Naar de Middellandsche Zee
EEN BOERDERIJTJE?
Het Pad langs
de Klip
Woensdag 31 Augustus 1932.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9133
Een muur van stralen.
5 X ZOO GROOT ALS DE WIERINGEB-
MEERPOLDER. RUIM 6 X ZOO
GROOT ALS TEXEL OF DE HAARLEM
MERMEER.
Op rijn zwerftocht door Rusland heeft de heer Mat-
thijsen ook bezocht het Staatslandbouwbedrijf met de
beste reputatie. Het heet de Werbliut, wat kameel be-
teekent en ligt 1% sporens ten Z. van Rostow ln het
gebied der „Zwarte Aarde".
Aan rijn beschrijving in Het Volk ontleenen we het
volgende:
Werbliut is geen boerderij, 't Is een graanstad met
10.000 inwoners, waarvan er 6500 in het bedrijf werken.
Dit is uitsluitend landbouwbedrijf. Toch werkt slechts
een minderheid, 2600 personen, als boer of technicus
op het land. Het personeel in de nevenbedrijven, de
school, de administratie en de bediening omvat 3330 man
De onderdeelen kunnen tot drie hoofd-afdeelingen
Worden samengevat:
1. het boerenbedrijf,
2. het onderwijs,
3. het onderzoek van grond, product en machines.
Van het eigenlijke boerenbedrijf vertelt de
heer M.:
Werbliut heeft een oppervlakte van 110.000 H.A.
Hierbij dienen al dadelijk twee dingen op den voor
grond te worden gesteld:
Ten eerste blijft een derde van den grond, dit jaar
40.000 H.A., onbebouwd. Dit land wordt wel geploegd;
als het goed zal zijn, moet het zelfs twee keer ge
ploegd worden. Daar hij (nog) niet bemest wordt, is
het noodig den grond op zijn verhaal te laten komen
om geen roofbouw te plegen. De grond, die met win
tertarwe zal worden bezaaid, moet gelegenheid hébben
voldoende vocht vast te houden.
Ten tweede: het bedrijf is in negen onderdeelen ge-
eplitst, die alle te zamen wel onder eenhoofdige leiding
werken, maar waarvan elk een eigen in vrij groote
mate zelfstandigen directeur heeft, elk een eigen
machine-park, personeel, werkplaatsen en bouwplan,
dus een eigen bedrijfsleven. De proef met het zeer
groote bedrijf is niet gunstig uitgevallen. Veel meer
dan 10.000 H.A. kan een leider niét overzien.
In het geheele bedrijf werken:
95 tractoren,
41 maai-dorschmachlnes,
36 maismaaimachines,
65 paarden.
Voor eigen gebruik worden 400 koeien, 250 varkens
en 1200 schapen gehouden.
Wat het eten betreft, wordt het huishouden colleo-
tlef gevoerd.
Van het vaste personeel zijn 17 pet, vrouwen; in
oogsttijd groeit dit aan tot 30 pet. De eerste categorie
bestaat uit vrouwen van in het bedrijf werkende ar
beiders; de tweede uit personeel van de collectieve
landbouwbedrijven in de omgeving, met welke bedrijven
contracten voor de levering van arbeidskrachten
worden afgesloten.
Do arbeiders zagen er dan ook niet bepaald welva
rend uit; de jonge mannen erg schraaltjes onder de
huid.
Voor dit jaar zijn 69.423 H.A. bezaaid, waarvan
29.439 H.A. met zomertarwe,
33.584 H.A. met wintertarwe,
6.400 H.A. met mals. veevoer en zonnebloemen.
De pitten van zonnebloemen zijn ln heel Rusland een
v geliefde lekkernij, 's Avonds aan de deur bezaaien vrou
wen en kinderen de stoep met de schalen van zonne-
pitten, Op elke Bazar zitten boerinnen met een zakjé
zonnepitten. waaruit per glas wordt verkocht.
Verwacht wordt, dat dit jaar van de H.A. 800 K.G.
zomertarwe en 1200 K.G. wintertarwe zal worden geoogst.
