Alumni Nieiws-
ilraimit- Loiiiillil
EEN OORDEEL
Belastingen.
STERRIT NAAR
MIDDEN-BEEMSTER.
Hoogheemraadschap
Noordhollands Noorderkwartier.
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Jac. Schoorl overwinnaar.
Plaatselijk Nieuws.
over het
Donderdag 4 Augustus 1932.
SGHAGER
75ste Jaargang No. 9118
CTIRM
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder-
idag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
jtentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT TELEF. No 20.
Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f0.85, iedere regel meer 15 cent (bewijsno<
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.!
PIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
PAARDENSPORT.
Schitterende prestaties van de ruiters nit
Hollands Noorderkwartier.
De sterrit naar den Midden-Beemster heeft in de
wereld der paardensport in de paar jaar dat zij nu is
gehouden, reeds een groote bekendheid verworven.
Dit jaar was het de derde maal en ook nu weer
stond het geheel onder leiding van den heer Vee-
ning. arts te Midden-Beemster die zich als lid der
landelijke rijvereeniging en als voorzitter van den
Noord-Hollandschen bond van rijvereenigingen
steeds bijzonder voor alles wat de landelijke ruiter
sport betreft interesseert.
De leiding was in goede handen en de organisatie
klopte in de puntjes. Tal van personen verleenden
hun medewerking, hetzij als controleurs, hetzij als
•dierenarts of medicus.
Het weer heeft zich buitengewoon goed gehouden,
aldus lezen wo in/ een verslag over de rit in het „Alg.
Hsbl.". De van tijd tot tijd zacht neervallende mot
regen koelde de paarden en ruiters juist zóóveel af,
dat zij vrijwel allen in uitstekende conditie konden
binnenkomen.
Van fal van plaatsen in de provincie was in den
van Dinsdag op Woensdag gestart om zich
'jde richting van den Beemstcr te begeven.
Met maximum van den af te leggen afstand was
iiet vastgesteld, zoodat men daarin vrij werd gelaten.
F Wel was een maximum voor de snelheid gesteld,
en bepaald dat een grootere gemiddelde snelheid dan
;10 km. per uur niet in het voordeel van den ruiter
1 mee zou tellen.
Alle deelnemers kwamen aan op pl.m. 10 km. van
I Purmerend te Spijkerboor, alwaar een verplichte
controle en conditie-beoordeeling plaats vond. Van af
die plaats werden de deelnemers weer gestart en
moesten onderweg op een prachtigen begroeiden dijk
en langs een groenen weg over 1000 m. galopeeren.
Te Midden-Bccinster aangekomen werden zoowel
ruiters alsook paarden aan een nauwgezet onderzoek
.onderworpen.
De beoordeeling van de geheele prestatie vond als
volgt plaats: a. punten voor den afstand en den daar-
I toe gebruikten tijd; b. punten voor de kilometer galop;
c. punten voor conditie van den ruiter en d. voor die
van het paard.
Daar het hoofddoel steeds is geweest dat de paar
den in zoo goed mogelijke conditie aam de finish zul
len komen, werd het aantal punten daarvoor gegeven
dit jaar zelfs met vier vermenigvuldigd. Het condltie-
jcijfer van den ruiter met twee.
De laatstbedoelde medische keuring Is naar wij
jmeenen de eenige in haar soort bij hippisch© wedstrij-
:den.
i Van de 26 ingeschreven deelnemers kwamen er twee
[niet aan den start en moest een ruiter nog opgeven
Omdat bij den start bleek dat zijn paard kreupel was.
Van de overgebleven ruiters behoorden er vijf tot de
bereden militaire politie uit Amsterdam. Zij reden,
,evenals een ruiter van de L.R. „Langendijk"- buiten me-
I .dedlnging mede.
j De grootste afstand werd afgelegd door de ruiters
Moeij en Schoorl van de L. R. Westfriesland, die bei-
OPHEFFING EN SAMENVOEGING VAN KANTO
REN IN HOLLANDS NOORDERKWARTIER.
