DE BALKAN-REIS DER
HOLLANDSCHE PADVINDERS
TEEKENPLAATJE.
Dc stad der rozen-olie.
WU gingen met den trein r.aar Karanlik. waar
het middagmaal gebruikt werd Daartoe gingen
wij naar het grootste hotel van de stad. doch
hier had men voor een zulk g: rot aantal hon
gerige magen geen voldoende eten voorradig.
De leiders moesten maar in de keuken komen
kijken, of zy een menutje konden samenstellen.
Hiertoe werd telkens van het. cp het vuur staan
de eten, geproefd. Nu was er wel voor vijf per
sonen soep en voor zes vleesch. voor anderen
daarentegen een pudding, maar om aan allen
hetzelfde te geven, bleek onmogelijk. Vandaar
dat besloten werd over een uur terug te komen,
in de hoop, dat men voldoende bij elkander kon
scharrelen om onzen honger te stillen.
De stad der rozen-olie valt overigens niet
mede. Wij waren dan ook blij, toen wij om een
uur of vier in touring-oairs (men leze: oude
rammelkasten) stapten om over de beroemde
Ohipka-pas naar het plaatsje Gabrowo te gaan.
De auto's moesten zoo nu en dan stil houden
om water in hun puffende lendenen te gieten.
Overigens was het merkwaardig, hoe zij de steil
ste hellingen toch nog haalden.
Van Gabrpwo gingen wij weer verder per
trein naar Tirnowo, de oude hoofdstad van Bul
garije. De treinenloop in Bulgarije is zoo onge
lukkig. dat van dit plaatsje per dag maar twee
treinen vertrekken, één 's ochtends vroeg en
één om zeven uur 's avondswij namen dezen
tiein en waren pas om tien uur ln Tirnowo.
Wie schetst onze onuitsprekelijke verbazing,
teen een militaire kapel, die aan het station
stond opgesteld, het ,.Wien Nederlandsch Bloed"
speelde. Dit was weer een treffend bewijs van
de buitengewone gastvrijheid en zorg, die de
Bulgaren voor ons aan den dag legden. Ons
nachtverblijf ni., een toeristenhelm, bevond zich
circa een uur ioopen van het station af en om
die wandeling, wat te vergemakkelijken, was de
militaire kapel ons toegevoegd. Verder stond
aan het station nog opgesteld een gymnastiek-
vereenigingjongens en meisjes in witte
pakjes gekleed.
Zoo gingen Wij op weg!
Vooraan de muziek daarna wij en in de
achterhoede de gymnastiekers. Onze moeheid
was door dit alles zoo finaal verdwenen, dat wij
volgens de, uit hunne huizen komende bevol
king, nog flinker marcheerden dan de gymnas-
tiekvereeniging. De muziek was werkelijk uit
stekend en iedereen vond het jammer, toen
Wij tenslotte ons nachtverblijf bereikten. Hier
vergasten de gymnasten ons nog op eenige ty
pische Bulgaarsehe volksdansen en daarna was
het vlug taptoe.
.Mislukte ontvangst door koning Boris.
Zijne Majesteit was vermoeid.
Den volgenden dag zouden wU eerst wat gaan
roeien op de rivier, die de stad doorklieft-, maar
toen wij in eenige bootjes zaten, liepen wij al
vrij spoedig vast op de ondiepten van deze ri
vier, zoodat eenige zwemmende inboorlingen
ons weer los moesten trekken. Wij besloten het
roeien er maar aan te geven en te gaan zwem
men.
's Middags werd de trein naar Varna geno
men. waar wij tegen den avond aankwamen en
naar een school marcheerden, waar enkele klas
sen voor ons waren ingeruimd. Varna, gelegen
aan de Zwarte Zee, is het Bulgaarsehe Scheve-
ningenHier komt de upper-ten van Bulgarije
en ook uit de naburige landen de vacantie
doorbrengen. Het klimaat is hier schitterend,
altijd zon. Het kleine strookje zand echter Is
niet te vergelijken met het Hollandsche strand.
In deze plaats nu bleven wij een drietal da
gen luieren, om wat van de vermoeienissen te
bekomen. Het bleek al spoedig, dat wy niet in
staat waaien de felle strandzon langer dan een
half uur te verdragen, want de meesten van ons
begonnen ..roode kool"-kleuren te krijgen, wat
den volgenden dag nog tot pijnlijke ontvellingen
aanleiding gaf.
