De delegatie naar Rusland.
Allerhande.
Holl. Mij. van Landbouw
te Anna Paulowna.
Pe „ingekomen-stukken-vergadering" zouden we de
laatste bijeenkomst van de afdeeling A.P. van de Holl.
van Landbouw wel kunnen noemen, want zelfs de
afzónderlijke punten op de agenda vinden in een Inge
komen schrijven hun oorsprong. Hoewel de verschil
lende xaken de volle belangstelling hadden, was de
vergadering daardoor toch minder Interessant dan ge
woonlijk. behalve dan het gedeelte, waarin het punt
Arbeidscontract" aan de orde kwam. Doch daarover
itraJia meer. We zullen in volgorde van behandeling
jjet voornaamste memoreeren.
Crisis-Varkonswet.
Ter uitvoering van de Crisis Varkenswet zullen o.a.
Plaatselijke Commissies worden gevormd. Het hoofd
bestuur verzocht opgave van personen, die daarvoor in
aanmerking komen. Aangewezen werden: Jb. van
Sliprlaan, J. Groet, D. Stammes en R. L. Waiboer.
Demoaistratlea.
De N.V. Louis Nagel en Co. te Arnhem zond een uit-
noodiging ter bijwoning van baar demonstraties ln den
Wieringermeerpolder op Maandag 23 Juli a.s. met trac-
tor-zaaimaehines in werkbreedten van 6 of 8 M.: trac
tor-eggen (werkbreedten 5 en 10 M.); tractor-ploegen
(achtscharlg, werkbreedte 2 M.)Draineerploeg. welke
een roestvrije stalen buis van 125 M. lengte in 3 minuten
Intrekt op 1.20 M. diepte.
Onderlinge Brandverzekering.
Uit bet jaarverslag van de O. B. blijkt, dat door
Koersverlies de rekening over 1931 geen overschot
geeft, zoodat dit jaar niet, zooals de laatste jaren het
geval was. een reductie op de premie gegeven kan wor
den. (Deze bedroeg meestal 10 a 15
Kali.
De Kali-Mij. wijst er op. dat de prijzen belangrijk zijn
verlaagd en dringt aan op spoedig bestellen.
L.O. en L.T.B.
De vergadering verklaarde zich bereid, indien een ge
combineerde vergadering gehouden wordt van de afd.
Den Helder en Anna Paulowna ter bespreking van de
verhouding tusschen L.O. en L.T.B. daarvoor bijeen te
willen komen in „De Blauwe Keet" in Koegras.
Pachtbureau.
Het hoofdbestuur heeft het voornemen twee centrale
pachtbureaiix te stichten, één voor Noord-Holland en
één voor Zuid-Holland. De bedoeling is pachters en
verpachters aan te moedigen van deze bureaux gebruik
te maken voor het taxeeren en vaststelier van den
pachtprijs en het beoordeelen der pachtvoorwaarden.
Het centraal-bureau zal de taxaties doen verrichten
door 2 of 3 plaatselijke deskundigen. Anna Paulowna zal
met Waard en Groet één district vormen. Gevraagd
werd pachters, verpachters en onpartijdige deskundigen
op te geven, die geneigd zijn aan het Centraal Pacht
bureau medewerking te verleenen. Aangewezen als
verpachters: N. Koppes en C. Wijdenes Spaans: als
pachters: C. Blaauboer, J. D. Aij en V. Kaan: als on
partijdige deskundigen: D. Schenk, D. J. v. d. Heuvel,
D. Stammes en Jb. Lindenbergh.
Voorzitter wees nog op een aanteekening op de con
vocatie, waarin vermeld werd, dat door de crisispacht
wet mogelijk is gemaakt, gerechtelijk verlaging van
pacht te verkrijgen, als men niet tot een wederzijdsch
bevredigende oplossing kan komen. Verzoekschriften om
verlaging van pacht en verdere inlichtingen zijn te be
komen bij den secretaris, den heer N. Raap.
Wol-inventarisatie.
