Amerikaansche landbouwmachines in Holland. Bont Allerlei. ZOMERWEELDE. Woensdag 20 Juli 1932 SCHAGER COURANT. |s de mechanisatie van den Nederland- schen landbouw volgens Amerikaansch voorbeeld mogelijk? nog altijd half/mdr fiaJye donr Dr. Ir. G. DENKER. Dr. Ir. Denker, de bekwame landbouw- spccialist. publiceert in onderstaand ar tikel de resultaten van een onderzoek, dat hij hier en in Amerika heeft inge steld. Wanneer de Amerikaansche farmer een landbouw machine koopt, zijn zijn overwegingen daarbij ge heel verschillend van die van een Hollandschen boer. De Vereenigde Staten hebben eqn oppervlakte, die bijna 17 maal zoo groot is als die van Duitschland, terwijl hun bevolking nog niet dubbel zoo groot is. Aan de overzijde van den Oceaan heeft men dus ge brek aan mcnschelijke arbeidskracht en bij ons in Europa aan grond. De Amerikaansche farmer be roemt zich op zijn hooge productie per man; bij ons spreekt men slechts van de productie per H.A. De taak der landbouwmachines. Van de heerschende taak hangt ook de taak af, welke de landbouwmachines te verrichten hebben. In Amerika moeten zij in de eerste plaats werk be sparen; in Europa moeten zij de opbrengst van den grond vergrooten. Het gebrek aan menschclijke werkkrachten heeft den Amerikaanschen farmer er van het begin af gedwongen om het lichamelijk werk in hoofdzaak zelf te verrichten. De eerste eisch, die aan de landbouwmachines werd en nog steeds wordt gesteld, is dan ook, dat zij door één man kun nen worden bediend. De „general purpose tractor". Een typisch voorbeeld, dat wij 'de Amerikanen niet in alles kunnen navolgen, vormt de nieuwste Amerikaansche tractor, de „general purpose tractor", die dus voor alle mogelijke doeleinden kan worden gebruikt. Vooral op de farms in de Middlc West heeft deze tractor alle andere modellen verdrongen. Hij sleept niet slechts een ploeg, eg, e.d. voort, maar hij hakt ook met elk landbouwwerktuig, dat onder aan zijn romp wordt bevestigd, in verband waarmee hij ook bijzonder „hoog op de pooten" staat. Bijna alle fabrieken produceeren thans in hoofdzaak of uit sluitend deze soort van tractors en ook in ons land zijn zij warm aanbevolen. Bij ons zou de invoering echter een groote fout zijn geweest. Als men de eigenlijke reden van de in voering in Amerika onderzoekt, dan blijkt dat daar de bijzondere verdeeling der werkzaamheden over het jaar do „general purpose tractor" tot een nood zakelijkheid maakt. De gewone tractors kunnen de paarden grootendeels vervangen bij alle werkzaam heden met uitzondering van één enkele: het kappen dor maïs. Alleen voor dit werk, dat misschien zes weken in beslag neemt, moest de farmer dus het geheele jaar door twee of vier paarden meer te eten geven. De nieuwe tractor deed ook dit werk, zoodat voor de overblijvende paarden, die voor transport e.d. werden gebruikt, het geheele jaar door ongeveer de zelfde hoeveelheid werk overbleef. Bij ons is de toestand echter geheel anders. Hier is het niet de tijd van het spitten, maar de oogst tijd, die den landbouwer voorschrijft, hoeveel paar den hij minstens moet aanhouden naast den trac tor en dit aantal paarden is altijd voldoende voor de aardappel- of suikerbietvelden. Als een Hollandsche boer dus het voorbeeld van zijn Amerikaanschen col lega volgde en voor deze werkzaamheden een „ge neral purpose tractor" aanschafte, zou hij paarden onbenut in den stal laten staan en behalve haver ook nog benzine moeten Koopen. De oogstmachine brengt geen bezuiniging. Niet minder onrust heeft een ander product van de Amerikaansche techniek bij ons veroorzaakt; wij "De iarmer maakt zich het werk trouwens uit prin cipe zoo gemakkelijk mogèlijk, niet uit luiheid, maar om zijn krachten te