Om onze dank te betuigen voor alles, wat wij
van die Bulgaren ondervonden hadden, wilden
wii een boek over Holland aan koning Boris
aanbieden Nu hadden wU door bemiddeling
van ihr. De Brauw. die zich had vrijgemaakt om
ons in Varna gezelschap te houden, een uitnoo-
diglng gekregen van koning Boris om hem op
zijn buitenverblijf in Varna op te zoeken Zoo
togen wU vol verwachting naar Euxinogtad,
het mooie paleisje, waar wij precies om vier uur
verwacht werden Echter tot onze teleurstelling
hebben wij Zijne Majesteit toch niet gezien.
Dien ochtend had hU n.1 een plechtigheid mee
gemaakt, die hem zoozeer vermoeid had. dat hU
zich ter ruste had begeven. WU droegen het
boek aan den kanselier af en ontvingen eenige
dagen later een zeer vriendelijken bedankbrief
van koning 3orls Onze tocht naar het konink
lijk slot was toch niet geheel vergcefsch geweest,
omdat wU onder leiding van den hoofdtuinman
de schitterende omgeving van het paleis moch
ten bezichtigen.
WU gaan naar ConstanUnopcl. Den voet
op Aziatischen bodem gezet!
Dos nachts om twaalf uur zouden wU met de
boot naar Constantlnopel varen. Natuurlijk wa
ren wy er al eerder en nu betoonde de kapitein
van de Italiaansche boot ons de vriendelUkheid
door een dek voor ons vrij te maken en dit door
zeildoek te beschutten en van electrisch licht te
voorzien. Dit was natuurlijk heel prettig, want
MIENTJE MAAKT HET ETEN
KLAAR.
„Mientje", zei moeder, terwijl ze haar
mantel aantrok, „ik ga na nu weg om bood
schappen te doen in de stad. Om vijf uur
ben ik terug om het eten klaar te maken.
Zal je zoet zijn, vanmiddag
Mientje knikte. „Natuurlijk moe, ik zal
mijn middag best besteden, hoorzei ze.
„Gaat u maar gerust weg En ze gaf moe
een zoen en bracht haar naar de deur.
Toen het tienjarig meisje weer terug was
ln de kamer dacht ze: „Hè, wat is dat nu
vervelend voor moeder, dat ze dadelijk als
ze weer thuis komt. aan het eten moet
beginnen. En dat terwijl Ik den geheclen
middag niets te doen heb. Ik moest haar
eigenlijk wat helpen."
En toén ze nog een poosje had nagedacht
was haar plan gemaakt. „Ik ga het eten
vanmiddag klaarmaken" zei ze bij zichzelf.
En als moe dan om vijf uur thuis komt,
staat alles op tafel. Dat zal ze wat fijn vin
den natuurlijk
Zoo gedachtzoo gedaan. Mientje
stapte parmantig naar de keuken, opende de
provisiekast cn zag dat cr nog genoeg was
van alles. Meel, boter, suiker, daaraan zou ze
zeker geen gebrek hebben
Nu was echter de vraag: Wat zou ze klaar
maken. Er waren zoo veel lekkere dingen.
Mientje "dacht weer even na en begon toen
naar het kookboek te zoeken. Daar stonden
genoeg dingen om klaar te maken in en het
mooiste was, dat je er ook in kon zien hoe
je het klaar moest makon. Dat was maar ge
lukkig want Mientje wist dat eigenlijk niet
goed
Het kookboek was spoedig gevonden en
Mientje begon er in te bladeren. Laat's kij
keneen appeltaart, dat was moeilijk en
er waren trouwens geen appels ln huis. Dat
dus niet'. O Ja, dat ging beter: Zij zag een
hcele rij puddingrecepten: vruchtenpudding,
malzenapudding.ja, maizenapudding,
dat was lekker en het zou wel niet zoo
moeilijk zUn om het klaar te maken.
Geheel onder aan de bladzijde begon het
recept. „Men neme drie eieren, een kopje
maïzena. cciï"halve liter melk, een ons sui
ker", nu moest zc even het blaadje om
slaano ja, daar ging het verder: „een
flinke schep mosterd, twee kleine uitjes en
flink wat peper".
Wat gok eigenlijkmosterd en peper en
uiitfes in een pudding. Ze had cr nooit wat
van geproefd. Maar het stond er immers en
wat in het kookboek stond was goed!
Vooruit dan maar. Mientje begon suiker,
eieren, melk, mosterd en peper op te zoeken.
