
De heer Francis brengt dank aan den heer de Groot,
die zoo spontaan aan de Vrijzinnige Party zijn opoffe
ringsgezindheid heeft doen blijken en dit verhoogt den
heer de Groot ten opzichte van de linksche partyen.
Hierna sluiting.
Openbare vergadering van den Raad op Dinsdag 1
September 1931.
Tegenwoordig de heeren J. de Veer, G. Kamp. L. van
Wijk, Th. de Prée, P. Dekker, P. van Zoonen en D.
Brugman Jbz.
Voorzitter de Burgemeester; secretaris de heer A. de
Ridder.
De Voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige vergadering worden goedge
keurd.
Installatie leden van den Raad.
De Voorzlttter doet voorlezing van de af te leggen
eeden of beloften, waarna achtereenvolgens de eed of
belofte wordt afgelegd, waarna de Voorzitter de toe-
gelatenen gelukwenscht en spreekt zijn genoegen uit,
zoovele herkozenen terug te zien, en hoopt met de le
den d»e voor het eerst hun intrede doen, even aange
naam en sympathiek samen te werken als met hun
voorgangers.
Wethoudersbenoemlng.
Tot wethouders worden bij eenige stemmingen be
noemd de heeren P. van Zoonen en D. Brugman Jbz.
De Voorzitter feliciteert beiden met hunne benoe
ming en brengt tevens een woord van dank aan den
heer J. de Veer voor de buitengewoon aangename en
sympathieke wijze, waarop hij zijn wethoudersfunctie
heeft waargenomen en hoopt hem op dezelfde wijze ln
den Raad terug te zien.
Rondvraag-
De heer Dekker geeft in overweging nog even te
wachten met het plaatsen van een lantaarn op den
Westfrieschen dijk met het oog op een te verwachten
verzoek om gasverliohting van de Dijkbuurt.
De Voorzitter zegt van dit verzoek niet te weten dooh
komt het, dan zal dit zeker van invloed zijn; bovendien
wordt ook nog gewacht op een eventueel door het
Hoogheemraadschap uit te voeren werk.
De heer Van Wijk spreekt over verlichting: van de
huisjes bij Roggeveen in Lutjewinkel en geeft in over
weging een electrische lamp aan een woning te plaat
hen en de stroom te vergoeden.
De Voorzitter zal een onderzoek instellen.
De heer Kamp vestigt dan ook de aandacht op den
woningbouw.
De heer de Prée vraagt handhaving der maximum
snelheid.
De Voorzitter zegt dat zijn aandacht er reeds op ge
vestigd Is, doch de oplossing is moeilijk, maar als er
straks een nieuwe veldwachter is en ln vereenlging
met den Rijksveldwachter, wordt deze zaak opnieuw
ter hand genomen.
De heer Van Zoonen dankt voor het in hem gestelde
vertrouwen en ls zich wel bewust van de moeilijke taak
die hij op zich heeft genomen, en hoopt wanneer die
moeilijkheden zich voordoen, niet tevergeefs een beroep
te doen op de voorlichting van Voorzitter en Secretaris.
Een voorlichting, die hem wordt toegezegd.
De heer de Veer dankt voor de vriendelijke woorden
en voor de medewerking, ondervonden van voorzitter,
secretaris en zijn oud-collega wethouder Brugman.
Spreker zegt verder, dat met zijn heengaan, uit het
college van wethouders uittreedt de liberale partij, de
Vrijheidsbond, welke partij steeds daarin is vertegen
woordigd geweest.
Spreker ziet in zijn uittreden niet het verlaten van
een zinkend schip, doch alleen het omgaan van het
roer van een schip in goeden staat.
Spreker feliciteert zijn opvolger met zijn benoeming
en zal-met belangstelling de voorstellen van het nieuwe
college tegemoet zien en voor voorstellen in het belang
der gemeente, kan op zijn steun worden gerekend, al
komen ze uit andere richting.
De heer Brugman dankt voor het hernieuwde ver
trouwen. Tot den heer de Veer zegt spreker dat zijn
niet-benoeming niet een gevolg is van persoonlijken
aard, of tengevolge van tekortkomingen, doch alleen
als gevolg der politieke constellatie.
Spreker dankt zijn scheidenden collega voor de aan
gename samenwerking.
Daarna is de vergadering met een woord van dank
door den Voorzitter gesloten.
