AllHItll KilltS-
Een Crisisvergadering van de
Hollandsche Maatschappij v. Landbouw.
Uilgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co, Schagen.
Eerste Blad.
Dinsdag 22 Maart 1932.
SCHAGER
75ste Jaargang No. 9041
COURANT
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330 INT TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden fl.SO. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 0.85, iedere regel meer 15 cent (bewijsno.
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN.
1500 Boeren bijeen ter
bespreking van den
noodtoestand.
Sterke drang op regeoring en
volksvertegenwoordiging. Tal van sprekers
bepleiten daarom een hechte organisatie.
Door het Hoofdbestuur van de Hollandsche Maat
schappij van Landbouw was tegen Maandag 21 Maart
In het groote gebouw van de Graan beurs te Alkmaar
een crisisvergadering uitgeschreven. Een groot aantal
touring-cars. personen-auto's enz. brachten honderden
bezoekers naar de kaasstad, de versohillende parkeer
terreinen waren dioht bezet met deze voertuigen en het
groote graan beursgebouw was dan ook weldra geheel
gevuld. Ruim 1500 bezoekers hadden aan den oproep van
hoofdbestuur en afdeelingsbesturen om deze vergadering
bij te wonen, gevolg gegeven. 0.a, waren aanwezig, de
heer Westerman. Hoofdinspecteur van het Landbouw
onderwijs. de heer A. W. Michels, lid van Ged Staten, de
heer Molhuijzen, secretaris van het Ned. Landbouwco-
mité, de heer Van Asch van Wijck, secretaris van de
Provinciale Land bouwcommissie, de heer K. de Boer
van Assendelft, eerelid der Hollandsche Mij. van Land
bouw, oud-eerste kamerlid en voorts de heer Klaver, wet
houder der gemeente Alkmaar.
De rede van Dr. H. J. Lovlnk, voorzitter
van de H. M. v. L.
De heer Dr. H. J. Lovlnk, spreekt namens het Hoofd
bestuur het openingswoord en heet daarbij in het bij
zonder welkom d< hier bovengenoemde autoriteiten, om
daarna uiteen te zetten dat de ernstige crisisomstan
digheden de werkzaamheden van het Hoofdbestuur gron
dig hebben gewijzigd, waardoor het contact met de af-
deelingen en leden verzwakt is geworden. In het orgaan
der vereeniging wordt zooveel mogelijk weergegeven,
wat door het Hoofdbestuur geschiedt en wat door de
centrale landbouworganisaties wordt verricht. Het hoofd
bestuur is overtuigd, dat het in den geest van de leden
heeft gewerkt. Het wenscht vandaag hierover getuigenis
af te leggen en gelegenheid te geven aan het Ned. Volk
te toonen, dat de aanwezigen allen achter de door het
Hoofdbestuur en de door de 3 centrale Landbouworga
nisaties naar voren gebrachte wenschen staan.
Door de landbouworganisaties is een voorstel uitge
werkt, dat een melkprijsverhooging met zich zou kun
nen brengen. Dat voorstel is thans in handen van den
Minister en kan binnenkort by den Staten-Generaal in
behandeling komen. Het is goed dat de Regeering be
grijpt, dat de Nederlandsche veehoudersstand in zijn
geheel verlangend uitziet naar een spoedige behande
ling van dit denkbeeld en van de Volksvertegenwoordi
ging verwacht, dat zij haar medewerking hieraan zal
verleenen. De Nederlandsche boerenstand heeft steeds
een afkeer getoond van Overheidsmaatregelen. Die af
keer heeft hij thans nog. Het is dan ook de bittere nood
zakelijkheid die ons dwingt bij de Regeering op snelle
en afdoende steunmaatregelen aan te dringen.
Wij meenen, als wij aandringen op zoodanige maatre
gelen, te handelen in 's lands belang. De Nederlandsche
boeren- en tuindersstand is gevestigd op ongeveer 230.000
bedrijven. Als wij aannemen, dat het gezin gemiddeld 5
personen groot is, zoo beteekent dit, dat de landbouwen
de en tuindersstand tezamen vormen meer dan 1 mll-
Uoen inwoners, 13 a 14 pet. van het Nederlandsche volk.
