VAN DIT EN VAN DAT
EN VAN ALLES WAT
Janus heeft pech
gestolen luchtballonnetje De geschiedenis van twee deugnieten.
HET GOUD BLEEK LOOD.
WARE WOORDEN.
WETENSWAARDIGHEDEN.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM
Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 14 Mei 1932. No. 9071.
ZATERDAGAV OXDSCHETS
Door SIROLF vrij bewerkt naar een
Duitsch gegeven.
(Nadruk verboden Alle rechten voorbehouden).
n geb<
leskunc
bij
ng etc.
DAT er dien nacht volkomen duisternis en rust in
de kleine jonggezellenwoning van meneer
Henry van Peursen scheen te heerschen, be
hoefde volstrekt nog niet te beteekenen, dat deze
heer in volmaakte zielerust van een welverdiende
nachtrust genoot. Het tegendeel was waar. Meneer
Henry lag, zooals wellicht verschillende van zijn za
kenvrienden, wakend op zijn legestede, woelde onrus
tig om en om. het eene oogenblik zwetend, het andere
oogenblik rillend, terwijl hij dacht aan den steeds aan-
groeienden berg onbetaalde rekeningen, maanbrieven,
dwangbevelen van de belasting, dreigende faillisse
mentsaanvragen en meer dergelijke verontrustende pa
pieren spoken. Hij dacht ook aan de onmogelijkheid
om geld op te nemen, aan het woedende gezicht van
den huisbaas die nog zes maanden huur kreeg, aan de
verbeten blikken van bakker, slager en groentenboer,
om melkboer en kruidenier nog niet eens te noemen,
en aan hun nog wilder en woedender blikken, als
jtraks zijn onvermijdelijke faillissement zou worden
uitgesproken en zij zouden ervaren, dat al de meube
len in zijn keurige woning op afbetaling gekocht wa
ren en nog lang niet betaald.
Te midden van zijn angstig woelen, schoot er plot
seling een schok door het lichaam van Henry van
Peursen. Had hij daar niet iets gehoord? Een voor
zichtig slifferen cn schuifelen in de aangrenzende ka
mer? Of was het zijn overspannen verbeelding??
Weer wachtte hij een oogenblik, nu met ingehouden
adem... jawel, hij had het duidelijk gehoorder was
iemand in de aangrenzende kamereen inbreker!!
Geluidloos gleed de hand van Henry van Peursen In
het nachtkastje, omvatte het koude staal van zijn
browningdan was hij met een kwieke sprong uit
bed en "Sloop zachtjes naar de deur, die hij geruisch-
Ioos opende... Jawel, daar zag hy een donkere gestal
te. die niet een klein, felschijnend zaklantaarntje
langs den grond zocht. Met een enkele handbeweging
[knipte Henrij het licht aan en snerpte: Handen op...
schoelje!
De kerel liet van schrik het lantaarntje uit zijn
handen vallen en greep naar zijn hart: Sakkerju, is
dat iemand laten schrikken, ik had er wel een hart
verlamming van kenne krijge!
.,Geen geintjes, handen op of ik schiet je dwars door
Je body!", gebood Henry streng. De boef gehoorzaam
de langzaam. Een oogenblik heerschte er een pijnlijke
stilte. Toen verbrak de boef de spanning door op min
achtende wijze op te merken: ,,'t Is me anders nogal
de moeite waard, om iemand zoo de stuipen op het
lijf te jagen, als ik dat geweten had, was ik hier
niet eens gekomeneen brankast waar geen cent
in zit, alleen maar dwangbevelen van de belasting en
een geldtrommeltje met onbetaalde brieffies van de
melkboer, waddeen kale beweging
„Kop dicht en je handen op houden, anders schiet
ik en kan de politie je naar het ziekenhuis brengen,"
brulde Henry woedend om de onbeschaamdheid van
den boef. Hij wilde den kerel eigenlijk maar liever
laten loopen, dan al die soesa op zijn hals te halen van
een politie-onderzoek. Veel bijzonders had de kerel
toch niet kunnen stelen. Hij zou hem eens nader on
derzoeken.
„Wat een kouwe drukte", ging de boef onverstoor
baar en langzamerhand brutaler wordend voort, ..om
in een deftige buurt te wonen en nog geen zilveren
lepeltje in huis te hebben, alleen maar lommerdbrief
jes, bah! Haha, nee, niet doen, meneer, hahaha, niet
doen, daar ken ik niet tege, ik ken niet tege kietelen!
Meneer Henry liet zich niet uit het veld slaan. Met
den revolver tegen den slaap van den boef gericht,
doorzocht hij diens zakken, en haalde er een paar klei
nigheden uit, die de schurk toch maar de moeite
waard had gevonden in te pikken, zooals een zilveren
sigarettenkooker. een zilveren kammetje, en zoo. Hij
stopte den buit in den zijzak van zijn pyjama en
drong den inbreker nu zachtjes naar het openstaan
de venster, waardoor hij binnengekomen was.
