Radioprogramma
VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR.
DE LAATSTE RIT.
POSTER'SMAAGPILLEH
Ingezonden Stukken.
STRAFZITTING VAN VRIJDAG 15 JANUARI-
DRONKENSCHAP KAN ALLEEN DOOR DEN
DOKTER GECONSTATEERD WORDEN.
Deze krasse stelling van mr. de Groot zou dus conse
quent tengevolge hebben, dat we in de toekomst al
leen als volwaardige politie-agenten kunnen beschou
wen, die heeren dewelke tot arts zijn gepromoveerd.
Commissarissen en inspecteurs moeten dan met het
praedecaat dokter zijn begiftigd, anders is er geen on
derscheid. Mr. de Groot trad in de zitting van heden
op als verdediger van den landbouwer Pieter K. wo
nende Noordervaart, gem. Oterleek, welke 25-jarige heer
volgens het oordeel van den brigadier Talsma uit
Schermerhorn, in den nacht van 14 Dec. j.1. onder zoo-
danigen invloed van alcohol had verkeerd, dat hij niet
geacht kon worden capabel te zijn de door hem bereden
motor te besturen. Dit was door den brigadier gecon
stateerd, toen de heer K. omstreeks 1 uur het café van
den heer Kamphuis, dat hij na een in Alkmaar door-
gebrachten avond nog had bezocht, verliet en na zich
op zijn motor te hebben gezet, na het maken van een
grilligen bocht was komen te vallen. De brigadier had
hem toen verboden nog verder te rijden en den motor in
de rijwielstalling doen plaatsen. Proces-verbaal werd
opgemaakt en heden stond de heer K. terecht, verde
digd door mr. De Groot en pertinent ontkennende
onder den invloed te hebben verkeerd.
Verdachte verklaarde geslipt te zijn en ook werd be
weerd, dat men uit 'n soort van antipathie het stuur
had vastgezet, zoodat hij bij het nemen van een bocht
wel moest vallen.
De brigadier had een schetsje gemaakt, waarop hij de
manier waarop verdachte had gereden, had verduidelijkt.
Een vijftal getuigen a decharge, waaronder de 21-
jarige mej. M. Bakker uit Beemster, kwamen verklaren,
dat naar hun meening verdachte zoo goed als volkomen
normaal was geweest
Door verdediger werd opgemerkt, dat alléén een ge
neesheer dronkenschap kon vaststellen. E en politie
man kon die slechts gissen.
Kantonrechter en ambtenaar bleken niet voldoende
Ingelicht door het getuigenverhoor en werd verhoor
van nog een tweetal andere personen, de heeren Leeg
water en Volstra, benevens aanhouding der zaak tot
a.s. week gelast We zullen dus alsdan meer uitvoerig
op deze „cause celêbre" uit de Schermer terug komen.
GEVOLG VAN EEN BLOEDIG EN DROEVIG
VERKEERSDRAMA OP DE NOORDERVAART.
Op 5 December werd op de Noordervaart onder de
gemeente Oterleek een fietser, zooals later bleek ge
naamd Jong, op zoodanige wijze door een vrachtford
aange- en overreden, dat de dood een spoedig gevolg
was. Het kwam evenwel na onderzoek vrijwel vast te
staan, dat het slachtoffer zeer roekeloos en onvoor
zichtig links van den weg had gereden en eerst op het
uiterste moment den rijweg had overgestoken, zoodat
een aanrijding onvermijdelijk scheen te zijn geweest. De
aangered ene was voorts door den beestuurder en diens
metgezel opgenomen en naar het Neutraal Ziekenhuis
te Alkmaar gebracht De ford, waarmede het ongeluk
was geschied, werd op last van de politie onderzocht
door den heer A. Dam, autohandelaar te Alkmaar en
deze deskundige constateerde, dat de voetrem niets en
de handrem weinig effect teweeg bracht, welke diagnose
aanleiding gaf tegen den bestuurder, den 24-jar!gen
machinist A. B. uit Middelie, een vervolging in te stel
len ter zake art 14 motor- en rijwielwet: het onvol
doend werken der remmen, voor welk feit genoemde B.
heden terecht stond, verdedigd door mr. Scholten. De
(pertinente verklaring van den deskundige omtrent den
toestand der remmen, gaf echter den doorslag tot de
yeroordeeling tot f 25 boete of 25 dagen,
De Kantonrechter liet uikomen, dat geen causaal ver
hand bestond tusschen deze zaak en de noodlottige aan
rijding, van welke verklaring de zorgzame mr. Schol
ten, met het oog op eventueel nog te nemen justitieele
stappen, acte verzocht.