Als wij de landarbeiders, die rechtstreeks va» het voort
bestaan onzer bedrijven afhankelijk zijn, daarbij tellen,
zoo komen wij op 20 a 25 pet. van het Nederlandsche
volk; dooh onze bedrijven vormen de welvaartsbron voor
het geheele platteland en ook nog voor een gedeelte van
de verdere bevolking. Wij zullen niet ver mis zijn, indien
wij aannemen, dat 40 a 50 pet. van het Nederlandsche
volk afhankelijk zijn van het voortbestaan van onze
land- en tuinbouwbedrijven.
In den tijd van den grooten oorlog heeft ons Neder
landsche volk gevoeld, dat de Nederlandsche landbouw
in tijden van roering en van oorlog onmisbaar is om in
de allernoodigste voedingsmiddelen te voorzien. Het In-
stand houden van de landbouwbedrijven in dezen crisis
tijd zal in tijd van oorlog, of in tijd van economischcn
nood van meer beteekenis blijken, dan de uitgaven voor
leger en vloot.
De Nederlandsohe boerenstand is groot geworden in
Tije concurrentie. In de vorige landbouw-crisis is het
8ysteem van uitzieken door de Overheid toegepast en
°°k thans zijn er nog die dit systeem voor de tegenwoor
dige landbouwcrisis van toepassing zouden willen ver
klaren. De Nederlandsche boerenstand is voor dat uit
zieken niet bang. Doch van uitzieken van de landbouw
crisis in de wereld is geen sprake. In bijna alle landen,
vooral geldt dit voor Europa, het gebied waar wij onzen
grootsten afzet hebben, worden de landbouwers en in
zonderheid ook de veehouders beschermd en daardoor
instand gehouden. Als in deze omstandigheden op den
Nederlandschen boerenstand het uitziek-systeem zou
worden toegepast, zoo zou dit beteekenen, dat een der
sterkste concurrenten op de wereldmarkt het slachtoffer
van de crisis zou worden, doordat de Regeering, waar
onder hij werkt het landsbelang niet begrijpt. Doch ook
jn ons eigen land door organisatie van patroons en ar-
helders, door collectieve arbeidsovereenkomsten en prijs
afspraken zijn talrijke groepen in de gelegenheid, zij het
niet altijd voor 100 pet., zich van de vrije concurrentie te
ontdoen en de prijzen te regelen. Door trust- en kartel
vorming in de groot-industrie wordt in gelijke richting
gewerkt.
Het is ook in het belang van de beschutte bedrijven,
dat de boerenstand voor ondergang wordt behoed. Zij,
die voor zich zelf een bepaalde verdienste weten op te
eischen, hebben niet meer het recht aan den Nederland
schen boerenstand een prijs voor zijn producten te wei
geren, die eenig loon aan den boer en zijn gezin laat.
Er is hier niet alleen een plicht van de Regeering om
te helpen, wij hebben ook recht tegenover dat gedeelte
van het Nederlandsche volk, dat de steun, aan ons ver
leend, zal moeten opbrengen.
Als wij ons thans wenden tot de Overheid, zoo kun
nen wij bovendien wijzen naar hetgeen die Overheid
thans doet voor andere klassen van ons volk. Daarvan
profiteeren de beschutte bedrijven, terwijl de onbesohutte
bedrijven door de sociale en hygiënische voorzieningen
zwaarder worden belast
Er zijn dus voldoende motleven aanwezig die steun
maatregelen is dezen tijd rechtvaardigen en het in
zicht in den toestand behoort dan ook onder de boeren
gemeen goed te zijn en gaandeweg ook door te dringen
in de andere groepen van ons volk. Hier ontbreekt het
nog wel eens aan, doch met vereende krachten en door
groote eensgezindheid moet worden medegewerkt, dat
deze eerlijke overtuiging in steeds breedere kringen
werdt verspreid. Meer dan ooit is thans noodzakelijk
dat de Ned. boerenstand solidair is, zijn kracht in een
heid zoekt en voor zijn overtuiging propaganda maakt
zooveel hij kan, in eigen kring. Spr. hoopt dat de aan
wezigen vandaag zullen toonen. bewust te zijn van de
beteekenis en van de noodzakelijkheid, dat voor het
boerenbedrijf en de boerengezinnen wordt gestreden in
groote eendracht. In die overtuiging verklaart spr. de
vergadering voor geopend en dankt voor de trouwe op
komst. (Applaus).