sparen. Hij is overdag zijn eigen arbeider en 's avonds aan de schrijftafel zijn eigen inspecteur cn hij weet, dat hij 's avonds geen hoofd werk kan doen, als hij zich overdag lichamelijk oververmoeid heeft. Daarom hebben alle landbouw machines ook een gemakkelijke zitplaats, vooral die, welke dienen voor het bewerken van het land. Dat is iets, wat de Europeesche boeren van hen kunnen leeren en overnemen, zonder daardoor nog meer menschen broodeloos te maken. Met name zou het een verbetering zijn wanneer de boeren, die zelf me dewerken, alleen een machine kunnen besturen, die tevoren de medewerking van hun vrouw noodig maakte, terwijl zij door de zitplaats zichzelf het werk vergemakkelij ken. Het paard in Amerika nog gebruikt. Een veel verbreide misvatting is voort, dat „Ame rikaansche mechanisatie" bepaald synoniem moet zijn met reusachtige landbouwmachines. Die uitdruk king doet den leek denken aan farms, waarop geen paard meer gezien wordt, waar alles machinaal ge schiedt en de mensch niets anders meer heeft te doen dan de machines te besturen. Die illusie stemt niet overeen met de werkelijkheid, want op verreweg de meeste farms van de „Middle West", waar het klimaat en het landbouwbedrijf zelf het meest over eenkomen met wat men in ons land vindt, werkt de tractor niet inplaats van het paard, doch nog altijd daarnaast als aanvulling en de oogstmachine, die Oogstmachine. bedoelen de oogstmachine, die tegelijkertijd maait en dorscht. Het is prachtig, om deze machines, die een strook van 7 M. maaien, aan het werk te zien. Drie ervan kunnen met kettingen door één tractor wor den voortgetrokken, zoodat men met vier man per soneel een strook van *20 M. breedte afwerkt. Zoolang de oogstmachine nog slechts in de voormalige step pen werkte, vreesde men bij ons weliswaar haar in vloed op de graanmarkt, doch men dacht er niet aan, haar ook bij ons in te voeren. Sedert echter in 1925 cn 1926 een groot aantal oogstmachines in gebruik werd genomen in de Midlde West, waar de hoeveel heid regen in den oogsttijd ongeveer dezelfde is als in ons land, werd ook hier op invoering ervan aan gedrongen. Door praktische Droeven werd echter al spoedig bewezen, dat de oogstmachine voor ons land geen bezuiniging beteekent. En na eenigen tijd begreep men ook de reden, waarom daarginds in de Middle West een paar duizend oogstmachines waren inge voerd; niet het graan, doch de sovaboon had ze naar het land getrokken. Welke methode men ook toepaste bij den oogst van soyaboonen. steeds ging er zeer veel verloren, tv dat bleek, dat de speciale werkwijze van de oogstmachine deze verliezen ver meed. Dit voorbeeld bewijst alweer, dat men alle invloeden moet bestudeeren, die een bepaalde veran dering hebben teweeggebracht en niet kan volstaan met een gedeelte der oorzaken, wanneer het er om gaat, te beoordeelen, of een landbouwmachine ook tegelijkertijd maait en dorscht, is daar nog een zeld zaamheid. Eerst als men verder naar het Westen komt, in de uitgestrekte, droge voormalige steppen met hun eenzijdigen tarwobouw, overheerscht de l oogstmachiné, doch de omstandigheden in deze stre- ken zijn in geen enkel opzicht te vergelijken met die f in Nederland. Wij kunnen ons er dus toe bepalen, de vraag te beantwoorden, of tractor en oogstma- j chine voor ons dezelfde practische beteekenis kun- I nen verkrijgen als op de farms in de Middle West. Wat de tractor betreft, zijn de omstandigheden, welke de algemeene invoering daarvan in de hand werken, in Amerika in onvergelijkelijke sterkere mate aanwezig dan bij ons. Zoo kost de benzine daar on- geveer de helft, n.1. 