Het Onbereikte Uit onze Omgeving. Maatschappelijk werk. 50-Jarig bestaan van de Veemarkt te Hoorn. Een Samenspraak. ANNA P AU LOW NA ALGEM. VERGADERING B.K.C. Als gewoonlijk was de opkomst van de leden en vooral van de eerste elftalspelers niet schitterend op de Alg. Verg. van Dinsdag j.1. Voorzitter Kaan betreurde het voor de zooveelste maal en wees er op dat zij die niet aanwezig zijn, dan ook geen recht van spreken hebben ten aanzien van de beslissingen die hier worden genomen. De notulen werden door den 2en secretaris, den heer T. Post, gelezen en zonder op- of aanmerkingen goed gekeurd. In deze notulen van de vergadering van 16 Juni jJ. kwam speciaal naar voren het bedanken van den heer A. Wcijers als secretaris en bestuurslid. Wegens drukte waren we toen niet ln staat verslag uit te brengen van deze vergadering. We voelen ons evenwel verplicht enkele woorden van dank aan den heer Weijers te wijden. Vanaf de oprichting is hij bestuurslid geweest van „B.K.C.", later „Breezand" en ,3-K.C." In al die jaren heeft hij met zeer deskundige hand het secretariaat beheerd. Op tallooze vergaderingen bleek zijn onver droten liefde voor de voetbalsport en zijn medeleven met het wel en wee der vereeniging sprak uit al zijn daden. Nu de moeilijke tijdsomstandigheden en de drukke werkzaamheden hem dwinger van de voetbalsport af scheid te nemen, moeten wij als tegenprestatie een oprecht woord van dank tot hem richten! Na de lezing der notulen wordt overgegaan tot de behandeling van den beschrijvingsbrief voor de Alge- meene vergadering van den N.H.V.B., die Zondag 4 September a.s. in „de Unie" te Alkmaar gehouden wordt. Op voorstel van het bestuur zal de heer C. Kaan, voorzitter, afgevaardigd worden. Niet bij alle punten wordt stilgestaan. De bestuurs verkiezing de bezetting van de vacante plaats door het bedanken van den heer Vlam ontstaan is een kwestie die tot veel discussie aanleiding geeft. Verzoeken zijn ingekomen van „Succes". „H.R.C." en „Helder" om hun respectievelijke candldaten Oden, Jansen en Al te steunen. Ofschoon de vergadering opmerkt, dat de rechte man op de rechte plaats in haar oog ontbreekt by de c&ndidaten, besluit zij den heer Kaan op te dragen de candldatuur-Oden te steunen en zoo mocht blijken dat er geen voldoende belangstelling bestaat voor den heer Oden, den afgevaardigde vrij mandaat te geven. Dan wordt het voorstel, Ingediend door B.K.C., voor- gelezen. Hierin wenscht de vereeniging dat strafzaken met den meesten spoed worden behandeld, in elk geval binnen zes weken, om daarna met den meesten spoed te worden bekrachtigd door het bestuur en gepubli ceerd in het Officieel Orgaan. De kwestie-Huisman, die zoover de vereeniging weet, nog nooit behandeld is, was aanleiding tot het voor stel. De voorzitter zegde toe al zijn krachten aan te zul len wenden om te trachten deze zaak tot klaarheid te brengen en de instanties die mochten hebben go- faald op hun fouten te wijzen. Verder werd den afgevaardigde vrij mandaat mee gegeven. Daarna was aan de orde een bestuursvoorstel om de leden te laten uitspreken of Huisman nog verder mee zou mogen spelen of niet Voor en tegen behoefden niet uitvoerig te worden toegelicht, daar elkeen wel wist hoe hij tegenover dezen speler als speler staat Er werden 14 stemmen uitgebracht Twaalf stemden *ÓAr. één tegen en 6en blanco. Voorzitter Kaan hoopte dat Huisman het vertrouwen dat hier op zoo ondubbelzinnige wijze in hem werd uitgesproken, waardig zou zijn. De rekening en verantwoording van den penning meester toonde de volgende cijfers over het le half jaar 1932. Ontvangsten plus saldo 1 Januari f 