Ten einde over voldoende gegevens te beschikken voor
bet geval de regeering bereid zal zijn de schapen
houderij te steunen, vroeg het hoofdbestuur hoeveel
schapen er geschoren zijn (de eventueele steun zou
moeten berusten op de wol, die langs organisatorischen
weg ingezamld zou moeten worden). De opgave luid
de 685 schapen (140 jonge en 545 oude).
Herziening wet der Holl. Mij. v. L.
Op de eerstvolgende algemeene vergadering, in Sep
tember te houden, komt herziening der Wet aan de
orde. Oude Wet en Ontwerp Nieuwe Wet met de Toe
lichting werden nagegaan. De vergadering ging accoord
met de voorgestelde wijzigingen.
ARBEIDSCONTRACT.
De heer Rezelman leidde hierop de besprekingen in
over het punt: is het al of niet wenschelijk een collec
tief-arbeidscontract te sluiten. Hij bracht nog even in
herinnering wat op een vorige vergadering besproken is
en deelde mede. dat van de gezamenlijke arbeiders
bonden een ontwerp-contract is ontvangen.
Het bestuur van de afdeeling heeft over een en ander
z'n gedachten laten gaan en gaf als z'n meening aan
de vergadering te kennen:
le. De afdeeling van de Holl. Mij. van Landbouw is
geen werkgeversorganisatie ln de gewone beteekenis
van het woord en kan dus ook niet dit conoept-con-
tract in overweging nemen.
2e. Men zou, nu toevallig verscheidene werkgevers
bijeen zijn, een vereeniglng kunnen oprichten ,als men
het sluiten van een collectief contract gewenscht acht.
3e. De personen, het bestuur der afdeeling vormend,
ontkennen de wenschelijkheid. Men is in principe wel
voor georganiseerd overleg, maar het vormen van
werkgevers-organisaties in den landbouw wordt door
factoren, die in het bijzonder in dit bedrijf van belang
zijn, bemoeilijkt.
a. Het hoofddoel van de arbeiders is natuurlijk een
hooger loon te bedingen, maar in den landbouw krijgt
men geen gelegenheid het hoogere loon op den prijs van
het product te verhalen:
b. Het is zeer moeilijk, zoo niet onmogelijk, een be
paald loon vast te stellen in den landbouw, daar de aard
der werkzaamheden heel veel uit elkaar loopt en vooral
ook. omdat de persoonlijke* bekwaamheid van den arbei
der bij het bepalen van het loon een groot gewicht in
de schaal legt. Het verschil in bekwaamheid weegt bij
den landbouw veel zwaarder dan bij de industrie, waar
meestal éénvormige handelingen van de werknemers ge
vraagd worden. De arbeiders zelf voelen dat ook en
spreken daarom van een minimum-loon.
c. De goede verstandhouding tusschen werkgever en
werknemer hangt in de eerste plaats af van hun per-
soonlijke eigenschappen. Die verstandhouding is hier
niet slechter dan elders, en mag in het algemeengoed
genoemd worden. Ook hiervoor acht men het aangaan
van een collectief contract niet noodzakelijk, evenmin
als voor het loon, dat wellicht het hoogste van het
heele land is.
Men besloot aan de organisaties te berichten, dat de
afdeeling niet als werkgeversorganisatie kan optreden
en dat de ter vergadering zijnde heeren niet genegen
waren een werkgeversvereniging te vormen, maar dat
men wel steeds bereid zal z\jn in het belang van het
algemeen samen te werken.
Vragenlijst.
Bij de behandeling van de vragenlijst van het hoofd
bestuur kwamen geen wenschen naar voren, die men te
verwezenlijken acht, of die anders waren dan degene,
welke het hoofdbestuur reeds tracht te verwezenlijken.
Cursussen.
Op het aanbod van het hoofdbestuur, een cursus In
eerste hulp bij ongelukken te organiseeren, ging de ver
gadering niet in. Wel zal een oproep gedaan worden
om te komen tot een cursus In Landbouwboekhouden.
