VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. VE Eindelijk had zij rust gevonden! Hei WIERTNGEN De zeereerw. heer J. B. van den Berg, vroeger pas toor alhier en later van Bergschenhoek, is aldaar voorzien van de H. Sacramenten der Stervenden, op 74-jarigen leeftijd overleden. De laatste jaren was de overledene te Bergschenhoek als rustend geestelijke woonachtig geweest. Op Zondag 24 April a.s. zal in café C. Scheltus te llippolytushoef een bijeenkomst plaats hebben van hen die belang stellen bij het zeegrasmaaien. Z IJ P E 'T ZAND. Zondag 24 April zal in lokaal Schrieken het slotbal van de dansclub zijn. Zie verder adv. H A REN K ARSPEL Algemeene vergadering van de pluimveevereeniging „Ons Belang", gehouden op Vrijdag 15 April des avonds half acht ten huize van den heer D. Swager te Dirks- horn. Aanwezig 12 leden. De Voorzitter, de heer C. de Vries, betreurt het dat de opkomst zoo gering is. Hij zegt dat er door de bon den van hoenderfokkers enz. nogal wat werk van ge maakt wordt om steun van de regeering te krijgen, er is sprake van dat er 1000000 eieren ingelegd zullen wor den, om den eïerhandel te bevoordeelen. wat zeker een voordeel zal wezen voor de kippenhouders. Spr. heet den aanwezigen en de pers, die het gesprokene alhier wereldkundig zal maken, van harte welkom. Daarna werden de notulen gelezen van de vorige ver gadering, die zonder aanmerking en onder dankzegging worden goedgekeurd. Medegedeeld wordt dat van de 5 sollicitanten voor het ophalen der eieren en het rondbrengen van het voeder, gekozen is de heer R. LJpma. Van de voederhandel te Bergen is ingekomen een toe lage voor verkoop voeder voor de som van f 27. Voorts is ontvangen 20 mud kippengrit uit Egmond, die bereids bij de leden zijn bezorgd. Wanneer er grit noodig is, kan dit opgegeven worden bij den eierophaler, waarna het bestuur wederom voor bestelling zal zorgen. Er is voorts tweemaal om een spreker gevraagd aan het Bondsbestuur, doch er is geen spreker gekomen, doch dit berust geheel op een abuis. Over het onderwerp: kippenziekte, wordt echter een lezing gehouden op den Pluimveedag, die gehouden zal worden te Bussum, op 18 Mei e.k. De Voorzitter raadt de leden aan om dien pluimvee dag te bezoeken, leerzaam als deze is. Staande de ver gadering gaven zich 8 personen op, en meerdere leden zullen worden gevraagd om dan gezamenlijk met een autobus, wat het goedkoopste is, heen te gaan. Het jaarverslag wordt nu gelezen, waaruit blijkt dat het jaar 1931 voor de pluimveehouders nog al is gegaan. Aan de orde is de rekening over 1931. De ontvangsten hadden bedragen f 75.22, de uitgaven f 45.85, batig saldo f 29.89. Namens de commissie voor het nazien der reke ning verklaart de heer Zijdewind dat alles in de beste orde is bevonden en adresseert tot goedkeuring. De Voorzitter dankt de heeren voor hun moeite en den Penningmeester voor zijn accuraat beheer. Besloten wordt om voor broedeieren 2 ct. meer te nemen boven den gewonen prijs. De rondvraag levert niet veel bijzonders op. De Voorzitter zegt de leden aan te bevelen om aan deelhouder te worden van den voederhandel te Bergen kosten per aandeel is f 25.waar men beslist voordeel van heeft. De heer D. Brouwer geeft zich op om aandeelhouder te worden, waarna de Voorzitter den aanwezigen dankt voor de opkomst en de vergadering sluit. WARMENHUIZEN Zaterdagavond is door het Departement tot Nut van het Algemeen de laatste of laten we liever zeggen de sluitingsavond gegeven voor dit seizoen. Dat de Za terdagavond uiterst geschikt is, bleek wel uit de op komst, want