Ingezonden Stukken.
Actie tegen het wetsontwerp-
Te r p s t r a.
Dr. Bendien's kankeronderzoek
Bloedtransfusie.
China's ellende.
Wissel te vroeg overgehaald.
Ernstige aanrijding.
Smokkelaars doodgeschoten.
De Paus over den nood
der armen.
PlVer
ii 1
Het gestolen luchtballonnetje
De geschiedenis van twee deugnieten.
Mijnheer de ned..
Beleefd vraag ik nogmaals eenige ruimte in uw
blad, als antwoord op het met buskruit geladen stuk
van G.
G. heeft blijkbaar het gezegde: „Zoo de wind waait,
waait mijn rokje", nis lijfspreuk genomen, want
„•lapt u ntijn artikel aan uw laars" en even verder
geeft u mij gelijk!
Werkelijk, dat is le klas kinderstoHgepraat. Ik denk
dat G. 'n kattig juffertje is, gesminkt en met dolle
bakvisch-idéetjes, want een man schrijft zooiets niet,
volgens mij!
Waarom durft u uw naam niet te noemen. Enfin,
op dergelijke stukken antwoord ik niet meer, wel flls u
gezonde praat heeft. Wat mijn artikel betreft, niet
één woord neem ik hiervan terug; het is m ij n mee
ning en i k noem u mijn naam.
Indien u nogmaals zulk geblaf wilt laten hooren,
schrijft uw naam en niet met 'n kinderachtig, nietszeg
gende letter G.
BUISMAN.
Waarde Redactie,
Vergun nij s.v.pl. een stukje in uw veelgelezen blad,
bij voorbaat mijn dank.
Met deze voel ik mij gedrongen om enkele opmer
kingen te maken wat betreft de Raadsvergadering van
Zij po, Maandag 28 Sopt. 1931. Met verwondering las
ik daar een verzoek van den heer C. Broens, om een
tegemoetkoming in den koopprijs van het door hem
gekochte bouwterrein. B. en W. stelden voor om adres
sant een restitutie van f 132.25 (262.50 M2. grond
a f0.50 per M2.) te geven.
Voorzitter lichtte toe, dat B. en W. daar niet voor
hadden gerekend.
Maar, vraag ik mij af, hebben B. en W. daar wel re
kening mede te houden en als dat wel het geval is,
uit billijkheidsoogpunt, wees het dan voor allen uit
uw gemeente!
Daarom zou ik B. en W. in overweging willen ge
ven: Geef don ook de f 193.aan de werktrs voor het
vergrooten van de begraafplaats, die er toch zeker
recht, op hebben, daar B. en W. er toch goed voer
spraken.
Of denkt het college dat die personen dat hout
voor een steiger en het draagbaar spoor voor niets
kregen. Neen heeren zoo is het niet. Of denkt het col
lege soms: het zijn maar arbeiders.
Daarom doe ik een beroep o§ alle raadsleden van
de gemeente Zijpe. bedenkt u nog eens goed en u
zult tot de overtuiging komen en zeggen: ja, die wer
kers hebben er het volste recht op.
Behandel het nog eens in de eerstvolgende raads
vergadering en geef hen dan die f 195.—
K. DE GRAAF.
Oudesluis, October 1931.
Op initiatief van het Iloofdestuur van „Volkson
derwijs" werrf Zaterdag 3 ctober 1931 te Amsterdam
een vergadering gehouden van vertegenwoordigers
van onderwijs- en onderwijzersverecnigingen, poli
tieke partijen en vnkccntralen, voorstanders van open
baar onderwijs.
Dool van de bijeenkomst was, zoo mogelijk te ko
men tot een eensgezind optreden tegen verschillende
der voorgestelde wijzigingen van de Lager Onder
wijswet 1920, die ten nadeele zullen zijn van het on
derwijs en speciaal van het openbaar onderwijs.
Voor deze vergadering bestond groote belangstel
ling. Vertegenwoordigd waren: het Ned. Onderwij
zers Genootschap, de Bond van Ned. Onderwijzers, de
M.U.L.O. Vereeniging. Volksonderwijs, de Maatschap
pij tot Nut van 't Algemeen, de Ned. Ouderraad, het
Landelijk Comité voor Openbare School, de Vrijheids
bond. de Vrijzinnig-Democratische Bond, de S.D.A.P.,
de Comni. Partij Holland, het Ned. Verbond van Vak-
vereenigingen, de Ned. Vakcentrale en het Ned. Syn
dicalistisch Vakverbond.