Voorts zaJ men pogen weer een cursus in het leven te
roepen voor alle leden (en andere belangstellenden),
zooals de laatste jaren gegeven werd en vooral zal men
alle moeite doen, om te bereiken, dat er een landbouw-
cursus komt.
Rondvraag.
De heer Van Balen Blanken had gehoord, dat Wierin-
gerwaard de tweede postbestelling kwijt raakt en ver
zocht alles te doen om te voorkomen dat dit ook niet
den Polder of een gedeelte daarvan gebeurt.'
Naar aanleiding hiervan kwam nu toch nog op boven
genoemde lijst, de vraag, of het hoofdbestuur aandrang
wil uitoefenen om de tweede postbestelling overal te
behouden.
De heer Rezelman zegde toe zoo noodig de medewer
king van den burgemeester te verzoeken en nadat hij
gewezen had op de aansporing op de convocatie om
toch vooral de arbeiders uit Anna Paulowna in dienst te
nemen voor de oogstwerkzaamheden, volgde sluiting.
Donderdagavond half negen werd ten huize van
den hr. Vis te Oudkarspel een bijeenkomst gehouden,
waar de heer H. de Weerdt, van Nederhorst den Berg,
optrad als spreker, met het onderwerp: „Het doel
van de delegatie naar Rusland."
Een 35-tal belangstellenden was aanwezig.
Do voorzitter, de lieer C. Borst, Pz., opende de ver
gadering met een woord van welkom en deelde mede,
dat voor leden der delegatie naar Rusland candidaat
zijn gesteld de heeren C. Borst Pz., van Oud karspel,
en P. Zwagerman van Nieuwe Niedorp.
Hierna verkrijgt de heer De Weerdt het woord, er
op wijzende dat het hoofdzakelijk zal gaan dezen
avond om het „waarom" te bespreken van een dele
gatie naar Rusland. In de allereerste plaats moeten
wc met eigen oogen zien en constateeren hoe de
toestand daar is.
Over Sovjet-Rusland gaan de meest uiteenloopende
geruchten. De communistische en andere partijen
hebben allemaal hunne eigen meeningen. Spr. vraagt
zich af hoe dat kan? Er is in Rusland een toestand
en zooals het is moet het in de kranten komen. Dus
moet er iets aan de meeningen der verschillende
partijen haperen. Van andere landen, zooals Amerika,
Frankrijk en Duitschland hoort men nooit zulke te
genstrijdige berichten.
Het kan geen gevolg zijn, dat Rusland zoo ver is,
want het verkeer met Rusland is geregeld. Ook wor
den de berichten niet, tegengehouden. De meeningen
komen geregeld over door middel van reizigers, enz.
Ieder jaar worden delegaties naar Rusland gezonden,
van verschillende groepen menschen, zooais profes
soren, studenten, spoorwegpersoneel, enz. Deze dele
gaties hebben alle rapport uitgebracht en deze wa
ren steeds gunstig voor Rusland geweest.
Het feit dat zooveel verschillende meeningen
worden uitgesproken in de kranten, wordt door de
communisten beschouwd als vrees voor het commu
nisme. Men ziet er een gevaar in. En omdat er zoo
veel bezwaren zijn, achten wij den tijd gekomen, nu
met eigen oogen te zien hoe het is en hoe de bedrij
ven zijn ingericht. Het Europeesche Boerencomité
heeft aan de regeering van Sovjet-Rusland gevraagd
om. een delegatie te mogen zenden en is toegestaan
om 5 vertegenwoordigers af te vaardigen. De kosten
worden voor rekening der sovjet-regeering genomen,
zoodra de Russische grens is gepasseerd. De reiskos
ten tot Rusland zullen door ons moeten worden be
taald. Deze zullen ongeveer f 125a f 150.per per
soon bedragen.
De spreker zal met de delegatie meegaan als tech
nisch leider. De reis zal ongeveer 4 a 6 weken duren
en na de terugkomst zullen de deelnemers in ver
schillende vergaderingen hunne indrukken moeten
weergeven. De deelnemers worden in volle vrijheid
gekozen en er worden gekozen één landarbeider uit
Noord-Oost Groningen, één kleine boer uit Friesland,
één bouwer uit Noordholland, één bloemkweeker uit
Aalsmeer en één boer van de Zuid-Hollandsche eilan-
den.
