De delegatie naar Rusland. Allerhande. Holl. Mij. van Landbouw te Anna Paulowna. Pe „ingekomen-stukken-vergadering" zouden we de laatste bijeenkomst van de afdeeling A.P. van de Holl. van Landbouw wel kunnen noemen, want zelfs de afzónderlijke punten op de agenda vinden in een Inge komen schrijven hun oorsprong. Hoewel de verschil lende xaken de volle belangstelling hadden, was de vergadering daardoor toch minder Interessant dan ge woonlijk. behalve dan het gedeelte, waarin het punt Arbeidscontract" aan de orde kwam. Doch daarover itraJia meer. We zullen in volgorde van behandeling jjet voornaamste memoreeren. Crisis-Varkonswet. Ter uitvoering van de Crisis Varkenswet zullen o.a. Plaatselijke Commissies worden gevormd. Het hoofd bestuur verzocht opgave van personen, die daarvoor in aanmerking komen. Aangewezen werden: Jb. van Sliprlaan, J. Groet, D. Stammes en R. L. Waiboer. Demoaistratlea. De N.V. Louis Nagel en Co. te Arnhem zond een uit- noodiging ter bijwoning van baar demonstraties ln den Wieringermeerpolder op Maandag 23 Juli a.s. met trac- tor-zaaimaehines in werkbreedten van 6 of 8 M.: trac tor-eggen (werkbreedten 5 en 10 M.); tractor-ploegen (achtscharlg, werkbreedte 2 M.)Draineerploeg. welke een roestvrije stalen buis van 125 M. lengte in 3 minuten Intrekt op 1.20 M. diepte. Onderlinge Brandverzekering. Uit bet jaarverslag van de O. B. blijkt, dat door Koersverlies de rekening over 1931 geen overschot geeft, zoodat dit jaar niet, zooals de laatste jaren het geval was. een reductie op de premie gegeven kan wor den. (Deze bedroeg meestal 10 a 15 Kali. De Kali-Mij. wijst er op. dat de prijzen belangrijk zijn verlaagd en dringt aan op spoedig bestellen. L.O. en L.T.B. De vergadering verklaarde zich bereid, indien een ge combineerde vergadering gehouden wordt van de afd. Den Helder en Anna Paulowna ter bespreking van de verhouding tusschen L.O. en L.T.B. daarvoor bijeen te willen komen in „De Blauwe Keet" in Koegras. Pachtbureau. Het hoofdbestuur heeft het voornemen twee centrale pachtbureaiix te stichten, één voor Noord-Holland en één voor Zuid-Holland. De bedoeling is pachters en verpachters aan te moedigen van deze bureaux gebruik te maken voor het taxeeren en vaststelier van den pachtprijs en het beoordeelen der pachtvoorwaarden. Het centraal-bureau zal de taxaties doen verrichten door 2 of 3 plaatselijke deskundigen. Anna Paulowna zal met Waard en Groet één district vormen. Gevraagd werd pachters, verpachters en onpartijdige deskundigen op te geven, die geneigd zijn aan het Centraal Pacht bureau medewerking te verleenen. Aangewezen als verpachters: N. Koppes en C. Wijdenes Spaans: als pachters: C. Blaauboer, J. D. Aij en V. Kaan: als on partijdige deskundigen: D. Schenk, D. J. v. d. Heuvel, D. Stammes en Jb. Lindenbergh. Voorzitter wees nog op een aanteekening op de con vocatie, waarin vermeld werd, dat door de crisispacht wet mogelijk is gemaakt, gerechtelijk verlaging van pacht te verkrijgen, als men niet tot een wederzijdsch bevredigende oplossing kan komen. Verzoekschriften om verlaging van pacht en verdere inlichtingen zijn te be komen bij den secretaris, den heer N. Raap. Wol-inventarisatie. Ten einde over voldoende gegevens te beschikken voor bet geval de regeering bereid zal zijn de schapen houderij te steunen, vroeg het hoofdbestuur hoeveel schapen er geschoren zijn (de eventueele steun zou moeten berusten op de wol, die langs organisatorischen weg ingezamld zou moeten worden). De opgave luid de 685 schapen (140 jonge en 545 oude). Herziening wet der Holl. Mij. v. L. Op de eerstvolgende algemeene vergadering, in Sep tember te houden, komt herziening der Wet aan de orde. Oude Wet en Ontwerp Nieuwe Wet met de Toe lichting werden nagegaan. De vergadering ging accoord met de voorgestelde wijzigingen. ARBEIDSCONTRACT. De heer Rezelman leidde hierop de besprekingen in over het punt: is het al of niet wenschelijk een collec tief-arbeidscontract te sluiten. Hij bracht nog even in herinnering wat op een vorige vergadering besproken is en deelde mede. dat van de gezamenlijke arbeiders bonden een ontwerp-contract is ontvangen. Het bestuur van de afdeeling heeft over een en ander z'n gedachten laten gaan en gaf als z'n meening aan de vergadering te kennen: le. De afdeeling van de Holl. Mij. van Landbouw is geen werkgeversorganisatie ln de gewone beteekenis van het woord en kan dus ook niet dit conoept-con- tract in overweging nemen. 