De minister van Financiën heeft besloten met in
gang van 1 October 1932 op te heffen de kantoren der
directe belastingen en Accijnzen te Spanbroek en
De Rijp; de gemeenten Spanbroek, Obdam en Hens-
fcroek te voegen bij het kantoor der directe belastin
gen te Hoorn; de gemeenten Hoogwoud, Opmeer en
!Sijbekarspel te voegen bij het kantoor te Medemlblik,
[waardoor deze zes gemeenten komen te ressorteeren
onder de inspectie te Hoorn, blijvende de inspectie
|der registratie en domeinen te Hoorn voor de gem.
Hoogwoud en Opmeer belast met de regeling van de
aanslagen in de belastingen naar inkomen en ver-
(mogen; de gemeenten Schermerhorn, Oterleek en
jZuid- en Noord-Schermer te voegen bij het kantoor te
[Alkmaar, waardoor deze gemeenten komen te res
Êprteeren onder do inspectie te Alkmaar, le afd.; de
gem. Rijp en Graft te voegen bij het kantoor te Pur-
cnerend, waardoor deze gemeenten komen te ressor
teeren onder de inspectie te Purmerend; de gem. Ur-
sem in te deelen bij Hoorn, waardoor deze gemeente
komt te ressorteeren onder de inspectie te Hoorn;
met intrekking van de bestaande regeling, den in
specteur der reg. en dom. te Alkmaar te belasten met
de werkzaamheden in zake de inkomstenbelasting,
gemeentefondslbclasting, vermogensbelasting en ver
dedigingsbelasting, en in zake de bepalingen, die met
deze belastingen één geheel uitmaken, voor zooveel
betreft de gem. Heerhugowaard, Koedijk, Oterleek,
Oudorp, Schermerhorn, Schoorl, St. Pancras, Zuid
en Noord-Schermer en Warmenhuizen.
den 130 K.M. reden en dien afstand aflegden ln 14
uur. Een schitterende prestatie! Boerenpaarden!! Dirk
Oly van de L. R. Beyaart te Beemster reed 93.5 K.M.
Deze drie ruiters hadden bovendien goed getraind en
kwamen dan ook op de drie eerste plaatsen. De drie
dames, die meereden en niets voor de heeren onderde
den. hadden resp. 9S.5, 78.5 en 76.5 K.M. achter den rug!
Vermelding verdient de prestatie van den heer Mel-
chior, die 54» KM. reed met een bepakking op 't zadel
van 26 K.G. Zijn eigen gewicht was ook nog 77 K.G.!
Het paard kwam in uitstekende conditie aan en kreeg
ook den prijs van de vereeniging „Het Legerpaard"
voor de beste prestatie der mil. merries.
Onder de vele belangstellenden merkten we o.a. op
den voorzitter der Nederl. federatie van rijvereenigingen
Jhr. H. W. M. van Coehoorn v. Sminia, burgemeester
Cramwinckel van Purmerend. jhr. v. Foreest. voorzitter
L.R. Heilo e.o.. verschillende instructeurs van rijvereeni
gingen en landelijke ruiters.
Om pl.m. vijf uur was de jury klaar met haar uitge
breide berekeningen en kon de heer Veening tot de
prijsuitreiking overgaan, waarmede de sterritdag 1932
weer achter on~> ligt en opnieuw heeft bewezen waartoe
de landelijke ruitersport en ons inlandsche paard in
staat is.
Uitslag: 1. Jb. Schoorl (L. R. Westfries
land) met Lady (149.5 pt.) 2. Jac. Mooij (id.) met
Black Ben (148); 3. D. Oly (L. R. Beyaert. Purmerend,)
met DarlJng (140): 4. P. Verburg (L.R. Langendijk e.o.)
met Vlctor .137); 5. Mej. M. Rcns (L.R. West Friesland)
met Catharina (135): 6. F. A. Melchlor (L.R. Rossinant,
Winkel), met Melohiora I (134): 7. A. de Graaf (L.R.
Anna Paulowna) met Frits (132); 8. G. Koorn (L.R.
Texel) met Pruis (132); 9. C. Bakker (L.R. Noorder
Ruiters, Den Helder) met Nelly (131.5).
Politietroepen: 1. Korporaal Berrema met Radja
(134%); 2. Wachtmeester Alta met Lord (134).