5 Hollandsche centen per L. of hoogsten 7V2 cent, terwijl de fabrieksprijs der trac tors ongeveer 2/3 bedraagt van de Europeesche, om- dat de grondstoffen goedkooper zijn en de massa- productie een grootere rationalisatie mogelijk maakt. De Amerikaansche boer behoeft voor aanschaffing en exploitatie van een tractor dus veel minder uit te geven dan de Hollandsche boer en daarom zal de tractor in ons land altijd een kleiner rol blijven spe len dan in Amerika. v Ook in Amerika worden naast de machines paarden gebruikt. voor onze omstandigheden geschikt is. Wij zouden gemakkelijk deze voorbeelden met andere kunnen aanvullen, doch meenen reeds afdoende te hebben aangetoond, dat de werkwijze en de mogelijkheden, die de landbouwmachines bieden, in Amerika en bij ons ten zeerste verschillen en altijd wel zullen blij ven verschillen. Intusschen is het ook voor de volkswelvaart een geluk geweest, dat de bovengenoemde landbouwma chines niet op groote schaal zijn ingevoerd. De ont volking van het platteland en de werkloosheid zou den dan nog meer zijn toegenomen. Natuurlijk kan men van de boeren niet vergen, dat zij liet belang van het volk als geheel boven hun eigen belang stel len; als de machina goedkooper is, dan moet zij wor den ingevoerd; doch dikwijls is dit \olstrekt niet het geval en dan is Jat iets. wat in het algemeen be lang niet anders da verblijdend kan worden ge noemd. Blue Band heeft gedurende een reeks van laren haar bijzondere reputatie gehandhaafd door de machtigste factor KWALITEIT. Voortaan wordt Blue Band gekarnd met 25°/o allerfijnste Roomboter onder Rükscontróle. De prijs van Blue Band blijft onveranderd. Wees verstandig en koop uitsluitend Hollands beste standaardmerk. BLUE BAND Zeelieden krijgen groeten van thnis door de Radio. Het radiostation Barcelona heeft iets nieuws in gevoerd, dat met veel enthousiasme is begroet, en dat weldra in veel landen zal worden ingevoerd. Na sluiting van het radioprogramma komt het z.g. „uur voor de ouders van zeel eden." Al degenen, die vaders, zoons of mannen op zee hébben, en die sedert weken geen bericht hebben ont vangen, mogen dan dooi de microfoon hun groeten sturen. Alle ouders of vrouv, an van matrozen mogen dan gratis den zender gebruiken en hun familieleden groeten, nieuws etc. zenden. Natuurlijk valt deze nieuwigheid erg in den smaak. De meeste schepen hebben radio aan boord, zoodat het voor zeelui mo gelijk is, op een bepaald uur groeten van thuis te ontvangen. Ze zitten dan bij het radio-toestel en hoo- ren plotseling de stem van hun familieleden door de loud-speaker. Deze dienst voor matrozen is tot ongeveer 60 mi nuten beperkt. aV nde nieuwe instelling wordt rijke lijk gebruik gemaakt. Oude visschers uit vet* wegge- legen provincies komen naar Barcelona om hun zoons op zee te groeten of gelukwenschen te zenden. De omroeper leidt dit uur met de volgende woor den in: „Hallo, hallo, hier radio Barcelona, we beginnen nu met het uur voor zeelieden! Hallo, matroos uit uw vadei spreekt tegen u", of hij zegt: „Hallo, matroos op schip uw vrouw spreekt tegen u. Ze wil u de gelukkige geboorte van een stamhouder mededeelen." Gen Engelschman ziet Berlijn. Humoristische kyk op het nachtleven. „In Duitschland zijn de menschen er zóó slecht aan toe", vertelt de correspondent van een bekend En- gclsch weekblad, „dat men op de meest absurde ma nier „eerlijk" aan zijn brood tracht te komen. Eén van mijn Berlijnsche vrienden is zoo vriendelijk ge weest mij de geheimen van het nachtleven te ont sluieren. Hij nam mij b.v. mee naar een soort restau rant en wees mij de verschillende types aan, die daar om een uur of één 's nachts iets kwamen gebrui ken. „Weet je wie dat is?", fluisterde mijn metgezel en hij wees op een vriendelijk uitziend heer. „Deze man maakt koffieboonen van cement. De bereidingswijze