De helft meer dan in het zeer droge, vorige jaar. Een
derde of een kwart van wat bij ons de akker voort
brengt. Maar de Groningsche of Zeeuwsche akker is
dan ook veel intensiever bewerkt. Er is oneindig meer
arbeidsloon en voor een niet onbelangrijk bedrag aan
kunstmest aan ten koste gelegd. Wat dit betreft is
men hier nog niet verder dan het onderzoek, aan
welken mest de verschillende samenstellingen van
grond behoefte hebben. Verwacht en gehoopt wordt,
dat het volgende jaar voldoende kunstmest beschikbaar
komt om de Zwarte Aarde in staat te stellen te too-
tien wat zij dragen kan.
De gemiddelde onbrengst aan zomer- en wintertarwe
was in 1030 1.103 K.G. per H.A., in 1931 722 K.G. Dit
was door de droogte een jaar van misoogst. Het loo-
pende jaar komt boven het gemiddelde uit.
In 1930 werd op de Werbliut van 22.000 H.A. geoogst
en wel 69.270 ton, waaronder 4.700 ton rogge.
De bewerking van het land vorderde 2.500.000 ar
beidsuren.
Aan loon werd uitbetaald 1.034.370 roebel.
De Sowjet-Unie telt thans 216 Staatstarwebedrijven
met een totale opprvlakte van 12.5 millioen HA., waar
van 5.5 millioen HA. als cultuurgrond in gebruik is. Dit
FEUILLETON.
UIT HET ENGELSCH VAN
J. S. FLETCHER.
29.
Pike's gewoonlijk bleeke wangen werden nog bleeker
en de zweetdruppels stonden op zijn voorhoofd. Hij keek
van den een naar den ander en zijn lippen trilden. Hfl
was razend woedend als een gevangen beest.
„Dat is mijn zaak!" snauwde hij. „Dat gaat niemand
anders aan!"
„Kom", hernam de commissaris. „U kunt toch gerust
een paar gewone vragen beantwoorden? Waarom gaat
U zoo overhaast naar Amerika?"
„Waarom zou ik niet, als ik dat wil?" vroeg Pike.
„Ik ben niet meer bij Etherton. Waarom mag lk niet
naar Amerika gaan? Dit is een vrij land, zou ik zeg
gen!"
„Dat hangt er vanaf." antwoordde de commissaris
laconiek. „Maai- 't lijkt me toch wel eigenaardig, dat u
op deze manier wilt vertrekken. Waar Is uw bagage?"
Pike antwoordde niet zijn hersens zonnen op een
manier waarop hij kon ontsnappen.
„Nog eigenaardiger, om er van door te gaan met niets
dan de kleeren die u aanheeft!" merkte de commissaris
Dp. „Legt u me dit eens uit! Ik hoor. dat u vanmiddag
op het kantoor van Biroh was. Waarom?"
„Hoe weet u, dat ik geen zaken met hem te doen
bad?" vroeg Pike.
„Dat weet ik niet; maar ik verzoek u mij daarvan een
behoorlijke reden op te geven," antwoordde de commis
saris. „Alles welbeschouwd, is uw handelwijze zeer ver
dacht. U bent. al begonnen met mij een leugen te ver
tellen door te zeggen, dat u bij het verdaagde onderzoek
tegenwoordig zoudt zijn, terwijl u zeer goed weet, dat u.
'als uw plannen slagen, reeds in Amerika bent, als de
zaak vóór komt. Daar ben ik niet tevreden mee en
ik ben ook niet tevreden met uw getuigenis bij het on
is gelijk aan twee a drie maal de oppervlakte cultuur
grond in Nederland.
Te zamen beschikken deze bedrijven over
21.000 tractoren,
11.000 combines,
120.000 arbeiders.
De grond is voor het overgroote deel pas-ontgonnen
steppe.
Op 260 HA. komt dus een tractor.
Op 500 HA. een maai-dorsch mach ine.
Op 45 HA. een arbeider.