De Vereeniging van Hoofden van Scholen had be
richt gezonden, dat zij hoewei sympathiseerende
met de bedoeling niet aan de bespreking zou deel
nemen, omdat zij meende met het door haar aan de
Tweede Kamer gezonden adres te kunnen volstaan.
Het Nat Arbeidssecretariaat, dat bericht had gezon
den aanwezig te zullen zijn, had geen vertegenwoordi
gers gezonden.
Do vergadering stond onder leiding van den heer
Klaas de Vries, Hoofdbestuurslid van „Volksonder
wijs".
L'it de gehouden besprekingen bleek, dat algemeen
gevoeld werd, dat juist in een gemeenschappelijke
actie op de hoofdpunten van het onderwerp deze
nader vast te stellen op de meest vruchtbare wijze
tegen de nadeelen bij dit Wetsontwerp, het onderwijs
in het algemeen en ehet openbaar onderwijs in het
bijzonder aangedaan, kan worden opgekomen.
Aan het Hoofdbestuur van Volksonderwijs werd op
gedragen een ontwerp program samen te stellen, dat
aan de bovengenoemde verecnigingen. ter nadere be
oordeeling zal worden gezonden.
F.en plan voor de alp< meene actie voorgesteld door
„Volksonderwijs", werd in principe reeds aanvaard.
VERNIETIGEND OORDEEL NA ONDERZOEK TE
LEIDEN.
„Het werk van arts Bendien heeft geen
waarde en berust op een aaneenscha
keling van fouten en vergissingen".
Het Persbureau Var. I)ias meldt:
Wij zijn thans in staat do uitkomsten mede te dee-
len van t in het laboratorium voor kankeronderzoek
van het Instituut voor preventieve Geneeskunde te
Leiden door Dr. de Bruine Groeneveldt en de Krom
me. met medewerking van een scheikundige en een
natuurkundige verrichte controle-onderzoek, dat he-
den in de geneeskundige pers wordt gepubliceerd.
Men heeft in Leiden 360 zieke en gezonde menschen
onderzocht, dank zij de medewerking van alle hoog
leer.» ren, van den Chef van den militairen-genees
kundigen dienst en de directie van de Bijenkorf.
Hierbij zijn, evenals de Kngelsche, ook de Nederland-
sche onderzoekers tot de slotsom gekomen, dat het
werk van arts Bendien geen waarde heeft en berust
op een aaneenschakeling van fouten en vergissin
gen. Uit dit onderzoek blijkt tevens, dat de bezwaren,
die arts Bendien begin September bij een persgo-
sprek, dat een onzer (Vnz Dias) redacteurs met hem
had. opperde tegen de Kngelsche uitkomsten, niet
steekhoudend blijken. Bij navraag is ons voorts ge
bleken. dat de I.eidsche onderzoekers zich met arts
Bendien tijdig in verbinding hebben gesteld, maar
deze zijn belofte over te zullen komen en zijn eigen
chemicaliën te zullen zenden, niet heeft gehouden.
Deze heeft wel materiaal ter beschikking gesteld
van de heeren van het izekenhuis te Londen met het
reeds genoemde resultaat.
Ken deskundige beantwoordde ons de vraag, hoe
het Bendien don mogelijk was uit 20 of 30 patiënten
de kankerlijders aan te wijzen als volgt: alleen bij
duidelijke kanker zijn de verschillen ten aanzien van
de verhoudingen bij gezonde personen zoo groot, dat
men als regel- met de reactie van Bendien evenals
met de vele andere kankerreacties de kankerlijders
wel kan aanwijzen, maar dat heeft voor dé practijk
geen waarde; als men uit een groote massa lijders
aan de meest verschillende kwalen knnker moet aan
wijzen, laat de methode van B. in den steek.
HET IS LANG ZOO HELDHAFTIG NIET ALS
MEN WEL DENKT.