de zaal van den heer Slikker was van voor tot achter bezet. Door den voorzitter, Ds. Seulijn werd de bijeen komst geopend na de aanwezigen een hartelijk wel kom te hebben toegeroepen. Spreker memoreerde de Nutsavonden, die over het afgeloopen seizoen waren gehouden. De eerste avond, de vredesavond, die uit ging van het Hoofdbestuur. Allen hebben hiervoor de volle medewerking verleend om te trachten dit schoo- ne doel te bereiken en met open hart afwachten de beslissingen die te Genève zullen worden genomen. Den tweeden avond hebben we gehoord den toonkun stenaar Alt uit Bolsward met „Lohengrin". Ook dien avond hebben velen van ons genoten. En nu tenslotte de sluitingsavond, die met recht traditioneel is ge worden, door dezen avond te geven met eigen krach ten. Tevens wees spr. nog op het nut. dat vap de De partementen uitgaat, buiten de avonden die worden gegeven. Men mag vooral niet vergeten de bibliotheken waarvan velen van ons zoo ruimschoots gebruik ma ken; dit geeft kracht, vooral op geestelijk gebied. Spr. wilde hierbij nog een kleine opmerking maken en wel deze, dat door enkelen vele boeken worden ge haald en gelezen, doch niet de diepere beteekenis die hier soms in ligt, wordt begrepen. Als voorbeeld was door spreker een boek uit de bibliotheek genomen, getiteld: Droomkoninkje (van Heijermans). Een kort stukje werd door spr. hieruit voorgelezen en aange toond, welk een diepe beteekenis soms zit in opper vlakkig beschouwd kleine woordjes. Bijzonder mooi kwam dit tot zijn recht in de opmerking van het ke reltje met den horrelvoet, over zijn pasgeboren zusje en de buitengewone moederliefde die hierin tot uiting komt. Op uitnemende wijze is dit door voor zitter weergegeven. Daarna werd het programma vervolgd met een paar gedichtjes van den ouden heer Groet. Aan den heer Groet een compliment, want op gebied van zang en declamatie behoeft hij voor de jongeren niet on der te doen. Vervolgens een voordracht te geven door de dames Barsingerhorn en Dekker, getiteld „Dweilvorstinnen". Hiermede is door deze dames aardig succes geoogst en heel goed gespeeld. Hierna een leuke voordracht „Als de kat van huis is", gegeven door de heeren Slikker en Bas en mej. I. Sevenhuijsen-Bruin. Daarna het hoofdnummer „En knap stel", klucht in één bedrijf. De lachspieren kwamen geducht los, de rollen waren prachtig verdeeld en schitterend is er door allen gespeeld. Door het goede spel is het moei lijk namen te noemen, maar toch gevoel ik mij ver plicht Hannes niet te vergeten, want hij was terdege de clou van het spel. Tot slot nog de bekende en leuke voordracht „Het Carnaval". Ook hierom is smakelijk gelachen. Door voorzitter werd aan allen die tot het welsla gan van dezen avond hebben medegewerkt zijn wel- gemeenden dank gebracht, ook namens het bestuur. Een extra woord van dank is niet misplaatst aan den algeheelen leider van dezen avond, den heer Slikker en den pianist, den heer Jn. Vlam, die ook altijd zijn beste krachten hieraan geeft. Het Nut kan op een buitengewoon goed geslaagden avond terugzien. Na een gezellig bal tot slot keerden allen voldaan huiswaarts. STRAFZITTING VAN VRIJDAG 15 APRIL» EEN GROOTENDEELS ONVERDIENDE UITBRANDER. Wegens ongesteldheid van mr. Taek, werd het OJ4. ook ditmaal waargenomen door mr. de Groot, terwijl mr. Van Dijk de taak van den heer Griffier, die niet ziek, maar heute o, ao glücklich was, vervulde. Als eerste „verdachte" die onder de strafrechter lijke tondeuze werd genomen presenteerde zich een jongmensch uit Heemskerk, genaamd E. W., aan wien was ten laste