Vergadering van den Raad op Dinsdag 1 September
1913, des morgens 10 uur.
Voorzitter de heor Mr. D. Breebaart Kz.. burge
meester, tevens secretaris.
Aanwezig alle leden.
Na opening der vergadering leggen de niemvgeko-
zen, leden, de H.1I. H. Kruisvcld, S. Kooger, M. Vries.
A. Kruit, G. NV. Jimmink. J. Weij Pz. en P. v. Die
pen de vereischte eeden of beloften af.
Voorzitter spreekt de heeren als volgt toe:
Mijne Heeren,
Na Uwe beöediging als lid van den Raad dezer ge
meente, nu Uwe werkzaamheden zullen aanvangen,
zij h»t mij vergund U te wijzen op de taak, die U
wacht. Ik zou dat niet doen onder gewone omstandig
heden, want ik veronderstel, dat U hekend is. wat
volgens de wet van de leden van den Raad moet
worden gevorderd, maar omdat ik meen. dat Uw taak
in de komende zittingsperiode in verhouding tot het
betrekkelijk gering aantal inwoners moeilijk en veel
omvattend zal zijn. Was in den afgeloopen zitingstijd
het streven van den raad en vooral van het college
van Burgemeester en Wethouders gericht op het ge
raken uit de financieele moeilijkheden, het regelen
van verschillende administratieve aangelegenheden
en waarbij alreeds een begin werd gemaakt met
werkzaamheden, welke onvermijdelijk zijn verhon
den aan den vooruitgang der gemeente, in het ko
mende tijdvak zal vooral aan liet laatste de volle
aandacht moeten worden gewijd.
Kr zal van U worden gevraagd een ruim inzicht en
een vooruitzienden blik en het. is mijn stellige over
tuiging, dat ondanks de minder gunstige tijdsom
standigheden niet mag achterwege blijven het nemen
van maatregelen, welke voor de toekomst nood zake
lijk zullen blijken te zijn; dat men er niet mag te
gen opzien het sprierinkje uit te gooien, wanneer er
maar eenige kans bestaat, in welke mate dan ook,
dat de kabeljauw gevangen zal worden.
Laat mij U dit na'der toelichten. Onze gemeente be
staat uit zeer uiteenloopende bestanddeelen. welke
elk weer andere belangen hebben. Ik denk hierbij
in de eerste plaats aan datgene, wat vroeger slechts
de aandacht vroeg, nl de veeteelt. Daarbij is gekomen
de bloembollencultuur en het vreemdelingenverkeer,
waarmede samenhangt de ontwikkeling van het had-
en strandwezen en het vestigen van een autobus-
dienstonderneming. Bij deze verschillen komt nog het
gesplitst zijn der gemeente in drie deelen met een
betrekkelijk gering onderling verband, welke zich
weinig verheft boven de officieele band. De daaruit
voortkomende moeilijkheden zullen naar het mij
voorkomt, niet verminderen, doch eerder vermeerde
ren. Het zal voor U leden van den Raad, wonende in
Kroegras. noodzakelijk zijn, zich de belangen van het
dorp. fde badplaats) in aile opzichten aan te trekken,
terwijl omgekeerd de anderen Koegras niet mocen
vergeten, terwijl ook Groote Koeten in deze
belangensfeer betrokken dient te blijven en ook
daar de mogelijkheden voor de toekomst niet onder
schat mogen worden. Het spreekt vanzelf dat ik bij
dit alles vooropstel de behartiging van de belangen,
die ons allen raken.
Om een greep te doen zou ik Uwe aandacht willen
vestigen o.a. op de volgende onderwerpen;
Het ontwerpen van een uitbreidingsplan in ver
band met de plaatsing van villa's, burgerwoningen,
arbeiderswoningen en houten zomerhuisjes en in
verhand daarmede den aanleg van wegen, eventueele
aankoop van grond of onteigening, kortom het in
goede banen leiden van een systematische bebou
wing, roede uil eau oogpunt van uiterlijkeu welstand,
waaraan in elk opzicht de hand moet worden ge
houden.
De regelingen met het oog hierop, aan te gaan met
het Departement van Waterstaat.
De vaststelling van een bouwverordening voor hou
ten zomerwoningen.
De exploitatie van het strand.
De verzorging van het onderwijs, mede in verband
met den verhouw van de O. L. school.
Het invoeren van een gemeenschappelijken school-
artsendienst.
