A11 e r h a n de.
Boerendemonstratie
te Leeuwarden
Winter in Zuid-Oost Europa.
HOE DE VALERA
ONTSNAPTE.
ten wenden tot de Vereeniging tot het houden van
Paaschtentoonstellingen.
De heer Van Erp dacht ook dat men zich dan met
een verzoek tot deze vereeniging moest richten. Ge
zien de belangrijkheid van dezen dag voor den Scha-
ger middenstand, mag spr. verwachten dat alle win
keiiers lid van deze vereeniging zijn, vooral waar de
vereeniging aller medewerking noodig heeft om in
stand gehouden te kunnen worden. Spr. acht het geen
bewijs van tact om zooiets in openbare vergadering
naar voren te brengen.
De heer Bakker zegt dat er-geen sprake van tact
is. Niet de eerste de beste winkelier heeft er spr. over
gesproken en als spr. met die vraag op do verkeerde
plaats is, dan verzoekt hij B. en W. om de vraag op
de juiste plaats te brengen.
De Voorzitter heeft geen bezwaar die quaestie ter
sprake te brengen, maar het verwondert hem, dat
waar alle zakenmenschen wel lid van de vereeniging
zullen zijn, zij dat niet in hun eigen vereeniging doen.
Het dansen in de stoomcaronssel.
De heer Van Erp vraagt of het juist is dat door
den heer J. Janvier te Bergen op Zoom, die voor 3 ja
ren terug de standplaats op de kermis heeft gehuurd,
voor f 550.heeft ingeschreven indien in de caroussel
een dancing zou komen, waaronder dan de bepaling
dat dan in de garage van C. Boontjes niet gedanst
zou worden.
De Voorzitter zegt dat hij zou kunnen antwoorden
dat de Raad met deze zaak niets te maken heeft, doch
dat is spr. te dictatoriaal en daarom antwoordt hij
dat wat de heer Van Erp vraagt, juist is, doch dat
met de belangen van den heer Boontjes rekening is
gehouden, die belangen zijn safe.
De heer Van Erp herinnert aan de houding van een
vorig college, toen een dancing werd geweigerd en
spr. gewezen heeft op de verkeerde handeling en la
ter is gebleken dat men de consequentie ervan had
ingezien. Spr. vraagt of nu B. en W. in overweging
willen nemen (ook spr. wil welwillend zijn) of wat
zij gedaan hebben, wel om de consequentie die er
aan vast zit, goed is.
De heer Bel: Wat zijn jullie weer lief.
De heer Van Erp wijst er dan verder op, dat
z.i. de weg door B. en W.bewandeld, nogal wat voet
angels en klemmen heeft, want als nu wel in de
inrichting van Boontjes wordt gedanst, zal de heer
Janvier zijn aanbod niet gestand doen, kan de ge
meente niet meer op het volgende in aanmerking
komende aanbod, rekenen en zou dus de gemeente
schade zijn berokkend. Aan den anderen kant genie»
men wel de inschrijfsom van den heer Janvier, doch
mist men naast de inschrijfsom van een andere in
richting, de belasting op de openbare vermakelijkhe
den die geheven wordt als in de garage van den heer
Boontje niet wordt gedanst.
De Voorzitter zegt, dat B. er ïV. het voor en tegen
rijpelijk hebben overwogen en gemeend hebben dat
hun oplossing in het belang der gemeente de juiste
was.
De heer Van Erp meent, het ernstig te moeten be
twijfelen of het in het belang der gemeente is. en
spr. geeft in overweging de meening over deze
quaestie op te schorten.
De Voorzitter zegt. dat B. en W. de consequentie
wel degelijk hebben doorzien.
De openbare vergadering wordt geschorst en na
een comitézitting van een uur heropend, waarna aan
de orde komt:
Credietverleenlmj aan noodlijdende tuinders
B. en W. stellen den raad voor het volgende be
sluit te nemen: De raad der gemeente Schapeen be
sluit, B. en W. te machtigen, overeenkomstig hel
plan uitvoering betreffende het verleenen van rente-
looze voorschotten ten behoeve van den groven
tuinbouw in Westfriesland, renteloos crediet, van ten
hoogste f 19725 te verleenen ten behoeve van noodlij
dende tuinders.
De heer Orsel zegt, dat het vanzelf spreekt dat hij
rijn stem aan dit voorstel geeft, maar hij kan niet na-
XXXV.