Nu de uitjes nog. Die waren ook spoedig
gevonden en de kleine kookster deed nu alles
bij elkaar ln een pannetje en zette dit op
het gas. „Roeren tijdens het koken" stond
nog onderaan het recept. Dat deed ze, maar
tot haar groote verwondering zag de inhoud
van het pannetje drabbig bruin in plaats
van wit. Hoe was dat eigenlijk mogelijk?
dacht ze. Als moeder die pudding klaar
maakte was ze alttjd mooi wit. Enfin, mis
schien kwam dat mtcr wel.
Maar een uur later stond Mientje nog
altUd bij het pannetje, waarvan de Inhoud
er nu wel zeer zonderling uit zag. Het roe
ren had ze allang opgegeven natuurlijk.
Droevig keek zc naar de vieze bruine massa,
die daar in dat pannetje was.
Plotseling ging de deur van de keuken
open enmoeder stond op de drempel.
Mientje had haar niet eens hooren thuis
komen, zoozeer was zij onder den indruk van
haar mislukte pudding.
„Maar kind" riep moeder uit, „wat doe
Je daar nu in de keuken
En tot moeders groote verbazing begon
Mientje plotseling te snikken.
„Ja moe.... snik snik.... ik wou ik
wou U een beetje helpensnik snik
ziet Uenne toen dacht ikdatte U
het wel fijn zou vinden als iksnik
snik. de pudding vast had
Maar het is zoo vies geworden...
maar
Moeder keek ln het pannetje
verbaasd uit
„Maar lief kind. wat heb Je er dan alle
maal Ingedaan
.Noumelk en eieren en mosterd en
peper cn uitjes" zei Mientje.
„Maar hoe kom je daar toch bij Mosterd
in pudding, dat is toch al te zot."
,,'fc Stond in het kookboek," verweerde
gemaakt.
Kijk U
en riep
Een aardig handvegertje
De avonden worden langer, het weer
steeds slechter. Buiten spelen gaat niet
meer. Vroeg al 's avonds zit je in de ka
mer en dan moet je natuurlijk iets aardigs
hebben om je bezig te houden.
Ik weet watWillen jullie niet eens iets
maken voor moeder Jullie wilt natuur
lijk wel „iets" voor moeder maken, maai
wat Ik zal het jullie vertellen. Het is niet
groot maar erg makkelijk en de kosten
zijn daarbij al zeer klein
Koop in de een of andere drogisterij een
stukje heel dik touw. Zoo dik als je maai
eenigszins kunt krijgen. Je rafelt nu (zoo-
no.
als je op het eerste plaatje ziet)) het touw
aan b°ide kanten flink uit. Nu ombuigen
en de beide uitgerafelde kanten bijelkaar
brengen. Met een strikje vastbinden en je
hebt een klein tafelvegertje waarmee Je
heel handig kruimeltjes e.d. kunt opvegen.
Op het tweede figuur zie je hoe het is als
je het klaar hebt.
Moeder zal er vast blij mee zijn. Vooral
als je zegt dat je het zelf gemaakt hebt.
(Nadruk verboden).
Mientje zich. „Kijkt U maar zelf".
En moeder keek even in het boek en begon
plotseling te lachen.
„Mijn kleine, domme meid", lachte ze. „Je
hebt twee bladzijden tegelijk omgeslagen.
Kijk maar, die mosterd en die uitjes behoo-
ren bij een heel ander recept."
En door haar tranen heen moest Mientje
toch wel meelachen over deze vergissing.
„Weet je wat ik nu zal doen zei Moe, „ik
zal een nieuwe lekkere pudding klaarmaken.
Jij bent eene lieve meid hoor, dat je je moe
der zoo wilde helpen."
En zoo eindigde de middag vol mislukkin
gen toch nog prettig.
ONS MOPPENHOEKIE.
Piet: Zie je dien man daar. Henk Hij
zoekt al een half uur lang naar een gulden.
Henk: Hoe weet jij, dat 't een gulden is?
Piet: Dat is ook watIk heb 'm zelf
opgeraapt.
Miesje peinst: Toen ik nog heel klein
was. heeft moeder alle moeite gedaan om me
spreken te leeren en nu ik het kan moet ik
mijn mond houden
(Nadruk verboden.)
Daar loopt hij, de kleine vedelaar.
Daar stapt hij voort, z'n viool onder zijn
arm en zijn „hebben en hou'en" in een zak
op zijn rug.
Paolo heet hij en hij is geboren in Italië,
het land waar de zon altijd schijnt, waar de
luchten altijd blauw zijn en waar de men-
schen zoo prachtig kunnen zingen.