gelegd, dat hij op 10 Maart j.1. met een rijwiel den rijksstraatweg had bereden, ondanks deze verkeersweg voor rijwielen was afgesloten. De kantonrechter was om zoo te zeggen, woest op dezen verkeerszondaar. De wielrijders, riep hij vertoornd uit, zijn een onop houdelijke ergernis voor de automibilisten, zooals ik zelf in de gelegenheid ben te constateeren. Nu hebben jullie voor je eigen veiligheid aparte wegen en toch worden er overtredingen gepleegd tot last van de autobestuurders. Maar reken er op, dat ik jullie streng zal straffen, zeg dat maar vast aan je vrienden! Mr. de Groot paarde eveneens zijn stem aan deze strafpredicatie en noemde het feit ernstig genoeg om f 10 boete of 10 dagen te requireeren. Hierop kwam de al bij voorbaat geheel tot kachel hout gekloofde verdachte aan het woord, om nuchter op te merken, dat hij niet op een gewone, maar op een driewielige bakfiets had gereden. Een dergelijk veel plaats beslaand voertuig was naar meening van den verdachte, ongeschikt voor een rijwielpad, dat geen ruimte aanbiedt, bijvoorbeeld voor 2 bakfietsen, om elkander ongehinderd te passeeren. Deze eenvoudige toelichting goot dan ook olie op des Kantonrechters toorngolven. De zaak kreeg dan ook een geheel ander aanzien, want eerlijk gesproken heeft de wetgever deze materie geheel onaangeroerd gela ten, zooals de Kantonrechter loyaal moest toegven. Weinig of geen jurisprudentie! Mr. De Groot vermeende, dat dienaangaande door den Hoogen Raad een arrest was gewezen en gaf last de jurisprudentiekaart op artikel 11 motor- en rijwiel reglement op de proppen te brengen, doch zijn verlan gen kon niet worden bevredigd. Waar niet is, verliest de Keizer en ook de Ambtenaar zijn recht! Nolens volens was dus Mr. De Groot moreel ver plicht zijn requisitoir te wijzigen en werd nu in dit twijfelachtige geval gevorderd de minimumstraf, f 0.50 boete of 1 dag hechtenis. De heer Kantonrechter adviseerde nu den bakfietser in 't vervolg voorzichtigheidshalve maar het rijwielpad te kiezen en voorts van meening zijnde, dat de wet zich in casu niet voldoende uitlaat, veroordeelde hij den verdachte conform requisitoir tot f 0.50 boete of 1 dag, een uitspraak waarmede de veroordeelde on voorwaardelijk accoord ging. Niettemin zal een aanvulling van het desbetreffend reglementsartikel, dat duidelijk aangeeft, waar een bakfiets nu eigenlijk thuishoort, wei noodzakelijk zijn. NACHTELIJKE KINDERSPELEN VAN EEN UIT ELKANDER GESPAT KAARTRONDJE. De nijpende bedrijfsnood der tuinders van Koedijk scheen voor de jongeheeren J. N. en J. de W. en P. K. aldaar geen beletsel te zijn om na het beëindigen van een kaartavond in den nacht van 5 op 6 Maart een kluchtspel te spelen, dat aan baldadigheid al zeer nauw verwant was. De heeren waren namelijk zoo vrij, om een roei bootje. dat in een sloot voor het huis van den eige naar, den arbeider Jacob Kerkmeer, lag vastgemeerd, op sleeptouw te nemen en het met inspanning van alle krachten te hijschen aan boord van een in de nabij heid liggende praam. Hoogst voldaan over die mooie mop, trokken de grapjassen huis- en bedwaarts, doch de heer Kerkmeer, die 's morgens zijn schuitje miste, was minder verrukt over het welslagen van deze boerenstudentengijn. Hij was niet in staat zonder hulp het schuitje weer vlot te brengen en toen hij einde lijk de bezwaren te boven was gekomen, bleek het galjoen ook nog lek te zijn op den koop toe. Het jolige trio stond heden terecht ter zake balda digheid en gaf aanleiding tot de gerechtigde vraag van den kantonrechter, of destijds de haver h$n had