houdt hij geheim. Een paar van deze boonen verhoo- gen het soortelijk gewicht van de koffie en daar door Ik schoof onmiddellijk mijn koffie opzij en bestelde een glas water. „Het is heusch geen kwaad zaakje", betuigde mijn gids, „alleen ietwat riskant. Zie je dien man daar? Die heeft een heel wat kleiner inkomen dan die ce- mentkoning, maar hij loopt minder gevaar. Hij leeft n.1. van straatongevallen: niet, dat hij ze veroorzaakt, maar hij is altijd getuige. Je .veet, dat de straat ie- deren getuige in een rechtzaak een kleine vergoeding betaalt. Deze kleine vergoedingen zijn toereikend om den man in het leven te houden. Twee ongelukken per avond zijn genoeg. Hij zwerft altijd rond in de buurt van kruispunten c*j andere plekken, waar veel verkeersongevallen plaats hebben. Met het weer houdt hij natuurlijk terdege rekening. Als bedrijfs kapitaal kan hij af .net een scherpe opmerkings gave en een vast adres." Een derde individu, dat onze aandacht trok, was een goed-gekleed manspersoon, die ons een hand gaf, alsof we oude bekenden van hem waren. Vervol- Nu gaat de weelde langa de zomerlanden, Waarover 't zonlicht warme koest'rlng weeft, Waar alles naar den hoogen hemel streeft In vollen wasdom onder 't zonnebranden. Waar verre boomen met hun wiss'lend groen, Als eerewacht van 't stralend hoogseizoen, Den blauwen einder eindeloos omranden, De gouden aren wuiven langs de wegen, En nijgen reeds hun rijkdom naar de grond, Den heelen wijden omtrek in het rond. Als waarlijk hoogtij van den zomerzegen. De gaven liggen voor den mensch bereid In overvloed van weelde-zomertijd, En rijke mildheid treedt ons waarlijk tegen! Wel hem, die bij het jachten van de dagen, In het verstilde, vredig avond-uur, En in den vollen bloeitijd der natuur. Naar 'n enk'le jeugdherinnering komt vragen, Die nog eens langs de smalle wegjes gaat. Waar hier en daar een droomend huisje staat, Ver van de wegen, waar de monsters jagen! En gij, die in dit leven zelf verloren, Vol schijn-bravour en daverend geweld, Door heerlijk groene lanen komt gesneld, Stop één kwartier en wandel door 't koren. Het zal voor U, bij al Uw levens-schijn, Een waarlijk grootsche openbaring zijn, Daar voelt ge U weer mensch als nooit te voren!! Juli 1932. KROES. (Nadruk verboden). gens fluisterde hij ons toe: „Zoo zeker als twee maal twee vier is Fortuna wint absoluut morgen de race op Grunewald Hier heeft u het biljet Je hoeft mij pas achteraf te betalen Alleen tien Pfennig statiegeld Zet je een Mark op Fortuna en je fortuna is gemaakt." Wij weigerden beleefd maar beslist. Een uur later dook dezelfde man nog eens op. „Hallo", zei hij „Zoo zeker als twee maal twee vier is Mal heur wordt morgen no. 1 bij de rennen zet je eene Mark op Malheur en hot zal geen malheur voor je zijn Blijkbaar kon de man slecht gezichten onthouden. Wij sloegen zijn aanbod nogmaals af en begrepen thans, hoe hij de zaak aanpakte. Hij ried natuurlijk ieder slachtoffer een ander paard aan en daar één der dieren moest winnen, sleepte hij op die manier een aardig sommetje in de wacht. Hierna gingen we naar een andere gelegenheid in het Noorden der stad en daar werden wij al gauw aangesproken docr een individu met een ongunstig uiterlijk. Ik stond op het punt mij te verdedigen, toen ik een glimlach van mijn geleider opmerkte. Het individu sprak: „Ik heb hier een prachtig horloge Je kunt 't krijgen tegen 'n tiende van den prijs, maar je moet niet vragen, waar 't vandaan komt Ook ditmaal weigerden wij en. mijn gids legde mij een eindje verder de heele zaak uit: „De man heeft het goed heel gewoon in commissie en verkoopt het met veel geheimzinnigheid tegen den normalen prijs

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 5