Het vaststellen van een geheel nieuwe politiever
ordening, thans nog in voorbereiding.
Op deze wijze zou ik door kunnen gaan, waarbij
niet uit het oog mag worden verloren een zorg. welke
dezen winter ons extra zal bezighouden, nl. het
werkioozenvraagstuk. waar wij in de tegenwoordige
omstandigheden niet te licht over mogen denken en
waarhij we toch wel degelijk in het oog dienen te
houden dit vraagstuk ook eens te bezien niet alleen
van de zijde van de werkloozen, maar ook van die
van de zoogenaamd beter gesitueerden, waarbij de
betere situatie, zooals het er op het oogenblik voor
staat, op zijn minst genomen problematisch mag wor
den geacht.
Naast dit alles, mijne Heeren. vraagt de gewone
gang van zaken door de steeds uitgebreider en in
gewikkelder voorschriften Uw arbeid en zorg. Is dit
alles van belang voor U allen, meer in het bijzonder
zal een beroep worden gedaan op de heide heeren,
die straks tot weihouder zullen worden benoemd.
Moge het ambt van wethouder dan ook nog een eere-
baantje heeten, de heeren zullen aan het genieten
van die eer toch moeten paren hun werklust en toe
wijding en niet zoo heel weinig tijdsopoffering voor
de behartiging van de gemeentebelangen.
Mijne Heeren. moge het U gegeven zijn onder de
zelfde aangename samenwerking, als in de afgeloo
pen periode, nl moge dan ook ln vele opzichten de
algemeene economische toestand remmend werken,
met lust en opgewektheid wcrkjgam te zijn 111 het
welbegrepen belang van onze gemeen ie. Hiermede
verklaar ik 1' als lid van den Raad der gemeente
Callantsoog geïnstalleerd.
Wethouderskeuze.
Tot wethouders worden gekozen de heeren: H.
Kruisveld met 6 stemmen en 1 blanco en S. Kooger
met 6 stemmen en 1 blanco. Beide heeren nemen de
benoeming aan.
Voorzitter stemt het tot buitengewone vreugde, dat
beide heeren zijn herbenoemd. Prettig is samenge
werkt en het is goed dat die goede samenwerking
blijft bestaan. Met ons drieën, zegt Voorzitter, zullen
wij blijven werken in het belang der gemeente.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
Medegedeeld wordt dat naar aanleiding van het
voorstel van M. Vries, om de pachten van de stort-
gronden verlaagd te krijgen, een onderhoud heeft
plaats gehad met den ontvanger der registratie te
Schagen. Deze deelde mee, dat er kans op verlaging
was wellicht, als door de pachters in een exploitatie
rekening kon worden neergelegd, dat ze vanaf 1927
tot 1931 verlies hadden geleden. B. en W. meenen, dat
waar deze pachters veelal voor producten voor eigen
gebruik de stortgronden pachten, en niet voor han
delsproducten en dus over die -4 jaar heel moeilijk
een rekening is over te leggen, zij voorstellen, voor
al omdat er nog maar 1 pachtjaar is, de zaak te la
ten rusten. Dan kan namens de pachters door 4c ge
meente worden opgetreden.
De heer Vries oordeelt, dat de meeste pachters
handelsproducten verbouwen, dus het voor hen niet
moeilijk zal zijn het verlies aan te toonen.
Met 6 tegen 1 stem wordt besloten om toch alle
pogingen aan te wenden om tot verlaging van de
pacht der stortgronden te komen.
Omtrent de gratificatie aan den klokkenist voor
meerder werk door het zeer onregelmatig loopon van
het torenuurwerk, waarover B. en W. zich in ver
binding hadden gesteld met den leverancier, om door
dien de kosten daarvan te laten dragen, is geant
woord, dat deze leverancier buitenslands is.
B. en W. hebben nog inlichtingen gevraagd om
trent de centrale verwarming in de openb. school
door middel van olie. Waar deze instaHatie niet te be
kostigen is uit het uitgetrokken oedrag, kunnen B.
en w. daartoe niet overgaan.
Ged. Staten hebben goedgekeurd de overname door
het Algem. Burger!. Armbestuur van dc woning van
mej. I.eijen-Kind.
Verder volgen nog eenige mededeelingcn over het
vormen van werkingsfeeren tusschen dc destructors
te Barsingerhom, Midwoud en Purmerend.