Iemand, wiens beroep het is, beschrijft zijn ervaringen.
Men beschouwt soms iemand, die zijn bloed geeft om
het leven van een zieke of gewonde te redden, als een
held of als iemand, die zich onbaatzuchtig voor zijn me-
demenschen opoffert. Dat ls geheel ongemotiveerd. De
transfusie is voor ons heusch niet zoo schadelijk of ver
zwakkend als men zou denken en menigeen is blij, op
deze wijze nog wat te verdienen. Ons beroep zou door
meer dan de helft der menschheid kunnen worden uit
geoefend en verelscht dus geen ongewoon groot lichame
lijk weerstandsvermogen. Vandaar dat in vele gevallen
bloedverwanten van den patiënt onze plaats innemen,
iets wat voor ons minder aangenaam is, want ook bij ons
is het aanbod grooter dan de vraag en bovendien moet er
tusschen twee bloedtransfusies gerulmen tijd verloopen
Ik weet niet, hoe het anderen vergaat, doch als ik voor
een bloedtransfusie ontboden word door het ziekenhuis,
waaraan ik voor dat doei verbonden ben, is dat voor mU
een zeer goede tijding.
Het lichaam moet op krachten komen.
Behalve bloedverwanten stelt zich in spoedelschendo
gevallen ook wel Iemand van het verplegend personeel,
de behandelende dokter zelf of een lichte patiënt uit het
ziekenhuis beschikbaar. Dit gebeurt in de gevallen, waar
in ook het geringste tijdverlies ernstige gevolgen zou
kunnen meebrengen. Ook deze personen beschouwen het
volstrekt niet als iets buitengewoon verdienstelijk, hun
..levensvocht" af te staan, opdat het verder „in een an
ders aderen vloeit". Doch het publiek heeft er nog altijd
een romantische bewondering voor. Het vergeet zelfs,
dat reeds na enkele dagen het vreemde bloed niet meer
door de aderen van den patiënt vloeit. Diens lichaam
verwijdert de niet daartoe behoorende vloeistof zoo spoe
dig mogelijk weer met de andere stofwisselingsproducten
Hoeft het lichaam in dien tusschentijd zelf genoeg nieuw
bloed gevormd, dan is de transfusie geslaagd en kan höt
verder op eigen kracht voeding der weefsels, bloedsom
loop. bestrijding van parasieten, en andere levensver
richtingen onderhouden op normale wijze.
Als het mislukt
Niet altijd gaat het zoo goed. Dan oefent de transfusie
weliswaar steeds een gunstlgen invloed uit doch er
wordt geen blijvend resultaat verkregen. De toestelien
zijn thans zoo geperfectionneerd, dat er overigens aan
de transfusie niet het minste gevaar verbonden is voor
de beide betrokkenen. Voor den arts is het dan ook een
zeer eenvoudige zaak om een transfusie te verrichten.
Hij let dan nog het meest op den patiënt die het bloed
ontvangt: bij groote hoeveelheden treden nJ. wel eens
na verloop van eenige minuten lichte koortsen op. die
dadelijk onderdrukt moeten worden. Transfusie wordt
toegepast bij bepaalde bloedziekten, o.a. Leukaemie en
anemie, bij sepsls, voor en na operaties, die met sterk
bloedverlies gepaard gaan en wanneer iemand door een
ongeluk of door verbloeding, darmbloedingen e.d. veel
bloed heeft verloren. Ik heb nu meer dan twintig geval
len meegemaakt, waarbij mij bloed werd afgetapt en het
heeft mij. hoewel ik niet buitengewoon krachtig gebouwd
ben, nooit kwaad gedaan.
„Hoe meer hoe liever!"
Ik herinner mij onder de patiënten vooral de eerste,
een oude boerin. Nu is een bloedtransfusie niets bijzon
ders meer voor mij, doch toen ik het voor het eerst mee
maakte, was ik bij alle vertrouwen in de kundigheid van
den dokter toch min of meer onder den indruk, zoodat
ik de overgebrachte hoeveelheden niet zorgvuldig genoeg
meetelde. De beide doktoren en de verpleegster, die voor
de transfusie zorgden, hadden er echter ook niet precies
op gelet en toen do dokter op een zeker oogenbllk vroeg:
„Zuster, zijn het er geen achttien", wisten ze het geen
van drieën precies. Ik dacht: een en twintig, maar lk
wiet het niet zeker en hield mijn mond. Alleen het oude
vrouwtje liet haar gele tanden zien en zei met een ver
genoegden glimlach: „Tien, dokter, ik weet het zeker.