gestoken! De heer Kerkmeer was present als getuige en deed verslag van het avontuur, waardoor hij gedurende een week belet was, van zijn voertuig gebruik te maken. Heb je nog schade gehad, vroeg de Kantonrechter. Ja zeker, zei getuige met een verrukten glimlach. Al les hè'k meenomenen hij overhandigde zijn vorde ring ten bedrage van f 2.40 voor reparatie. Groot was echter de hilariteit, toen de drie jongens ieder een papiertje te voorschijn brachten, waaruit bleek dat de 9chade door hen gezamenlijk was voldaan Nou, maar dat hadden jullie nou toch welderes ken- ne zegge, gaf de heer Kerkmeer verslagen te kennen. Mr. De Groot noemde het gebeurde een ergerlijke baldadigheid en requireerde tegen ieder f 12 boete subsidiair hechtenis of tuchtschool, naar gelang den leeftijd, doch de Kantonrechter hield rekening met het feit, dat de schade was vergoed en stelde de straf niet hooger dan f 6 boete of 6 dagen hechtenis, voor de minderjarigen Jochem en Piet te vervangen door 1 week tuchtschool. OOK ALTIJD NOG 'N DUISTERE SITUATIE. TWEE BEKEURINGEN OM ER DEN MOED WAT IN TE HOUDEN! Bij het in elkander flansen van de Motor- en Rijwiel- wet, annex reglement, is ook hoegenaamd geen reke ning gehouden met de examinandi, dewelke een rij- vaardigheidsproef moeten afleggen. Voornamelijk be treft zulks motorrijders, die wel in 't bezit zijn van een machine, doch niet van een rij- en nummerbewijs, dat gewoonlijk gelijk wordt aangevraagd en dus eerst verstrekt nadat de rijproef naar genoegen is geslaagd. De heer Wouter B., azijnmaker te Alkmaar, wiens zuur beroep absoluut niet op zijn vroolijk lachend gelaat was te bespeuren, stond in verband met boven staande twee achtereenvolgende malen terecht. Hem was op 5 April door den heer M. Kater, den examina tor, verzocht naar de Mient te komen met zijn motor, ten einde de rijproef te ondergaan. De heer B. had de bezwaren omtrent het ontbrekende nummer- en letter- bord geopperd, waarop de heer Kater zou hebben ge antwoord: Je komt maar! Nu, de examinandus kwam dan ook, maar voorzien van twee bonnetjes, die een minitieus correcten agent hem op den Westerweg had uitgereikt ter zake ont breken van letter en nummer. De heer Kater, heden gehoord, verklaarde geen verantwoordelijkheid te dra gen en de goed vertrouwende heer B., feitelijk al ver dronken vóór hij water had gezien, werd veroordeeld tot 2 maal f 0.50 boete of 2 maal 1 dag hechtenis. KIND E RGENOT EN BEHOUD VAN NATUUR. SCHOON. De 19-jarige mej. A. K.. 'n bruinoogige jonge dame. die omstreeks 13 Maart te Egmond aan Zee fungeerde in dienst der St. Anthoniestlchtlng, als kindergeleid ster, had zich met de aan haar zorgen toevertrouwde kleuterschaar begeven op een duin-terrein, dat door prikkeldraad en palen was afgezet, om aan te dulden, dat vrije wandeling hier nicht erlaubt was. Het meisje dacht daar niet over na en toen alsnu rijksveldwachter Mlnée de overtreding in de gaten kreeg, was het natuurlijk „kip ik heb je" en stond zij heden terecht wegens niet in acht te hebben genomen artikel 461 strafrecht. Zoo, is u geleidster, zei de Kantonrechter minzaam ter begroeting, u ziet er echter wel naar uit, of u zelf nog geleid moet worden! Misschien was haar zulks ook niet onaangenaam, want daar ben je jong voor, nietwaar? De veldwachter Ten Bruggencate deelde mede, dat door de diverse vacantiekoloniekinderen nogal veel vernield wordt en dus dennen- en helm-aanplantlngen beschermd moeten worden. Overigens kon hij verklaren, dat de geleidster, na deze overtreding geen reden tot klachten meer had ge geven, waarop