Zoowel door ambtenaar, kantonrechter als verdedi
ger werd een woord van deernis uitgesproken met het
slachtoffer.
HINDERLIJKE GOEDEREN-WAGONS, DIE HET
UITZICHT BELEMMEREN?
De vrachtrijder J. M. uit Bergen, geraakte op 15 Oct.
met zijn auto op den tramoverweg op den Kanaaldijk,
juist op 't moment dat een locaaltje in aantocht was.
Hij wist nog door vol gas te geven, aan een dreigende
verplettering te ontkomen en bekwam hij alleen maar
materieele schade aan zijn vrachtauto. Hij stond heden
terecht wegens overtreding van het spoorwegreglement,
doch beweerde dat goederenwagons het uitzicht daar
sterk belemmeren. Na de aanrijding waren die wagons
tijdelijk verwijderd, doch nu scheen die maatregel weer
te verslappen. Het was den kantonrechter ook opge
vallen, deze belemmeringen van het uitzicht en dienaan
gaande sprak mr. Bastert een hartig woordje. De zaak
werd voorts aangehouden tot a.s. week, teneinde den
verbalisant te hooren.
FEUILLETON
NAAR HET ENGELSCH.
HOOFDSTUK VII.
Dolly had zich met veel zorg gekleed. Mina Car-
bury zat reeds beneden bij haar tante. De dames ke
ken op, toen zij binnenkwam.
„Zou het zóó goed zijn? Het was het toiletje, dat
ik dragen zou, als ik voor het eerst „uit" ging; maar
Vader
Verder kwam zij niet.
„Ja, het staat je heel goed", zei Mrs. Brotherton,
„Nu, amuseert je! Daar hoor ik het rijtuig van Mrs.
St. John aankomen."
Dolly had een wit zijden toiletje zonder eenige ver
siering. Miss Carbury was in heliothroop zijde; maar
naast het frissche, mooie jonge meisje verdween zij
geheel op den achtergrond.
Toch zat zij opgewekt te praten met Mrs. St. John
op haar rit van „Sparrenzicht" naar de Manor.
Dit huis was van buiten en van binnen even mooi.
Dikke, Oostersche tapijten bedekten de parketvloeren.
Overal stond een enkele bloem in een vaas; hier en
daar verspreidde een schemerlamp een zacht rose
licht.
Een gegons van stemmen vervulde het vertrek.
Benige gasten stonden dicht bij het houtvuur, dat
brandde in een zestiende-eeuwschen haard. Aan het
andere einde van de kamer vormde een groep pal
men den achtergrond voor een aardig meisje in het
rose en een langen, blonden jongen man. Mr. Wrigh-
ton was in gesprek met een al wat ouderen heer.
Hij trad naderbij, om zijn gasten te begroeten. Mrs.
St. John was aan allen bekend; Miss Carbury maar
aan weinigen. Maar wie ».as dat allerliefste meisje
in het wit? De al wat oudere heer heette Sir George
Trennion en hoorde tot de rijke fabrikanten daar uit
de buurt.
„Stel mij eens voor", drong hij zijn gastheer. „Wie
is dat jonge meisje?"
„Een Miss Marston, de gezelschapsdame van Mrs.
Brotherton."
DE NIEUWJAARS VERLEIDING GEEFT NOG GEEN
VRIJHEID DE HARMONIE VAN HET STADSBEELD
TE VERSTOREN.