Tien en niets meer". Zij was de eenige. die volhield en
het „zeker wist", dus werd zij geloofd. Maar het gevolg
bleef niet uit Zij kreeg een flinke koortsaanval, en toen
de koorts geweken was, gaf zij eindelijk kleintjes toe,
dat ze gejokt had, uitgaande van de beproefde stelling:
hoe meer, hoe liever. En meteen had zij al een verkla
ring bij de hand: „Dat studentenbloed is me te wild."
Toch verlangde zo den volgenden keer den student met
het wilde bloed en niemand andera
Het ls mijn gewoonte, steeds den volgenden dag naar
de patiënt te komen kijken. De dokters zien het graag,
want al is er na bepaling van de bloedgroep, Wasser-
mannproef, agglutlnatieproef e.d. niets tegen een bepaal
den bloedgever in te brengen, de patiënten hebben toch
graag iemand, die hun ook persoonlijk sympathiek ls.
Er had weer eens een transfusie plaats gehad en de
dokter, die mij goed kende en wist, dat ik gezond was.
had mij niet weer speciaal onderzocht Ikzelf voelde mij
ook goed en was eigenlijk vergeten, dat ik dien dag
eenige malen geniest had. Den volgenden morgen zou ik
juist bij den patiënt komen, toen ik den dokter hoorde.
Hij gaf de verpleegster een standje, omdat zij den patiënt
kou had laten vatten. Toen hij mij echter zag met mijn
intusschen verergerde verkoudheid, veranderde hij van
gedachten. Hij was zelfs bang dat ik griep had. Het was
echter niets en gelukkig ondervond ook de patiënt geen
nadeelige gevolgen van de lichte infectie.
Onprettige gevolgen.
Een andere transfusie liep minder goed af, tenminste
voor mij. Ik was 'b nachts uit mijn bed naar het zieken
huis gebracht, want er moest onmiddellijk een transfusie
plaats hebben. Nog slaapdronken werd mU 700 c.c. bloed
afgenomen en om twee uur lag ik weer op mijn stu
dentenkamer in bed. Plotseling overvielen mij koude
rillingen: drie uur lang klappertandde en beefde lk op
een meer dan onaangename manier. Toen kreeg ik hooge
koorts, sliep in en werd laat wakker, zeer vermoeid,
doch volkomen gezond. Wat was het geval? Ik schijn
den vorigen dag kou gevat te hebben, doch de gevolgen
daarvan pas te hebben ondervonden, nadat mijn weer
standsvermogen tegen de bacillen was verminderd door
de voor mijn gewicht van 60 Kg. zeer belangrijke bloed-
aftapping. Tegen den morgen had mijn lichaam den
aanval echter weer overwonnen en waar mijn bloed *een
bijzonder herstellingsvermogen bezit, was itg over de na-
deelige gevolgen van deze transfusie spoedig heen. De
patiënt had in dit geval niet de minste klachten.
nood de menschen tot vertwijfeling brengt m
verzocht den aartsbisschoppen en bisschoppen
alle middelen erop aan te sturen, dat de
haat onder de volkeren ophoudt, die gewejSj
gaven voor de bewapening veroorzaakt, wa&nw
langrijke sommen gelds aan de algenieene
worden ontnomen.
Dood en vernieling door hetwat^
Hongersnood onvermijdelijk.
Vijftig miilioen personen dakl^
BIJ HET WAS SMELTEN.
Man en vrouw in brand.
In de woning van den heer P., in de Raadhuisstraat
te Blaricum, heeft Zaterdag een ernstig ongeval plaats
gehad. In de keuken was men bezig met het smel
ten van wrijfwas. Plotseling vloog de inhoud van de
pan in brand. Toen de heer P. het vuur wilde blus-
schen, vatten zijn kleeren vlam. In zijn verbouwe
reerdheid gooide hij het brandende pannetje naar bui
ten, ongelukkigerwijze tegen mevr. P., die op zijn
hulpgeroep was komen toeloopen. Ook haar kleeren
vatten vlam. Hoewel men onmiddellijk de brandende
kleeren losscheurde, liepen beide ongelukkige brand
wonden op. In ernstigen toestand werden zij op last
van een geneesheer naar het SL Jansziekenhuis te
Laren vervoerd.