RAAD SCHAGEN.
Spoedelschende vergadering op Zaterdag 6 Augustus
1932. des namiddags te kwart over 7 uur.
Punt van behandeling:
Tweede uitkeering rentelooze voorschotten ten behoeve
van den groven tuinbouw.
Bij raadsbesluit van 25 Februari j-1.. goedgekeurd door
Ged. Staten dezer provincie, bij besluit van 2 Maart
1932. nr. 61 werden B. en W. gemachtigd, om overeen
komstig het plan van uitvoering te dier zake, rente
loos crediet van ten hoogste f 19725, te verleenen ten
behoeve van de noodlijdende tuinbouwers.
De hiervoor noodige wijziging der begrooting 1932,
vastgesteld door den Raad in zijn vergadering van 5
April 1932, werd goedgekeurd door Ged. Staten bij besluit
van 8 Juni 1932. nr. 149.
Thans, nu door" de regeering een tweede bedrag van
f 700.000 voor het doel beschikbaar is gesteld, zal vol
gens rondzendbrief van de Centrale Commissie van ad
vies d.d. 28 Juli j.1. een nieuw raadsbesluit noodig zijn,
ten einde de tweede uitkeering aan de noodlijdende
tuinders te kunnen doen, welk raadsbesluit zal moeten
worden goedgekeurd door Ged. Staten dezer provincie.
Onder overlegging der omtrent deX onderwerpelijke
aangelegenheid ingekomen stukken, bieden B. en W.
den Raad het ontwerp-besluit aan.
CHR. GYMNASTIEK VEREEN. „EXCELSIOR".
Onder prachtige weersomstandigheden vond het uit
stapje van de adspirantafdeelingen van onze plaatselijke
gymnastiekvereeniging „Excelsior" plaats, op Dinsdag
2 Augustus.
Ruim 70 kinderen stapten ten 8 ure het station op,
om met den tram van 8 uur 8 m. naar Schoorl te ver
trekken.
Aldaar aangekomen ging het langs omwegen naar de
uitspanning „De Roode Leeuw", alwaar al spoedig met
3-kamps wedstrijd werd aangevangen. Hierbij werden
vele prijzen uitgeloofd. De wedstrijden werden gehouden
op een weiland naast den speeltuin, gelegen.
Ook ouders der kinderen waren opgekomen om getui
gen te zijn en mee te genieten, wat er te genieten was.
Het scheen wel of het één familie was, geen wanklank
Werd gehoord. Alles ging vlot van stapel.
Hierna werden de kinderen op melk en ranja getrac-
teerd en de maaltijd genuttigd. Daarna werden zij op
duin en speeltuin losgelaten, waarvan zij gretig gebruik
maakten.
Na den middag kwamen ook nog dames en heeren
der overige afdeelingen per fiets uit Schagen aan, zoo
dat het getal bezoekers tot ongeveer 120 was gestegen.
Het was een lust om te zien, hoe allen zich vermaakten.
Ongeveer half vier vingen de wedstrijden der meisjes
aan. zoodat de tijd van scheiden veel te gauw was aan
gebroken. Nu 't geheele gezelschap op de kiek en daar
na werd afgemarcheerd naar het station.
In den tram werd de stemming door zang en tracta-
tie niet weinig verhoogd. Gaarne hadden de winnaars
hun prijzen mee naar huis genomen, maar dezen wor
den op den eerstvolgende oefenavonden a.s. Maandag,
en Dinsdag, uitgereikt.
De leiding berustte bij den heer C. Wismeijer, welke
evenals de leden en de familie der leden, met genoegen
op dit welgeslaagd uitstapje kan terugzien.
NIEUWE WINKEL.
De heer M. Hoep, alhier, zal in het tweede pand van
den heer R. P. van Halm een winkel openen in fruit,
comestibles en aanverwanten.
Naar aanleiding van de verschillende tot uiting ge
komen meeningen en opmerkingen over het Hoog
heemraadschap Noordhollands Noorderkwartier, heeft
een Commissie uit het Hoofdbestuur der Hollandsche
Maatschappij van Landbouw een onderzoek naar de
gestes van dat Hoogheemraadschap ingesteld en daar
over het volgende rapport uitgebracht:
1. Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwar
tier.