De handelingen van het Hoofdbestuur. I
De uiteenzetting van den Secetaris.
De heer Ir. T. P. Huisman, secretaris van de H. M.
van Landbouw, verkrijgt nu het woord, om in een keu
rige rede uiteen te zetten, hoe door de crisis de 3 centra
le landbouworganisaties al spoedig met een gemeen
schappelijk urgentie-programma kwamen. hoe het
groene front, de samenwerking van de standsorganisa
ties der boeren was verkregen. Spr. herinnert aan den
bietensteun, aan de tarwewet, hoe aan de verdere wen
schen, die op dat eerste urgentie-programma waren ver-
meld gedeeltelijk wel, gedeeltelijk niet is voldaan. Bij
de herziening van ons tarief van invoerrechten zijn op
eenige landbouwproducten ook invoerrechten gelegd, op
boter 20 pet., op vleesch is het invoerrecht van 10 tot
20 pet. verhoogd .De opcenten op de grondbelasting
zuilen ovor 20 pet. worden afgeschaft. De spoorvracht-
tarieven voor aardapp. zijn tijdelijk verlaagd geworden,
teiwijl een Staatscommissie over dit vraagstuk is inge
steld, wier rapport wij reeds eenige maanden lederen
dag kunnen tegemoet zien. Aan het verlichten van de
lasten van wegenonderhoud voor het platteland is
slechts in enkele provincies in beperkte mate iets ge-
dam. Aan den wensch dat het gebruik van Nederland
sche land- en tuinbouwproducten bij Overheidsbedrijven
en instellingen zou worden bevorderd, is alleen door den
Minister van Oorlog gevolg gegeven inzake het gebruik
van Nederlandsch vleesch voor het leger, doch aan het
verzoek om den druk der sociale lasten op het land
bouwbedrijf aanmerkelijk te verlichten, is nog steeds
niet voldaan. Met dezen laatsten wensch vraagt onze
organisatie en met ons onze Centrale Organisatie, dat
deze lasten niet langer door de werkgevers in het land
bouwbedrijf woren opgebracht.
In dit verband toch noemt spr. de Ioonen, welke de
veehouders voor hun arbeid hebben verdiend in de Al-
blasserwaard en in het Middengewest van Noordhol
land over de 5 laatste boekjaren. Uit dit overzicht blijkt
dat in de Alblasserwaard van Mei 1926 tot Mei 1931 per
jaar gemiddeld aan loon voor hun arbeid is verdiend
f 195 zegge nog géén f 200, waarin ook nog begrepen is
de huurwaarde van de woning en de waarde van de uit
het bedrijf voor de huishouding gebruikte producten. In
het Middengewest van Noordholland is het loon, waai>
onder ook weer huishuur en waarde van de producten
uit het bedrijf zijn begrepen, f 826 per jaar.
Van het urgentie-programma, dat inzonderheid In
verband met de ernstige crisis in de akkerbouwbedrij
ven werd opgesteld, zijn diverse wenschen nog niet
vervuld. Het Hoofdbestuur heeft voor bestudeering en
uitwerking van deze belangen een akkerbouwcommis
sie ingesteld en deze Commissie heeft zeer nuttig werk
gepresteerd ten bate van de genomen regeeringsmaat-
regelen. Spr. noemt hier haar voorstel om tot een
brouwgebod voor Nederlandsche gerst te komen. Dit
voorstel is thans bij den Minister van Arbeid is bespre
king.
In verband met de sterke prijsdaling van de veeteelt
producten, heeft het Hoofdbestuur mede op verzoek
van het Landbouwcomité de mogelijkheden bestudeerd,
die tot verbetering van den toestand zouden kunnen
leiden. Spr. herinnert ook aan het contingenteerings-
wetje, wat het eerst werd toegepast op het Deensche
vleesch, doch wijst ook op de scherpe actie tegen contin-
genteering, omdat zij de exportbelangen benadeelt.