De in vergelijking met Nederland buitengewoon groo
te oppervlakte, die een arbeider gemiddeld bewerkt,
geeft de verklaring, waarom de mechanische productie
veel minder loon vordert, ook al is de opbrengst per
H.A. geen derde deel van wat de Zeeuwsche akker
voortbrengt.
Het Russische Staatsbedrijf betaalt per 100 K.G.
koren niet meer roebels aan loon, dan het Holland-
sehe tarwebedrijf guldens.
Dit jaar bij een oogst der Staatstarwebedrijven, die
naar schatting 3.2 millioen ton zal bedragen, komen de
productiekosten, amortisatie in begrepen, op gemiddeld
ongeveer 70 roebel per ton. Bedrijven als de Werbliut
blijven daar belangrijk onder. Ver afgelegen bedrijven
en die, welke de kinderziekten nog doormaken, komen
er boven uit.
Als een roebel twee dubbeltjes waard was, dan zouden
1000 K.G. in een Russisch Staatsbedrijf gewonnen f14
moeten opbrengen om de kosten goed te maken. De
Hollandsche boer krijgt een richtprijs van f 12.50
voor 100 K.G. tarwe. Hij produceert zevenmaal zoo
duur als het Russische Staatsgraanbedrijf in een goed
jaar.
Zou het loon der Russische landarbeiders verdub
belen wat buitengewoon wenschelijk ware dan
liepen de productiekosten op tot niet meer dan 8.50
roebel per 100 K.G. een bedrag, dat in ieder geval
minder is dan f 2 Nederlandsch geld
Reken daar nog een f 2 voor vracht naar een
Noordzeehaven bij wat te veel is dan blijkt, dat
het Russische graan bij ons voor f 4 zonder verlies
geleverd kan worden.
Op grond hiervan sluit de heer M. dezen reisbrief
met de conclusie:
Daarmee is het vonnis over onze tarwepolitiek uit
gesproken.
WAT OP HET REUZENBEDRIJF DE
WERBLIUT OF DE KAMEEL VOOR DE
VORMING VAN DESKUNDIG PERSO
NEEL WORDT GEDAAN.
Er is op dat bedrijf een Dandbouwhoogeschool. Zij is
ln het hoofdgebouw van Graanstad gevestigd. Er worden
1200 studenten opgeleid tot landbouwkundig ingenieur.
De studie duurt twee jaar.
Studenten komen hier niet van H.B.S. of Gymnasium,
maar van de fabrieken en uit de collectieve landbouw
bedrijven. Niemand wordt toegelaten, die niet ten min
ste zes jaar in den landbouw of in de industrie van land
bouwmachines werkzaam is geweest
Studie en levensonderhoud komen voor rekening van
den Staat. Daarbij ontvangen de ongehuwden 70 roebel,
de gehuwden 170 roebel per maand. De helft van den
DINSDAG 23 Augustus.
IN mijn vorigen brief schreef ik U, dat wij op
kaap St Vincent aanstevenden. Het was klok
slag 4 uur, toen we bij de kaap arriveerden,
en het behoeft geen nader betoog, dat alle pas
sagiers aan dek waren. Het was niet noodig om kijkers
mee te nemen, want we draaiden van zeer dichtbij om
de kaap heen. Deze kaap is om meerdere redenen zeer
Interessant In de eerste plaats, omdat hier het punt
ls, waar we den Atlantischen Oceaan verlaten en de
Middellandsche Zee Ingaan, en ln de tweede plaats om
dat boven op het uiterste en hoog9te punt een groot
klooster is gebouwd van witte steen, dat reeds van uit
zee helder afsteekt tegen de blauwe lucht. We werden
vanaf den vuurtoren, die zich bij het klooster bevindt,
hartelijk toegewoven door de bewoners en met de
Portugeesche vlag gesalueerd, welke vriendelijkheden
vanaf ons schip ruimschoots werden beantwoord. Het
was direct merkbaar, dat we om de kaap heen waren,
want terstond werd de zee volkomen vlak en een
warme wind woei over het schip. Het was prachtig
weer en we bleven dicht onder de kust. De kust van
Portugal is hier zeer rotsachtig, en slechts hier en daar
ziet men gebouwen, voor het meerendeel kloosters en
vuurtorenlichten. We passeeren verschillende schepen,
waaronder ook twee Nederlandsche, n.1. de „Ariande"
en de „Duivendrecht" Vanzelfsprekend werd er druk
gewoven en geschreeuwd.