2e. Men zou, nu toevallig verscheidene werkgevers bijeen zijn, een vereeniglng kunnen oprichten ,als men het sluiten van een collectief contract gewenscht acht. 3e. De personen, het bestuur der afdeeling vormend, ontkennen de wenschelijkheid. Men is in principe wel voor georganiseerd overleg, maar het vormen van werkgevers-organisaties in den landbouw wordt door factoren, die in het bijzonder in dit bedrijf van belang zijn, bemoeilijkt. a. Het hoofddoel van de arbeiders is natuurlijk een hooger loon te bedingen, maar in den landbouw krijgt men geen gelegenheid het hoogere loon op den prijs van het product te verhalen: b. Het is zeer moeilijk, zoo niet onmogelijk, een be paald loon vast te stellen in den landbouw, daar de aard der werkzaamheden heel veel uit elkaar loopt en vooral ook. omdat de persoonlijke* bekwaamheid van den arbei der bij het bepalen van het loon een groot gewicht in de schaal legt. Het verschil in bekwaamheid weegt bij den landbouw veel zwaarder dan bij de industrie, waar meestal éénvormige handelingen van de werknemers ge vraagd worden. De arbeiders zelf voelen dat ook en spreken daarom van een minimum-loon. c. De goede verstandhouding tusschen werkgever en werknemer hangt in de eerste plaats af van hun per- soonlijke eigenschappen. Die verstandhouding is hier niet slechter dan elders, en mag in het algemeengoed genoemd worden. Ook hiervoor acht men het aangaan van een collectief contract niet noodzakelijk, evenmin als voor het loon, dat wellicht het hoogste van het heele land is. Men besloot aan de organisaties te berichten, dat de afdeeling niet als werkgeversorganisatie kan optreden en dat de ter vergadering zijnde heeren niet genegen waren een werkgeversvereniging te vormen, maar dat men wel steeds bereid zal z\jn in het belang van het algemeen samen te werken. Vragenlijst. Bij de behandeling van de vragenlijst van het hoofd bestuur kwamen geen wenschen naar voren, die men te verwezenlijken acht, of die anders waren dan degene, welke het hoofdbestuur reeds tracht te verwezenlijken. Cursussen. Op het aanbod van het hoofdbestuur, een cursus In eerste hulp bij ongelukken te organiseeren, ging de ver gadering niet in. Wel zal een oproep gedaan worden om te komen tot een cursus In Landbouwboekhouden. Voorts zaJ men pogen weer een cursus in het leven te roepen voor alle leden (en andere belangstellenden), zooals de laatste jaren gegeven werd en vooral zal men alle moeite doen, om te bereiken, dat er een landbouw- cursus komt. Rondvraag. De heer Van Balen Blanken had gehoord, dat Wierin- gerwaard de tweede postbestelling kwijt raakt en ver zocht alles te doen om te voorkomen dat dit ook niet den Polder of een gedeelte daarvan gebeurt.' Naar aanleiding hiervan kwam nu toch nog op boven genoemde lijst, de vraag, of het hoofdbestuur aandrang wil uitoefenen om de tweede postbestelling overal te behouden. De heer Rezelman zegde toe zoo noodig de medewer king van den burgemeester te verzoeken en nadat hij gewezen had op de aansporing op de convocatie om toch vooral de arbeiders uit Anna Paulowna in dienst te nemen voor de oogstwerkzaamheden, volgde sluiting. Donderdagavond half negen werd ten huize van den hr. Vis te Oudkarspel een bijeenkomst gehouden, waar de heer H. de Weerdt, van Nederhorst den Berg, optrad als spreker, met het onderwerp: „Het doel van de delegatie naar Rusland." Een 35-tal belangstellenden was aanwezig. Do voorzitter, de lieer C. Borst, Pz., opende de ver gadering met een woord van welkom en deelde mede, dat voor leden der delegatie naar Rusland candidaat zijn gesteld de heeren C. Borst Pz., van Oud karspel, en P. Zwagerman van Nieuwe Niedorp. Hierna verkrijgt de heer De Weerdt het woord, er op wijzende dat het hoofdzakelijk zal gaan dezen avond om het „waarom" te bespreken van een dele gatie naar Rusland. In de allereerste plaats moeten wc met eigen oogen zien en constateeren hoe de toestand daar is. Over Sovjet-Rusland gaan de meest uiteenloopende geruchten. De communistische en andere partijen hebben allemaal hunne eigen meeningen. Spr. vraagt zich af hoe dat kan? Er is in Rusland een toestand en zooals het is moet het in de kranten komen. Dus moet er iets aan de meeningen der verschillende partijen haperen. Van andere landen, zooals Amerika, Frankrijk en Duitschland hoort men nooit zulke te genstrijdige berichten. Het kan geen gevolg zijn, dat Rusland zoo ver is, want het verkeer met Rusland is geregeld. Ook wor den de berichten niet, tegengehouden. De meeningen komen geregeld over door middel van reizigers, enz. Ieder jaar worden delegaties naar Rusland gezonden, van verschillende groepen menschen, zooais profes soren, studenten, spoorwegpersoneel, enz. Deze dele gaties hebben alle rapport uitgebracht en deze wa ren steeds gunstig voor Rusland geweest. Het feit dat zooveel verschillende meeningen worden uitgesproken in de kranten, wordt door de communisten beschouwd als vrees voor het commu nisme. Men ziet er een gevaar in. En omdat er zoo veel bezwaren zijn, achten wij den tijd gekomen, nu met eigen oogen te zien hoe het is en hoe de bedrij ven zijn ingericht. Het Europeesche Boerencomité heeft aan de regeering van Sovjet-Rusland gevraagd om. een delegatie te mogen zenden en is toegestaan om 5 vertegenwoordigers af te vaardigen. De kosten worden voor rekening der sovjet-regeering genomen, zoodra de Russische grens is gepasseerd. De reiskos ten tot Rusland zullen door ons moeten worden be taald. Deze zullen ongeveer f 125a f 150.per per soon bedragen. De spreker zal met de delegatie meegaan als tech nisch leider. De reis zal ongeveer 4 a 6 weken duren en na de terugkomst zullen de deelnemers in ver schillende vergaderingen hunne indrukken moeten weergeven. De deelnemers worden in volle vrijheid gekozen en er worden gekozen één landarbeider uit Noord-Oost Groningen, één kleine boer uit Friesland, één bouwer uit Noordholland, één bloemkweeker uit Aalsmeer en één boer van de Zuid-Hollandsche eilan- den. We willen het met eigen oogen zien, doch er is nog een andere belangrijke reden. Er moet onderzocht worden of het. systeem in Rusland beter is dan hier, waar alles naar beneden gaat. Spr. herinnerde aan de waarschuwing van het Boe rencomité op de vergaderingen van dc Prov. Con> missie, dat de crisis, waarin wij thans leven, lang zal duren. Wij werden daar door de voormannen dier commissie uitgelachen, ook toen wij waarschuwden tegen de credictcn, welke worden verstrekt door het Rijk. Spr. is echter tot de overtuiging gekomen, dat de bouwers nu niet meer lachen. Ze hebben nu crediet, doch moeten er niet aan denken, wanneer zij ze zul len afbetalen. Ze hebben het niet willen gelooven omdat ze steeds goede producten en goed land enz. hebben. Men heeft het zich niet kunnen voorstellen, doch het zal nu toch wel duidelijk worden. Toen de crisis begon hebben wij gezegd, dat het nog veel erger zal worden, dat de grootste ellende zou komen en dat de bouwers ten onder zullen gaan. Dat is geen praatje, doch de ervaring van de tijden. Spr. herinnerde er aan, dat boerderijen worden ver kocht. Door ons wordt dit tegengegaan, er wordt nl. niet geboden. Eén verkooping hebben wij niet tegen kunnen gaan en is een boerderij verkocht