Aan het Hoofdbestuur,
In verband met Uwe opdracht aan onze Commissie,
ons in verbinding te stellen met het Hoogheemraad
schap Noordhollands Noorderkwartier, teneinde te
onderzoeken of de klachten, inzonderheid in onze Al-
gemeene Vergadering en Crisisvergadering geuit, ten
aanzien van het duur zijn en het overbodig zijn van
genoemd Hoogheemraadschap gegrond zijn, hebben
wij ons in verbinding gesteld met het Hoogheemraad
schap en om een onderhoud verzocht Dit onderhoud
is ons door den heer Dijkgraaf zeer welwillend toe
gestaan en deze heeft ons, geassisteerd door den
Secretaris, den Penningmeester en den Ingenieur,
alle gegevens verstrekt, welke wij wenschten. Wij
werden in de gelegenheid gesteld de Rekening en
Verantwoording en Begrooting te bespreken, het ont
staan van het H. H. R. S. en zijn werkzaamheden na
te gaan. De wijze waarop de administratie van het
Hoogheemraadschap wordt gevoerd, hebben wij aan
de hand van een uitvoerige schriftelijke uiteenzetting
kunnen bestudeeren, terwijl op alle verdere vragen,
welke werden gesteld, met de meeste welwillendheid
werd geantwoord.
Op grond van dit onderhoud en nadere bestudee
ring der stukken, hebben wij het hiernavolgend rap
port opgesteld.
2. Ontstaan van het Hoogheemraadschap.
Het 9e Hoofdstuk van de grondwet regelt het wa
terschapsbestuur in ons land. Artikel 192 geeft aan
de Staten der provincie de bevoegdheid, met goedkeu
ring des Konings, Waterschappen op te heffen, nieu
we op te richten en nieuwe reglementen voor zoo
danige instellingen vast te stellen. Van deze bevoegd
heid hebben Provinciale Staten van Noord-Holland in
1919 gebruik gemaakt, toen zij het Hoogheemraad
schap Noordhollands Noorderkwartier stichtten daar
voor een Reglement van Bestuur vaststelden. Toen
Gedeputeerde Staten besloten aan de Staten een voor
stel in dezen geest te doen, geschiedde dat op grond
van meerdere motieven.
Vóór het bestaan van het Hoogheemraadschap was
het dijksbeheer in Noordhollands Noorderkwartier
zeer verdeeld. Het toezicht op een goed beheer werd
daardoor zeer bemoeilijkt. Bij de oprichting van het
Hoogheemraadschap is dan ook aan ongeveer 25 wa
terschappen het dijksbeheer ontnomen en zijn een 7-
tal van die Waterschappen, welke niet anders dan
dijksbeheer hadden, geheel opgeheven. De opgehe
ven Waterschappen waren:
le. Het College van Hoofdingelanden van Westfries
land.
2e. I-Ict Heemraadschap van den Hazedwarsdijk.
3e. Het Hoogheemraadschap van den Hondsbossche
en Duinen tot Petten.
4e. De Dijksvereeniging bekend onder den naam van
den Noorder IJ- en Zeedijk.
5e. Het Heemraadschap van den Schardam en Keu-
kendijk.
6e. Het College van Dammeesteren van den Nieu-
wendam bij Monnikendam.
7e. Het Heemraadschap van den Sint Aagtendijk.