We willen het met eigen oogen zien, doch er is nog
een andere belangrijke reden. Er moet onderzocht
worden of het. systeem in Rusland beter is dan hier,
waar alles naar beneden gaat.
Spr. herinnerde aan de waarschuwing van het Boe
rencomité op de vergaderingen van dc Prov. Con>
missie, dat de crisis, waarin wij thans leven, lang
zal duren. Wij werden daar door de voormannen dier
commissie uitgelachen, ook toen wij waarschuwden
tegen de credictcn, welke worden verstrekt door het
Rijk.
Spr. is echter tot de overtuiging gekomen, dat de
bouwers nu niet meer lachen. Ze hebben nu crediet,
doch moeten er niet aan denken, wanneer zij ze zul
len afbetalen. Ze hebben het niet willen gelooven
omdat ze steeds goede producten en goed land enz.
hebben. Men heeft het zich niet kunnen voorstellen,
doch het zal nu toch wel duidelijk worden.
Toen de crisis begon hebben wij gezegd, dat het
nog veel erger zal worden, dat de grootste ellende
zou komen en dat de bouwers ten onder zullen gaan.
Dat is geen praatje, doch de ervaring van de tijden.
Spr. herinnerde er aan, dat boerderijen worden ver
kocht. Door ons wordt dit tegengegaan, er wordt nl.
niet geboden. Eén verkooping hebben wij niet tegen
kunnen gaan en is een boerderij verkocht wegens
achterstalligheid van één termijn hypotheekrente en
bracht dit perceel f200 op. Dc koopprijs was f13.000.
Dus is het geld van dien man weg en misschien heeft
hij nog schulden er bij gekreen. De man is nu aange
wezen op dc regeering, kan in de werkverschaffing
worden opgenomen of is aangewezen op steun.
Dat is ook dc toekomst van de tuinders. Deze zul
len moeten ontwaken. De organisaties laten on3 zit
ten. Dc leiders gaan op audiëntie bij den Minister en
komen met leeg handen terug De Koningin heeft ge
zegd, dat de reeering het platteland niet zal verge
ten, doch dan alleen zeker als er belasting te ont
vangen is.
De steunverleening aan de boeren heeft alleen tot
gevolg gehad, dat de graslandprijzen zijn verhoogd,
alzoo hebben de landeigenaren er de voordeelen van.
Dr. Colijn heeft op een conferentie voor wetenschap
pelijke bedrijfsorganisaties gesproken en heeft in zijn
rede uitgedrukt, dat men thans op een te hoog peil
stond. Alles moest naar beneden, ook dc loonen Als
wij ook nog lager moeten als we al zijn, komen we
geheel onder den grond, of worden platgedrukt. Wij
kunnen niet naar beneden, wordt er gezegd, doch dat
is nog maar de halve waarheid. Men kan zonder si
garen te rooken en zonder een Zondags pak ook le
ven. We moeten daar echter voor bedanken. Thans
staan we op liet peil dat we niet minder willen. We
moeten niet terug naar de tijden van 1880-90, van
aardappelen met spekvet en een homp roggebrood.
Als er nu een land is, waar het beter is, waar geen
crisis heerscht en geen werkloosheid, dan moeten
we daar heen om te onderzoeken.
Spr. wees op Noord-Amerika, waar vroeger zoo'n
hooge levensstandaard voor dc boeren was en waar
nu groepen boeren naar de steden trekken om ze te
plunderen, waar tienduizenden werkloozen kampee
ren en de oudstrijders naar Washington optrekken,
omdat ze geen eten meer hebben.
De leiders der organisaties dringen er steeds op
aan. toch vooral netjes en braaf te zijn. Als je alles
doei wat ze zeggen, zit je evenwel aan den grond
voor je het weet. Daarentegen komen er van Rusland
andere berichten. Ook daar zullen fouten zijn, doch
men kan de bedrijven en levensomstandigheden daar
met hier vergelijken en daarna een houding bepalen.