Een 24-jarig handelsman, de her G. K. uit Zuidschar-
oude, had op Nieuwjaarsdag de gemeente Alkmaar be
zocht en daar vermoedelijk heel wat heil en zegenwen-
schen geplengd met al te krachtig werkende feest-
dranken, zoodat hij, zich in de Krebbesteeg voortbewe
gende, volgens het oordeel der politie, die op zulk een
vreugdedag toch wel 'n weinig in 't oog loopend stuk in
den kraag, door de vingers ziet, niet voldoende vast ter
been kon worden geacht the long way to Tipperary, in
casu Zuidscharwoude. af te leggen en hij werd ingere
kend en gedeponeerd, terwijl conform art. 453 proces
erbaai werd opgemaakt.
De aldus begiftigde stond nu op 8 Januari te dier zake
terecht, doch sprak alstoen pertinent tegen, zich op fce-
wusten datum, op tijd en plaats vermeld, in kennelijken
staat zou hebben bevonden. Aangezien geen verbalisant
was gedagvaard, spaarde de kantonrechter tijd en moeite
om met den comparant in debat te treden, doch hield
kortweg de zaak aan tot heden, tenenide de meening
van den bij dit geval geïnteresseerden dienaar van Sint
Hermandad in te roepen. Dit bleek te zijn de heer P.
Maarleveld, adj.-inspecteur van politie en meende de
heer Kantonrechter, na diens toelichting, voldoende
motief te hebben om den heilwenschenden jongeling,
die zijn verloofde had bezocht en wien dus wel wat
mocht worden toegegeven, na een vaderlijke vermaning,
ooral de matigheid te betrachten, te veroordeelen tot
heelemaal 3 gulden boete of 3 dagen.
OVERVLOED VAN LANTAARN LICHT OORZAAK
VAN VEEL VERKEERSONGEVALLEN.
De kantonrechter dringt aan op meer ver
volging.
Het was maar gelukkig, dat de arbeider N. Hoogen-
boom, die in den avond van 17 November per rijwiel uit
Alkmaar komende, bij het afrijden van den aanvankelijk
sterk hellenden Middelweg te Heerhu go waard, 'n stevige
kerel was, want hij kreeg plots van achter tegen zijn
rijwiel van 'n achteropkomende vrachtauto 'n opstopper,
die hem van zijn rijwiel deed slingeren, waarop hij voor
den auto neersmakte en de voorwielen hem over de bee-
nen gingen. Gelukkig kreeg hij slechts lichte verwon
dingen en veel schade aan zijn rijwiel en lijfgoederen,
eel meer echter dan de kantonrechter hem mocht toe-
schatten, toen heden de verwekker van dit ongeval, de
vrachtrijder A. K. uit Schagen terecht stond.
Verdachte beweerde thans destijds verblind te zijn ge
weest door de sterk stralende koplampen van een tegen
ligger, een bedrijfsauto van de A.P.C..
Deze vrachtrijder had al eens meer een aanrijding ver
oorzaakt, doch zijn verweer werd aannemlijk geacht en
de kantonrechter, die dit misbruik maken van de auto
verlichting ten zeerste veroordeelde, legde hij den
vrachtrijder f 15 boete of 15 dagen op. De civiele actie
zal wel per deurwaarder geregeld moeten worden.
DE AGENTEN VAN ALKMAAR ZIJN BLIJKBAAR
AMICALE POLITIEMANNEN.
Het politiecorps van Alkmaar, speciaal de H.H. ver
keersagenten, munten blijkbaar uit door bijzondere vrien
delijkheid jegens buitenstedige automobilisten, misschien
zoowel in het belang van het vreemdelingen- als van het
veiligheidsverkeer. Het is althans verwonderlijk zooveel
overtreders, die geen gevolg gaven aan een gegeven stop
sein,, later als zij terecht staan, verklaren dit ambtelijk
teeken als een vriendengroet te hebben beschouwd. Zulks
was ook het geval met den heer J. G. N., garagehouder
te Burgerbrug, die in den avond van 1 Nov. langs de
Koorstraat reed met slechts 1 brandende koplamp, wat
den waakzamen verkeersagent Volbeda noopte, den heer
N. met de bekende handbeweging tot stilstaan te noodi-
gen. Maar de heer N., die Volbeda goed schijnt te ken
nen, dacht aan een vriendelijk saluut en riep hartelijk
terug „Ook tabé!" Maar toen de garagehouder heden
terecht stond, begreep hij dat aan die wruivende dienders
hand een meer ernstige beteekenis moest worden gehecht
Niettemin bezigde hij zijn vergissing om zich te veront
schuldigen en werd de zaak aangehouden tot a.s. week,
ten genoege van het slachtoffer dezer schromelijke ver
gissing.
