VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR.
VE
Eindelijk had zij rust gevonden!
Hei
WIERTNGEN
De zeereerw. heer J. B. van den Berg, vroeger pas
toor alhier en later van Bergschenhoek, is aldaar
voorzien van de H. Sacramenten der Stervenden, op
74-jarigen leeftijd overleden. De laatste jaren was de
overledene te Bergschenhoek als rustend geestelijke
woonachtig geweest.
Op Zondag 24 April a.s. zal in café C. Scheltus te
llippolytushoef een bijeenkomst plaats hebben van
hen die belang stellen bij het zeegrasmaaien.
Z IJ P E
'T ZAND.
Zondag 24 April zal in lokaal Schrieken het slotbal
van de dansclub zijn. Zie verder adv.
H A REN K ARSPEL
Algemeene vergadering van de pluimveevereeniging
„Ons Belang", gehouden op Vrijdag 15 April des avonds
half acht ten huize van den heer D. Swager te Dirks-
horn. Aanwezig 12 leden.
De Voorzitter, de heer C. de Vries, betreurt het dat
de opkomst zoo gering is. Hij zegt dat er door de bon
den van hoenderfokkers enz. nogal wat werk van ge
maakt wordt om steun van de regeering te krijgen, er
is sprake van dat er 1000000 eieren ingelegd zullen wor
den, om den eïerhandel te bevoordeelen. wat zeker een
voordeel zal wezen voor de kippenhouders. Spr. heet
den aanwezigen en de pers, die het gesprokene alhier
wereldkundig zal maken, van harte welkom.
Daarna werden de notulen gelezen van de vorige ver
gadering, die zonder aanmerking en onder dankzegging
worden goedgekeurd.
Medegedeeld wordt dat van de 5 sollicitanten voor het
ophalen der eieren en het rondbrengen van het voeder,
gekozen is de heer R. LJpma.
Van de voederhandel te Bergen is ingekomen een toe
lage voor verkoop voeder voor de som van f 27.
Voorts is ontvangen 20 mud kippengrit uit Egmond,
die bereids bij de leden zijn bezorgd. Wanneer er grit
noodig is, kan dit opgegeven worden bij den eierophaler,
waarna het bestuur wederom voor bestelling zal zorgen.
Er is voorts tweemaal om een spreker gevraagd aan
het Bondsbestuur, doch er is geen spreker gekomen,
doch dit berust geheel op een abuis. Over het onderwerp:
kippenziekte, wordt echter een lezing gehouden op den
Pluimveedag, die gehouden zal worden te Bussum, op
18 Mei e.k.
De Voorzitter raadt de leden aan om dien pluimvee
dag te bezoeken, leerzaam als deze is. Staande de ver
gadering gaven zich 8 personen op, en meerdere leden
zullen worden gevraagd om dan gezamenlijk met een
autobus, wat het goedkoopste is, heen te gaan.
Het jaarverslag wordt nu gelezen, waaruit blijkt dat
het jaar 1931 voor de pluimveehouders nog al is gegaan.
Aan de orde is de rekening over 1931. De ontvangsten
hadden bedragen f 75.22, de uitgaven f 45.85, batig saldo
f 29.89. Namens de commissie voor het nazien der reke
ning verklaart de heer Zijdewind dat alles in de beste
orde is bevonden en adresseert tot goedkeuring.
De Voorzitter dankt de heeren voor hun moeite en
den Penningmeester voor zijn accuraat beheer.
Besloten wordt om voor broedeieren 2 ct. meer te
nemen boven den gewonen prijs.
De rondvraag levert niet veel bijzonders op.
De Voorzitter zegt de leden aan te bevelen om aan
deelhouder te worden van den voederhandel te Bergen
kosten per aandeel is f 25.waar men beslist voordeel
van heeft.
De heer D. Brouwer geeft zich op om aandeelhouder
te worden, waarna de Voorzitter den aanwezigen dankt
voor de opkomst en de vergadering sluit.
WARMENHUIZEN
Zaterdagavond is door het Departement tot Nut van
het Algemeen de laatste of laten we liever zeggen de
sluitingsavond gegeven voor dit seizoen. Dat de Za
terdagavond uiterst geschikt is, bleek wel uit de op
komst, want de zaal van den heer Slikker was van
voor tot achter bezet.