de comparante werd veroordeeld tot f 2.50 boete of 2 dagen. EEN 18-KARAATS GESJOCHTEN EX-TUINDER IN EEN AFTANDSCH VRACHTFORDJE. Een voormalig tuinbouwer uit St. Pancras, de 45- jarige heer P. de Gr., had zich door de treurige om standigheden in het bedrijf, die niet nader gereleveerd behoeven te worden, genoodzaakt gezien 'n anderen weg in slaan dan die naar zijn winstlooze akker leidde, teneinde in het onderhoud van z\j gezin met kinderen te voorzien. Hij had zich alstoen geveattfl als vrachtrijder en zich aangeschaft een bejaard vrachtfordje, dat uit den aard der zaak geen eerste klas rijtuig genoemd kon worden. Toen dus onze tob-, ber op 9 Maart op den Hoornschen weg onder Ou- i dorp werd aangehouden door de rijks verkeerspolitie,! ter controle op remmen en andere werkzame onde- deelen, kan ieder op zijn 10 koude vingers natellet, dat het „knudde" was. Beide remmen werkten beslis; onvoldoende en ook de stuurinrichting bleef benedet de matig hoog gestelde verwachting. Het resultaat v&» dit onderzoek was niet twijfelachtig en heden vty scheen de vrachtrijder dan ook als verdachte om ci. heeren gerust te stellen en tebetoogen, dat na b* hoorlijke reparatie de fouten afdoende waren voov zien. Niettemin werd het feit ernstig Ingezien en mr,; de Groot achtte zich verplicht f 25 boete of 15 dag«j te requireeren, tot groote schrik van de delinquent, verklaarde in de onmogelijkheid te zijn, 'n dergelj of andere som te betalen. De Kantonrechter gevoelde echter veel voor zijn gumenten en veroordeelde den vrachtrijder tot sli 10 gulden boete of 10 dagen, 'n straf die in verhi ding zeer billijk kon worden genoemd. BETER AF MET ZEE- DAN MET VUURWAT De trawlervisscher Arie Z. uit Egmond aan Zee een voortreffelijke visschersman; iedere schipper at er prijs op, hem onder zijn bemanning te kunnen len. Maar helaas, zoodra hij zich aan den wal begeven, krijgt de jenever-duivel hem te pakken maakt hij zich aan grof alcoholmisbruik schuldig, politie, die niet blind is voor de goede eigenschap van dezen beklagenswaardigen drankslaaf, ziet veel door de vingers, maar wat echter niet getoler kan worden, is ruim voldoende om de poort van dt rijkswerkinrichting wagenwijd voor hem open te ro ten. Ook heden prijkte de naam van den zwakkl' weer op de zittingsrol, ter zake op 12 Maart geconi teerde dronkenschap bij 2e herhaling, nadat nog jaar was verloopen betreffende een vorige veroor ling. Weliswaar verklaarde veldwachter Ten cate, dat de verdachte zich na deze bekeuring behc lijk had gedragen, doch zelfs dit hoopvolle get schrift kon niet meer beletten de veroordeeling bij wj stek van den niet verschenen visscher tot 8 dapt principale hechtenis en opzending naar een r\jksw«t- Inrichting voor den tijd van zes maanden. BIERTJES EN KINAWIJNTJES IS EEN ONGE SCHIKTE LAFENIS VOOR CHAUFFEUR OP MOTORRIJDER In den nacht van 13 op 14 Maart troffen surveü!» rende agenten te Alkmaar op den Achterweg een ri»u! zijn machine sukkelenden motorrijder aan, die alle kH met"d -J 1W. i.AA.n f n J nul VA ON God volgei in de „Ee kleine ons c van d vermii teekenen vertoonde, in den voorafgaanden avond gec propaganda voor geheel onthouding te hebben gemaal: De meent J. K: i veiligit lien art Den goeden raad werd dan ook gegeven om maar gte proeven te nemen met de berijding van den motor, dod nar omdat zij niet overtuigd waren, dat dit advies zou do den geaccepteerd, stelden de politiemannen zich op p schikte punten óp ter observatie met gevolg dat de» betrouwbare motorrijder inderdaad werd gesnapt toe hij voornemens was de vlotbrug