Het Hoofdbestuur heeft steeds in deze contingentee-
ring niet gezien een prijsvoordeel als wel een voorkomen
van een totaal waardeloos worden van ons rundvleesch.
Sinds 21 November 1931 is de prijs van melk- en kalf-
kceien met ongeveer 17 pet. gedaald, van kalveren met
50 pet., van schapen met 38 pet., van varkens 31 pet. en
van zouters met 32 pet., doch van vette koelen met 8 pet.
Ofschoon wij aan deze cijfers niet te veel waarde moe
ten hechten, valt daar wel uit af te leiden, dat tund-
vleeschprijzen, al zijn zij dan ook niet gestegen, ook niet
veel zijn gedaald en de vraag rijst nu, wat zou er met
onze rundvleeschprijzen gebeurd zijn, indien Denemar
ken hier vrij zijn geweldig overschot op de markt had
kunen blijven brengen. Weest voorzichtig.
De contingenteering van den invoer van het Deen
sche vleesch is voor ons van enorme beteekenis. Met alle
kracht, die in ons is, moeten wij er naar streven, dat
deze invoerbeperking blijft gehandhaafd om een totale
ineenstorting en een onverkoopbaar worden van een
gedeelte van ons rundvleesch» dat wij op het oogenblik
voldoende produceeren voor eigen verbruik, te voorko
men. Veehouders let op uw zaak!
Spr. noemt dan verder de invoerrechten op boter, en
de pogingen die worden aangewend om te komen tot
een melkprijsverhooging van ongeveer 2 cent per liter.
Dit voorstel is ingrijpend cn ingewikkeld, dooh als het
slaagt, zal de Nederlandsohe veehoudersstand, die ex
portbedrijf is, op een wijze worden geholpen, als nog
nergens ter wereld bestaat. Dan zal iedere veehouder
met blijdschap den dag gedenken, dat hij zich als orga
nisatieman liet inschrijven.
Het denkbeeld Is ingrijpend en ingewikkeld. De be
doeling is, dat de boter en andere melkproducten als
ook de melk in Nederland hooger worden betaald en
voor de uitgevoerde hoevéelheden, die voor wereldmarkt
prijs moeten worden afgezet, een toeslag wordt gegeven,
welke afkomstig zal zijn van een accijns op de andere
spijsvetten. Dit laatste is noodig om als de boterprijs in
ons land wordt verhoogd, de meerdere consumptie van
andere spijsvetten als margarine, zoo veel mogelijk te
beperken. De Ned. verbruikers zullen het moeten beta
len. doch het is redelijk te verdedigen. De crisiscommis
sie heeft de zaak nader bestudeerd en aan de regeering
als uitvoerbaar voorstel voorgelegd. De moeilijkheden
bij de uitvoering zullen ontegenzeggelijk groot zijn. Tal-
looze belangen zullen min of meer worden beschadigd,
doch het Hoofdbestuur is overtuigd, dat dit voorstel er
komen zal en er komen moet. (Applaus) Het ls het eeni
ge middel, dat tot nu toe voor den veehoudersstand een
maatregel belooft te worden, die eenigermate in den
nood kan tegemoetkomen.
Ook andere denkbeelden zijn nog door het Hoofdbe
stuur besproken, en wel op welke wijze de varkenshou
derij, en de schapenhouderij gesteund moeten worden,
waarbij het denkbeeld om verbetering te verkrijgen,
door prijsstijging, zonder de schatkist aan te spreken. Wel
wordt getwijfeld of door prijsstijging verbetering is te
verkrijgen, en zou liever gezien worden dat de bedrijfs-
onkosten daalden, doch de verdiensten van ambachts
lieden en middenstanders worden zooveel mogelijk ge
handhaafd. En waar de loonen der landbouwers in ver
houding tot die in de andere bedrijven nog ongunstiger
zijn dan voor den oorlog, zal ook een loondaling tot het
uiterste beperkt dienen te worden. Spr. bespreekt dan
verder nog de instelling van een credietcommissie, waar
bij Staatshulp of Staatsgarantie onontbeerlijk zal zijn,
de wensohelijkheid van een goed geoutilleerd departe
ment van landbouw, de noodzakelijkheid dat spoediger
geholpen wondt om tenslotte er op te wijzen dat men
pessimistisch gestemd zal moeten zijn bij zijn berekenin
gen t.a.v. de opbrengst in zijn bedrijf, doch optimist by
zijn dagelijkschen arbeid. Spr. wekt op. tot opofferings
gezindheid en tot solidairiteit tot het uiterste. (Applaus).