Door den voorzitter, Ds. Seulijn werd de bijeen
komst geopend na de aanwezigen een hartelijk wel
kom te hebben toegeroepen. Spreker memoreerde de
Nutsavonden, die over het afgeloopen seizoen waren
gehouden. De eerste avond, de vredesavond, die uit
ging van het Hoofdbestuur. Allen hebben hiervoor de
volle medewerking verleend om te trachten dit schoo-
ne doel te bereiken en met open hart afwachten de
beslissingen die te Genève zullen worden genomen.
Den tweeden avond hebben we gehoord den toonkun
stenaar Alt uit Bolsward met „Lohengrin". Ook dien
avond hebben velen van ons genoten. En nu tenslotte
de sluitingsavond, die met recht traditioneel is ge
worden, door dezen avond te geven met eigen krach
ten. Tevens wees spr. nog op het nut. dat vap de De
partementen uitgaat, buiten de avonden die worden
gegeven. Men mag vooral niet vergeten de bibliotheken
waarvan velen van ons zoo ruimschoots gebruik ma
ken; dit geeft kracht, vooral op geestelijk gebied. Spr.
wilde hierbij nog een kleine opmerking maken en
wel deze, dat door enkelen vele boeken worden ge
haald en gelezen, doch niet de diepere beteekenis die
hier soms in ligt, wordt begrepen. Als voorbeeld was
door spreker een boek uit de bibliotheek genomen,
getiteld: Droomkoninkje (van Heijermans). Een kort
stukje werd door spr. hieruit voorgelezen en aange
toond, welk een diepe beteekenis soms zit in opper
vlakkig beschouwd kleine woordjes. Bijzonder mooi
kwam dit tot zijn recht in de opmerking van het ke
reltje met den horrelvoet, over zijn pasgeboren zusje
en de buitengewone moederliefde die hierin tot
uiting komt. Op uitnemende wijze is dit door voor
zitter weergegeven.
Daarna werd het programma vervolgd met een
paar gedichtjes van den ouden heer Groet. Aan den
heer Groet een compliment, want op gebied van zang
en declamatie behoeft hij voor de jongeren niet on
der te doen.
Vervolgens een voordracht te geven door de dames
Barsingerhorn en Dekker, getiteld „Dweilvorstinnen".
Hiermede is door deze dames aardig succes geoogst
en heel goed gespeeld.
Hierna een leuke voordracht „Als de kat van huis
is", gegeven door de heeren Slikker en Bas en mej.
I. Sevenhuijsen-Bruin.
Daarna het hoofdnummer „En knap stel", klucht in
één bedrijf. De lachspieren kwamen geducht los, de
rollen waren prachtig verdeeld en schitterend is er
door allen gespeeld. Door het goede spel is het moei
lijk namen te noemen, maar toch gevoel ik mij ver
plicht Hannes niet te vergeten, want hij was terdege
de clou van het spel.
Tot slot nog de bekende en leuke voordracht „Het
Carnaval". Ook hierom is smakelijk gelachen.
Door voorzitter werd aan allen die tot het welsla
gan van dezen avond hebben medegewerkt zijn wel-
gemeenden dank gebracht, ook namens het bestuur.
Een extra woord van dank is niet misplaatst aan den
algeheelen leider van dezen avond, den heer Slikker
en den pianist, den heer Jn. Vlam, die ook altijd zijn
beste krachten hieraan geeft.
Het Nut kan op een buitengewoon goed geslaagden
avond terugzien. Na een gezellig bal tot slot keerden
allen voldaan huiswaarts.
STRAFZITTING VAN VRIJDAG 15 APRIL»
EEN GROOTENDEELS ONVERDIENDE
UITBRANDER.
Wegens ongesteldheid van mr. Taek, werd het OJ4.
ook ditmaal waargenomen door mr. de Groot, terwijl
mr. Van Dijk de taak van den heer Griffier, die niet
ziek, maar heute o, ao glücklich was, vervulde.
Als eerste „verdachte" die onder de strafrechter
lijke tondeuze werd genomen presenteerde zich een
jongmensch uit Heemskerk, genaamd E. W., aan wien
was ten laste gelegd, dat hij op 10 Maart j.1. met een
rijwiel den rijksstraatweg had bereden, ondanks deze
verkeersweg voor rijwielen was afgesloten.
De kantonrechter was om zoo te zeggen, woest op
dezen verkeerszondaar.