Merkwaardig was de overgang naar de Middelland
sche Zee ook nog hierom, omdat het veel vroeger en
vrij plotseling donker werd. Terwijl het Zondagavond
nog tegen 10 uur vrij licht was, was het nu, één dag
later, om 8 uur reeds zoo goed als geheel donker. Dat
was buitengewoon opvallend en was kenmerkend voor
onze nadering in tropische gewesten.
's Avonds was er bal aan boord, dat weer zeer ge
animeerd was. We hebben volop genoten van het heer
lijke klimaat, daar we zonder eenig bezwaar boven op
het dek konden dansen en zitten. Uw verslaggever is
tijdig naar bed gegaan, daar het om half zes weer
réveille zou zijn, want om 6 uur zouden we op de
reede van Tanger arriveersn. Om half 6 waren we uit de
veeren en om kwart voor zes lagen we voor Tanger.
Een schitterend gezicht, lezer! De opgaande zon wierp
haar gouden stralen over de uitsluitend uit witte huis
jes bestaande stad, welke tegen de heuvelachtige kust
is opgebouwd. Natuurlijk hebben we dit schitterend pa
norama op de plaat vastgelegd.
Reeds spoedig kwamen allerlei bootjes naar ons
schip, om de passagiers, die aan wal wenschten te
gaan ,af te halen. Om 7 uur waren we reeds aan wal,
met het eerste bootje. Iedere groep kreeg zijn eigen
gids, en we hebben het best getroffen.
En nu Tanger zelf! Machtig interessant, lezer. Geheel
ingesteld op het bezoek van vreemdelingen. Van oud
tot jong loopt met koopw&ar. Alles, wat maar eenigs-
zins typisch Afrikaansch genoemd kan worden, wordt
U op straat te koop aangeboden door oud en jong.
Vrouwen ziet men weinig, en die men ziet, zijn vrijwel
steeds zwaar gesluierd, zoodat men geen gezichten kan
onderkennen. Uw briefschrijver heeft al evenmin als
de anderen zijn kooplust kunnen bedwingen, en op 't
derzoek. Weet u, dat ik het in mijn m^fcht heb, u hier te
houden?"
„„Zult u dat doen?" vroeg Pike.
„U zult noch dit land, noch deze plaats verlaten, tot
ik een bevredigend antwoord van u gekregen hebt,"
antwoordde de commissaris. „Dat is duidelijk genoeg!
Als u nog inlichtingen te geven hebt, die u tot nu toe
vóór u hebt gehouden, dan kunt u beter alles dadelijk
zeggen!"
Pike had wel eens heldere oogenblikken. Zoo ook nu
en plotseling richtte hij zich tot zijn ondervrager.
HOOFDSTUK XIX.
Inlichtingen uit de eerste hand.
Gedurende een paar laatste minuten had Pike blik
semsnel nagedacht. Hij besefte, dat hij in handen van
de politie was en dat hij daaruit alleen kon ontsnappen
door een meesterlijke diplomatenzet. Hij besefte ook,
dat er een zondebok moest worden gevonden, en dat dit
noch mevrouw Stanbury noch Lucas Etherton zou kun
nen zijn. Het was ontegenzeggelijk het beste, Biroh in
de arena te werpen om tot het laatste beentje te
worden opgegeten. En met Birch, de kleine Frangaise
dat was een noodzakelijk gevolg daarvan. Vlug en
vindingrijk van geest als hij was, scheen hem dat het
beste wat hij doen kon. Hij nam een heel onschuldige en
zelfs zeer vertrouwelijke houding aan, toen hij zich tot
den commissaris richtte
„Het zit zoo," begon hij. „Bij het onderzoek vertelde
ik niet alles wat ik wist op geen stukken na! De
redenen daarvoor zal ik u dadelijk uitleggen. Maar één
daarvan kan ik alvast zeggen: er was een vrouw, een
jonge vrouw zelfs, in het spel en daarom heb ik... wel,
ik ben een fatsoenlijke vent en ik wilde dat de waar
heid aan het licht kwam door iemand anders dan door
mij."