Spr. geeft hierna een résumé en wijst nog op een
artikel in „De Ontwaking", het orgaan van den Neutr.
Bond van Boeren, Land- en Tuinbouwers, over de de
legatie naar Rusland, waaronder de redactie schrijft
dat het bezoek niet het gewenschte resultaat zal heb
ben, omdat men het mooie zal laten zien. De spr. is
hiervan overtuigd, doch óók dat men het slechte zal
toonen. Men heeft volle vrijheid om zelf naar ver
schillende dingen te vragen.
Na het beëindigen van deze rede werd door een
5-tal heeren gebruik .gemaakt van de gelegenheid
tot vragen stellen. Dc spreker beantwoordde alle.
Nadat de heer C. Borst Pz. als candidaat afgevaar
digde was gekozen, volgde sluiting.
HET IS DE COMMISSIE MAAR!
Tegen de afbraak-voorstellen van de Commiseie-
Welter openbaart zich een fel verzet. Misschien zal
straks blijken, dat dit verzet overbodig is geweest.
Het is immers mogelijk, dat de Begeering het Weiter-
advies niet volgt en wij dus niet te. duchten hebben,
wat het bezuinigingsrapport ons voor oogen stelt.
Zoo ongeveer redeneert Dc Standaard, het blad van
Dr. Colijn. „Eerst als dc regecring hare plannen be
kend maakt, wat niet voor medio September geschie
den zal, weet men precies waar men aan toe is. En
zoolang men dit niet weet, tast men feitelijk in den
blinde."
Er zit wel iets in die redeneering, maar toch ho
pen we, dat niemand zich daardoor in slaap zal laten
sussen. Stel u eens voor. dat het rapport-Weiter dood
gezwegen werd en dat de regeering in September al
dus redeneerde: „De adviezen van de commissie heb
ben tot geen critiek aanleiding gegeven. Blijkbaar
erkent men dus algemeen, dat dc door haar geopper
de denkbeelden juist zijn. De regeering heeft ze daar
om tot de hare gemaakt en in voorstellen be
lichaamd.'
Hiertegen zou redelijkerwijs niet veel zijn aan te
voeren en dc kans om alle of sommige voorstellen
van de baan te werken zou weinig grooter zijn dan
nul. Daarom moet ieder, die niet mee wenscht te
Weiteren, zich nu roeren en danig ook. Het risico,
dat over een paar maanden zal blijken, dat we ten
deele tegen windmolens hebben gevochten, moeten
We in den koop toe nemen.
BEZUINIGING EN OF BELASTING.
Als er geen maatregelen worden genomen, zal de
begrooting voor 1933 wel een groot tekort te zien ge
ven. Dat. mag natuurlijk niet in een fatsoenlijke huis
houding en op dc een of andere manier zullen de
eindjes aan elkaar geknoopt moeten worden. Dat kan
op deze wijze:
1. de uitgaven worden zoodanig verminderd, dat
ze niet hooger zijn dan de te verwachten inkomsten;
2. de inkomsten, de belastingen dus, worden opge
voerd tot een peil, dat zij de uitgaven dekken;
3. door bezuiniging en door belastingverhooging
wordt dc geopende kloof overbrugd:
4. het gat wordt gestopt door leeningen te slui
ten, eventueel in verband met de onder 1—3 genoem
de middelen.
De Commissie-Welter heeft haar hart verpand aan
ee.rste s>"s,eem en de wegen aangegeven om ruim
100 millioen te bezuinigen. Wat wij totnogtoe van de
regeering hebben ervaren, mag ons doen vreezen, dat
zij niet. ongenegen is, om te „weiteren". Dat lijkt ons
niet minder dan een ramp, niet, omdat wij tegen elke
bezuiniging zijn, doch omdat het geweiter speelt met
de hoogste belangen des volks.