ZOO'N KOEKEBAKKER IS EEN GEVAAR
De Duitsche kapper Ger. M. uit Nieuwe Niedorp, of
daaromtrent, die echter thans weer naar zijn heimath
terug schijnt te zijn gekeerd, bereed onlangs een motor,
hoewel hij geen bevoegdheid heeft tot het besturen van
een dergelijk vehikel en blijkbaar de kunst ook niet vol
doende machtig is, want hij stormde met donderend ge
weld door de Marktstraat te Alkmaar het Waagplein op
en wendde alstoen een krampachtige poging aan, het
waaggebouw in puin te rijden, welk boos opzet echter
alleen het resultaat had, dat het voorwiel van de mis
handelde motor in elkander werd gefrummeld. De berij
der kwam er zelf ongedeerd af en nam met achterlating
van zijn motor de beenen, doch werd op aanwijzing van
een ooggetuige, den heer C. J. Nol, door den motoragent
L. Webster op den Dijk bij de kladden gepakt en naar
het politiebureau gebracht, alwaar bleek dat hij niet in
het bezit was van een rijbewijs voor het besturen van
tweewielige motorrijtuigen. Wel had hij een dergelijke
vergunning voor méérwielige motorwagens, welke be
voegdheid hem trouwens ook al eens voor den kanton-
Nog nauwelijks had de voorstelling plaats gehad, of
Mr. Smithson vroeg al:
„Stel mij eens voor, Wrighton."
„Na het diner. Wil je Miss Halston aan tafel
geleiden?"
Dolly had tot cavalier een nog zeer jongen man,
een broer van het aardige meisje in het rose, Miss
Halston. Miss Carburv's partner was een heer van
middelbaren leeftijd, de echtgenoot van Mrs. Briddle,
die de eereplaals innam aan de rechterhand van den
gastheer.
Aan Dolly's rechterzijde zat Sir George Trennion;
tegenover haar Mr. Smithson. Hij keek somber en
teleurgesteld; maar niet zoodra had zij hem even
toegelachen, of zijn gelaat helderde aanmerkelijk op.
Sir George Trennion legde bijna geheel beslag op
Dolly, zoodat Halston niet veel tegen haar zeggen kon.
Zij antwoordde zoo vrijmoedig en toch bescheiden,
dat haar cavalier met steeds meer genoegen naar
haar luisterde.
In den salon werd Dolly dezelfde hulde betoond.
Mr. Smithson kwam regelrecht op haar toegetreden,
nam naast haar plaats en vroeg:
„Heeft u laatst nog op uw gemak boodschappen
kunnen doen? Ik hield Toby maar zoo lang moge
lijk van u weg."
„Ja, dank u wel. Hij wil altijd, dat ik de helste
kleuren neem, ziet u, en dat is nu juist niet altijd
mijn keus!" Ze lachten samen. „Hij is dol gelukkig
met dat sigaretten-machinetje. Toen ik wegging, was
hij aan het. tabakrollen."
„Hij is toch nooit wild, is 't wel?"
„O, neen. In den» regel is hij heel gul met zijn la
chen; een enkelen keer heeft hij eens een verdrietige
bui."
„Iedereen was dan ook ten hoogste verbaasd, toen
hij naar een gesticht werd gestuurd. Hoe kwam Mrs.
Brotherton daartoe?"
„Mr. Wrighton heeft haar. geloof ik, overreed. Hij
mag Toby niet lijden. Waarom, dat weet ik niet. Hij
is haast altijd even goed gehumeurd en makkelijk.
Daar kan ik over oordeelen, want ik woon hem toch
den heelen dag bij. We zijn heel goede vrienden."
„Gelukkige Toby!"