465.50. Uitgraven f 381.69. Saldo 1 Juli f 83.90. Ontvangsten over Juli Augustus plus saldo 1 Juli f 187.70. Uitgaven Juli— Augustus f 22.55. Er is dus ln kas f 165.15. Rekening moet er nog ge houden worden met de niet ontvangen rekening-cou rant van den N.H.V.B. De penningmeester verwacht hooge kosten dezen winter, vooral door bussen. Een voorloopige regeling wordt getroffen, waarbij bepaald wordt dat de leden per eigen gelegenheid naar Wieringerwaard. Julianadorp. Oudeslula en Den Helder gaan. Andere plaatsen voorlooplg per kostelooze bus. Door bedanken van de heeren Weijers en De Vries (wegens vertrek) zijn twee vacatures ln de eltfal- commissie ontstaan. Een plaats wordt door de ver gadering aan den heer Overmeer toegewezfci. Voor een vijfde lid zal het bestuur een geschikt persoon, liefst uit Breezand, kiezen. In de komende competitie komt B.K.C. met twee hoogere en één adspiranten-elftal uit. Opgegeven zijn aan den bond 25 spelers voor de hoogere elftallen en 14 adspiranten. Op deze 39 kan ten allen tijde worden gerekend. De rondvraag gaf den heer Webellng gelegenheid nog eens te wijzen op het verbod van voetballen achter de doelen tijdens den wedstrijd en de leden te verzoeken vooral in de rust even de ballen mee te nemen. Nadat de voorzitter nog mededeelde, dat Zondag a.s. Oudesluis 2 op bezoek komt bij B.K.C. 2 en het elftal wordt voorgelezen, vraagt hij, alvorens tot sluiting over te gaan, volledige volmacht om spelers die niet genegen zijn de hun toegewezen plaats te vervullen, te straffen. SINT MAARTEN VALKKOOG. Begunstigd door prachtig weer, heeft alhier de jaarlijksche kermis plaats gevonden en kan gezegd worden, dat het een rustig, plaatselijk kermisje is geweest. Ja, het was stil. Dit baart geen verwonde ring, gezien den alhier heerschenden toer-rand. Maar, al was de „buur niet zwaar, het hoofd heeft men niet laten hangen, daar liet er evengoed vroolijk door ging. Door de plaatselijke tooneelvereeniging „Nieuw Leven", welke pas was opgericht, werd een vroolijk blijspel opgevoerd in café „de Valk", getiteld „De verjongde professor". Nu was goed te zien dat deze jonge vereeniging niet bestond uit beginnelingen, maar leden welke al eerder op plankenland hebben rondgegaan. Het spel was mooi tc noemen en het stuk, een echt kermisstukje, daar men kon lachen. De vereeniging heeft alle lof verdiend en ter aan moediging zij hier verteld, dat men op een weder op treden hoopt. Voorts werden er Dinsdag volksspelen gehouden en werd voor heeren en dames afzonderlijk de gele genheid tot kegelen (zonder ruzie, zooals elders) opengesteld. Als prijswinnaars kwamen uit de vol gende heeren: le prijs P. Kronenburg; 2e prijs Jn Schoorl; 3e prijs H. Kuiper; 4e prijs J. Langeveld; 5e prijs W. Bijpost; 6e prijs J. Dekker; 7e prijs P. Eenhoorn; 8e prijs G. Appel. Dames kegelen: le prijs Mej. Dekker; 2e prijs Gré Bijpost; 3e prijs mej. Eenhoorn; 4e prijs mej. K. Borst; 5e prijs mej. v. d. Molen; 6e prijs mej. Schipper; 7e prijs mej. Witte en 8e prijs mej. L. Speets. Voorts was voor de dames gelegenheid om muilen wedstrijd te. houden, waarbij uitkwamen: le prijs M. Buik; 2e prijs M. Kuiper: 3e prijs Tr. Bronder; 4e prijs A. Schager; 5e prijs T. Broekhui zen; 6e prijs M. Broekhuizen; 7e prijs mej. Quacks. HEERHUGO WAARD VEENHUIZEN. Spottenderwijs wordt de Kerkweg alhier tegenwoordig wel eens een waschbord genoemd. En waarlijk, de wiel rijders, wiens weg over onze plaats voert, kan door de vele kuilen en kuiltjes zijn pad slechts moeilijk en al hobbelende en op zijn vehikel heen en weer wippend, vervolgen. Met gToote hardnekkigheid tracht het pol derbestuur