Een ander motief voor de oprichting was het ver
krijgen van een goede regeling voor de voorziening in
de kosten van den Watersnood 1916. Het was voor de
betrokken Waterschappen in 1916 ondoenlijk zelf de
noodzakelijke voorzieningen te financieren. De pro
vincie heeft toen, gehoor gevend aan den grooten aan
drang van allen om de dijken te herstellen, ingegre
pen en groote bedragen bij wijze van voorschotten
aan de Waterschappen verstrekt op schuldbekentenis
sen. In totaal heeft de provincie voor dit doel meer
dan 26 millioen gulden geleend aan de Waterschap
pen in het tegenwoordige gebied van N.-H. Noorder
kwartier. Deze schuld is bij de oprichting van het
Hoogheemraadschap op 20 millioen gefixeerd. De ove
rige 6 millioen zijn evenals de 4 millioen, welke in
verband met denzeifden watersnood uitgegeven wa
ren ten behoeve van liet Zuiderkwartier, geheel voor
rekening van de provincie genomen. Aanvankelijk
moest, Noorderkwartier van de rente en aflossing van
die 20 millioen opbrengen 60 de provincie nam
40 voor haar rekening. Later is dit respectievelijk
geworden 45 en 55 terwijl bovendien van de op
richting af de helft van hetgeen het Rijk aan de pro
vincie betaalt in de kosten dezer leening, in minde
ring wordt gebracht op het aandeel van Noorder
kwartier. Mot de overdracht van het dijksbeheer van
de vele Waterschappen, kreeg het Hoogheemraad
schap tevens de daarbij behoorende en tevens over
gedragen taak, om de wegen, welke op deze dijken
liggen te onderhouden. Het Hoogheemraadschap heeft
daardoor in beheer ongeveer 225 K.M. weg. Deze over
dracht betrof niet alleen de dijken, welke Noorder
kwartier beschermen tegen Noordzee en Zuiderzee,
doch ook vele binnenwaterkeeringen. Aan genoemde
wegen is sindsdien veel zorg besteed. Zeer groote
lengten zijn reeds herschapen in wegen, ingericht
voor het moderne verkeer. Voor al deze werken is
geen schuld door het Hoogheemraadschap gemaakt.
In de laatste jaren is het wegenvraagstuk meer
naar voren gekomen. De provincie Noord-ITolland.
heeft besloten, uit ugen middelen steun te verleenen
voor onderhoud van wegen, die voorkomen op een
door de Staten vastgesteld aanvullend wegenplan. De
provincie streeft daarbij naar een concentratie van
het wegbeheer bij enkele grooiore lichamen. Voor
wat Noorderkwartier betreft zijn dit: het Ambacht
van Westfriesland, genaamd de Vier Noorderkoggen,
het Ambacht van Westfriesland, genaamd Drechter-
land en het Hoogheemraad: :hap Noordhollands
Noorderkwartier. De provincie heeft de bevoegdheid
zulks te doen en de vraag is dus alleen, hoe of de
onderhoudskosten na de overdracht zullen worden
opgebrachta Daarop komen wij in een volgend hoofd
stuk terug.
3. Welke omslagen worden door het Hoogheemraad
schap geïnd?
Toen de Provinciale staten het Hoogheemraadschap
stichtten, hebben zij tevens een regeling gemaakt
voor de bedragen, welke de vroegere onderhoudsplich
tigen aan het Hoogheemraadschap zouden moeten op<
brengen. Welke ma tstaf de provincie voor het be
palen van het bedrag voor iedere V/aterschap en voor
de onderhoudsplichtigen in de opgeheven Water
schappen heeft aangehouden, is ons niet duidelijk.
Naast de vroegere uitgaven moeten ook andere fac
toren in aanmerking genomen zijn. In ieder geval is
de werkelijke uitgaaf van het Hoogheemraadschap
zeer veel hooger geweest dan de bedragen, welke het
voor bedoeld onderhoud ontvangt, en wel inzonder
heid doordat het na zijn oprichting veel werken heeft
verbeterd, waaraan vroeger weinig gedaan werd en
de economische omstandigheden de uitgaven zeer
nadeelig hebben beinvloed.
Hierop zijn geen uitzonderingen. De bijdragen, wel
ke de vroegere onderhoudsplichtigen jaarlijks heb
ben op te brengen, zijn alle lager dan de werkelijke
uitgaven, die daar tegenover staan. Deze laatste zijn
vermeld in een staat. Aan deze staat en de verdere
ons verstrekte stukken, ontlecnen wij het volgende.