Dolly lachte en Mr. Smithson eveneens.
Mr. Wrighton keek eens naar hen. Het leek wel,
of die twee oude kennissen waren.
Sir George Trennion schoof en stoel aan aan den
anderen kant.
„Je moet niet zoo geheel beslag leggen op Miss
Marston, Harry, mijn jongen.!" zei hij schertsend.
en alle spljsverterings-
stoornissen verdwijnen
onmiddellijk bij het ge
bruik van Foster's Maag-
pillen, het aangenaamste
en zekerste laxeermiddel.
Alom octlpijgbaat f 0.65 pet flacon.
rechter bracht. Onze Germaansche buurman kwam ech
ter heden nogal niet slecht af en werd bij verstek ver
oordeeld tot f 12 boete of 12 dagen. De heer ambtenaar
schijnt nogal hoop te hebben op zijn terugkomst in Kik
kerland.
ES IST NICHT WAHR!
'n Paar ondernemende jonge Egmondbinners, de 17-
jarige A. C. Zw. en zijn 21-jarige vriend en compagnon
J. J. T. werden voor het front der troepen gecomman
deerd, omdat zij op 2 December in de duinen van den
heer v. Vliet konijnen zouden gedolven en gedood hebben,
Volgens unanieme verklaring van de heeren zou.echter
deze krasse beschuldiging totaal uit de lucht zijn gegre
pen. en werd dus deze zaak verdaagd, ten einde a.s.
week den verbeeldingskrachtige jachtopziener te hooren.
DE HEER AMBTENAAR MOEST DE VLAG
STRIJKEN.
De Egmond aan Zeesche schelpenvisscher en hande
laar Th. B. bevond zich op 10 November met zijn aan
gespannen en zwaar beladen schelpenkar op een onbe-
waakten overweg onder de gemeente Heiloo. Hij kwam
echter tot de conclusie dat Bruintje niet bij maohte was
de rulle „klugt" op te trekken en wendde den teugel,
om langs een meer gemakkelijker en veiliger weg de reis
voort te zetten. Gelukkig maar, want er naderde juist
een trein, die stopte, waarop de conducteur of machinist
den trein verliet om den „skulper" na te zetten en te
achterhalen. Er werd nu tegen B., die zich nu juist geen
volgzaam patiënt betoonde, maar heel wat tegensputter
de, procesverbaal opgemaakt ter zake overtreding van
het spoorwegreglement en stond hij heden voor dit feit
terecht
Hij had echter twee getuigen a decharge medegebracht
in de personen van de heeren Lengers en Wessel, die het
gebeurde hadden bijgewoond en konden verklaren, dat
B. niet met zijn voertuig op de spoorbaan was geweest.
Deze getuigen konden gevoegelijk als reddende engelen
worden beschouwd, aangezien de ambtenaar voor dit
„grof geschut" zooals Z.Ed. het noemde, den stryd op
gaf en de verdachte conform het requisitoir werd vrij
gesproken.
WOENSDAG 20 JANUARI.
HILVERSUM (1875 M)
VA-R.A.: 6.45 en 7-30 Lichaamsoefeningen o-l-v. Kleere-
koper; 8.00 Tijdsein, daarna gramofoonmuziek. V.P.
R.O.: 10.00 Morgenwijding. V-A.R.A-: 10.15 Uitzending
voor Arbeiders in de Continubedrijven; 11.00 R.V.U.:
Praatje door O. van Tusschenbroek; 11.30 Vervolg uit
zending continubedrijven: 12.00 Tijdsein, daarna het
VARA-Septet o.l.v. Is. Eyl; 1.45 Verzorging zender;
2.15 Onze Keuken door P. J. Kers Jr.; 3.00 Gramofoon
muziek; 3-30 Voor de kinderen; 4.30 Gramofoonmuziek;
4.45 Vraaghalfuurtje voor de kinderen; 5.30 VARA-
Septet; 6.30 R.V.U.; 7.00 Muziek van dezen tijd. Hugo
de Groot; 7.45 Mercadet, blijspel in 3 bedr. van de Bal-
zac; 9.00 Het VARA-Orkest o.l.v. Hugo de Groot; 9.45
Uitzending voor den Alg. Ned. Bond van Handels- en
Kantoorbedienden; 1000 Vervolg Concert; 10.30 Pers
berichten van Vaz Dias; 10.40 Optreden van Louis Con-
tran; 11.15 Gramofoonmuziek; 12.00 Sluiting.