De wielrijders, riep hij vertoornd uit, zijn een onop
houdelijke ergernis voor de automibilisten, zooals ik
zelf in de gelegenheid ben te constateeren. Nu hebben
jullie voor je eigen veiligheid aparte wegen en toch
worden er overtredingen gepleegd tot last van de
autobestuurders. Maar reken er op, dat ik jullie streng
zal straffen, zeg dat maar vast aan je vrienden!
Mr. de Groot paarde eveneens zijn stem aan deze
strafpredicatie en noemde het feit ernstig genoeg om
f 10 boete of 10 dagen te requireeren.
Hierop kwam de al bij voorbaat geheel tot kachel
hout gekloofde verdachte aan het woord, om nuchter
op te merken, dat hij niet op een gewone, maar op
een driewielige bakfiets had gereden. Een dergelijk
veel plaats beslaand voertuig was naar meening van
den verdachte, ongeschikt voor een rijwielpad, dat
geen ruimte aanbiedt, bijvoorbeeld voor 2 bakfietsen,
om elkander ongehinderd te passeeren.
Deze eenvoudige toelichting goot dan ook olie op des
Kantonrechters toorngolven. De zaak kreeg dan ook
een geheel ander aanzien, want eerlijk gesproken heeft
de wetgever deze materie geheel onaangeroerd gela
ten, zooals de Kantonrechter loyaal moest toegven.
Weinig of geen jurisprudentie!
Mr. De Groot vermeende, dat dienaangaande door
den Hoogen Raad een arrest was gewezen en gaf last
de jurisprudentiekaart op artikel 11 motor- en rijwiel
reglement op de proppen te brengen, doch zijn verlan
gen kon niet worden bevredigd. Waar niet is, verliest
de Keizer en ook de Ambtenaar zijn recht!
Nolens volens was dus Mr. De Groot moreel ver
plicht zijn requisitoir te wijzigen en werd nu in dit
twijfelachtige geval gevorderd de minimumstraf, f 0.50
boete of 1 dag hechtenis.
De heer Kantonrechter adviseerde nu den bakfietser
in 't vervolg voorzichtigheidshalve maar het rijwielpad
te kiezen en voorts van meening zijnde, dat de wet
zich in casu niet voldoende uitlaat, veroordeelde hij
den verdachte conform requisitoir tot f 0.50 boete of
1 dag, een uitspraak waarmede de veroordeelde on
voorwaardelijk accoord ging.
Niettemin zal een aanvulling van het desbetreffend
reglementsartikel, dat duidelijk aangeeft, waar een
bakfiets nu eigenlijk thuishoort, wei noodzakelijk zijn.
NACHTELIJKE KINDERSPELEN VAN EEN UIT
ELKANDER GESPAT KAARTRONDJE.
De nijpende bedrijfsnood der tuinders van Koedijk
scheen voor de jongeheeren J. N. en J. de W. en P. K.
aldaar geen beletsel te zijn om na het beëindigen van
een kaartavond in den nacht van 5 op 6 Maart een
kluchtspel te spelen, dat aan baldadigheid al zeer
nauw verwant was.
De heeren waren namelijk zoo vrij, om een roei
bootje. dat in een sloot voor het huis van den eige
naar, den arbeider Jacob Kerkmeer, lag vastgemeerd,
op sleeptouw te nemen en het met inspanning van alle
krachten te hijschen aan boord van een in de nabij
heid liggende praam. Hoogst voldaan over die mooie
mop, trokken de grapjassen huis- en bedwaarts, doch
de heer Kerkmeer, die 's morgens zijn schuitje miste,
was minder verrukt over het welslagen van deze
boerenstudentengijn. Hij was niet in staat zonder hulp
het schuitje weer vlot te brengen en toen hij einde
lijk de bezwaren te boven was gekomen, bleek het
galjoen ook nog lek te zijn op den koop toe.
Het jolige trio stond heden terecht ter zake balda
digheid en gaf aanleiding tot de gerechtigde vraag
van den kantonrechter, of destijds de haver h$n had
gestoken!
De heer Kerkmeer was present als getuige en deed
verslag van het avontuur, waardoor hij gedurende
een week belet was, van zijn voertuig gebruik te
maken.
Heb je nog schade gehad, vroeg de Kantonrechter.
Ja zeker, zei getuige met een verrukten glimlach. Al
les hè'k meenomenen hij overhandigde zijn vorde
ring ten bedrage van f 2.40 voor reparatie.