ONS INKOMEN.
Volgens bet spraakgebruik van onze belasting-autori
teiten zijn U en wij. voor zoover ons inkomen hooger
dan f 800 is natuurlijke belastingplichtigen. Of er dan
ook onnatuurlijke zijn of eJite, wettige?
Natuurlijk heeft hier weer een andere beteekenis. Wij
zijn slachtoffer van de fiscus als personen en niet als
vennootschap of iets dergelijks.
Welnu, van die In de rijksinkomstenbelasting aange
slagen personen waren er in 19211922: 1.638.458 met
een gezamenlijk inkomen van 4.292 mUlioen, waarvan
betaald moest worden ruim 130 millioen ten bate van
'a Rijks schatkist
1921—1922 was een topjaar. Vergeleken met het voor
gaande vertoonde het belastbaar inkomen een stijging
van 653 millioen. Dat was de nawerking van oorlogs
winst en na-oorlogs-winst
Toen kwam de inzinking, drie jaar lang. Het aantal
aangeslagenen liep met 24.000 terug en ons gemeenschap
pelijk inkomen met 531 millioen.
Vervolgens, dus te beginnen met 19251926 ging het
weer excelsior en in 1930—1931 waren we geklommen tot
4J67 millioen. dus boven 19211922.
Laten we ons hieraan echter niet vergapen.
Van 1 Januari 1922 tot 1931 steeg de bevolking met
13 en een half procent Was ons inkomen met hetzelfde
percentage gegroeid, dan zouden we voor 19301931
moeten kunnen noteeren 4292 milioen en 580 millioen is
4872 milioen.
Het is maar 4367 millioen, dus verhoudingsgewijs 500
millioen te kort!
De huidige crisis vond ons dus niet zoo weerbaar als
die na 1920. Bovendien Is hij heviger, terwijl het de
groote vraag is, of de neergaande lijn thans ook maar
3 Jaar zal duren. De heer S. de Wolff heeft wel aangekon
digd, dat de ebbe tegen het einde van dit jaar in Ame
rika tot staan zal komen, doch het geslacht van den
©ngeloo-vigen Thomas is nog altijd zeer talrijk, zij geloo-
ven alleen wat zij kunnen voelen en tasten.
Wat het aantal aangeslagenen betreft, dat is sterker
^gestegen dan de bevolkingsaanwas, nJ. van 1.638.546 op
1.892.553, dus met 15V& procent
Zoo daalde ons gemiddeld inkomen van 19211922 tot
19301931 door twee oorzaken van f 2620 op f 2308. Wij
hebben echter al meer de opmerking gemaakt, dat men
met gemiddelden voorzichtig moet zijn: wie er beneden
blijft koopt voor het verschil niets!
Bovendien zegt dit gemiddelde alleen iets voor de
aangeslagenen: er zijn duizenden, die met zoo weinig
moeten rondscharrelen, dat ze niet eens belastingplichtig
zjjn.
5.47 percent van de aangeslagenen hebben f 5000 of
meer inkomen. Dat zijn er dus weinigen, doch dit kleine
proepje heeft 31 percent van het totaal-inkomen, dus
bijna zesmaal hun portie. Van deze belasting dragen zij
70.43 waaruit blijkt, dat er een flinke progressie in
zit Dit met den kinderaftrek maakt deze heffing tot de
meest rechtvaardige: er wordt rekening gehouden met
de draagkracht
Bij de indirecte belastingen gebeurt dat heelemaal niet
en daarom leek het ons zoo verkeerd, dat de inkomsten
belasting per 1 Mei 1928 werd verlaagd met ongeveer 16
4 17 millioen. Minister De Geer kon dat bedrag toen
missen, meende hij, doch volgens zijn eigen verklaring
van 1923 zou hij billijker gehwideld hebben, als hij toen
de accijnzen enz. zooveel lager had gemaakt.
Op 11 April van genoemd jaar erkende hij in de
Eerste Kamer, dat indirecte belastingen gemakkelijker
laten zijn afkeuring uit te spreken over de voor
waarde die de minister er aan verbindt, wat het loon
betreft. Uit alles blijkt, dat Z.E. zich stfrk voelt,
wat ook blijkt uit het kortingswetje Maar daaronder
zal spr. de tuinders niet willen laten bloeden en in
het belang van de tuinders zal hij zijn stem aan het
voorstel geven.