HUIZEN (298 M.)
N.C.R.V.: 8.00 Tijdsein, daarna Schriftlezing; 8.15 Mor
genconcert; 10.0 OTijdsein, daarna zang door NCJRV-
Dameskoor; 10.30 Korte Ziekendienst; 11.00 Harmoni
umbespeling; 12.00 Politieberichten 12.15 Gramofoon
muziek; 12.30 Tijdsein, daarna middagconcert; 2.00 Gra
mofoonmuziek; 2.30 Lezen van Chr. Lectuur; 3.00 Con
cert door hei Hollandsch Harpkwartet; 4.30 Gramo
foonmuziek; 4.45 Verzorging zender; 5.00 Kinderuurje;
6.00 Uurtje voor landbouwers; 7.00 Politieberichten; 7.45
Persberichten; 8.00 Tijdsein, daarna uitvoering van het
Oratorium „Die Schopfung".
HAMBURG (372 M)
6.10 Populair concert; 10.20 Gramofoonmuziek; 11.50 Con
cert door het Norag-orkest; 3.50 Populair concert; 9.50
Dansmuziek door het Scarpaorkest.
Een oogenblik later kwam Mr. Wrighton haar vra
gen, of ze ook eens wat zingen wilde. Ze zei, dat het
haar speet, maar dat zij eenmaal niet zong. Hij ging
nog niet dadelijk weg, maar stond tegen den stoel
van Sir George Trennion geleund, naar hun gesprek
te luisteren.
„Morgen komt ons jachtgezelschap samen, zoowat
een mijl hier vandaan. Komt u niet eens. kijken, Miss
Marston?" vroeg Sir George.
„Misschien rijdt Miss Marston wel", zei Mr.
Smithson.
„Ja, ik rijd wel; maarik heb geen paard!"
„Ik kan er u wel een leenen," riep Smithson.
„Als u mij de eer wilde aandoen," ijverde Sir
George.
„Ik vrees, dat Mrs. Brotherton niet graag zou heb
ben, dat ik reed."
Smithson keek naar Wrighton.
„Vraag eens permissie voor Miss Marston om te
rijden," drong hij. „Ik heb een merrie, die net
tend naar „Sparrenzicht" sturen en ik zal voor uw
schikt voor u zou zijn, Die zal ik dan morgenoch
veiligheid waken."
„Smithsons paarden zijn schichtig. Miss Marston.
Vertrouw u liever aan mij toe," drong Sir George.
„In ieder geval zou ik graag gaan", zei Dolly.
„Denkt u, dat Mrs. Brotherton het goed zal vinden?"
Wrighton haalde de schouders op en zei weinig
aanmoedigend;
„Waarschijnlijk niet."
Dolly had echt genoten van deze afwisseling
haar eentonig bestaan. Iedereen was even hoffelijk
voor haar geweest en zelfs Wrighton had geglim
lacht en nu geleidde hij haar persoonlijk naar het
rijtuig.
„We zullen zien, dat er morgen wat komt van uw
rijden," zei hij nu veelbelovend. „In ieder geval
kom ik vroeg op den ochtend en zal ik trachten Mrs.
Brotherton te overreden."
„Dank u."
Mrs. Brotherton zat nog op, toen de dames thuis
kwamen.
„Een saai iets, zoo'n diner", zei Miss Carbury met
een geeuw.
„Ik vind het niet saai", zei Dolly. „Ik heb er echt
van genoten en Mr. Smithson heeft aangeboden, mij
een paard te leenen, als ik rijden mag, Mrs.
Brotherton?"
„Rijdt u dan, Miss Marston?"
„Ja. De plaats van samenkomst is een mijl hier
vandaan en Mr. Smithson heeft beloofd, dat hij een
LANGENBERG (472 M-)
6.25 Concert; 11.20 Gramofoonmuziek; 12.25 Concert; 4.20
Concert op oude instrumenten; 7.20 Concert.