Groot was echter de hilariteit, toen de drie jongens
ieder een papiertje te voorschijn brachten, waaruit
bleek dat de 9chade door hen gezamenlijk was voldaan
Nou, maar dat hadden jullie nou toch welderes ken-
ne zegge, gaf de heer Kerkmeer verslagen te kennen.
Mr. De Groot noemde het gebeurde een ergerlijke
baldadigheid en requireerde tegen ieder f 12 boete
subsidiair hechtenis of tuchtschool, naar gelang den
leeftijd, doch de Kantonrechter hield rekening met het
feit, dat de schade was vergoed en stelde de straf niet
hooger dan f 6 boete of 6 dagen hechtenis, voor de
minderjarigen Jochem en Piet te vervangen door 1
week tuchtschool.
OOK ALTIJD NOG 'N DUISTERE SITUATIE.
TWEE BEKEURINGEN OM ER DEN MOED
WAT IN TE HOUDEN!
Bij het in elkander flansen van de Motor- en Rijwiel-
wet, annex reglement, is ook hoegenaamd geen reke
ning gehouden met de examinandi, dewelke een rij-
vaardigheidsproef moeten afleggen. Voornamelijk be
treft zulks motorrijders, die wel in 't bezit zijn van
een machine, doch niet van een rij- en nummerbewijs,
dat gewoonlijk gelijk wordt aangevraagd en dus eerst
verstrekt nadat de rijproef naar genoegen is geslaagd.
De heer Wouter B., azijnmaker te Alkmaar, wiens
zuur beroep absoluut niet op zijn vroolijk lachend
gelaat was te bespeuren, stond in verband met boven
staande twee achtereenvolgende malen terecht. Hem
was op 5 April door den heer M. Kater, den examina
tor, verzocht naar de Mient te komen met zijn motor,
ten einde de rijproef te ondergaan. De heer B. had de
bezwaren omtrent het ontbrekende nummer- en letter-
bord geopperd, waarop de heer Kater zou hebben ge
antwoord: Je komt maar!
Nu, de examinandus kwam dan ook, maar voorzien
van twee bonnetjes, die een minitieus correcten agent
hem op den Westerweg had uitgereikt ter zake ont
breken van letter en nummer. De heer Kater, heden
gehoord, verklaarde geen verantwoordelijkheid te dra
gen en de goed vertrouwende heer B., feitelijk al ver
dronken vóór hij water had gezien, werd veroordeeld
tot 2 maal f 0.50 boete of 2 maal 1 dag hechtenis.
KIND E RGENOT EN BEHOUD VAN NATUUR.
SCHOON.
De 19-jarige mej. A. K.. 'n bruinoogige jonge dame.
die omstreeks 13 Maart te Egmond aan Zee fungeerde
in dienst der St. Anthoniestlchtlng, als kindergeleid
ster, had zich met de aan haar zorgen toevertrouwde
kleuterschaar begeven op een duin-terrein, dat door
prikkeldraad en palen was afgezet, om aan te dulden,
dat vrije wandeling hier nicht erlaubt was.
Het meisje dacht daar niet over na en toen alsnu
rijksveldwachter Mlnée de overtreding in de gaten
kreeg, was het natuurlijk „kip ik heb je" en stond zij
heden terecht wegens niet in acht te hebben genomen
artikel 461 strafrecht.
Zoo, is u geleidster, zei de Kantonrechter minzaam
ter begroeting, u ziet er echter wel naar uit, of u zelf
nog geleid moet worden! Misschien was haar zulks
ook niet onaangenaam, want daar ben je jong voor,
nietwaar?
De veldwachter Ten Bruggencate deelde mede, dat
door de diverse vacantiekoloniekinderen nogal veel
vernield wordt en dus dennen- en helm-aanplantlngen
beschermd moeten worden.
Overigens kon hij verklaren, dat de geleidster, na
deze overtreding geen reden tot klachten meer had ge
geven, waarop de comparante werd veroordeeld tot
f 2.50 boete of 2 dagen.
EEN 18-KARAATS GESJOCHTEN EX-TUINDER IN
EEN AFTANDSCH VRACHTFORDJE.