Paolo g'ing nooit op school. Van zijn vader
die nu reeds lang gestorven is, leerde hij op
de viool spelen. Want de oude Paolo was een
man, die schitterend spelen kon, zóó mooi,
dat je de tranen in de oogen schoten als je
naar hem luisterde.
En toen is Paolo de wereld ingetrokken.
Zijn viool onder zijn arm en zijn kleine be
zit op zijn rug.
Vrienden heeft hij nietten minste er
reist er geen een met hem
iedereen vriendelijk tegen den
zijn eerlijke bruine kijkers en
haren.
En als Paolo speelt, als hij
zijn kin zet en de strijkstok
laat glijden worden de
het is net of je de
en de boomen hoort fluisteren
Paolo speelt.
Maar als hij gespeeld
doorWandelt hij weer
en zingt een lied. En
bezitzijn weinige
enzijn poes Minct.
Zij kijkt even naar buiten
te scheppen, zien jullie wel
de reis naar de Turkeche hoofdstad duurt twee
nachten daar wy dën volgenden ochtend vroeg
te Boureas zouden arriveeren, daar den gehee-
len das blijven liggen, om 's nachts weder ver
der te vaTen
Boureas is een vervelende, leelijke havenstad,
zoodat wy Mij waren toen de schroef weer in
beweging kwam De todht door de Bosporus,
den volgenden ochtend vroeg, was onvergetelijk,
vooral toen Constantinopel in het zicht kwam,
direct herkenbaar aan dJ* vele moskeeën en mi-
narets. De douane-formaliteiten in Turkije zijn
even zorgvuldig als langdradig. Iedere passagier
moest n.1. een aantal gegevens invullen.
deze werden in een boek opgeschreven, zoodat
onze vijf en dertig jongens circa anderhalf uur
oponthoud hebben veroorzaakt. De boot-par
keergelegenheid" bleek niet al te best te zyn.
want ons vaartuig kon nieit aan de kade komen,
zoodat wij in groepjes met allerlei bootjes aan
land moesten worden gebracht. Hier werden wij
opgewacht door den graaf De Hochepied, onzen
gezantschapssecretaris in Turkije, die buitenge
woon behulpzaam was en ons naar onze ver
blijfplaats bracht, een lyceum. Daar werd een
tentoonstelling gehouden van Turksche produc
ten. waar die jongens voor weinig geld aardige
souvenirs konden koopen, zooals kleedjes, pij-,
pen e.d. Ook al wegens de tentoonstelling gin
gen wij met radio-jazz-muziek slapen, wat voor
een goede nachtrust zeer bevorderlijk bleek.
(Slot volgti
Een boekenrekje zelf maken.
Wanneer jullie niet meer weet waar jt-
je boeken moet laten en je vader nu maa»
niet dadelijk klaar staat om een boeken
rek voor je te koopen is er altijd nog een
middel om zoo'n handig boekenrekje
al is het dan niet zeer groot zelf te
maken.
Hoe dat moet gebeuren Wel, Je begint
met het verzamelen van „leege" garen-
klo Jes. Je moet er ongeveer een dozijn of
vijf bij elkaar hebben. Dan neem Je een
flink stuk stevig Uzerdraad en steek
Het verkochte
DE KLEINE VEDELAAR
dat door de eerste klos heer.
die sterk genoeg moet zijn oo
te dragen, wordt aan vier l»
boord, tusschen twee klossen
als de klossen met het
boord, (zie plaatje).
Onderaan heelemaal,
klossen staan. Die moeten
dienst doen van poot. Je
het maken van zoo'n kastje
elk gewenscht formaat
en caarbij héél goedkoop ts
maar eens
(Nadruk
De paardenhandelaar Janse
paard gekocht, dat hij echter I
beest een beetje ziek was, ccM
zijn eigen stal hield. Nadat het
in orde was, bood hij het aan
collega's te koop aan. Op de
hoog de prUs van het paard
zijn antwoordde Jansen „Ir
veel moeite met het beest t
blij zal zijn als Ik 10 gld. of
zaak verdien. Ik heb het pat
verpleegd en Iedere dag heel'. oe
gekost dat l't. als D ml] 450 t Jjj"
beest betaalt, slechts 10 gld.
vraag ls nu hoeveel heelt1
handelaar zeil voor het pa»K
men aanneemt dat verp'.ejïJ
paard ongeveer 50 gld. P"
(Nadm*
hl,
heb
«l*
het
st
Hm ii
(toen
bet
iwi
*>ve
.w*
Ovi
- u«j
jut*
Ki