KALUNDBORG (1153 M)
2.20 Het Omroeporkest; 4.20 Gramofoonmuziek; 9.03
Voortzetting Omroep-orkes; 10.05 Dansmuziek.
D A V E N T R Y (1554 M.)
12.20 Orgelconcert; 1.05 Gramofonmuziek; 150 Concert
van Leeds; 3.50 Concert uit Bournemouth; 5.05 Orgel-
concert; 8-35 Symphonie-orkest; 9.20 Voortzetting; 11.05
Roy Fox en zijn Band.
PARIJS-RADIO (1725 M.)
8-05 Gramofoonmuziek; 12.50 Idem; 1.25 Idem; 9.05
Idem; 9.50 Idem.
MILAAN (501 M-)
4.05 Kamermuziek; 6,20 Gramofoonmuziek; 8.05 Operette
uitzending.
ROME (441 M.)
4.50 Solistenconcert; 5.05 Orkestconcert; 7.20 Gramo
foonmuziek; 820 Uitzending van een Opera.
OSLO (1083 M)
4.20 Orkestconcert; 7.20 Opera in drie bedrijven; daarna
dansmuziek. y
WE ENEN (517 M.)
6.50 Populair concert; 9.35 Weensche muziek.
WARSCHAU (1411 M.)
4.00 Gramofoonmuziek; 4 55 Populair concert; 6.55 Gra
mofoonmuziek; 7.35 Populair concert; 8.50 Vioolracltal
9.55 Gramofoonmuziek; 10.20 Dansmuziek.
Geachte Redactie,
Het is het verslag van een huishoudelijke verga
dering van de afd. Oudcsluis der S.D.A.P., voorko
mende in uw geëerd blad van 1.1. Zaterdag, dat mij
noopt eenige plaatsruimte te verzoeken.
Waardeerende de goede bedoeling van mv ver
slaggever om zoo kort mogelijk te zijn. verdient één
punt, en wel een voor de georganiseerde arbeiders
zeer teer punt, eenige correctie, n.1. waar het caat
over het al of niet zitting nemen in het eventueel te
vormen Crisiscomité.
Hierdoor kan de gedachte gewekt worden als zou
de afd. Oudcsluis een uitnoodiging ontvangen hebben
tot het zitting nemen van een harer leden in een der
gelijk Comité en haar leden daaromtrent een uit
spraak hebben gedaan. Dit nu is niet het geval, maar
wel het volgenldc:
Eén der leden wenschtc te weten hoe onze hou
ding zou zijn wanneer in deze gemeente een afd. van
het z.g. Juliana Crisis-Comité zou worden opgericht
Toen dit. een punt van bespreking werd, is door on-
dergeteekende liet volgende naar voren gebracht als
toelichting op het gesprokene van p.g. Pool en
Nannes, n.1.: „dat hij zich slecht indenken kan dat
hier een dergelijke organisatie zal kunnen worden
opgericht, immers hij het debat in één der gemeente-j
raadszittingen over de steunregeling voor werkloozen,
verklaarde toen de V.D. wethouder: dat volgens den j
Minister er hier geen crisis heerschte, de gemeentd
dus geen voorziening kon treffen. Zal dan nu, ea
kan de Minister toestemming geven, als hij gemeen-
schapszorg niet noodzakelijk vindt, tot het bij elkaar;
scharrelen van wat geld en oude kleeren. waardi J
altijd niet de meest hchoeftigen, maar wel vaak
brutaalst vragenden geholpen worden, in ieder ge'
den volwaardigen mcnsch vernederd wordt.
Mocht men, volgens spreker, hiertoe toch overgaan,
dan eventueel zal dit moeten gebeuren buiten de]
politieke partijen om, om reden er door het N.C.C
eenige richtlijnen worden aangegeven voor een z.g.n.
„Werkcomité".
Ie. Voorzitter, een lid van het college van B. en
W. of een anderen vertegenwoordiger van hel
gemeentebestuur.