„Ziezoo, vriend", sprak hij, „voor deze keer zal ik
je laten loopen en de politie er buiten houden. Voor
uit, smeer 'm door dat raam, en zorg dat je binnen
drie tellen de straat uit bent. want ik neem meteen
het telefoontoestel van den haak en bel het hoofd
bureau op".
De boef was met een sprong over de vensterbank
en voordat hij zich langs de regenpijp omlaag liet
zakken, fluisterde hij naar binnen tot afscheid: „Doe
nou maar niet zoo weldoenerig met je kale beweging,
zoo waar ik Janus hiet heb ik nog nooit zoo'n arre-
moei-troef in zoon kale naakte buurt gezien, dat
noemt zich meneer, bah!"
Met een was hij verdwenen. Driftig keek meneer van
Peursen naar het openstaande raam, waardoor de
onbeschaamde boef verdwenen was. Zachtjes ging zijn
hand naar zijn zijzak. Tusschen het zilveren kammetje
in etui en den zilveren sigarettenkoker zat nog iets:
een vettige, slappe, oude versleten portefeuille... Glim
lachend sloot hij het raam, schoof er nu stevig de
grendels voor, wat hij den vorigen avond vergeten had,
keek goed na, of alle deuren en vensters nu terdege
inbraakvrij dicht zaten en ging dan blijmoedig naar
zijn slaapkamer.
Janus was intusschen, plat tegen den huizenkant
gedrukt, de straat uitgerend. Een paar straten verder
eerst verlangzaamde hij zijn schreden. Zoekend liet
hij zijn handen langs zijn borstzakken gaanAls
door den bliksem getroffen bleef hij staanzocht
al zijn zakken na... mompelde dan een vreeselijke
verwenschingVervloekt wat een pech", gromde
hij bijna grienend van woede en spijt, „mijn porte-
fulje met echte dollarbrieffies bin ik kwijt..."
Maar meneer Henry van Peursen zag het leven
eensklaps veel lichter en zonniger in, toen hij in de
stille rust van zijn slaapkamer, als een geschenk uit
den hemel gevallen, de vettige, waardevolle dollarbil
jetten, tot een.' bedrag van vele duizenden guldens uit
telde en het lot zegende, dat Jailus bij hem had doen
inbreken
Mysterleijise lotgevallen van een Japansche
gondzending.
Waar werden de goudstaven verwisseld?
TOKIO. Ken bijna ongeloofelijke zaak houdt
sinds eenigen tijd de Japansche geheime politie be
zig. Zooals bekend is hadden in de laatste maanden
tal van goudzendingen van Japan naar de Vereenig-
de Staten plaats. Bij de transporten werden natuur
lijk de grooitste voorzorgsmaatregelen genomen. Van
de Japanscjhc Nationale Bank tot aan het schip en
van het schip: naar de Amerikaansche Bank hadden
de transporten onder politiegoleide plaats. Op het
schip zelf '/ijn verschillende detectieves belast met
de voortdurende bewaking van het goud. opdat geen
ongevraagde liefhebbers zich voor de waardevolle
vracht zuilen interesseeren.
Kort geleden nu vond weder zulk een goudzending
plaats ter waarde van rond anderhalf millioen dol
lar. Ufschaon dit bedrag voor een goudzending niet
bepaald hoog is, werden toch de gewone voorzorgs
maatregeltan genomen. Met een pantserwagen werd
het goud naar het schip gebracht en in San Fran-
cisco werd het eveneens in een dei-gelijke auto van
het vaartuig naar de bank gebracht. Twee detectives
hadden voor voortdurende bewaking op het schip
zorg gedragen; het goud was tijdens den overtocht
bewaard in een panlserkiuis.
Eenige uren. nadat het goud aan de Bank tc San
Francisco was afgeleverd, werden de kapitein van
het schip en de detectives bij den hoofdcommissaris
van politiie ontboden, die hun mededeelde.'dat het
geleverde goud valsch was; het ont'vangene bo
ston duit een waardeloos metaal, dat wèl het ver-
eischte gewicht had en er ook precies als goud uit
zag, maai* dat verder met goud niets, maar dan ook
n i c t s te maken had.
Onmiddellijk werd een scherp onderzoek ingesteld,
in overleg met de Bank werd de Pers van den dief
stal niet in kennis gesteld. Maar alle bemoeiingen
der Amerikaansche politie, alle pogingen om deze
onverklaarbare zaak op te helderen, bleven vruchte
loos. Het stond onomstootelijk vast, dat tijdens het
vervoer van hel goud naar en van het schip de ver
wisseling van het goud in het waardeiooze metaal
niet had plaats gevonden. De Japansche politic, die
aanvankelijk de schuld op de onachtzaamheid der
Amerikaansche beambten had geschoven, stelde
eveneens een diepgaand onderzoek in: kapitein cu
detectives werden aan een scherp verhoor onder
worpen, zelfs tot de geheel e bemanning werd het on-
derzoefk uitgestrekt. liet kon daardoor niet uitblij
ven, dat de Pers lucht van de zaak kreeg cn de Ja
pansche kranten, hield zich uitvoerig bezig met den
mystetrieuzen diefstal.