De heer Van Erp zal ook zijn stem aan het voor
stel geven, evenwel met uitzondering van wat be
treft de aanvrage van J. Bakker te Grootewal. om
dat spr. den indruk heeft, dat deze aanvrage niet
voor hem alieen is.
De heer Orsel vindt het jammer dat de heer Van
Erp dit in het openbaar zegt en zegt de vrees van
Jen heer Van Erp niet te deelen De heer Van Erp
zal misschien denken, dat spr. dit zegt omdat de
neer Bakker een partijgenoot van hem is, maar dal
is niet het geval. Spr. acht werkelijk die vrees on
juist.
De Voorzitter zegt. dat het ook hem leed doet, ge
zien de kiesche behandeling van de geheele zaak,
waarbij de raad heeft vermeden het noemen van een
naam, dat de heer Van Erp dit naar voren brengt.
De heer Van Nuland zegt er tegen te moeten pro
testeeren. dat de heer Van Erp dit doet. Twee avon
den heeft de raad aan deze zaak besteed, de geheim
houding is den raad opgelegd en daar heeft de heer
Van Erp zich zonder eenig voorbehoud aan onder
worpen. Spr. had zooiets niet van den heer Van Erp
vernacht.
De heer Orsel zou nog.verder willen gaan en zegt
dat bij hem de vraag rijst of hier niet gezegd kan
kan worden: „zoo de waard is vertrouwt hij zijn
gasten."
De heer Van Erp vraagt het woord, doch de Voor
zitter merkt op, dat de heer Van Erp zich dan
strikt dient te houden aan de opgelegde geheim
houding.
De heer Van Erp: Dan roept U me maar tot de or
de. Spr. wijst er dan op dat hij zich het recht voor
behoudt, als hij zulks in het belang der gemeente
acht. het gaat hier om de finantiën, zooiets naar vo
ren te brengen. En wat de opmerking van den Orsel
betreft „zoo de waard is vertrouwt hij zijn gasten",
de heer Van Orsel is nog maar pas lid van den raad.
maar als hem iets van spr. bekend is. dat niet in
de haak is. dan vraagt spr. hem dit in het openbaar
naar voren te brengen. De vrees die spr. tot uiting
bracht, grondt hij op de gegevens.
De Voorzitter sluit de discussies, maar de heer
Bakker meent, het recht te hebben, nog iets te
zeggen.
De heer Bakker merkt nog op. dat men de menta
liteit van den heer Van Erp kent en hij zal den heer
Van Erp nog wel eens spreken.
De heer Van Erp: Nu maak je me bang.
Het voorstel van B. en W. wordt met algemeene
stemmen aangenomen, waarbij de heer Van Erp
evenwel zijn voorbehoud t.a.v. die eene aanvraag
aangeteekend wil zien.
Hierna sluiting.
Om de aanflacht te vestinen ot> den nood
ten plattelande. Krachtige nrotesten te
gen de verwerping der pacht-ontwerpen.
Het nlatte'and moet voor ondergang wor-
den behoed.
Donderdag is in de Harmonie te Leeuwarden een
boerendemonstratie gehouden, belegd door den Bond
van Landpachters, om de aandacht te vestigen op
den nood ten plattelande. Er waren naar schatting
ongeveer 2500 boeren en boerinnen naar Leeuwarden
gegaan, meerendeels in autobussen.
De heer E. S. Wesbonk, voorzitter van de Friesche
worden geïnd en oogenschijnlijk gemakkelijker worden
gedragen, doch hij voegde er aan toe:
„Als keerzijde van de medaille staat hier echter tegen
over. dat de indirecte heffingen niet alleen geen re
kening houden met de draagkracht, maar ook oneven
redig zwaar drukken op de groote gezinnen.
Bij de directe heffingen heeft men althans een beschei
den kinderaftrek hier te lande; bij de indirecte heeft
men dit niet; men heeft daar een omgekeerden kinder
aftrek, een klnderby telling; hoe meer kinderen, des te
grooter aandeel in de belastingen."
Wij voegen hier dit aan toe:
er zijn politieke partijen, die in hun program speci
aal opkomen voor de belangen der groote gezinnen, doch
in de praktijk daarvan weinig laten merken.