Niemand antwoordde of maakte een opmerking op
deze verklaring en Pike, die besefte dat zijn ondervra
ger slechts feiten wenschte, begon zijn verhaal.
„U hoorde mij bij het onderzoek zeggen, dat ik aan
slapeloosheid leed en op aanraden van den dokter lange
wandelingen maakte," vervolgde hij. „Nu. natuurlijk ben
ik dikwijls op de heide geweest, op alle uren van den
nacht, van tien tot één. En sinds eenigen tijd weet ik
iets, wat ik aan niemand verteld heb. Tot deze week heb
ik daar trouwens ook niet zooveel over nagedacht, maar
sinds het gebeurde op Maandagavond krijgt alles een
heel ander aspect. Het is iets over Birch, den advocaat."
oogenblik zit ik weer aan boord met een roode fez op
mijn blonde lokken. Een groot kussen "voor het maken
van een „poef" vond allerwege aftrek, evenals sanda
len. De kooplieden zijn vooral van deze artikelen veel
kwijt geraakt. Men moet erg afdingen. Men vraagt U
voor een kussen f 25.en U krijgt het ten slotte voor
f 4.Dat zegt toch heel wat. De gids geeft ons zoo
ongeveer aan, wat men ten slotte zal kunnen en mogen
betalen en daar richten wij ons dan ook maar naar.
Tanger zelf ls vies en vuil. Het stinkt er erbarmelijk
en de hygiëne is nog zeer achterlijk. De Arabieren zien
er vuil uit en zijn erg opdringerig. Handen op de
zakken was het parool! Als je niet oppast, halen ze je
geld uit je zakken! We hebben de stad bezichtigd, en
vooral de moskeeën en de muziektempels trokken onze
aandacht. Ook de scholen zijn zeer bijzonder. Een school
is een kleine steenen ruimte, ongeveer 6 M2„ waar
een aantal kinderen op den grond zitten met een z.g.
meester. Zeer primitief, hoogst ongezond. Bij ons is de
stoep van de school nog beter en grooter dan hier de
heele school. Ik kreeg sterk den indruk, jdat men een
verloren ruimte tusschen twee huizen benut als school
lokaal.
We zijn ook ln 'n café geweest. Op advies van een in
ons gezelschap zijnde dokter dronken we bier, daar hij
dit nog het minst gevaarlijk voor ons vond met 't oog
op de hygiëne, 's Morgens om 9 uur!
Tanger is overigens een echte havenplaats. Zelfs
kleine jongens spraken ons af en toe met Hollandsche
woorden toe en ze verstaan daar iedere taal, en nemen
iedere muntsoort aan. Je kunt in alle mogelijke geld
betalen en als je met b.v. Engelsch geld betaalt, krijg
je een mengelmoes van Hollandsch, Fransch en En
gelsch geld terug. De kooplieden maken een oorver-
doovend lawaai. Ze jjrobeeren elkaar te overschreeu
wen en prijzen om het hardst hun waar aan. Op 't
oogenblik, het is nu bijna half twaalf, liggen verschil
lende roeibootjes met kooplui langs zij van het schip.
Ze mogen niet aan boord, en hijschen nu met lange
touwen hun koopwaar naar het dek om te trachten
aan de aan boord geblevenen hun restanten kwijt te
raken. Het is een lawaai van belang. De laatste boot
met walgangers ls ln aantocht. Over tien minuten va
ren we weer weg, om te 1 uur vanmiddag in Gibraltar
te arriveeren. Schoon ligt de stad aan den oever, bla
kerende in de felle zon, en men moet in de stad zelf
geweest zijn om te kunnen gelooven, dat het er zoo
vies is. Wel een scherpe tegenstelling. Wij hebben er
geen spijt van, dat we Tanger gezien hebben. Het is
zoo heel anders als bij ons, en ik blijf het machtig
Interessant vinden. Deze dag is er een geweest van
ervaring en ondervinding, en we kunnen, ondanks al
het mooie dat we hier zien, wederom erkennen, dat
ons Holland nog zoo beroerd niet is, al doet het in
uiterlijk misschien onder .voor deze streken.