Hadden wij het voor het zeggen, dan werden er drie
middelen toegepast om de begrooting sluitend te ma
ken: bezuiniging-belasting verhoo-
ging leencn.
Een sluitende begrooting is echter niet het één en
net al. "Van meer belang is, dat het economisch le
ven zoo -weinig mogelijk schade lijdt en het wel
vaartspeil niet meer daalt dan inderdaad onvermij-
w u jS'.Paarom hevelen wij ook „leenen" aan. Als
bedrijfsleven zich herstelt, stijgt de opbrengst
oer belasting automatisch en kunen de batige sloten
aangewend worden om schuld te delgen. Dat is
ae voorafgaande jaren immers ook gebeurd. Had
men toen de overschotten als reserve bewaard, dan
beschikten we nu over de noodige fondsen om de
klappen op te vangen.
Op overtuigende wijze is hierover in de Groene
Amsterdammer geschreven. Het is niet bepaald ge
makkelijke kost, doch de kwestie is van zooveel be
lang, dat we onze lezers durven verzoeken, zich er
ernstig op te bezinnen. Hier volgt wat wc bedoelen:
„Zulk een systeem het sluiten van leeningen,
om een tekort op dc begrooting weg te werken zou
wellicht nog dc voorkeur verdienen boven het voren-
omschreven stelsel: in vette jaren de belasting rela
tief verlagen en in de kwade de staatsportie (n.1. van
de inkomsten) verhoogen. Het zou daarop neerko
men, dat de staat in goede jaren een reserve vormt,
een appeltje voor den dorst op zij legt. Zooals ge
zegd, is dat ten deele gebeurd. En daarom hoeft men
ook heelemaal niet moord en brand te schreeuwen,
wanneer eens enkele jaren een gat. in de begrooting
zou zijn, dat gestopt wordt met leeningen. Wanneer
de reserve netjes bewaard was, dan zou niemand er
aanstoot aan nemen; wanneer zij werd gebruikt; nu
er schuld mee afgelost is. wordt men onsolide geschol
den, wanneer die schuld weer wordt aangegaan om
de reserve te gebruiken".
Zoo redeneert de heer C. A. Klaassc, economist, en
dus deskundige op dit gebied. Verder zegt hij o.m.:
„Dat is nu de vraag, waarvoor men 'zich gesteld
ziet: Bevinden wij ons in een overgangsstadium tus
schen twee gunstige conjunct uurperioden, of moeten
wij ons inschieten op een blijvend lager niveau van
het volksinkomen? Het spreekt wel vanzelf, dat al
leen in liet eerste geval een poging tot. nivelleering
zin heeft omdat dat alleen gaat, wanneer er een
golfbeweging is: zou daarentegen de huidige inzin
king niet een phase van een golfbeweging zijn, doch
een definitieve verlaging, dan moet het er toch van
komen, ook het. staatsbudget aan de dan inderdaad
gewijzigde omstandigheden aan te passen. Nu is het
op zijn minst genomen voorbarig om thans reeds te
willen uitmaken, dat. wij ons „moeten instellen op
een blijvende verlaging van den levensstandaard".
Dat had men in elke vorige depressie ook kunnen
vreezen, en steeds zijn we weer met een hoogere wel
vaart daaruit te voorschijn gekomen. Dc bewering,
dat zulk een blijvende verlaging van het inkomens-
peil noodzakelijk is, omdat de achter ons liggende
periode slechts „schijnwelvaart" bracht, is holle fra
seologie, want het productie-apparaat bleek dan toch
maar in staat, om die welvaart reëel te produceeren".
En de conclusie van den heer Klaassc is:
„Wat men in het rapport-Welter echter mist, is de
principieele erkenning, dat het zeer wel gemotiveerd
zou zijn om nog een paar jaar eenige tientallen mil-
lioenen tekort, op den gewonen dienst uit leening te
dekken, terwijl het om bovenomschreven reden ook
niet. per se af te keuren is, dat tijdelijk dc portiee die
de staat van het volksinkomen verlangt, wat grooter
wordt. In het bijzonder wanneer dat ten laste van
de kapitaalvormende inkomens zou gaan. Want er is
allerminst, absolute zekerheid, dat de daling der in
komens blijvend is."