Een voormalig tuinbouwer uit St. Pancras, de 45-
jarige heer P. de Gr., had zich door de treurige om
standigheden in het bedrijf, die niet nader gereleveerd
behoeven te worden, genoodzaakt gezien 'n anderen
weg in slaan dan die naar zijn winstlooze akker
leidde, teneinde in het onderhoud van z\j gezin met
kinderen te voorzien. Hij had zich alstoen geveattfl
als vrachtrijder en zich aangeschaft een bejaard
vrachtfordje, dat uit den aard der zaak geen eerste
klas rijtuig genoemd kon worden. Toen dus onze tob-,
ber op 9 Maart op den Hoornschen weg onder Ou- i
dorp werd aangehouden door de rijks verkeerspolitie,!
ter controle op remmen en andere werkzame onde-
deelen, kan ieder op zijn 10 koude vingers natellet,
dat het „knudde" was. Beide remmen werkten beslis;
onvoldoende en ook de stuurinrichting bleef benedet
de matig hoog gestelde verwachting. Het resultaat v&»
dit onderzoek was niet twijfelachtig en heden vty
scheen de vrachtrijder dan ook als verdachte om ci.
heeren gerust te stellen en tebetoogen, dat na b*
hoorlijke reparatie de fouten afdoende waren voov
zien. Niettemin werd het feit ernstig Ingezien en mr,;
de Groot achtte zich verplicht f 25 boete of 15 dag«j
te requireeren, tot groote schrik van de delinquent,
verklaarde in de onmogelijkheid te zijn, 'n dergelj
of andere som te betalen.
De Kantonrechter gevoelde echter veel voor zijn
gumenten en veroordeelde den vrachtrijder tot sli
10 gulden boete of 10 dagen, 'n straf die in verhi
ding zeer billijk kon worden genoemd.
BETER AF MET ZEE- DAN MET VUURWAT
De trawlervisscher Arie Z. uit Egmond aan Zee
een voortreffelijke visschersman; iedere schipper at
er prijs op, hem onder zijn bemanning te kunnen
len. Maar helaas, zoodra hij zich aan den wal
begeven, krijgt de jenever-duivel hem te pakken
maakt hij zich aan grof alcoholmisbruik schuldig,
politie, die niet blind is voor de goede eigenschap
van dezen beklagenswaardigen drankslaaf, ziet
veel door de vingers, maar wat echter niet getoler
kan worden, is ruim voldoende om de poort van dt
rijkswerkinrichting wagenwijd voor hem open te ro
ten. Ook heden prijkte de naam van den zwakkl'
weer op de zittingsrol, ter zake op 12 Maart geconi
teerde dronkenschap bij 2e herhaling, nadat nog
jaar was verloopen betreffende een vorige veroor
ling. Weliswaar verklaarde veldwachter Ten
cate, dat de verdachte zich na deze bekeuring behc
lijk had gedragen, doch zelfs dit hoopvolle get
schrift kon niet meer beletten de veroordeeling bij wj
stek van den niet verschenen visscher tot 8 dapt
principale hechtenis en opzending naar een r\jksw«t-
Inrichting voor den tijd van zes maanden.
BIERTJES EN KINAWIJNTJES IS EEN ONGE
SCHIKTE LAFENIS VOOR CHAUFFEUR OP
MOTORRIJDER
In den nacht van 13 op 14 Maart troffen surveü!»
rende agenten te Alkmaar op den Achterweg een ri»u!
zijn machine sukkelenden motorrijder aan, die alle kH met"d
-J 1W. i.AA.n f n J nul
VA
ON
God
volgei
in de
„Ee
kleine
ons c
van d
vermii
teekenen vertoonde, in den voorafgaanden avond gec
propaganda voor geheel onthouding te hebben gemaal:
De
meent
J. K:
i veiligit
lien art
Den goeden raad werd dan ook gegeven om maar gte
proeven te nemen met de berijding van den motor, dod nar
omdat zij niet overtuigd waren, dat dit advies zou do
den geaccepteerd, stelden de politiemannen zich op p
schikte punten óp ter observatie met gevolg dat de»
betrouwbare motorrijder inderdaad werd gesnapt toe
hij voornemens was de vlotbrug te berijdenop 'n mailr
die duidelijk aantoonde, dat de chauffeur niet overtel
was van de theorie, dat de rechte lijn den koristen*
stand is tusschen twee punten!
De man, die bleek te zijn de chauffeur J.
Akersloot, werd toen in 't belang van zijn eigen
naar het bureau getransporteerd. Hij had dien
verschillende café's gezocht en zich daar te goed fl
daan aan bier en kinawijn.