Welke geluiden we alzoo te hooren krijgen!
De heer K. A. de Boer, Nieuwer Amstel, ziet de oorzaak
van. dezen crisis toestand in den oorlog.. Spr. noemt de
sociale wetten, de leerplichtwet, de'Zondagswet, den ar
beidsduur. den zomertijd. Men heeft den moed niet om
het spreekwoord naar voren te brengen: gelijke monni
ken, gelijke kappen. Verder noemt spr. bijv. de hooge
verzekeringsgelden voor de varkens. Heeft de strenge
vee'ieuring gezorgd dat de t.b.c. verminderd is?
Da heer Ir. Dijt. Texel, zegt dat de internationale cri
sis nationaal wordt bestreden en dat de Internationale
Karaer van Koophandel thans een onderzoek instelt naar
de mogelijkheid of de crisis internationaal te bezweren
is. Spr. noemt als voorbeeld de contigenteering van het
Decnsch vleesch. welke maatregel een tegenslag betee-
ker.t voor andere groepen, en daarom zou spr. willen dat
het Hoofdbestuur naast het vele goede, dat het reeds
voor den boerenstand heeft gedaan, een bijzondere stu
die maakte van de mogelijkheid of de crisis uit land-
bo woogpunt Internationaal is te bezweren.
De heer G. Stapel Gz., Sijbekarspel, spoort aan zich te
scharen bij de Hollandsche Maatschappij van Landbouw,
dat acht spr. de eenigste mogelijkheid om iets te berei
ken. Is er nog iets te bereiken om te krijgen een vrij
internationaal handelsverkeer over de geheele wereld?
De heer Jm. Blaauboer Gz.. Kolhorn, dankt het Hoofd
bestuur voor hetgeen het in het belang van den boeren
stand heeft gedaan, al had hij deze vergadering wel iets
eerder gehouden willen zien. De opzet van de afdeelin-
gen is geweest om af te komen van de sociale lasten.
Spr. vraagt aan het Hoofdbestuur om aan deze zaak
aandacht te blijven schenken. De sociale wetten behoo-
ren niet te vervallen, maar wij kunnen de kosten, eraan
verbonden, niet dragen. Ook vraagt spr. actie om te
krijgen een apart ministerie van landbouw en betreurt
dat er in de gemeenteraden van die jaknikkers de
voorstellen van B. en "W. accepteeren om een adres
daartoe te renvoyeeren naar de Vereen, v. Ned. Ge
meenten. (Applaus).
De heer Van Meerveld. Zunderdorp, zegt dat de op
komst vandaag een bewijs levert van den nood in den
landbouw. Wij danken het hoofdbestuur voor alles wat
gedaan is, maar roepen het toe: versaagt niet. Gij zyt
onze vertrouwensmannen en wy dringen met klem aan:
maak spoed met de zaak, wij kunnen niet wachten, geen
dag en geen nacht. (Daverend applaus) Wij zullen
niet allen eens zijn met de middelen die tot verbetering
zullen leiden. Spr. noemt bijv. dat den huurboeren de
gelegenheid moet worden gegeven de boerderijen te
huren, nadat de contracten geannuleerd waren. Voor de
hypotheekboeren waren nog een paar millioen te lee-
nen en den boer-eigenaar zou spr. aan zijn lot willen
overlaten. Waarom moet. zegt spr. verder, mijnheer van
de Keizersgracht profiteeren van de lage melkprijzen
enz. Verder wil ook spr. een apart ministerie van land
bouw en laat het Hoofdbestuur daartoe ten sterkste
ijveren. Kameraden, vakgenooten, zorgt voor solidairi
teit, biedt geen cent bij den executorialen verkoop vam
onroerend en roerend goed. Sta pal, roept spr., schaart
u achter het Hoofdbestuur. Laat ons tenslotte vertrou
wen op den hulp van God.