Ik sluit dezen brief, in de hoop, dat hij straks in
Gibraltar met de post meegaat. We blijven slechts een
half uurtje voor Gibraltar liggen en zal ik U in mijn
volgenden brief dus slechts een beschrijving van den
buitenkant kunnen geven. Ik neem dus nu weer af
scheid van U, en kom morgen terug op dezelfde golf
lengte.
TOERIST.
Pike zweeg op dat oogenblik, om zijn mededeelingen
den noódigen indruk te laten maken. Maar de gezichten
om hem heen bleven kalm en onbewogen en de com
missaris beduidde hem, door te gaan.
„Over Birch," herhaalde Pike. „En over dat Fran-
gaisetje van den kolonel. Het is een feit. dat die twee
van elkaar houden. Dit voorjaar heb ik ze dikwijls
's avonds heel laat samen gezien. De eerste maal dat ik
ze snapte, is eenige weken geleden. Ik zat op een avond,
ongeveer elf uur, bij het boschje van Swales. dat op de
heuvels bij Lithersdale ligt, toen ik iemand uit de rich
ting van den Dalweg hoorde komen. Het bleek Birch
te ziin. Hü..."
„Hoe kon u zien dat hij het was, op dat uur van den
avond?" vroeg Calvert, die Pike nauwlettend gadesloeg
„Ik herkende hem direct," antwoordde Pike. „De lucht
was helder en de maan was in het laatste kwartier. Ik
zag wie het was, duidelijk genoeg hij was een meter
of vier van me af, maar hij had er geen idee van, dat er
iemand in de buurt was. want ik zat in de schaduw. En
even daarna kwam M'lle de Coulanges om den hoek van
het bosohje. uit de richting van het huis van den kolonel
dat ligt daar juist beneden. Ik herkende haar ook
dadelijk. Ik zag ze naar elkaar toegaan en hoorde ze
samen fluisteren: toen liepen ze samen de heide op."
„Daarna heb ik dat tweetal daar dikwijls gezien
op dezelfde uren," zei hij. „Soms was ik dicht bij hen,
soms zag ik ze in de verte. Natuurlijk snapte ik het wel
ze vrijden in het geheim en blijkbaar sloop Mademoi-
selle weg, als bij den kolonel alles sliep en kwam dan
naar de heide om Birch stilletjes te ontmoeten. En..."
„Een oogenblikje," viel Calvert hem in de rede. Hij
keek naar den commissaris. „Als wathij zegt, waar is,"
merkte hij op, „dan is het wel heel eigenaardig, als dat
niet bevestigd kan worden. De heide is wel eenzaam,
maar Sir Cheville had toch opzichters. Als die twee
daar 's nachts ln de buurt waren..."
Pike viel hem met een lach in de rede.
„U bent een beetje voorbarig, meneer Calvert," her
nam hij. „Ik ben nog niet klaar met mijn verhaal. Ik
weet iemand, die Birch en M'lle de Coulanges daar ge
zien heeft en zoover ik weet, zal hy ze wel meer dan
eens gezien hebben."
„Wie is dat?" vroeg Calvert.
„Een oude man, een zekere Garrett," antwoordde Pike
prompt. „Woont in een van die huisjes tusschen de
Oude Weverij en de Schaapskooi. Hij was jarenlang
heideopzichter bij Sir Cheville."
„Hoo weet u. dat hij hen zag?" vroeg de commissaris.
„Omdat ik aag, dat hij ze zag!" verklaarde Pike tri
tijd wordt in collegezaal of laboratorium doorgebracht;
de andere helft, in zaai- en oogsstijd, moeten de studen
ten op het land werken.