Thans ter zitting genoodigd, was de chauffeur
verschenen, welke absentie geenerlei beletsel was onf
zaak met het hooren van verbalisant J. E. Staats f noet vs
te zetten en den verdaohte. die voor ditmaal zijn of ooi
wijs nog mag touden, te veroordeelen tot f 30 bodl
30 dagen.
ONBERADEN SPOED IS BIJ WEGKRUIZINGEN i
ZEER STERK TE ONTRADEN.
De 19-jarige vrachtautobestuurder M. van E.
Heemskerk was op 14 Maart te Uitgeest met zijn vitó
wagen bij de tot oplettendheid en kalmte aanspoort
gevaarlijke wegkrulzing Bonkenbrug, Meldijk en Só
velstraat in aanrijding gekomen met een dito vracht»
der Beenderen Centrale, gechauffeerd door den beeri
Brouwer uit Oostzaan, dat zijn vakgenoot uit Hw»
kerk door het nalaten van signalen en te groote e
held. pl.m. 40 K.M. de schuld was van het gebeurt
vraag
dan n
zal wc
In b
gen te
l«Stng
den bi
vastgej
Ben va
.burgen
een, m
I en d»
118 vai
Ons
gemeen
deputee
mecntel
vraagdr
Op d
vezig e,
derhavi
Slecht
verhaal
iing ko
Wel t
daarmee
den regel
aangeha
neiu. pi.ui. *v; rw.iti. ue öcuuiu was vttn net gcucu.. -
en verzocht assistentie van veldwachter Bomebroek.i' 1Q,0 ®ve
daarop proces-verbaal, geïllustreerd door een situa»
teekening, opmaakte.
Heden zou dan deze zaak tegen den heer van E.
den behandeld, doch was een onmisbare getuige,
meentesecretaris van Uitgeest door ongesteldheid w
hlnderd.
Waar nu de verdachte alle schuld ontkende. s«
niet anders op dan de behandeling uit te stellen
wel tot de zitting van 6 Mei. Alsdan zullen als geuci*
worden gehoord de heeren Van Nienes, Bonnebroek i
P. Bus. Getuige Brouwer werd alsnog gehoord en
hoefde niet terug te komen, 'n verlof, dat hem blijkt^ mendia
zeer welkom was.
rit ons i
doen vej
sing te i
Daar klonk weer het teedre refrein van Esmay^tt ftr^.e'en
1922 toe
op de ji
de hoogt
door hei
gedachte
tot de j:
en ontva
gemeentt
naar eig
teraad v
toaxima
Wij zij]
F EV 1 LIET 0 II
NAAR HET ENGELSCH.
8.
Winnie klemde zich aan hem vast en snikte, of het
hart haar breken zou.
„O, Keith!... Fulke zegt, dat ik zeker een pad ben
geweest, toen ik een vorigen keer op aarde was, en dat
geloof ik ook.. Maar ik ben jaloersch op haar; jij houdt
meer van haar, dan van ons; je wilt haar trouwen! De
anderen zien het niet, maar ik wel. Enwat zullen
wij beginnen zonder jou?"
Er volgde een zoo langdurige stilte, dat Winnie zich
steeds angstiger ging voelen. Toen sprak hij met stren
gen nadruk:
„Winnie, je moet nooit meer zoo iets zeggen en ook
moet je het niet denken. Ik zal nooit Zuster Jeanne
trouwen, of iemand anders. Ik zal altijd voor jou en
da anderen zorgen: hoor je? altijd. Ik heb toch
nooit mijn woord gebroken, is 't wel?"
„O, neen! Het spijt mij zoo."
,Nu, zoo is het dan goed. Maak nu, dat je wegkomt,
dat is dan een geheim tusschen ons beiden. Je weet,
wat mijn belofte is, dus kwel je er nu maar niet verder
mee!"
Keith was er niet de man naar, om veel van liefkoo-
zingen te houden, maar nu kuste hij haar toch, eer hij
haar liet gaan.
Zij sloop dan ook stil weg, maar voelde zioh heel
ongelukkig.
Keith zat nog een uur roerloos voor zich uit te turen,
toen eerst keerde hij tot de werkelijkheid terug.
HOOFDSTUK VL
„De Zee heeft haar paarlen, de Hemel zijn sterren,
„Maar mijn hart mijn hart zijn Liefde!"