2e. Leden, vertegenwoordigers van de voornaamste
plaatselijke Vakcentrales van Werkgevers en
Werknemers.
Van politieke partijen wordt dus niet gesproken..
Mocht hier in deze gemeente dus een Crisis-Comité l
worden opgericht, dan zal het goed zijn toe te zien
dat uitnoodigingen niet aan de politieke partijen,
maar wel aan de vakcentrales zal worden gedaan,
zoodat in die afd. de uitspraak zal moeten liggen
van het al of niet zitting nemen onzer arbeiders, ter
wijl onze afggevaardigden in den Gemeenteraad
eventueel wel als raadslid, maar niet als lid van de
S.D.A.P. kunnen zitting nemen.
Spreker raadt aan in die richting de zaak af te
wachten en waarmede de vergadering accoord ging.
De Redactie mijn hartclijken dank.
Hoogachtend,
H. C. V.
Voorzitter afd. Oudesluis der S.D.AJ*.
paard zou sturen en dat hij op mij letten zou, als u
het tenminste goed zoudt vinden, Mrs. Brotherton.1
„Geen kwestie van!" luidde het antwoord.
Nog één poging zou Dolly wagen:
„Voor ééns maar, Mrs. Brotherton?" vleide zij, „ft
heb in geen jaar gereden en ik beloof u, dat ik het
nooit weer vragen zal!'
„Ik kan het niet toestaan", klonk het streng.
Dolly moest nu de weigering wel aanvaarden. Ze
gaf echter geen blijk van teleurstelling, maar be
dankte Mrs. Brotherton, dat die haar had toegestaan,
het diner bij te wonen.
Toen zij op haar kamer was, dacht ze:
„Ik heb toch ook eigenlijk geen klagen. Mrs. Bro
therton is vriendelijk, op haar manier. Ik moet haar
nu maar niet ontstemmen, door te veel te vragen,
want waar anders zou ik een salaris van honderd
pond per jaar krijgen, terwijl ik er toch werkelijk
maar zoo weinig voor hoef te doen."
Dien volgenden ochtend kwam zij aan het ontbijt
met een glimlach op de lippen. Toby wilde weten, of
Mr. Smithson ook op het diner was geweest. Het si
garetten-machinetje ging niet meer en hij had
graag, dat Smithson er eens naar keek.
De stem van Mr. Wrighton in den hall zond Toby
haastig naar de keuken.
„Ik ben hier al vroeg begon hij, „maar dat komt,
ik wilde vragen, of Miss Marton vanochtend mee
naar de plaats van samenkomst van ons jachtgezel?
schapje wilde rijden. Smithson kan haar een goetf
paard geven. Het spijt mij, dat ik er geen heb, göf
schikt voor een dame".
„Neen, ik kan Miss Marston niet missen. Je ont
bijt toch mee, Alexander?" w
„Heel graag. Mijn ontbijt is pas gereed om hal
negen. Hoe denkt u over den rit. Miss Marston?"
Zij glimlachte en zei, dat zij het heerlijk zou vinden
„Het was nog geen acht uur en het was een koud:-
Novemberochtend; het vuur in den haard was ui<-
uit, méér kon men niet zeggen. Met een huiveriK
sprak Mr. Wrighton dan ook:
„Wat is het hier koud in de kamer, Mrs. Brothef
ton!" it I
„Ik houd niet van dat verwennen, Alexander."
„Zoo!" j,
„Waarom gaat u niet dichter bij het vuur zitten,
opperde Miss Carbury.
Wordt vervolgd-
vai
A
de
uit
gen
ver
gen
een
(Me
ger<
den
Wei
D
derl
als
ten
ste
leefi
zust
de 1
over
voor
er 1
op di
ten
mill
een
Wee
van
gaf
vokt
hela
hij
Kud
gun
den
tal 1
erfei
voor
E(
firn
acte
Wee
ven.
van
acte
gele
blee
was.
scha
den
rend
stuk
in 1?
een 1
iema
stane
verm
bed re
niets
een
waar
Hij v
king
penn
ben r
bij di
parti,
kop
studi
het e
na's
zien
andei
gen
sten