Op die wijze werken zy er toe mede, om de politiek
een slechten naam te bezorgen.
NAT. SOCIALISTEN.
De Duitsche Nationaal Socialistische Arbeidsparty
heeft met geen enkele socialistische party iets te maken
Zy gebruikt het woord op verwarringwekkende wyze,
waarschyniyk met geen ander doel dan om een naam
te voeren, waarin klanken gehoord worden, welke bij
de groote massa bekend zyn. Socialisten zijn de Nazi's
in geen geval. Zy moeten van het socialisme niets we
ten en bekampen het zoo hard zy kunnen. 1). Wat zij
wel zijn? Ja, dat is niet zoo makkeiyk te zeggen. Hun
leiders doen als dat soort Duitschers. datzich door hun
Inbeelding nooit vrienden heeft weten te maken. Zy vin
den zich een soort über-menschen, beter dan wie ook,
geschikt om desnoods de heele wereld te regeeren.
Wel is Hitier, de candldaat-president, nog niet eens
Duitsoh burger, doch hy doet alsof, en er zal wel een
middel gevonden worden om hem volwaardig te maken.
Wat hy en zijn vrienden najagen, biykt uit hun pro
gram van 25 punten. Het is voor ons van weinig belang
om er diep op In te gaan. Hoe echt „Duitsch" in den
ongunstigen zin het is kan blyken uit deze punten:
„Staatsburger kan slechts zyn, wie volktgenoot is.
Volksgenoot kan slechts zyn. wie van Duitschen bloede
is, onverschillig welken godsdienst men beiydt. Geen
Jood kan derhalve volksgenoot zyn.
„Wie geen staatsburger is, zal slechts als gast in
Dultschland kunnen, leven en moet onder vreemde wet
geving staan."
Als andere landen Iets dergelyks gingen doen als deze
Hitlerianen zich voorstellen, dan zou het er voor de tal-
looze Duitschers. die het Duitsche vaderland ontrouw
zijn geworden, niet best uitzien.
Zoo ver als de voormalige Duitsche Keizer gaan de
Nazi's niet: zy maken van God niet een speciale Duitsche
god, dien zy maar voor 't commandeeren hebben.
1). Dit beteekent niet, dat op hun program geen eischen
voorkomen, welke ook door de sociaal-democraten wor
den gesteld,
CONTIGENTEERING.
Een nieuwe naam voor een oude zaak: beperking van
den invoer.
Ia ze toe te juichen of niet?
Dat hangt er van af van welken kant men de zaak
bekykt, zooals uit het volgende voorbeeld zal biyken:
Het vleesch is goedkoop. Het aantal huismoeders, dat
hiertegen bezwaar heeft, zal niet groot zyn.
Voor hen die slachtvee te verkoopen hebben, zyn de
lage pryzen echter alles behalve aangenaam. Sommigen
hunner raken er door aan den grond.
Worden er nu maatregelen genomen om den prijs op
te jagen door een invoerverbod of door contigenteering,
dat wil zeggen door den invoer te beperken tot een ze
ker percentage, van den gemiddelden invoer van eenlge
voorafgaande jaren, dan moeten de huismoeders wat
afdeeling van den Bond van Landpachters, pleitte,
nu de Pachtwet is verworpen, voor het door de Vrijz.-
dem. Kamerfractie ingediende ontwerp.
De heeren J. M. Jansma betoogde, dat wel 75 pet.
van de boeren niet aan zijn verplichtingen zal kun
nen voldoen.
Laat men, zoo betoogde de heer Jelsma, nog een
stapje verder gaan en ook onzen zuivel en de positie
van den hypotheekboe^ verstevigen. De bond kent bij
na 300 gevallen van menschcn, die aan den rand van
den ondergang staan. Zij zijn de sneeuwbal, die. van
den berg rollend, een lawine zal vormen, die alles ver
nield wat op haar weg geplaatst is Het pfatteland
moet voor ondergang worden behoed.
De heer Van Houten zeide, dat de crisis niet lijdelijk
mag worden ondergaan. Door krachtige organisatie
moet aan de verbetering der maatschappelijke toe
standen gewerkt worden. Als er partijen zijn, die den
landpachter geen recht willen doen uit vrees voor
de rijken, behooren dergelijke partijen verlaten te
worden. De Nederlandsche hoeren weigeren langer te
knielen voor de partijgoden. Zij willen hun recht.