te berijdenop 'n mailr die duidelijk aantoonde, dat de chauffeur niet overtel was van de theorie, dat de rechte lijn den koristen* stand is tusschen twee punten! De man, die bleek te zijn de chauffeur J. Akersloot, werd toen in 't belang van zijn eigen naar het bureau getransporteerd. Hij had dien verschillende café's gezocht en zich daar te goed fl daan aan bier en kinawijn. Thans ter zitting genoodigd, was de chauffeur verschenen, welke absentie geenerlei beletsel was onf zaak met het hooren van verbalisant J. E. Staats f noet vs te zetten en den verdaohte. die voor ditmaal zijn of ooi wijs nog mag touden, te veroordeelen tot f 30 bodl 30 dagen. ONBERADEN SPOED IS BIJ WEGKRUIZINGEN i ZEER STERK TE ONTRADEN. De 19-jarige vrachtautobestuurder M. van E. Heemskerk was op 14 Maart te Uitgeest met zijn vitó wagen bij de tot oplettendheid en kalmte aanspoort gevaarlijke wegkrulzing Bonkenbrug, Meldijk en Só velstraat in aanrijding gekomen met een dito vracht» der Beenderen Centrale, gechauffeerd door den beeri Brouwer uit Oostzaan, dat zijn vakgenoot uit Hw» kerk door het nalaten van signalen en te groote e held. pl.m. 40 K.M. de schuld was van het gebeurt vraag dan n zal wc In b gen te l«Stng den bi vastgej Ben va .burgen een, m I en d» 118 vai Ons gemeen deputee mecntel vraagdr Op d vezig e, derhavi Slecht verhaal iing ko Wel t daarmee den regel aangeha neiu. pi.ui. *v; rw.iti. ue öcuuiu was vttn net gcucu.. - en verzocht assistentie van veldwachter Bomebroek.i' 1Q,0 ®ve daarop proces-verbaal, geïllustreerd door een situa» teekening, opmaakte. Heden zou dan deze zaak tegen den heer van E. den behandeld, doch was een onmisbare getuige, meentesecretaris van Uitgeest door ongesteldheid w hlnderd. Waar nu de verdachte alle schuld ontkende. s« niet anders op dan de behandeling uit te stellen wel tot de zitting van 6 Mei. Alsdan zullen als geuci* worden gehoord de heeren Van Nienes, Bonnebroek i P. Bus. Getuige Brouwer werd alsnog gehoord en hoefde niet terug te komen, 'n verlof, dat hem blijkt^ mendia zeer welkom was. rit ons i doen vej sing te i Daar klonk weer het teedre refrein van Esmay^tt ftr^.e'en 1922 toe op de ji de hoogt door hei gedachte tot de j: en ontva gemeentt naar eig teraad v toaxima Wij zij] F EV 1 LIET 0 II NAAR HET ENGELSCH. 8. Winnie klemde zich aan hem vast en snikte, of het hart haar breken zou. „O, Keith!... Fulke zegt, dat ik zeker een pad ben geweest, toen ik een vorigen keer op aarde was, en dat geloof ik ook.. Maar ik ben jaloersch op haar; jij houdt meer van haar, dan van ons; je wilt haar trouwen! De anderen zien het niet, maar ik wel. Enwat zullen wij beginnen zonder jou?" Er volgde een zoo langdurige stilte, dat Winnie zich steeds angstiger ging voelen. Toen sprak hij met stren gen nadruk: „Winnie, je moet nooit meer zoo iets zeggen en ook moet je het niet denken. Ik zal nooit Zuster Jeanne trouwen, of iemand anders. Ik zal altijd voor jou en da anderen zorgen: hoor je? altijd. Ik heb toch nooit mijn woord gebroken, is 't wel?" „O, neen! Het spijt mij zoo." ,Nu, zoo is het dan goed. Maak nu, dat je wegkomt, dat is dan een geheim tusschen ons beiden. Je weet, wat mijn belofte is, dus kwel je er nu maar niet verder mee!" Keith was er niet de man naar, om veel van liefkoo- zingen te houden, maar nu kuste hij haar toch, eer hij haar liet gaan. Zij sloop dan ook stil weg, maar voelde zioh heel ongelukkig. Keith zat nog een uur roerloos voor zich uit te turen, toen eerst keerde hij tot de werkelijkheid terug. HOOFDSTUK VL „De Zee heeft haar paarlen, de Hemel