De voormalige1 Noorder IJ- en Zeedijk, waartoe veie
polders en gemeenten behooren, brengt jaarlijks aan
het Hoogheemraadschap op 62000 gulden. In de 10 ja
ren van 1921 tot en met 1930 heeft het Hoogheemraad
schap echter voor onderhoud van de daarop betrek
king hebbende zeeweringen, wegen, enz., uitgegeven,
per jaar gemiddeld 183.000 gulden. Dc schuldplichti-
gen aan het voormalige Hoogheemraadschap van den
Hondsbossche en Duinen tot Petten brengen gezamen
lijk jaarlijks op: 56000 gulden. Het Hoogheem raad
schap heeft in de genoemde 10 jaren gemiddeld jaar
lijks uitgegeven voor het onderhoud van de objecten,
welke zij van de bedoelde schuldplichtigcn heeft
overgekregen, een bedrag van 173.555 gulden. Zoo is
liet ook gesteld met de bijdragen van de andere W a
terschappen en polders ten opzichte van de werke
lijke uitgaven van het Hoogheemraadschap.
De bijdragen van de vroegere onderhoudsplichti
gen zijn dus niet voldoende orn de werkelijke uit
gaven te dekken. De méérdere uitgaven worden
krachtens artikel 151 van reeds genoemd reglement
opgebracht door de gebouwde en ongebouwde eigen
dommen gelegen binnen het Hoogheemraadschap.
Bij de instelling van het Hoogheemraadschap is n.1.
door Provinciale Staten tevens ingevoerd, liet mee
dragen van deze lasten door den gebouwden eigen
dom. De verdeeling dezer lasten geschiedt naar de
belastbare opbrengst, met dien verstande, dat het
gebouwde half zoo zwaar wordt belast als liet on
gebouwde. De reden, waarom het gebouwd half zoo
zwaar wordt belast als het ongebouwd ligt hierin,
dat de schattingen voor de Rijksgrondbelasting, wel
ke tot grondslag dienen voor de heffing der Hoog-
heemraadschapslasten van het ongebouwd, dateeren
van omstreeks 1879, terwijl die voor gebouwd pas veel
later, nl. in de jaren 1897—1908 plaats vonden, waar
door laatst bedoelde schattingen naar een aanmer
kelijk hoogeren maatstaf zijn geschied. Door dc aan
genomen verhouding wordt dit verschil vrijwel ge
compenseerd.
Zooals bovenbedoelde uitgaven worden gedekt is
het ongeveer ook met de rente en aflossing, welke
jaarlijks moet worden opgebracht ter delging van
de schuld voortvloeiende uit den watersnood 1916.
Provinciale Staten (en niet het Hoogheemraadschap-
zelf) hebben nl. een staat, gemerkt B. opgesteld,
volgens welke Waterschappen en perceelen jaarlijks
moeten worden aangeslagen voor een percentage
van het door het Hoogheemraadschap totaal ver
schuldigde bedrag. Het Hoogheemraadschap heft deze
bedragen van bedoelde Waterschappen en perceelen
op grond van zijn, door de Staten vastgesteld, Be
stuursreglement, Artikel 158. Totaal brengen deze
Waterschappen en perceelen op: 26.169 van het to
tale jaarlijkschc aan de provincie verschuldigde be
drag. De rest van de jaarlijksche bijdragen aan rente
en aflossing van de schulden van den Watersnood
1916, dus 73.831 wordt weder opgebracht door een
bijzonderen omslag op den gebouwden en ongebouw-
don eigendom. Het is goed hierbij op te merken, dat
van de lasten, welke op gebouwde en ongebouwde
eigendommen worden gelegd, dc gebouwde opbren
gen 3/7 deel. De belasting sinds 1920 van den gebouw
den eigendom geheven, heeft dus een zeer groote
verlichting gebracht voor de vroegere onderhouds
plichtigen, zooals deze voor 1920 bestonden. Opge
merkt kan worden, dat het aanvankelijk heffings
percentage van dezen bijzonderen omslag bedroog
3,4 (in 1921) en sinds is teruggeloopen tot 1.7 (in 1932)
of juist minder, na verloop van slechts 10 jaren, of
1/5 van het geheele tijdvak, waarover deze last op de
ingelanden drukt. 'De rente en aflossingen voor den
watersnood 1916 zijn nl. gebaseerd op een termijn
van 50 jaren. Daarna zullen zij zijn opgehouden.