Esmay's frissche, jeugdige stem klonk helder op In
den stillen avond en trilde na in het gemoed van Jean
ne, want zij was verbazend gevoelig voor het zingen van
een haar sympathieke stem.
Zij was dien avond anders niet bepaald opgewekt ge
stemd, want haar vacantie was bijna om, Dien ochtend
had zij een brief gehad van Miss de Roseville, waarin
deze haar verzocht, twee dagen later in Londen te ko
men. Zij voelde zich niet zoo goed, was moe van de reis
en hoopte, dat Zuster Jeanne nu met haaT naar Schot
land zou willen gaan, maar zoo niet, dan zou zij haar
toch zeker in Londen willen verzorgen, zooals zij dit in
het voorjaar had gedaan.
Jeanne trachtte ziohzelve al moed in te spreken: ze
had immers een langer vacantie gehad, dan ze wel had
mogen verwachten: ze keerde weer tot een werkkring
dien zij lief had, en ze zou immers de vriendschap blij
ven behouden van de Hasselltjes. waar zij ongekende
gezelligheid had genoten. Maar zij wist wel, wat de
eigenlijke aanleiding tot haar droefheid was: Die lag
in de veranderde houding van Keith Walden.
Ze had gedurende vier dagen niets van hem gezien;
ze hadden geen avondwandeling gemaakt en hij had ook
geen ©ogenblik getracht, eens met haar alleen te spre
ken. Hij was zoo voor het uiterlijk dezelfde; even hoffe
lijk en vriendelijk en zelfs spraakzamer dan gewoonlijk.
Ook had hij het druk, want het was midden in den
korenoogst. Maar ze voelde, dat hij haar vermeed. Zij
vroeg zich af, of hij wel gehoord had, dat zij vertrok. Zij
had het hun allen verteld aan het ontbijt, maar hij was
al veel eerder weggegaan. Zijn middageten was naar het
veld gestuurd, waar de zelfbinder in vollen gang was
en hij had ook geen tijd gehad, om gezamenlijk thee te
drinken in den tuin.
Allen hadden ze haar willen terughouden. Lallie was
zelfs in snikken uitgebarsten', maar één stem had zij
niet gehoord. Als hij er was geweest, zou hij er dan ook
op aangedrongen hebben, dat zij bleef?
Door het zingen had zij niet gehoord, dat er voetstap
pen naderbij kwamen. Vandaar dat zij geweldig schrik
te, toen de breede gestalte van Keith Walden zich in
de deur vertoonde. Ze was blij, dat het zoo donker was,
dat hij tenminste niet had kunnen zien dien vuurrooden
blos, die zich op haar gezichtje vertoonde. -
Zoo luchtig mogelijk begon zij:
„O, bent u daar? Wat deedt u mij schrikken! Ik zat
te luisteren naar Esmay. Is u klaar voor vanavond?"
„Neen niet klaar, maar ik ben er mee uitgescheiden."
„Daar ben ik blij om. U heeft al zoo'n langen dag ge
had. Zoudt u niet wat willen rusten? U ziet er zoo moe
uit"
„Ik ben ook moe doodop!"
In de ruime portiek stond aan lederen kant een hou
ten bank en op één daarvan liet hij zich zwaar neerval
len, ging met den elleboog op de knie zitten en de kin
in de palm van zijn hand. Hij keek haar recht in het
gelaat en het trof haar, zoo bleek en ellendig als hij
er uitzag.
„Ik hoor dat u van plan is, overmorgen te vertrekken",
zei hij na een lange pauze. „Fulke vertelde mij dat,
toen hij zoo even op het veld kwam. Hij benam mij al
len moed en levenslust. Al dien tijd heb Ik mij al trach
ten in te prenten, het met lijdzaamheid te dragen, maar
ik ben niet zoo sterk, als ik wel meende."
Jeanne wendde niet voor, dat zij hem niet begreep.
„Spreek niet zoo", vermaande zij zacht. „Dit gaat weer
voorbij! Niets duurt zoo lang, als men eerst wel mee-
nen zou: zoo min het gevoel van vreugde als dat van
smart. U zult het vergeten; nog niet zoo dadelijk,
maar gaandeweg, en dan zal het leven weer net zoo
voor u zijn, als het geweest is."
„Net zoo?" herhaalde hij op een toon, zóó wanhopend,
dat zij onwillekeurig suste:
„Stil toch! Waarom spreekt u zoo?"