wegens achterstalligheid van één termijn hypotheekrente en bracht dit perceel f200 op. Dc koopprijs was f13.000. Dus is het geld van dien man weg en misschien heeft hij nog schulden er bij gekreen. De man is nu aange wezen op dc regeering, kan in de werkverschaffing worden opgenomen of is aangewezen op steun. Dat is ook dc toekomst van de tuinders. Deze zul len moeten ontwaken. De organisaties laten on3 zit ten. Dc leiders gaan op audiëntie bij den Minister en komen met leeg handen terug De Koningin heeft ge zegd, dat de reeering het platteland niet zal verge ten, doch dan alleen zeker als er belasting te ont vangen is. De steunverleening aan de boeren heeft alleen tot gevolg gehad, dat de graslandprijzen zijn verhoogd, alzoo hebben de landeigenaren er de voordeelen van. Dr. Colijn heeft op een conferentie voor wetenschap pelijke bedrijfsorganisaties gesproken en heeft in zijn rede uitgedrukt, dat men thans op een te hoog peil stond. Alles moest naar beneden, ook dc loonen Als wij ook nog lager moeten als we al zijn, komen we geheel onder den grond, of worden platgedrukt. Wij kunnen niet naar beneden, wordt er gezegd, doch dat is nog maar de halve waarheid. Men kan zonder si garen te rooken en zonder een Zondags pak ook le ven. We moeten daar echter voor bedanken. Thans staan we op liet peil dat we niet minder willen. We moeten niet terug naar de tijden van 1880-90, van aardappelen met spekvet en een homp roggebrood. Als er nu een land is, waar het beter is, waar geen crisis heerscht en geen werkloosheid, dan moeten we daar heen om te onderzoeken. Spr. wees op Noord-Amerika, waar vroeger zoo'n hooge levensstandaard voor dc boeren was en waar nu groepen boeren naar de steden trekken om ze te plunderen, waar tienduizenden werkloozen kampee ren en de oudstrijders naar Washington optrekken, omdat ze geen eten meer hebben. De leiders der organisaties dringen er steeds op aan. toch vooral netjes en braaf te zijn. Als je alles doei wat ze zeggen, zit je evenwel aan den grond voor je het weet. Daarentegen komen er van Rusland andere berichten. Ook daar zullen fouten zijn, doch men kan de bedrijven en levensomstandigheden daar met hier vergelijken en daarna een houding bepalen. Spr. geeft hierna een résumé en wijst nog op een artikel in „De Ontwaking", het orgaan van den Neutr. Bond van Boeren, Land- en Tuinbouwers, over de de legatie naar Rusland, waaronder de redactie schrijft dat het bezoek niet het gewenschte resultaat zal heb ben, omdat men het mooie zal laten zien. De spr. is hiervan overtuigd, doch óók dat men het slechte zal toonen. Men heeft volle vrijheid om zelf naar ver schillende dingen te vragen. Na het beëindigen van deze rede werd door een 5-tal heeren gebruik .gemaakt van de gelegenheid tot vragen stellen. Dc spreker beantwoordde alle. Nadat de heer C. Borst Pz. als candidaat afgevaar digde was gekozen, volgde sluiting. HET IS DE COMMISSIE MAAR! Tegen de afbraak-voorstellen van de Commiseie- Welter openbaart zich een fel verzet. Misschien zal straks blijken, dat dit verzet overbodig is geweest. Het is immers mogelijk, dat de Begeering het Weiter- advies niet volgt en wij dus niet te. duchten hebben, wat het bezuinigingsrapport ons voor oogen stelt. Zoo ongeveer redeneert Dc Standaard, het blad van Dr. Colijn. „Eerst als dc regecring hare plannen be kend maakt, wat niet voor medio September geschie den zal, weet men precies waar men aan toe is. En zoolang men dit niet weet, tast men feitelijk in den blinde." Er zit wel iets in die redeneering, maar toch ho pen we, dat niemand zich daardoor in slaap zal laten sussen. Stel u eens voor. dat het rapport-Weiter dood gezwegen werd en dat de regeering in September al dus redeneerde: „De adviezen van de commissie heb ben tot geen critiek aanleiding gegeven. Blijkbaar erkent men dus algemeen, dat dc door haar geopper de denkbeelden juist zijn. De