De volgende spreker, de heer A. D. de Groot, to
Groningen, zeide dat deze vergadering aan de regee-
rïng moet toeroepen: „Wees -araat! Nog een poosje
gewacht en een der nijver u groepen van de be
volking zal ten onder zijn gegaan."
Spr. laakte de handelwijze van sommige verpach
ters. Een eigenaar in Groningen was genegen een
reductie van 25 gulden toe te staan mits de pachter
bereid was voor 150 gulden per hectare in te huren.
Een andere pachter wcVd door zijn landheer, wien hij
om reductie had verzocht, naar huis gestuurd met de
opmerking: „Gebruik eerst je spaarpenningen maar
op." Ook deze spreker teekende den noodtoestand op
het platteland. Er wordt, zeide hij, in vele pachters-
gezinnen bittere armoede gelei en. Daarom is het noo
dig, dat wij in massa optrekken om onzen machtigen
invloed op de regeering en op de publieke opinie uit
te oefenen. Eerst wanneer epn betere rechtspositie
voor den pachter is verkregen. ..an de vroegere ar
heidsvreugde voor hem worden terugge onnen.
Daarna voerden nog andere sprekers het woord.
Tijdens de vergaderingen was het rustig; menig
maal werden de sprekers door enthousiast applaus
onderbroken Van een demonstratieven optocht werd
afgezien daar het bestuur zulks niet raadzaam had
geacht
Storm en koade op den Balkan.
Uit Constanza, in Roemenië, wordt gemeld, dat de
Zwarte Zee daar ove.' een breedte van 400 meter van
de kust is dichtgevroren. De haven is volkomen afge
sloten. Czernowitz is volkomen ingesneeuwd.
Uit Sofia: In Bulgarije is een groot aantal plaatsen
jloor sneeuwstormen geïsoleerd. Het meerendeel van
do lokaaltrefnen vertrekt niet. Internationael treinen
komen met groote vertraging aan: aan de zeekust
woeden geweldige sneeuwstormen. In de haven van
Boergas is het lossen van goederen gestaakt, daar
gisteren 7 havenarbeiders door den storm in zee wer
den geblazen.
Sneeuwstormen in Oost-GaliclS.
Uit Warschau: In Oost-Galicië woeden hevige
sneeuwstormen. Tp een groot aantal spoorwegen is
het verkeer gestaakt. De treinen blijven in de sneeuw
steken. Te Lemberg ligt de sneeuw twee meter hoog.
Het electrische tramverkeer is gesta. t.
meer betalen en de verkoopers van slachtvee ontvangen
wat meer. Deze laatsten zullen dan misschien juiohen,
de eerste zeker niet. Haar aantal is veel en veel grooter
dan dat van de laatsten, en dus, zou men geneigd zyn
te zeggen, wordt het grootste belang geschaad.
In theorie moet het mogeiyk zyn, om door contigen
teering paai en perk te stellen aan abnordthlen invoer,
welke binnen de eigen grenzen slachtoffers zou maken.
Als byv. Denemarken of Zuid-Amerlka door overheids
steun of op andere wyze Nederland volpropten met
spotgoedkoop of bevroren vleesch, zoodat er voor onze
eigen vetweiders en varkensfokkers geen loonende prij
zen meer mogelijk waren, dan zou men van oneeriyke
concurrentie kunnen sprek en-daaraan een end kunnen
maken door te bepalen: uw invoer mag slechts zoo en
zoo groot zyn.
Zoo heeft de Tweede Kamer het ook opgevat, doch de
Regeering pas 't anders toe. olgens haar eigen gegevens
was de invoer van vleesch heelemaal niet boven het
normale en toch ging zy contigenteeren.
Onze uitvoer hokt en daardoor zyn de pryzen gekel
derd, maar niet door de concurrentie van Deenach of
Argentynsch vleesch.
Op deze wyze wordt de contigenteering een gevaarlyk
wapen, het snijdt in eigen vleesch, zooals de hulsmoe-
ders voelen en bet scherpt bovendien dit gevaar, dat
getroffen landen maatregelen nemen om invoer uit ons
land van andere artikelen te bemoeilyken.
Daar is dan de vicieuse cirkel weer. Ik hinder u,
u hindert my, ik hinder u nog erger, u hindert my weer
erger, enz. enz.