Doel der opleiding is de collectieve- en staatsïhnd-
bouwbedrijven te voorzien van krachten, die eenigermate
wetenschappelijk gevormd zijn; die den ouden boer heb
ben afgeschud, toegankelijk zijn voor wat er verder aan
nieuws in het bedrijf opkomt en die in staat zijn de
vorderingen van de landbouwwetenschap uit boek, tijd
schrift of voordracht bij te houden.
De eerste ploeg van 70 studenten is dezen zomer afge
leverd en reeds te werk gesteld.
De Russische landbouw heeft nog meer behoefte aan
voorlichting en vernieuwing dan de Nederlandsche. Het
eigenlijke verschil zit hierin, dat deze in Rusland op
eerbiedwekkende schaal wordt gegeven en voorbereid
terwijl bij ons in de voorbije jaren van hoogconjunc
tuur een commissie-Haffmaus is ingesteld om te onder
zoeken wat op dit gebied bezuinigd kan worden.
In Graanstad staat een electrische centrale, een ge
bouw tot onderzoek van de machines en technische
proefnemingen, eenige werkplaatsen en reparatie-in
richtingen, een ziekenhuis met vijftig bedden, een poli
kliniek, een clubgebouw, een kinderbewaarplaats, eenige
zevenklassige scholen, een consultatiebureau voor zuige
lingen, een badinrichting en een waschhuis, een hotel
met restaurant en een soort gaarkeuken.
In het laboratorium zijn een chemicus en drie vro«»
welijke hulpkrachten bezig met het onderzoek naar plat»»
tenziekten.
Blijkbaar was de heer M., toen hij het bovenstaande
schreef, nog niet op de hoogte van het rapport-Weiter.
Onze lezers zullen zich herinneren wat daarin speciaal
voor het lager landbouwonderwijs wordt bekokstoofd!
In plaats van een grenswacht
De hooge tolmuren, door middel waarvan de mo
derne staat zich meent te kunnen beschermen,
richten niet veel uit, zoodra de smokkelaars een
woordje gaan meespreken. Tolmuren zijn merk
waardige dingen. Ze houden gewoonlijk de welvaart
tegen, maar de smokkelaars trekken zij aan en
laten zij door.
Het leger van grensjagers en douanebeambten is
niet toereikend om den wetsontduikers het werken
onmogelijk te maken en in veifoand daarmee zijn er
plannen gevormd om een soort Chineesche muur
te bouwen, ten einde de smokkelhandel eens en
vooral den kop in te drukken. Als materiaal zou
electrisch geladen prikkeldraad worden gebruikt. De
versperring zou loopen van de Noordzee tot aait
Zwitserland
Nu werd er kort geleden een uitvinding gedaan,,
die de ontwerpers van bovengenoemd project een
heel eind op sireek zou helpen, wanneer ze in de
gelegenheid werden gesteld om er gebruik van t
maken. Het betreft hier een omheining van stralen,
een alarmapparaat in het groot. Op verschillende
plaatsen heeft men de toestellen al neergezet om
na te gaan in hoeverre ze bruikbaar zijn. Grens
gebieden, waar veel wordt gesmokkeld hoeft men
dagen achtereen door de geheimzinnige stralen la
ten beschijnen en men is er werkelijk in geslaagd
eenige der onhandigste smokkelaars te vatten. Be
vindt zich namelijk een of ander bewegend voor
werp in het veld, dat de stralen bestrijken, dan
wordt onmiddellijk de grenswacht, automatisch op
dat verschijnsel attent gemaakt. Het. Ibewegende ob
ject, moet verder nog een bepaalde grootte hebben
en bepaalde bewegingen maken. Dit ligt wel voor de
hand", daar anders 'do douanen zouden worden op
geschrikt, wanneer er toevallig een musch voorbij
vloog of een haas vluchtte. Het spreekt vanzelf, dat
zelfs deze stralen niet geheel afdoend zijn, ofschoon
de toestellen zoo moeten zijn geconstrueerd, dat men
met vrij groote zekerheid kan vaststellen, wat voor
object de grens passeert: menech, dier of voertuig.