Ged. Staten hebben goedgekeurd dc gewijzigde be-
grooting 1931; eveneens verkoop grond aan het Alg.
Armbestuur en uitgifte erfpacht van grond anti den
heer Tuinman te Schagen.
Voorzitter deelt mee, dat van den Inspecteur der
Dér. Bel. bericht is ingekomen dat het totaal van
Gem. Inkomstenbelasting bedraagt f 15997.57. Dit is
zegt Voorzitter, een, meevaller van f 3107.57. De op
centen der Vermogensbelasting bedragen f.'5S7.—
Meegedeeld wordt, dat de naam van het Stadszie
kenhuis te Alkmaar is veranderd in Centraal Zieken
huis.
Door de Middenstandsvereeniginc te Schagen is ge
vraagd f 10.per leerling voor de Winterhandels-
avondschool en f 10.voor den cursus voor winkel
personeel. Bij de begrooting te behandelen.
De commissie voor het rijden van schoolkinderen
met slecht weer, vraagt f50 subsidie. Dit te behan
delen bij de begrooting. Er zal evenwel een reke
ning en verantwoording moeten worden overgelegd.
De heer P. ten Boekei klaagt in een adres over den
rommel kuil, waarin ingewanden, papier enz. wordt
geworpen en veel stank verspreid.
Voorzitter zegt, dat dit adres zeer onsympathiek is,
adressant had even ter secretarie kunnen komen en
de zaak was in orde gekomen. Het adres wordt gege
ven ter afdoening in handen van den vuilnisman.
Voorzitter deelt mee, dat de conferentie over de
ellen i
r over)
•edget
iseenJ
ingen
ing, 2i
ring
NAAR HET ENGELSCH VAN
ad
er kil kchte zachtjes en met iets van apwinding.
reek
Ach wel d t je er van zou walgen. Maar het is een
kom« Br*erk, dat valt niet te ontkennen. Het zou zonder
in U 'n het Salon worden opgehangen en lk ben er
iie 1* van overtuigd er een fortuin mee te kunnten ver
ft in Frankrijk De naam er van is „Verdorvenheid."
oljca het alsjeblieft weg," riep Tiggie uit. „Het is
,13 du *e#tachtigs. Hoe kom je er ln 's hemelsnaam toe
p aar walgelijke dingen op het doek te brengen?"
doet d Wei*k maak ik zelf niet," zei Harvey eenvoudig.
0(.r 3 »e doet aan geboorte en dood denken; die dingen
wori 10 vanzelf."' Hij zette het schilderij weer op den
legde den doek er over heen.
5epM "*n het werk goed en wel af was, werd lk normaal
bosch! *ong het tot me door wat ik gedaan had. Ik was
gelea ccn men3ch.Ik nam geen verdoovlngsmiddelen mee
*onk een tijdlang, en daarna herstelde ik. Toen lk
[W*»gheld van vijf maanden naar Janet terugkeerde
Savoel alsof ik een zware ziekte achter den
«M- Ik moet echter eerlek bekennen, dat ze zich
achug behoorlijk tegenover me gedroeg. Ze is een
ntenseh, hoewel ze me natuurlijk heelemaal niet
BW r u is maar S^ukkig ook- want het zou af-
m». l'i*6.1*" ,ndien d't het geval was. Ze behandelt
tiek*v Cen ®t'nd' dat t€ veel ge«noept heeft en
een geworden, en tot op zekere hoogte heeft
4»r»7ui. Ik zou nooit begrijpen en sympathie
Perioden kunnen v»rdra o-en
IPWtodft» kunnen verdragen
leid n V' "Ttegie langzaam. Een volmaakte
M l us "*anet's attractie voor hem. „Je bent
JDCST^Ï M
'Oor d*t e.n overtuigd." zei Harvey. „Stel je eens
'Jftischuweirtk u7UW met hitellect tegenover een dergelijk
fr*"chrikkelHk»HvWain te staan- Dle gedachte is al to
in rirn 00» verscheen een eigenaardige uitdruk
j boek v»n h«t 'n en verschoof een paar ezels ln den
-En nu m ju met een ongeduldig gebaar.
*°°P«n jaar w en zien hoe dwaas ik in het afgc-
aotenb'iik kw terwyl ik wachtte op inspiratie. Op het
*tritelijk tot nle'.s ln staat zijn, maar
toestand wei gauw veranderen.' Hij
liep weer op Tiggie toe met een klein schilderij in de
hand. „Misschien interesseert het je dit te zien. Het is
de studie van een meisje dat ik in een cabaret zag dan
sen een allemachtig ondeugend ding, maar tot op
zekere hoogte een zielig schepseltje."