regeering heeft ze daar om tot de hare gemaakt en in voorstellen be lichaamd.' Hiertegen zou redelijkerwijs niet veel zijn aan te voeren en dc kans om alle of sommige voorstellen van de baan te werken zou weinig grooter zijn dan nul. Daarom moet ieder, die niet mee wenscht te Weiteren, zich nu roeren en danig ook. Het risico, dat over een paar maanden zal blijken, dat we ten deele tegen windmolens hebben gevochten, moeten We in den koop toe nemen. BEZUINIGING EN OF BELASTING. Als er geen maatregelen worden genomen, zal de begrooting voor 1933 wel een groot tekort te zien ge ven. Dat. mag natuurlijk niet in een fatsoenlijke huis houding en op dc een of andere manier zullen de eindjes aan elkaar geknoopt moeten worden. Dat kan op deze wijze: 1. de uitgaven worden zoodanig verminderd, dat ze niet hooger zijn dan de te verwachten inkomsten; 2. de inkomsten, de belastingen dus, worden opge voerd tot een peil, dat zij de uitgaven dekken; 3. door bezuiniging en door belastingverhooging wordt dc geopende kloof overbrugd: 4. het gat wordt gestopt door leeningen te slui ten, eventueel in verband met de onder 1—3 genoem de middelen. De Commissie-Welter heeft haar hart verpand aan ee.rste s>"s,eem en de wegen aangegeven om ruim 100 millioen te bezuinigen. Wat wij totnogtoe van de regeering hebben ervaren, mag ons doen vreezen, dat zij niet. ongenegen is, om te „weiteren". Dat lijkt ons niet minder dan een ramp, niet, omdat wij tegen elke bezuiniging zijn, doch omdat het geweiter speelt met de hoogste belangen des volks. Hadden wij het voor het zeggen, dan werden er drie middelen toegepast om de begrooting sluitend te ma ken: bezuiniging-belasting verhoo- ging leencn. Een sluitende begrooting is echter niet het één en net al. "Van meer belang is, dat het economisch le ven zoo -weinig mogelijk schade lijdt en het wel vaartspeil niet meer daalt dan inderdaad onvermij- w u jS'.Paarom hevelen wij ook „leenen" aan. Als bedrijfsleven zich herstelt, stijgt de opbrengst oer belasting automatisch en kunen de batige sloten aangewend worden om schuld te delgen. Dat is ae voorafgaande jaren immers ook gebeurd. Had men toen de overschotten als reserve bewaard, dan beschikten we nu over de noodige fondsen om de klappen op te vangen. Op overtuigende wijze is hierover in de Groene Amsterdammer geschreven. Het is niet bepaald ge makkelijke kost, doch de kwestie is van zooveel be lang, dat we onze lezers durven verzoeken, zich er ernstig op te bezinnen. Hier volgt wat wc bedoelen: „Zulk een systeem het sluiten van leeningen, om een tekort op dc begrooting weg te werken zou wellicht nog dc voorkeur verdienen boven het voren- omschreven stelsel: in vette jaren de belasting rela tief verlagen en in de kwade de staatsportie (n.1. van de inkomsten) verhoogen. Het zou daarop neerko men, dat de staat in goede jaren een reserve vormt, een appeltje voor den dorst op zij legt. Zooals ge zegd, is dat ten deele gebeurd. En daarom hoeft men ook heelemaal niet moord en brand te schreeuwen, wanneer eens enkele jaren een gat. in de begrooting zou zijn, dat gestopt wordt met leeningen. Wanneer de reserve netjes bewaard was, dan zou niemand er aanstoot aan nemen; wanneer zij werd gebruikt; nu er schuld mee afgelost is. wordt men onsolide geschol den, wanneer die schuld weer wordt aangegaan om de reserve te gebruiken". Zoo redeneert de heer C. A. Klaassc, economist, en dus deskundige op dit gebied. Verder zegt hij o.m.: „Dat is nu de vraag, waarvoor men 'zich gesteld ziet: Bevinden wij ons in een overgangsstadium tus schen twee gunstige conjunct uurperioden, of moeten wij ons inschieten op een blijvend lager niveau van het volksinkomen? Het spreekt wel vanzelf, dat al leen in liet eerste geval een poging tot. nivelleering zin heeft omdat dat alleen gaat, wanneer er een golfbeweging is: zou daarentegen de huidige inzin king niet een phase van een