De heer Va n der Schans, Bussum, bepleit ook het af
wentelen van de onbeschutte bedrijven van de sociale
lasten. Zouden de werkloozen niet meer te steunen zijn
met aardappelen enz. enz? Moet niet getracht werden
te komen tot afschaffing van de vleeschaccijnzen? Kan
de zomertijd niet worden afgeschaft? Ook deze spr. zegt
dat op steun moet worden aangedrongen, en desnoods
de vuist moet worden gebald.
De heer IJff, Krommenie, onderschrijft de mededee-
ling van den Secretaris dat de antwoorden van den
minister treurig genoemd kunnen worden en spr. heeft
zich afgevraagd of het niet beter is dat de man zijn
baantje neerlegt. Er wordt veel te veel getalmd met
het nemen van maatregelen.
De heer W. Kooijman, Wognum, wijst er op dat deze
bijeenkomst is geboren uit grooten nood. Spr. wijst op
den steun aan de werkloozen, met minstens f 20 per
weck en bovendien in Alkmaar met bioscoopbonnen,
terwijl daar tegenover staan de land- en tuinbouwers,
die 80 uren per week werken en niets verdienen. De Ne
derlandsche regeering moet thans den landbouwer steu
nen. Een uitgebreide propaganda zal gevoerd moeten
worden om de organisatie sterker te maken. Het is
ontstellend te lezen dat de Kamer op Paaschreces is ge
gaan. waardoor weer 3 weken verloren zijn. weken,
waarin geholpen en gesteund moet worden. Voor de
verkiezingen in 1933 zullen de organisaties met een pro
gramma moeten komen. Voet voor voet moeten wij
vooruit Wij eischen bestaansrecht (Stormachtig ap
plaus.)
De heer Groot, Starremeer, meent dat de uurloonea
van de vaklieden veel te hoog zijn.
De heer K. Tensen, Callantsoog, oordeelt dat van re-
geeringswege te veel wordt overwogen, maar spr. wil
eischen en staking van leveranties. We krijgen toch
niets voor de producten.
De heer Barendregt, IJpolder, bespreekt den steun
aan de zuivel en onze lasten. Dr. Colijn vroeg waar
de f 60 a f 70.000.000 voor den steun aan de zuivel van
daan moeten komen. Spr. herinnert dan aan de offers
die aan land- en tuinbouwers in de mobilisatietijd werden
gevraagd. Millioenen en millioenen worden er besteed
aan de machinierieën in den Wieringermeer, machines
die over 3 jaren versleten zijn. En moet er dan gevraagd
worden waar het geld voor de steun aan de zuivel
vandaan moet komen? Ook spr. wijst op de verkiezingen
in volgend jaar, dan hebben de heeren ons noodig en ze
zijn dus nu nog murw. Laten wij daar rekening mee
houden. Wat den bietensteun betreft, dit is steun voor
de industrie. De sociale lasten noemt de heer Colijn
maar een bagatel, maar de directe kosten zy'n voor
spr. f 1000 per jaar. Het ls altijd de werkgever die al
tijd dergelijke kosten moet betalen, niet de burgemeester
of het kamerlid.
En is het 't Hoofdbestuur niet mogelijk te zorgen dat
we vry komen van de hoogheemraadschapslasten? (Da
verend applaus). De kosten zijn ten bate van Amster
dam en Haarlem op de boeren afgewenteld. Kunnen we
niet van dat dure huishouden afkomen. Amsterdam was
allang verzopen geweest eer 't water aan Alkmaar toe
was. Spr. wijst er op dat het Hoogheemraadschap reeds
de wegen overneemt, omdat zij voelen dat hun positie
wankel wordt. Aan den Bond van waterschappen zou
spr.. gevraagd willen zien, soepelheid toegepast te krij
gen bij het innen der polderlasten.