Even wachtte hij om daarna te vervolgen. „Ik heb er
geen flauw idee van hoe het publiek dit werk zal op
nemen. Goed of slecht? Alles is te verwachten, want het
bezit mogelijkheden in beide richtingen."
„Groote God Mompelde Tiggie weer en daarna
staarde hij zulk een langen tijd zwijgend voor zich uit,
dat Harvey hem verwonderd aankeek.
„Wat mankeert jou, oude jongen? Voel je je soms
niet lekker?"
Tiggie ontdekte verschillende studies van dezelfde
vrouw, ln de gracieuse pose van een danseres volmaakt
van vormen met een houding die een en al bekoring
was. Op een der teekeningen leek het alsof er vleugels
achter haar waren, doch op een ander stuk papier ont
braken die weer. Een volgende vertoonde enkel en alleen
het hoofd en op deze beeltenis bleef Tiggle's aandacht
het langst gevestigd.
„En hoe luidt de uitspraak?" vroeg Harvey tenslotte
op ongeduldigen toon. „Is dit ook walgelijk?"
„Nee." zei Tiggie. Hij sprak langzaam, maar er was
een heftige klank in zijn stem. Het is je moet er iets
behoorlijks van maken. Die vrouw lijkt op iemand die
ik ken. Verknoei dat schilderij alsjeblieft niet. Harvey.
Maak haar zooals ze is bekoorlijk en mooi."
„Hallo, oude jongen. Ken je haar soms?"
Er kwam een smartelijke uitdrukking in Tiggie's
oogen. „Ze is niets voor me." zei hij heesch. ..Niets
dat wil zeggen, slechts een bekende. De mogelijkheid
bestaat dat jij niet eens de gelijkenis zou ontdekken.
Maar volgens mij volgens mij hij hield op en
soheen naar woorden te zoeken. „Noem dat schilderij
„Aquamarine" Harvey."
„Een prachtige naam. Uitstekend gekozen."
Tiggie stond op. Hij beefde over zijn geheele lichaam,
maar hij wilde zich goed houden en het gelukte hem
zelf3 te glimlachen. „Ja, die naam is bijzonder goed,"
zei hij. „Ik heb de reis van Indië of met haar gemaakt,
dus kon ik zeker wel een naam voor haar bedenken.
Aquamarine is prachtig. Ik begrijp niet waarom ik daar
aan niet eerder gedacht heb."
Harvey stond hem nog steeds met een eigenaardige
uitdrukking in zijn oogen op te nemen. „In orde, Tig
gie," zeihij tenslotte. „Ik zal het schilderij zoo noemen,
doch op één voorwaarde."
„En. die is?" vroeg Tiggie. Het duurde eenige secon
den voordat Harvey sprak, en intusschen waren zijn
oogen nog steeds strak op Tiggie gericht.
„Dat je me meeneemt als je haar ontmoet." zei hij.
Tiggie liet een bitteren lach hooren. „Je verlangt het
onmogelijke," zei hij.
HOOFDSTUK V.
DE BRIEF.
In de volgende dagen deed Tiggie verschillende dingen
in Harvey's gezelschap, die geenerlel indruk bij hem
achter lieten. Ze vischten. roeiden en luilakten tezamen
en elk der twee mannen wachtte op zijn eigen manier
op een bericht of teeken dat niet kwam
Ze had beloofd te schrijven, doch de dagen verliepen
in weken, en nog steeds hoorde Tiggie niets. Natuurlijk
had hij naar Spot's clubadres kunnen schrijven, maar
dat deed hij niet. Hij had geen enkel motief hem te
schrijven en bovendien was Spot druk bezig naar hui
zen te kijken.
Later zou hij wel Iets van zich laten hooren; hU be
greep dat hij op het oogenblik geduldig moest probeeren
te wezen. Hij deed dan ook zijn best de noodige belang
stelling te toonen voor Janet's pluimvee-fokkerij, als
Harvey hem geen afleiding kon bezorgen, en hij maakte
lange, vermoeiende wandelingen.