De grondfout is natuurlyk, dat er In de productie geen
systeem zit en dat zy niet gericht is op de vervulling
van aller behoeften.
IEDERE KETTER
U kent natuurlyk de uitdrukking: iedere ketter heeft
zjjn letter. Of ze in andere talen ook voorkomt, weten
wy niet, doch in de onze past ze precies. Wij tellen
Immers de godsdienstige secten by vele tientallen?
Er komt nu echter een variatie en daar zitten gel-
deiyke gevolgen aan vast. Eigeniyk is die variatie er al,
doch ze breidt zich uit als een olievlek. Wy bedoelen
deze: Iedere '?t zijn schooltje.
De goedbedoelde wet van Minister de Visser krijgt
zoo langzamerhand een toepassing, die letteriyk onbe
taalbaar wordt en in wezen erger dan dwaas is.
Het jongste en ergste staaltje daarvan vertoont Hil
versum.
B. en W. stellen voor om in een bepaalde wyk mede
werking te verleenen aan de stichting van een school
op gereformeerden grondslag, omdat aan alle eischen
van de wet Is voldaan.
Eerste bestrijder is een anti-revolutionnair, die dat
doet met een bloedend harte, doen* die constateert, dat er
expres een nieuwe vereeniging is gesticht, om dit school
tje mogeiyk te maken. Van drie bestaande chrlsteiyke
scholen moeten leerlingen afgehaald worden om het te
bevolken, terwyl, zooals later biykt, op een dier scholen
nog 70 leege plaatsen zyn.
Ook uit christelyk-historischen hoek kwam verzet en
van andere zyde werd nog aangetoond, dat van 27 der
opgegeven leerlingen met vry groote zekerheid gezegd
kon worden, dat zy in den loop van dit jaar niet meei
leerplichtig zouden zijn, terwyl 5 kinderen nog slechts
vier jaar tellen.
En waarom dit alles?
Tusschen deze gereformeerden bestaat geen overeen
stemming ten aanzien van de doopbelofte en dus eischt
elk groepje zyn aparte school, terwyl het niet eens
zeker is, dat er onderwyzers te vinden zyn, welke zich
met ieders aparte opvatting der doopbelofte kunnen vei-
eenigen.
Niettemin: het schoolbestuur eischt en naar den letter
der wet is alles in orde!
Een gebeurtenis uit de jescbk
denis der Republikeinse!, w
weging in Ierland.
De verkiezingen, dozer dagen in Ierland geWi
waarby de leider der republikeinen. De Valera,
sterk op den voorgrond trad, heeft een gebeurteaijf.
de geschiedenis der voorstanders van de Iersche cc'
hankeiykhldsbeweglng in de herinnering tenigp^
pen. Het is de sensationeele ontsnapping van De vL«
In het jaar 1918. Hy zat toen met 17 andere Sina?(
ners (aanhangers van de S i n F e i n. dat is
in de gevangenis te Lincoln opgesloten tegelijk met b
Engelsche oud Lagerhuislid, A. Fenner-Brockway,
leider van da onafhankeiyke arbeiderspartij.
DE VALERA.
Deze laatste vertelt nu in „De Star" hoe De Vak
met twee anderen ontsnapt is.
„Ik was", zoo vertelt hy, „van Liverpool naar
overgebracht, omdat ik weigerde mij aan de gevatj
nisregelen te onderwerpen. Elf maanden lang werd 'i
23 van de 24 uur per dag in myn cel opgesloten gehoude
en drie maanden lang werd ik op strafdieet gezet, j
weet niet of ik het wel zou hebben uitgehouden »lii
Sinn Feiners myn isolatie niet verbroken hadden. C;
zekeren morgen ratelde de ventilator In den buiteaaa
van myn cel. Ik klom naar het raam en keek au
bulten. Daar stond een gevangene. Aan den rooden te*
om zyn mouw was te zien. dat hy een van de beidei»
vangenen was, die zich zonder bewaker buiten mochijj
bewegen. Hy had drie jaar gekregen wegens een au
slag.