Hierbij laten wij het nu. In een volgend nummer
schijven we een en ander over belastingverhooging
al lijkt de tijd daarvoor al bizonder ongeschikt.
WIJ ROOKEN MAAR.
Ondanks de crisis is er van daling van het tabaks
gebruik geen sprake. Per dag doen wij ongeveer voor
f 300.000 in rook opgaan.
Daar profiteert ook de schatkist, van en onwillekeu
rig vraagt men zich in tijden als deze af: is uit die
rook- en pruimgewoonte niet wat meer te slaan?
20 belasting extra zou 'n sigaar van vijf cent "één
cent in prijs doen stijgen. Wie er nu 6 van vijf koopt
en dan kon besluiten om tevreden te zijn mot vijf
van zes, zou niets meer betalen dan thans, doch 5
cent extra bijdragen om het tekort te dekken'.
Wie nu zou zeggen: wat beteekenen vijf centen?
zou vergeten, dat al die centen bij elkaar een kleine
20 -millioen Hollandsche guldens opleveren.
En het bezwaar tegen indirecte belastingen dan?
Dat handhaven wij volkomen voor zoo ver het
geldt brood, suiker, vleesch en ander noodzakelijk
levensonderhoud. Daar valt tabak-echter niet onder
en als de nood aan den man komt, lijkt ons eenige
beperking van genotmiddelen niet zoo vreeselijk.
AFBRAAK.
Onze Staatsbegrooting beloopt ongeveer 600 mil
lioen en de Commissie—Wel ter bezuinigt daarop
ruim 100 millioen, dus pl.ra. 17
Zoo lijkt het, maar het is nog erger, want de Com
missie rekent ons voor, dat een bedrag van ruim 200
millioen niet voor vermindering in aanmerking
komt. Zij knijpt dc 100 millioen dus af van nog geen
400 millioen, zoodat het percentage niet 17 is maar
ruim 25.
Bovendien stelt zij in het vooruitzicht, dat er bin
nenkort nogmaals 100 millioen weggehakt moet wor
den, zoodat zij, die niet van een bezuinigingscommis
sie willen spreken, doch haar afbraak-commissie doo-
pen, schoon gelijk hebben.
Afbraak, inderdaad, en dan speciaal van wat waar
de heeft voor het' leven. Want oorlog en marine wor
den ontzien, neen erger nog, er wordt zelfs op aan
gestuurd, om ze nog met grooter zorg te behandelen.
De jaarlijksche lichting, zoo wordt voorgesteld, kan
één tiende kleiner zijn. Blijkbaar herinnerde de Com
missie zich niet, of wilde zij zich niet herinneren dat
er vroeger al eens een roomsch voorstel is geweest
om die lichting, welke nu 21.000 groot is, te vermin
deren tot 13.000.
Dat zou, als het nu gebeurde, zoden aan den dijk
zetten. Dan hoefde het onderwijs niet tot in den grond
bedorven te worden en was het niet noodig de ellen
de der ondersteunden nog 15 erger te maken.
De commissie-leden, zonder uitzondering weelde
kinderen, hadden zich eens dit geval voor oogen moe
ten stellen.
Het inkomen van een gezin bedroeg f24.per
week. Daarvan kon het heel bescheiden leven.
Toen werd dc vader werkloos en van f 14.uitkee-
ring leed het gezin gebrek en verarmde dag aan
dag.
Wat blijft er aan „menschwaardig" over, als straks
de uitkcering met 12.10 wordt verminderd en tot
f 11.90 daalt?
AI, ZIET, HOE LIEF
Minister Verschuur heeft twee slechte beurten ge
maakt. Eerst heeft oud-minister Posthuma hem op
zijn nummer gezet en nu weer oud-minister Kan.