Er viel bitter weinig ln Coltham te doen. daar de
huizen ver van elkaar afgebouwd waren en de bewoners
zoo goed als niet uitgingen. De oude dominee en zijn
vrouw maakten eenmaal in het jaar visites, en soms
sloegen ze ook wel eens over. Een oude collegevriend van
Harvey lag met zijn Jacht in de „Broads" op een afstand
van vijf mijlen van de farm verwijderd en Harvey had
tot gewoonte genomen eenige weken in den zomer bil
hem door te brengen. Doch ditmaal scheen hU volstrekt
geen haast te hebben dit jaarlijksch bezoek af te leggen.
„Ik denk dat Ik maar heelemaal niet ga," gaf hij te
kennen, toen Janet hem er naar vroeg. „In leder geval
zou het een beetje al te wreed wezen Tiggie met jou en
de kippen alleen te laten."
Hierop vond Janet het noodig, bedaard te antwoor
den, dat het heusch niet zooveel gezelliger was als hij,
Harvey, thuis was. Daar het haar evenwel duidelijk
bleek, dat Tiggie er bitter weinig voor voelde een
groot gedeelte van zijn dag te besteden met het maken
van bezoeken In de buurt, kwam het er niet zoo erg
op aan. Ze had al dadelijk gemerkt dat de verandering
welke er met Tiggie had plaats gevonden, niet enke!
en alleen zijn uiterlijk betrof. Deze ging dieper, dat
viel niet te ontkennen. Janet had echter nooit tot ge
woonte gehad menachen uit te hooren en ze beweerde
ook altijd meer dan genoeg met haar eigen huishouden
en fokkerij te stellen te hebben, zoodat ze de lasten
van anderen er niet bij kon dragen.
Wellicht was hij zoo veranderd, veronderstelde ze,
omdat hij thans zijn jeugd achter zich gelaten had en
meer man was geworden.
En wat Tiggie betreft, hij zou het gemakkelijker
hebben gevonden Harvey ln vertrouwen tc nemen, in
plaats van Janet; niettemin deed hij het een noch het
ander Hij ging uiterlijk kalm zijn weg, hoewel hij in
wendig door een vuur verteerd werd. Soms trachtte
h|j zich wijs te maken, dat de pijn en het verlangen
wat minder werd, maar hij wist slechts al te goed
dat hij zich zand in de oogen strooide.
Hij verlangde op een wanhopige manier naar Viola,
en hij had nimmer kunnen vermoeden, dat haar af
wezigheid hem dusdanig zou aangrijpen. Er waren tij
den dat hij zich zelfs schaamde over zijn zuiver licha
melijk verlangen naar haar. want haar beeltenis ver
scheen hem voortdurend voor oogen. Zelfs ln zijn droo-
men vervolgde ze hem en meermalen werd hij "s nachts
wakker met haar naam op de lippen.
Daar hij dan toch verder niet meer sliep, stond hij
heel vroeg op en maakte lange wandelingen, en bij een
van deze gelegenheden vroeg hij zich eensklaps met
Iets van wanhoop af, of hij de eenige was die aan een
dergelijk overweldigend verdriet ten prooi was. of zou
Viola zich ook ongelukikg voelen? Hij was er diep in
zijn hart ten volle van overtuigd, dat ze hem zoo noo
dig had gehad. De gedachte aan haar hulpeloosheid
Het zich eenvoudig niet verjagen. Indien die cr niet ge
weest was, dan had hij zijn verdriet wellicht beter kun
nen dragen. Hij hield zich echter voortdurende voor
dat ze hem nog steeds noodig had. maar dat ze ta
trotsch was om het ehm te laten weten.
Dien eersten dag in Harvey's atelier was hij er ze
ker van geweest dat hij binnen enkele dagen Iets van
haar zou hooren. Dit was niet geschied en nog steeds
had hij geen bericht van haar gekregen.
Hij kon zich niet Indenken dat ze het thans geheel
en al zonder zijn hulp kon stellen; bovendien had ze
plechtig beloofd hem te zullen schrijven.
Hij was er zich niet van bewust dat Harvey op da
een of andere manier op hem rekende hem een onder
werp voor zijn eerstvolgend schilderij te verschaffen,
en de laatste was zoo handig dit niet tc laten merken.
Tiggie verjoeg ook met geweld de herinneringen aan
die half-voltooide teekeningen van Harvey. De vrouw
die hij geteekend had en ln een cabaret aantrof, ver
toonde toevalligerwijze een zeker gelijkenis met Viola;
dat was alles.
Wordt vervolgd.