Door middel van zenders en reflectoren kunnen de
stralen werken op een afstand van meer dan hon
derd meter. Ze zijn onzichtbaar en waarschijnlijk
infra-rood. De muur zal indien hij tenminste ooit
wordt opgericht veel geld kosten. Eén kilometer
muur komt op ongeveer 3600 gulden. Blijkt de
uitvinding bruikbaar te zijn en wordt er werkelijk
ernst gemaakt, dan zal dat niet alleen een voordeel
voor den staat beteekenen de in- en uitvoerrechten
maar ook aan den voortdurenden oorlog tusschen
vertegenwoordigers van de wet en sluikhandelaars
welke krijg dagelijks slachtoffers eischt, zal een
einde komen.
Wil en repareeren alle soorten Wollen
J Cil Kleeding, Kousen en Sokken (ook
de aller fijnste). Voor nieuw werk zijn wij no. 1.
JAAP SNOR, Zuidstraat 19, Den Helder. (Let op den
gelen winkel).
P S. Gratis neemt elke bode Uw bestelling of repa
ratie mede zoowel heen als terug.
omfantelijk. „Op een avond, niet zoo heel lang geleden,
toen ik op de heide was, bij dat boschje, waarvan ik
vertelde het was een heldere maannacht zag ik
Garrett uit het boschje komen en over de berm kijken.
Die twee kwamen er juist aan en ik weet. dat hij ze
zag, want hij verschool zich onder een paar struiken
en keek naar ze. Gaat u het hem maar vragen!" besloot
Pike zelfverzekerd. U zult zien, dat het waar- is!"
De vier luisteraars wisselden blikken. Pike's verhaal
en de openhartige en onschuldige manier, waarop hij
het vertelde, maakten blijkbaar indruk. En Pike zag,
dat hij succes had en besloot zijn uiterste best voor
zichzelf te doen.
„Nu. wat Maandagavond betreft." ging hij voort, en
tot zijn voldoening zag hij gespannen belangstelling in de
vier paar strenge oogen. „Wat ik bij het onderzoek ver
leide was waar: ik zag én Etherton. én mevrouw Stan
bury. op dat uur en op die plek. Maar ik zag nog
anderen: Birch en dat Frangaisetje."
„Dien avond?" vroeg Calvert.
„Dienzelfden avond! Vroeger dan Jk de anderen zag.
Ik denk dat het iets over half twaalf was. Ze liepen
langs me heen ze gingen in de richting van de
Zwarte Klip. Ze spraken heel zachtj'es en liepen ge
armd: ze zagen me niet, net zoo min als Etherton en
mevrouw Stanbury. Ze gingen geheel ln elkaar op. dat
kan ik u wel zeggen! En wat ik toen deed, dat raadt
u niet"
„Wat dan?" vroeg de commissaris.
„Ik ging ze na!" grinnikte Pike. „Ze waren zoo in
elkaar verdiept, dat ze voor niets anders oog of oor
hadden, anders zou ik het heusch niet gedaan hebben.
Ik volgde ze, tot waar het pad smaller wordt bij de
Zwarte Klip. Nu is er in die rotsen boven het pad een
soort hol. een nis, met steenen erin waarop men kan
zitten, ik heb daar 's nachts dikwijls gezeten, toen ik
die wandelingen maakte. Ik zag ze daar in gaan. En
toen ben ik weer terug gegaan."
„Hoe laat zei u dat dit gebeurde?"
„Zoowat half twaalf, of vijf minuten er over," ant
woordde Pike,
De commissaris zocht even in eenige papieren op zijn
bureau, las er een van door en keek naar Calvert.
„U daoht dat Sir Cheville ongeveer kwart voor twaalf
bij de Zwarte Klip geweest moest zijn?" vroeg hij.
„Ja zeker," bevestigde Calvert.
„En," ging de commissaris voort tegen Pike, „zag u
meneer Birch en M'lle de Coulange dien nacht nog
eens?"
Wordt vervolgd.