„Wie ben Je. waarom wordt je zoo behandeld?" fl®
terde hij. Ik vertelde het hem snel „Weg" riep hij, toe
en liep door. Even later hoorde Ik een troepje gevu*
oen met bewakers voorby komen. Den volgenden dg
omstreeks den zelfden tyd ratelde myn ventilator ut,
rk was dadeliik bU het raam. „2k>rg morgen voor is
woord", zei de gevangene. Hy gooide een pakje doa
het raam en ging. Dit pakje bestond uit een potlood i
een papiertje, dat het aanbod bevatte om berichten dot
te zenden aan mijn familie en om my kranten te be»
gen. Zeven maanden lanR kreeg ik eiken dag de kru®
en voerde ik een dageiykache correspondentie metk
Sinn Feiners, zonder dat de gevangenlsautoriteltio
achter kwamen dat wy met elkaar in verbinding tó t
den. Soms bevatten de berichten van de Sinn Fda
voor mij onbegrijpeiyke mededeelingen. „wy htU I
goede hoop", schreven zy op zekeren dag. Vervolge f
De raad vond het echter al te gortig en verwierp bt
voorstel van B. en W. met op 2 na algemeene stemma1;
een van die twee was van den wethouder, die het vco
stel van het College moest verdedigen, ofschoon hijt
tegen was, en één stem kwam uit den raad.
Is het hiermee nu afgeloopen?
Dat hangt van het nieuw-bakken schoolbestuur C
dat nu neg geen school heeft. Zoekt dat het „hoogen?1
dsn heeft het alle kans op succes.
Want de letter van dezen ketter klopt eigeniyk ml
met de wet.
En wetten zyn er om uitgevoerd te worden, nietwaar!
Als er maar wat te halen Is!
SPAREN.
Volgens het Statistisch Zakboek 1931 hadden de b
leggers by de Rykspostspaarbank ten getale van nih
2.201.000 op het eind van 1929 een te goed van 351.118.W
gtilden. Eind 1931 waren er 2.227.364 boekjes in omloof
met een tegoed van byna 429.400.000 gulden, of ruim ïl
millioen meer.
Meende u ook niet, dat we sinds eind 1929 een crisli
beleven?
Daar is geen twyfel aan, doch die 78 millioen bewtjzea
ook niet het tegendeel. Er is gebrek aan vertroawen,
met dit gevolg, dat sommigen hun geld ongebruikt li
hun linr.en- of hun brandkast laten liggen en dat afr
deren met een beetje meer moed het in bewaring gevet
by de spaarbank.
Die vinden ze nog wel sekuur, weet u!
Onderwyl stagneert byv. het bouwbedryf, omdat
geen ge^d voor credieten beschikbaar wordt gesteld.
Het is er wel, maar de bezitters biyven er oa
zoo te zeggen op zitten.
Wat al een heel rare manier van gebruiken la
EEN HERINNERING.
Op de agenda van de Volkenbondsvergadering v-
4 September 1924 stond maar één punt: ontwapen^
Als eerste spreker beklom de Engelsche Minister1
President MacDonald de tribune, waar hy door de over»
volle zaal stormachtig werd toegejuicht en van daal
sprak hy de volgende merkwaardige woorden:
„Het gevaar waar wy thans tegenover staan be
staat hierin, dat men gelooven kan dat de natlonsk
zekerheid slechts een militair vraagstuk is, dat al
leen door macht kan worden opgelost. Deze voci-
stelling kan voor één oogenblik voldoende zyn, kal
ons éen oogenblik doen inslapen. Zy kan groote
kleine naties doen gelooven dat hun bestaan Biet
meer in gevaar is, maar mijne vrienden, elk sys
teem ontwikkelt zich, elke idéé brengt consequen
ties mee. En als wy na al die vreeseiyke voorbeel
den die i geschiedenis ons leert en die ons allea
bewyzen dat een militaire macht de zekerheid vol
strekt niet kan waarborgen, wanneer wy, zeg
achterwaarts gaan en de waanzin van onze voor
gangers herhalen, dan is deze zekerheid, die
slechts voor een korten tyd kunnen scheppen, niets
anders dan een verraad aan de volken, die wij mis
leiden, en met een valsere voorstelling in slaap
sussen".
De groote by'val, waarmede deze woorden ontvangen
werden, is algemeen bekend. Herriot stond van
zetel op en klapte demonstratief in zyn handen.
Deze herinnering ontleenen we aan „Vrede".
Nu zyn we 7% jaar verder.
Hoe spreekt Engeland nu?
En hoe reageert Frankryk daarop?