De heer V. Kaij, Hauwert, dringt aan op actie om
de melkprijsverhooging los te krijgen. Laat het Hoofd
bestuur pogen dat die verhooging nog voor Mei in toe
passing wordt gebracht. Anders zullen de boeren straks
hun arbeiders niet meer kunnen betalen. Is 't verder
niet mogelijk met Duitschland, een belangrijke afnemer,
in beter contact te komen?
Be heer Blauw, Obdam, bespreekt den steun aan de
varkenshouderij, en merkt op, dat de productie niet
vergroot moet worden.
De heer Bruin. Graft, sluit zich aan bij het betoog
van den heer Kooijman, speciaal waar deze opwekte tot
org aniseeren. Laten wij allen propagandist zijn.
De heer J. Kater, Wieringerwaard, dringt aan op het
vormen van éen front en op te komen voor de rechten,
van den boerenstand. Ook deze spr. herinnert aan het
offer dat in de oorlogsjaren aan den land- en tuinbou
wer werd gevraagd, terwijl nu worden gevormd com-
mi.sie zus, commissie zóó.
£pr. keert zich vooral tegen de ambtenarij. De cri
sis wordt thans uitgespeeld tusschen socialisme en kapi-
tal sme, ten koste van den boerenstand en brengende
tot armoede. Een krachtig front dient te worden ge-
vo.md tegen de tegenwoordig gevoerde politiek. Ook
Spr. wekt tot krachtiger organisatie op.
Het antwoord van den Voorzitter,
De Voorzitter wil thans overgaan tot sluiting van deze
goedgeslaagde vergadering en beantwoordt dan aller
teerst de sprekers De naar voren gebrachte zaken zullen
door het Hoofdbestuur ernstig onder de oogen worden
gezien. Spr. dankt de sprekers voor de correcte wijze
waarop de debatten plaates vonden. Het Hoofdbestuur
zal met nog te meer ijver trachten de billijke eischen in
vervuling te doen krijgen. (Applaus.) Wil men iets be
reiken dan is organisatie noodzakelijk, ook uit finantieel
oogpunt is dat gewenscht, want dan zal het Hoofdbe-
stur meer kunnen doen. Voor internationale oplossing
van de crisis is veel te zeggen, maar wat is er van den
te Genève gepropageerden vrijhandel terecht gekomen?
Niets! Ons land heeft zich zoo lang mogelijk verzet
tegen de opheffing van de vrijhandel, maar noodgedwon
gen worden we in een andere richting gedrongen. Voor
alles moeten we toch zorgen op de markten te blijven
en te trachten onze export te redden. De toestand voor
internationale oplossing wordt iets gunstiger.
Steun in nature aan werkloozen zal moeilijk gaan,
beter is het de prijzen op een dergelijk niveau te krij
gen, dat gewerkt kan blijven worden. Ook spr. is voor
opheffing van den zomertijd en wat een apart ministe
rie van landbouw betreft, herinnert spr. aan de afdee-
ling voor Economische Zaken tegen welke oprichting
spr. gestemd heeft. Spr. hoopt het te beleven, dat er nog
eens een apart ministerie van Landbouw komt. (Ap
plaus). Wat de Hoogheemraadschapslasten betreft, deze
zaak zal ernstig door het Hoofdbestuur worden bespro
ken. De varkenshouderij is inderdaad in de laatste jaren,
te sterk uitgebreid en deze zaak is dan ook moeilijk op
te lossen. Op de staatshuishouding zal zeker beperkt
moeten worden en spr. stelt dan tenslotte
een motie
voor, waarin deze crisisvergadering van 1500 boeren,
bij de regeering en volksvertegenwoordiging aandringt
op spoedigen steun aan den melkprijs, op spoedige
maatergelen die een einde maken aan de ondragelijke
verplichtingen van pachter en hypotheekboer, terwijl de
vergadering zich voorts schaart achter de verdere wen
schen door de Hollandsche Maatschappij en andere
organisaties naar voren gebracht.
Met applaus stemt de vergadering met deze motie
in, waarna de Voorzitter in zijn sluitingswoord den In
specteur van den Landbouw verzoekt, morgen den Mi
nister in kennis te stellen met de ernstige wijze waar
op vandaag de zaken hier zijn besproken.