„Waarom?... Omdat ik je lief heb en omdat ik je nu
verliezen moet,"
Zijn wanhoop vervulde haar met vrees; een voorge
voelen van komende smart.
Ineens vatte hij haar handen en sloot ze in ijzeren
greep.
„Zeg iets!" mompelde hij heesch. „Spreek tegen mij.
Troost m(j, als je kunt. Mijn hart zal breken... O,
Jeanne! Vat je dan niet, wat dit voor mij is? Ik heb
nooit te voren iemand lief gehad en ik ben vijf- en
dertig. Liefde is zulk een verschrikkelijke macht. Hoe
zal ik het dragen?"
„Als eën man.' Je hebt een leerschool doorloopen in
het dragen van den last van anderen en die zal je hel
pen, om nu je eigen pakje te dragen. En beklaag je niet
al te zeer: het is beter om lief te hebben en er voor te
moeten lijden, dan om in het geheel de liefde te mis
sen. Na een tijd zal je moediger zijn. Je hebt toch ook
je werk."
Zij keek naar hem op met een glimlach, hij was ook
opgestaan, maar zij was zéér, zéér bleek.
Ze stonden nu bij den ingang van de portiek in den
wonderschoonen tuin uit te kijken, zoo feeëriek, als die
op het oogenblik beschenen werd door de eerste stralen
van het zilveren maanlicht.
„De Zee heeft haar paarlen, de Hemel zijn stemt
Maar mijn hart, mijn hart heeft zijn Liefde!"
„Je hebt gelijk", zei hij met grooten nadruk. 35
mijn werk. Je weet tooh wel, wat die oude wijsgeer*
„Heb uw werk lief, want als gij het niet noodig
voor uw dagelijkschen kost. dan kunt gij het noodig*
ben als geneesmiddel. Daar zal ik het iederen dag'
behoeven."
„Als geneesmiddel waarvoor?"
„Voor hartzeer."
„Daar zal ik het ook voor behoeven."
Ze liet het hoofdje hangen en had de woorden
gefluisterd. Toch had hij ze verstaan.
„Wat zijn mannen toch zelfzuchtig in hun lietöj
in hun leed! Hij had niet eens gemerkt, dat zij ook
Zijn troosteloosheid was alleen geweest om zijn
lot, een lot, waarin zij nu niet deelen zou. Dit
haar als zoo'n onoverkomelijke teleurstelling, dat t
eens haar geluksdroom opgaf en dit ook wel degelt?"
een laatste vaarwel beschouwde.
Maar plotseling trad daar een verandering In-'
oogen keken in de hare en ongelooflijke vreugde'
vulde haar het hart, toen hij zich naar haar overbotf'
haar een kus op de lippen drukte.
Het volgend oogenblik was Jeanne alleen en «j*
zij het gelaat in de handen, terwijl zij tranen
maar nu van vreugde.
Wat kwam het er nu op aan of ze elkaar nooit t>
zouden ontmoeten; de herinnering aan dit
zou voorgoed de eenzaamheid bannen uit haaf
Eindelijk was de dag voorbij en op alle mogelij^
nieren had Jeanne nog trachten te helpen door
liefdediensten. JL
De jongens hadden haar nog voor het laatst
rondgeleid door den tuin en haar afscheid laten
van hun geliefde konijnen; en Esmay had nog ®et
het
e.k. met
college ai
ais geste
VEI
V.D. v,
Wet or
Krcugerc
gewezen
*>nst, m,
DE BI
V.D. v,
«nerland
vindt, h
Personei
en daar
nija" op;
opgezeten, terwijl zij de laatste hand legde aan I
den van de pop, die een afscheidscadeautje
voor Lallie. Maar nu was het half elf; allen 1"
waren in bed en er was dus nu geen verontsch»1^,
meer, om langer op te zitten.
Jeanne was dien heelen dag zeer opgewekt !r*f
maar, toen zij en Esmay haar kaarsen aan«^
naar boven gingen viel het Esmay op, zoo
moe als haar vriendin er uitzag;.
Wordt v#w|
11
biw»
verrel
Al eeni;
men i
aet ontwe
*'el. Naa
gen met
Je rcsulta
d|n«r reed
gevraagd
Inmidde
sche rijwi
.ruik mal
«'ectrische
Men is
nand aan
deze spoed