Ontsporing te Veenendaal.
Bij het rangeeren van een goederentrein op het sta
tionsemplacement te Veenendaal zijn Zaterdagmid
dag om ongeveer kwart over twaalf vermoedelijk
door het te vroeg overhalen van den wissel, drie
goederenwagens ontspoord, waardoor de hoofdlijn
werd versperd. De juist aankomende trein van de
richting Amersfoort kon niet doorrijden. Na ongeveer
een half uur kwam een hulptrein van Resteren, zoo
dat passagiers en goederen konden worden overge
bracht De sneltrein van 1.50 werd te Resteren opge
houden, Deze zou de reis over Geldermalsen vervol
gen. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. De
materieele schade is gering.
Chanflear door slaap overmand?
Op den Terheidenscheweg bij Breda is Zaterdag
middag een wielrijder aangereden door een uit Bel
gië komenden vrachtauto, geladen met geslachte var
kens. De wielrijder C. W. B.. stalknecht bij van Gend
en I.oos, werd tusschen den auto en een boom ge
drukt en ernstig aan één der beenen gewond. Per
auto is hij later naar het St. Ignatiusgesticht overge
bracht Zijn toestand was des avonds niet onbevredi
gend. De auto is door de Bredasche politie in beslag
genomen. Do aanrijding geschiedde door de schuld
van den chauffeur; waarschijnlijk was hij door
slaap overmand.
Aan de Llmborgsche grens.
V.D. verneemt uit Aken: Zaterdagmorgen trachtte
bij Effeld, in de onmiddellijke nabijheid van het Lim-
burgsche Geldro, een bekende smokkelauto over de
Nederlandsche grens te komen. De Duitsche douane
beambten hadden den tolboom neergelaten en toen
de auto nöch voor de waarschuwingen, noch voor de
waarschuwingsschoten stopte, schoten zij met scherp.
De chauffeur werd in liet hoofd geraakt en was op
slag dood. De tweede inzittende werd gearresteerd en
nog in den loop van den dag door den rechter in
kort geding tot zes maanden gevangenisstraf veroor
deeld. In den auto vond men een zeer groote hoeveel
heid koffie en tabak.
Uit F.rkelenz wordt tegelijkertijd gemeld, dat een
douanebeambte een motorrijder, die eveneens niet wil
de stoppen, door een schot ook zoodanig trof, dat de
smokkelaar op slag dood was.
DE AANSLAG OP KONING ZOGOE.
Uitspraak ln 't proces.
In het proces wegens den aanslag op koning Zogoe
van Albanië werd de beklaagde Gjeloshi wegens po
ging tot moord tot zeven jaar, de tweede beklaagde
Gom ie wegens medeplichtigheid tot drie jaar kerker
straf veroordeeld.
Een opwekking tot naastenliefde en onder
steuning. Pleidooi voor den vrede:
Het N.T.A. seint uit Vaticaan: De Paus heeft aan
alle aartsbisschoppen en bischoppen een herderlijk
schrijven gericht, waarin hij onder anderen zegt, dat
hij zeer bedroefd is over de economische wereldcrisis,
waaronder vooral een groot aantal onschuldige kin
deren lijdt. Met het oog op den a.s. winter, die den
slechten toestand van de werkloozen nog verscherpen
zal, wekt de paus de aartsbisschoppen op om een
kruistocht van naastenliefde en ondersteuning te or-
ganiseeren en hun invloed op zoodanige wijze aan te
wenden, dat zij de materieele en moreele hulp ver
krijgen. noodig om te verhinderen, dat de economische
De ellende in China is thans ten top gesteg^i
aanhoudende burgeroorlogen, die aan het landt»
delijk alle levenssappen onttrokken, hebben tb
oen catastrofe veroorzaakt, welke haar wedt»
niet vindt in de geschiedenis der laatste eeuwen
De overstroomingen in het Yang-Tse-gebied, vtrj
zaakt door de verwaarloozing der dijken, hebbtjj
eens zoo vruchtbare land geheel ten grond ger<
Jaren lang reeds overstroomde de Yang-Tse ded*
waar zij haar weg door baande, doch deze vlot
verdwenen weer spoedig met achterlating van
slib, dat vruchtbaarheid bracht.