golfbeweging zijn, doch een definitieve verlaging, dan moet het er toch van komen, ook het. staatsbudget aan de dan inderdaad gewijzigde omstandigheden aan te passen. Nu is het op zijn minst genomen voorbarig om thans reeds te willen uitmaken, dat. wij ons „moeten instellen op een blijvende verlaging van den levensstandaard". Dat had men in elke vorige depressie ook kunnen vreezen, en steeds zijn we weer met een hoogere wel vaart daaruit te voorschijn gekomen. Dc bewering, dat zulk een blijvende verlaging van het inkomens- peil noodzakelijk is, omdat de achter ons liggende periode slechts „schijnwelvaart" bracht, is holle fra seologie, want het productie-apparaat bleek dan toch maar in staat, om die welvaart reëel te produceeren". En de conclusie van den heer Klaassc is: „Wat men in het rapport-Welter echter mist, is de principieele erkenning, dat het zeer wel gemotiveerd zou zijn om nog een paar jaar eenige tientallen mil- lioenen tekort, op den gewonen dienst uit leening te dekken, terwijl het om bovenomschreven reden ook niet. per se af te keuren is, dat tijdelijk dc portiee die de staat van het volksinkomen verlangt, wat grooter wordt. In het bijzonder wanneer dat ten laste van de kapitaalvormende inkomens zou gaan. Want er is allerminst, absolute zekerheid, dat de daling der in komens blijvend is." Hierbij laten wij het nu. In een volgend nummer schijven we een en ander over belastingverhooging al lijkt de tijd daarvoor al bizonder ongeschikt. WIJ ROOKEN MAAR. Ondanks de crisis is er van daling van het tabaks gebruik geen sprake. Per dag doen wij ongeveer voor f 300.000 in rook opgaan. Daar profiteert ook de schatkist, van en onwillekeu rig vraagt men zich in tijden als deze af: is uit die rook- en pruimgewoonte niet wat meer te slaan? 20 belasting extra zou 'n sigaar van vijf cent "één cent in prijs doen stijgen. Wie er nu 6 van vijf koopt en dan kon besluiten om tevreden te zijn mot vijf van zes, zou niets meer betalen dan thans, doch 5 cent extra bijdragen om het tekort te dekken'. Wie nu zou zeggen: wat beteekenen vijf centen? zou vergeten, dat al die centen bij elkaar een kleine 20 -millioen Hollandsche guldens opleveren. En het bezwaar tegen indirecte belastingen dan? Dat handhaven wij volkomen voor zoo ver het geldt brood, suiker, vleesch en ander noodzakelijk levensonderhoud. Daar valt tabak-echter niet onder en als de nood aan den man komt, lijkt ons eenige beperking van genotmiddelen niet zoo vreeselijk. AFBRAAK. Onze Staatsbegrooting beloopt ongeveer 600 mil lioen en de Commissie—Wel ter bezuinigt daarop ruim 100 millioen, dus pl.ra. 17 Zoo lijkt het, maar het is nog erger, want de Com missie rekent ons voor, dat een bedrag van ruim 200 millioen niet voor vermindering in aanmerking komt. Zij knijpt dc 100 millioen dus af van nog geen 400 millioen, zoodat het percentage niet 17 is maar ruim 25. Bovendien stelt zij in het vooruitzicht, dat er bin nenkort nogmaals 100 millioen weggehakt moet wor den, zoodat zij, die niet van een bezuinigingscommis sie willen spreken, doch haar afbraak-commissie doo- pen, schoon gelijk hebben. Afbraak, inderdaad, en dan speciaal van wat waar de heeft voor het' leven. Want oorlog en marine wor den ontzien, neen erger nog, er wordt zelfs op aan gestuurd, om ze nog met grooter zorg te behandelen. De jaarlijksche lichting, zoo wordt voorgesteld, kan één tiende kleiner zijn. Blijkbaar herinnerde de Com missie zich niet, of wilde zij zich niet herinneren dat er vroeger al eens een roomsch voorstel is geweest om die lichting, welke nu 21.000 groot is, te vermin deren tot 13.000. Dat zou, als het nu gebeurde, zoden aan den dijk zetten. Dan hoefde het onderwijs niet tot in den grond bedorven te worden en was het niet noodig de ellen de der ondersteunden nog 15 erger te maken. De commissie-leden, zonder uitzondering weelde kinderen, hadden zich eens dit geval voor