zijn sterren, „Maar mijn hart mijn hart zijn Liefde!" Esmay's frissche, jeugdige stem klonk helder op In den stillen avond en trilde na in het gemoed van Jean ne, want zij was verbazend gevoelig voor het zingen van een haar sympathieke stem. Zij was dien avond anders niet bepaald opgewekt ge stemd, want haar vacantie was bijna om, Dien ochtend had zij een brief gehad van Miss de Roseville, waarin deze haar verzocht, twee dagen later in Londen te ko men. Zij voelde zich niet zoo goed, was moe van de reis en hoopte, dat Zuster Jeanne nu met haaT naar Schot land zou willen gaan, maar zoo niet, dan zou zij haar toch zeker in Londen willen verzorgen, zooals zij dit in het voorjaar had gedaan. Jeanne trachtte ziohzelve al moed in te spreken: ze had immers een langer vacantie gehad, dan ze wel had mogen verwachten: ze keerde weer tot een werkkring dien zij lief had, en ze zou immers de vriendschap blij ven behouden van de Hasselltjes. waar zij ongekende gezelligheid had genoten. Maar zij wist wel, wat de eigenlijke aanleiding tot haar droefheid was: Die lag in de veranderde houding van Keith Walden. Ze had gedurende vier dagen niets van hem gezien; ze hadden geen avondwandeling gemaakt en hij had ook geen ©ogenblik getracht, eens met haar alleen te spre ken. Hij was zoo voor het uiterlijk dezelfde; even hoffe lijk en vriendelijk en zelfs spraakzamer dan gewoonlijk. Ook had hij het druk, want het was midden in den korenoogst. Maar ze voelde, dat hij haar vermeed. Zij vroeg zich af, of hij wel gehoord had, dat zij vertrok. Zij had het hun allen verteld aan het ontbijt, maar hij was al veel eerder weggegaan. Zijn middageten was naar het veld gestuurd, waar de zelfbinder in vollen gang was en hij had ook geen tijd gehad, om gezamenlijk thee te drinken in den tuin. Allen hadden ze haar willen terughouden. Lallie was zelfs in snikken uitgebarsten', maar één stem had zij niet gehoord. Als hij er was geweest, zou hij er dan ook op aangedrongen hebben, dat zij bleef? Door het zingen had zij niet gehoord, dat er voetstap pen naderbij kwamen. Vandaar dat zij geweldig schrik te, toen de breede gestalte van Keith Walden zich in de deur vertoonde. Ze was blij, dat het zoo donker was, dat hij tenminste niet had kunnen zien dien vuurrooden blos, die zich op haar gezichtje vertoonde. - Zoo luchtig mogelijk begon zij: „O, bent u daar? Wat deedt u mij schrikken! Ik zat te luisteren naar Esmay. Is u klaar voor vanavond?" „Neen niet klaar, maar ik ben er mee uitgescheiden." „Daar ben ik blij om. U heeft al zoo'n langen dag ge had. Zoudt u niet wat willen rusten? U ziet er zoo moe uit" „Ik ben ook moe doodop!" In de ruime portiek stond aan lederen kant een hou ten bank en op één daarvan liet hij zich zwaar neerval len, ging met den elleboog op de knie zitten en de kin in de palm van zijn hand. Hij keek haar recht in het gelaat en het trof haar, zoo bleek en ellendig als hij er uitzag. „Ik hoor dat u van plan is, overmorgen te vertrekken", zei hij na een lange pauze. „Fulke vertelde mij dat, toen hij zoo even op het veld kwam. Hij benam mij al len moed en levenslust. Al dien tijd heb Ik mij al trach ten in te prenten, het met lijdzaamheid te dragen, maar ik ben niet zoo sterk, als ik wel meende." Jeanne wendde niet voor, dat zij hem niet begreep. „Spreek niet zoo", vermaande zij zacht. „Dit gaat weer voorbij! Niets duurt zoo lang, als men eerst wel mee- nen zou: zoo min het gevoel van vreugde als dat van smart. U zult het vergeten; nog niet zoo dadelijk, maar gaandeweg, en dan zal het leven weer net zoo voor u