Ofschoon intusschen acht weken sinds don diefstal
zijn verloopcn, en nasporingen geen oogenblik wer
den gestaakt, is het tot dusver niet gelukt, om ook
maar het-geringste spoor tc ontdekken. Er blijft thans
geen andere veronderstelling over, dan dat de verwis
seling reeds in het Bankgebouw te Tokio heeft plaats
gehad. Wel heeft een onderzoek in deze richting ook
niet tot resultaat geleid, maar er blijft geen andere
verklaring over, daar het onmogelijk schijnt, dat on
derweg de diefstal heeft plaats gehad. Vastgesteld i.-,
dat de goudstaven meer dan twee weken in een bij
zondere kluis te Tokio lagen. Waarschijnlijk is het
den dieven gelukt met valsche sleutels dc kluis bin
nen tc dringen; zij zullen daarbij wel door bepaalde
beambten dér Bank geholpen zijn. Men heeft, eenige
beambten, tegen wie men verdenking had, gearres-»
teerd. maar moest hen. wegens gebrek aan bewijs,
al heel spoedig weer in vrijheid stellen.
Men staat derhalve nog voor een raadsel, aan welks
oplossing noch de pers, noch de politie zelf. gelooft.
Het. verlies van dc Japansche Bank wordt door ver
zekering gedekt. De verzekeringsmaatschappij heeft
voor het vinden van den dader een bclooning uitge
loofd van 100.000 Yené
Er bestaat tusschen brave mensehen een geheim
zinnige band, oie hen reeds vereenigt nog voordat zijl
elkander kennen, en die gemakkelijk vriendsehap
wordt, wanneer zij elkander ontmoeten.
o
Het is niet goed, dat de kinderen aan elk bevel ge
hoorzamen, zonder er den goeden grond van te ken
nen, daardoor zou men ze er aan blootstellen, den
speelbal te worden van mensehen en omstandigheden.
o
De dwaasheid neemt een veel grootere plaats in het
Jeven in dan de wijsheid.
o
Men leert door les te geven.
o
Raadpleeg in moeilijkheden een trouw vriend.
o
Elkeen heeft herinneringen, waarvan hij nooit
spreekt, maar die in zijn ziel voort leven; gedachten,
die het sterkste hart week maken, maar daarin ook
een gloed van edele geestdrift ontsteken.
Is het U bekend:
dat er om de wereldtentoonstelling te Chicago een
metalen hek van 3 meter hoog en bijna zes meter lang
komt?
dat de Volkenbond officieel werd opgericht op 10
Januari 1920?
dat er in China ongeveer 1000 dagbladen zijn?
dat behalve de Chineesche dialecten, Engelsch het
meest gesproken wordt in China?
dat er in Amerika 22.000 bioscopen zijn?
dat er in Engeland zeven millioen wielrijders zijn?
dat er in Chicago meer dan zeshonderd hotels zijn?
328.
Wat de piloot voorspeld had, geschiedde,
Plotseling werd de strijd gestaakt.
En nadat eenigen gewond waren,
Een einde aan de twist gemaakt.
Maar nu zochten zij de vreemde gasten,
Onder een woest en helsch gehuil.
Pim en de piloot in het hooge gras verborgen,
Hielden zich nu voor hen schuil.
329.
Toen de jongen het bord geleegd had,
Het. ging als gesmeerd erin.
Vroeg Wim het meisje vriendelijk,
Is het circusleven naar Uw zin?
Zij vertelde hem van het reizen, trekken
Met het circus de wereld rond.
En zij zeide tot den verbaasden jonger..
Dat zij dit heel prettig vond.
n vol ld
de W
de
is
>n tild'
kome»
e 1
Qa ver*
in
LA.
iide opj
ii in
Men zocht nu naar de vreemdelingen,
Ze waren er wis van door.
Zei de hoofdman, omringd door zijn mannen.
Hij schreeuwde woest: zoek hun spoor.
En de ruiters trokken over de vlakte,
Onderzochten elk boschje en struik,
Kwamen waar de beide gasten,
Verscholen lagen op hun buik.
331.
Het meisje stond op. na het praten,
Zei, ik doe je een paar passen voor.
Dan moet je goed naar mij kijken,
Kijk, zoo dansen wij in het circus,
En ze goed onthouden hoor.
Zooiets noemt men een piroi'ett'
Wim trippelde mee me'.
En hij had de grootst'