oogen moe ten stellen. Het inkomen van een gezin bedroeg f24.per week. Daarvan kon het heel bescheiden leven. Toen werd dc vader werkloos en van f 14.uitkee- ring leed het gezin gebrek en verarmde dag aan dag. Wat blijft er aan „menschwaardig" over, als straks de uitkcering met 12.10 wordt verminderd en tot f 11.90 daalt? AI, ZIET, HOE LIEF Minister Verschuur heeft twee slechte beurten ge maakt. Eerst heeft oud-minister Posthuma hem op zijn nummer gezet en nu weer oud-minister Kan. Op verzoek van Excellentie Verschuur heeft Staats raad Mr. Kan zich bereid verklaard om met de be langhebbenden te IJmuiden middelen te beramen om den nood in „het visscherij"-bedrijf te lenigen. Bijna per keerende post ontving de Minister de unanieme wenschen van recders en visschers, door Mr. Kan overzichtelijk gerangschikt. Er was groote haast bij, had de heer Verschuur gezegd, en hij werd op zijn wenken bediend. Toen liet hij zelf de zaak rusten, dagen, weken. Hij werd nog eens extra aangepord, zijn ambtenaren wer den aan de telefoon geroepen, doch Mr. Kan kreeg geen antwoord. Deze heeft toen gepubliceerd, wie er de schuld van droeg, dat het visscherijbedrijf moest wachten en hierop is Minister Verschuur los geko men. Dat heeft de zaak voor hem niet beter gemaakt, want de heer Kan, een ingewijde in regeeringszaken, dient hem prompt .van repliek. Het slót daar.van la ten wij hier volgen. Wie gevoel heeft voor humor kan er van genieten. Mr. Kan besluit dus zijn relaas als volgt: „Uit het persgesprek van den heer Verschuur mocht ik vernemen, dat Z.E. niet aan een tegen hem ge richte geste denkt en zelfs niet de minste animosi teit tegen mij koestert. Het omgekeerde zou trouwens op 'n gevaarlijke praedispositie aanleg tot ver volgingswaan hebben gewezen. Hoe kan de houding van een bewindsman, die zich „dag aan dag met deze dingen bezighoudt", maar in vier weken geen minuut vindt om zijn zelf gekozen adviseur op de hoogte te houden, zachter gekwalificeerd worden dan als „passief". Welke invectieven scheldwoorden zouden er niet gevallen zijn als de heer Verschuur eens een ander oud-minister, met wien hij onlangs een klein verschil van gevoelen vereffende, aldus had behandeld?" Waarschijnlijk heeft Minister Verschuur hierop niet al te best geslapen. Men kan gerust gelooven dat. deze afstraffing hem slecht zal bekomen en dat er menige grap op gemaakt zal worden. A. B. K., de bekende medewerker van Het Volk, is er al mee be gonnen. Die publiceerde een versje, waarvan we een paar coupletten overschrijven. AAN DEN KRUISWEG. Worden jou, meneer Verschuur, Nou de druiven niet te zuur? Staatsman Kan van Bloote Hoofd Heeft je daar een kool gestoofd! En zoo kort na Posthuma Wees nu wijs en denk eens na! Jadie lui zijn oud-minister En waarachtig niet van gister; Die zien dalijk, "beste man, Dat jij 't. groote werk niet kan, En gaan hardop protesteeren: „Is dat prutsen nou regeeren?" Reeds toen Posthuma het zei. Leek je d'r al gloeiend bij; Die staat echter nog bekend Als zoo'n beetje 'n wilde vent; Maar die zelfbeheerschte Kan, En dan zóó'n veeg uit de pan! Dat heeft nou dat stroop-gesmeer In de kranten van jouw leer Je ten slotte aangedaan, Daardoor is 't zoo mis gegaan; Al dat vleien zonder maat. Al die overdrijving schaadt! Lang gelukt die poppekast. Maar ten slotte loopt het vast. Want die lamme crisistijd Eischt een stevig staatsbeleid. En dan baat geen groote mond.. Weet jij veel van je gezond! Straks gebeurt er nog wat gekkers Met die R e ij m e r en die D e c k e r s: Vloot en Leger? Waterstaat? Dilettanten in 't quadraat! Als de vaklui dAar gaan praten, Zullen d i e pas veertjes laten!" „Beid uw tijd en duur uw uur" Is een fijne spreuk. Verschuur! Maar „bezint éér gij begint" Is er óók nog één, mijn vrind! Tracht althans de keus te leeren: Heel verdwaald of half te keeren!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 11