Op verzoek van Excellentie Verschuur heeft Staats
raad Mr. Kan zich bereid verklaard om met de be
langhebbenden te IJmuiden middelen te beramen om
den nood in „het visscherij"-bedrijf te lenigen. Bijna
per keerende post ontving de Minister de unanieme
wenschen van recders en visschers, door Mr. Kan
overzichtelijk gerangschikt. Er was groote haast bij,
had de heer Verschuur gezegd, en hij werd op zijn
wenken bediend.
Toen liet hij zelf de zaak rusten, dagen, weken. Hij
werd nog eens extra aangepord, zijn ambtenaren wer
den aan de telefoon geroepen, doch Mr. Kan kreeg
geen antwoord. Deze heeft toen gepubliceerd, wie er
de schuld van droeg, dat het visscherijbedrijf moest
wachten en hierop is Minister Verschuur los geko
men. Dat heeft de zaak voor hem niet beter gemaakt,
want de heer Kan, een ingewijde in regeeringszaken,
dient hem prompt .van repliek. Het slót daar.van la
ten wij hier volgen. Wie gevoel heeft voor humor
kan er van genieten.
Mr. Kan besluit dus zijn relaas als volgt:
„Uit het persgesprek van den heer Verschuur mocht
ik vernemen, dat Z.E. niet aan een tegen hem ge
richte geste denkt en zelfs niet de minste animosi
teit tegen mij koestert. Het omgekeerde zou trouwens
op 'n gevaarlijke praedispositie aanleg tot ver
volgingswaan hebben gewezen. Hoe kan de houding
van een bewindsman, die zich „dag aan dag met
deze dingen bezighoudt", maar in vier weken geen
minuut vindt om zijn zelf gekozen adviseur op de
hoogte te houden, zachter gekwalificeerd worden dan
als „passief". Welke invectieven scheldwoorden
zouden er niet gevallen zijn als de heer Verschuur
eens een ander oud-minister, met wien hij onlangs
een klein verschil van gevoelen vereffende, aldus had
behandeld?"
Waarschijnlijk heeft Minister Verschuur hierop
niet al te best geslapen. Men kan gerust gelooven
dat. deze afstraffing hem slecht zal bekomen en dat
er menige grap op gemaakt zal worden. A. B. K., de
bekende medewerker van Het Volk, is er al mee be
gonnen. Die publiceerde een versje, waarvan we een
paar coupletten overschrijven.
AAN DEN KRUISWEG.
Worden jou, meneer Verschuur,
Nou de druiven niet te zuur?
Staatsman Kan van Bloote Hoofd
Heeft je daar een kool gestoofd!
En zoo kort na Posthuma
Wees nu wijs en denk eens na!
Jadie lui zijn oud-minister
En waarachtig niet van gister;
Die zien dalijk, "beste man,
Dat jij 't. groote werk niet kan,
En gaan hardop protesteeren:
„Is dat prutsen nou regeeren?"
Reeds toen Posthuma het zei.
Leek je d'r al gloeiend bij;
Die staat echter nog bekend
Als zoo'n beetje 'n wilde vent;
Maar die zelfbeheerschte Kan,
En dan zóó'n veeg uit de pan!
Dat heeft nou dat stroop-gesmeer
In de kranten van jouw leer
Je ten slotte aangedaan,
Daardoor is 't zoo mis gegaan;
Al dat vleien zonder maat.
Al die overdrijving schaadt!
Lang gelukt die poppekast.
Maar ten slotte loopt het vast.
Want die lamme crisistijd
Eischt een stevig staatsbeleid.
En dan baat geen groote mond..
Weet jij veel van je gezond!
Straks gebeurt er nog wat gekkers
Met die R e ij m e r en die D e c k e r s:
Vloot en Leger? Waterstaat?
Dilettanten in 't quadraat!
Als de vaklui dAar gaan praten,
Zullen d i e pas veertjes laten!"
„Beid uw tijd en duur uw uur"
Is een fijne spreuk. Verschuur!
Maar „bezint éér gij begint"
Is er óók nog één, mijn vrind!
Tracht althans de keus te leeren:
Heel verdwaald of half te keeren!