Thans is er echter geen sprake van een spa
verdwijnen van het water, dat een geweldig*
vormt tusschen Hankow en Tsjinkiang. een aln
van meer dan 800 kilometer.
Veeleer zal ieder deel van de enorme vallei,
der het peil der rivier ligt en de reusachtige d«
ten, waar het water de dijken vernield heelt,
bebouwing verloren zijn, misschien voor den tijdi
een jaar, wellicht ook voor goed.
Het onmiddellijke verlies van al hun eigendot_
van hun huizen, kleeding, huisraad en voorradeni
door het water is meegesleurd, is reeds erg go»
voor de tientallen millioenen bewoners van hets»
stroomde gebied, doch de zekerheid, dat de ovt
ming voor minstens een jaar hun belet dit i
rug te winnen, vergroot nog de verschrikking
Volgens de officieele opgaven zijn thans
miilioen personen dakloos. Ofschoon de graaajfc
geweldig zijn gedaald, zal de ondersteuning
maar een half zoo groot aantal, totdat zij hun%
zaamheden kunnen hervatten, de Nankingreggj
een som kosten, welke ver boven haar finaal
krachten gaat.
De geldnood der Chineesche regeering is genuii
lijk te verklaren, als men weet, dat zelfs de
armzalige hulpverleening aan het geteisterde gek
een geweldig gat geslagen heeft in de verarmde!
neesche schatkist. De inkomsten van de Zuidet
provincies staan geheel onder het beheer der pan
ten, die deze bedragen gebruiken voor hun lege»
Noordelijke provincies hebben genoeg met zichzé
stellen, terwijl zij geheel nuttelooze troepen sok
moeten onderhouden.
In de tegenwoordige financieele wereldcrisis
buitenlandsche geldelijke hulp slechts gedi
worden verstrekt, waarbij dan nog komt, dat di:
beurtenissen der laatste dagen doen vermoeden
deze hulp lang niet overal met vreugde zal
begroet door de nationalistische jongeren, die,
gens de „Times", welke bovenstaande bijzondei
geeft, niet door de centrale regeering gecont
en geleid kunnen worden.
Een hongersnood is onvermijdelijk en de rii
hebben met haar overstroomingen meer nadeel
schade berokkend aan de boerenbevolking dan
communisten of militaire verwoestingen in de
loopen twee tientallen jaren.
pit bla<
dag f»
tentiën
de
Itfife
nirdi:
Dii i
<fe vri
econon
Macl
;meent
voor s
fp vai
jing i
TYPHOON NABIJ VLADIWOSTOK.
Zeventig schepen vermist, 15 i
V.D. verneemt uit Moskou: Uit Wladiwostok
gemeld, dat een hevige typhoon de Stille Oceaan-li
heeft geteisterd. Zeventig schepen worden vettac
twee schepen sloegen om en de 15 inzittenden
dronken.
Of
Maar nu ging hij weer aan *t racen,
Diepgebogen over 't «tuur,
Keek hij rond met arendsblikken,
En zijn oogen schoten vuur.
En hij trapte, trapte als *n dwaza
In een uur wel een veertig mijl.
En zijn jasje wapperde achter hem,
Als 'n door den wind bewogen zeil.
Het
huis
hebbe
breng
un a
einde,
toch r
Barbc
hUE
«Si
sefcri
maxt
gcii
V.
H<
terk
geer
zing
hebt
agei
met
nifc
190.
Boven 't kasteel van Langeaia gekomen,
Pim 't binnenplein heel prachtig vond.
Een mooie tuin vol kleurige bloemen,
Standbeelden stonden in het rond.
Vele mooie slanke torens rezen
In de heldere klare lucht.
Ik wou, dat ik hier kon blijven, dacht Pim
Met een diepen zwaren zucht.