zijn, als het geweest is." „Net zoo?" herhaalde hij op een toon, zóó wanhopend, dat zij onwillekeurig suste: „Stil toch! Waarom spreekt u zoo?" „Waarom?... Omdat ik je lief heb en omdat ik je nu verliezen moet," Zijn wanhoop vervulde haar met vrees; een voorge voelen van komende smart. Ineens vatte hij haar handen en sloot ze in ijzeren greep. „Zeg iets!" mompelde hij heesch. „Spreek tegen mij. Troost m(j, als je kunt. Mijn hart zal breken... O, Jeanne! Vat je dan niet, wat dit voor mij is? Ik heb nooit te voren iemand lief gehad en ik ben vijf- en dertig. Liefde is zulk een verschrikkelijke macht. Hoe zal ik het dragen?" „Als eën man.' Je hebt een leerschool doorloopen in het dragen van den last van anderen en die zal je hel pen, om nu je eigen pakje te dragen. En beklaag je niet al te zeer: het is beter om lief te hebben en er voor te moeten lijden, dan om in het geheel de liefde te mis sen. Na een tijd zal je moediger zijn. Je hebt toch ook je werk." Zij keek naar hem op met een glimlach, hij was ook opgestaan, maar zij was zéér, zéér bleek. Ze stonden nu bij den ingang van de portiek in den wonderschoonen tuin uit te kijken, zoo feeëriek, als die op het oogenblik beschenen werd door de eerste stralen van het zilveren maanlicht. „De Zee heeft haar paarlen, de Hemel zijn stemt Maar mijn hart, mijn hart heeft zijn Liefde!" „Je hebt gelijk", zei hij met grooten nadruk. 35 mijn werk. Je weet tooh wel, wat die oude wijsgeer* „Heb uw werk lief, want als gij het niet noodig voor uw dagelijkschen kost. dan kunt gij het noodig* ben als geneesmiddel. Daar zal ik het iederen dag' behoeven." „Als geneesmiddel waarvoor?" „Voor hartzeer." „Daar zal ik het ook voor behoeven." Ze liet het hoofdje hangen en had de woorden gefluisterd. Toch had hij ze verstaan. „Wat zijn mannen toch zelfzuchtig in hun lietöj in hun leed! Hij had niet eens gemerkt, dat zij ook Zijn troosteloosheid was alleen geweest om zijn lot, een lot, waarin zij nu niet deelen zou. Dit haar als zoo'n onoverkomelijke teleurstelling, dat t eens haar geluksdroom opgaf en dit ook wel degelt?" een laatste vaarwel beschouwde. Maar plotseling trad daar een verandering In-' oogen keken in de hare en ongelooflijke vreugde' vulde haar het hart, toen hij zich naar haar overbotf' haar een kus op de lippen drukte. Het volgend oogenblik was Jeanne alleen en «j* zij het gelaat in de handen, terwijl zij tranen maar nu van vreugde. Wat kwam het er nu op aan of ze elkaar nooit t> zouden ontmoeten; de herinnering aan dit zou voorgoed de eenzaamheid bannen uit haaf Eindelijk was de dag voorbij en op alle mogelij^ nieren had Jeanne nog trachten te helpen door liefdediensten. JL De jongens hadden haar nog voor het laatst rondgeleid door den tuin en haar afscheid laten van hun geliefde konijnen; en Esmay had nog ®et het e.k. met college ai ais geste VEI V.D. v, Wet or Krcugerc gewezen *>nst, m, DE BI V.D. v, «nerland vindt, h Personei en daar nija" op; opgezeten, terwijl zij de laatste hand legde aan I den van de pop, die een afscheidscadeautje voor Lallie. Maar nu was het half elf; allen 1" waren in bed en er was dus nu geen verontsch»1^, meer, om langer op te zitten. Jeanne was dien heelen dag zeer opgewekt !r*f maar, toen zij en Esmay haar kaarsen aan«^ naar boven gingen viel het Esmay op, zoo moe als haar vriendin er uitzag;. Wordt v#w| 11 biw» verrel Al eeni; men i aet ontwe *'el. Naa gen met Je rcsulta d|n«r reed gevraagd Inmidde sche rijwi .ruik mal «'ectrische Men is nand aan deze spoed

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 10