deze gaten met bazaltslag te dichten, maar met nog grooter hardnekkigheid weigeren de bazalt- steentjes zich met het wegdek te vereenigen en springen dadelijk, geholpen door zware autowielen, van de hun toegedachte plaats weg, overal meer of minder dikke lagen vormend. Wee den argeloozen fietser, wiens wiel bij ongeluk in een van die vele losse lagen terecht komt. Zijn rijwiel glipt onder hem vandaan en hij heeft voor hij 't weet, de geheele aarde tot zadel. Bijna dagelijks komen hier wielrijders te vallen, zich steeds in meer dere of mindere malen bezeerend. Gisteravond werd de echtgenoote van den heer Sch., van Opmeer het slachtoffer. Met een kind fietsende, kwam ze zoo hevig te vallen, dat in de dij een zeer breede en diepe wond ontstond. Gelukkig was Dr. Pool van Hoogwoud juist ter plaatse, die een verband legde en haar per auto naar haar ouders, alhier wonende, vervoerde. Zoo slecht is de weg al maanden. Wij ijzen vaak bij de gedachte, wat er zal gebeuren als iemand komt te vallen bij het uitwijken voor een auto of en bij het naderen ervan. Moet die toestand nag lang duren? Zal het polderbe stuur zijn Hollandsche gemoedelijkheid eindelijk eens van zich afschudden en afdoende maatregelen tegen dit gevaarlijke euvel nemen. Wij hopen het allen. BARSINGERHORI Politie. Verloren: een armbandhorloge. Burgerlijke Stand over de maand Augustus 1932: Geboren: Saakje, dochter van Willem Rosier en van Geertje Hoekstra. Hendrik, zoon van Girbe Wind en van Eelkje van der Woude. Guurtje Jansje, dochter van Jan Bakker en van Guurtje Stuij. Mathilde Jose- phina, dochter van Carolus Adrians Boone en van Ma ria Apolonia Cappendijk. Petroneela, dochter van Jas per Jacobus Werner en van Louise Hendrika de Graaf. Ondertrouwd: Christiaan Willem Slijboom, oud 27 jaren, bakker, wonende te Hoorn en Wilhelmina Nlerop, oud 22 jaren, zonder beroep, wonende te Bar- singerhorn. Cornelis Joren, oud 25 jaren, walsrr.achl- nist en Betje Catharina Nierop. oud 21 jaren, zonder beroep, beiden wonende te Barsingerhorn. Getrouwd: Anne Schenk en Geertje Smit; Cornelis Moermond en Grietje Kuiper; Christiaan Willem Slij- bom en Wilhelmina Nierop.; Cornelis Joren en Betje Catharina Nierop; Harm Stevens en Mathilde Knau- Hr- Overleden: Arend Jan Rouwenhorst, oud 45 jaren. Loop der bevolking over de maand Augustus 1932: Ingekomen: Jb. Broersen van Alkmaar naar A 78; Jb. de Roo van Hengelo (O.) naar Kolhorn, ark; E. Unkel van Arnhem naar Kolhorn E 34; P. Meijer en gezin van Medemblik naar Kolhorn, ark; C. Verboven en gezin van Wieringen naar Kolhorn F 55; Mej. M. A. Krap va Schagen naar A 60; C. Marees van Scha- gen naar Krell B 33; A. Rentenaar van Winkel naar A 23. Vertrokken: A. Hooiveld en gezin naar Medemblik; Sluis m, ark; A. Wiegman naar Marum, de *Wilp F 231; P. van der Veen naar Marum, de Wilp F 302; B. Burgstra naar Marum, Zevenhulzen E 33; J. Jonkman naar Marum, de Wilp F 264; A. de Vries naar Marum, de Wilp F 25; J. Ploegh naar Marum, de Wilp F 245; Mej. C. Gijssel naar Wieringen. Korte Quarantaineweg 5; G. de Smit en J. de Smit naar Haarlemmermeer, Hoofddorp. Krnuisweg 120; echtg. P. Buisman naar Alk maar, Liefdelaan E 18; J. Leijcn en echtg, naar Win kel A 21; JP. J. Vink naar Heiloo A 241; Mej. C. Prins naar Sint Maarten B 29; H. Gort naar Wieringer waard A 144 Mej. J. Niehoff naar Den Helder, Smit- straat 14; G. Jonker naar Schoterland, Hoornsterzwaag 267; N. Wams en gezin naar Amersfoort, Barchman Wuytierslaan 5; H. Mulder naar Slochteren, Siddebu- ren A 452; Mej. M. Seehaus naar Alkmaar, Achterweg 2A; J. Rietveld naar Medemblik, Middenmeer; echtg. Jb. Stins naar Den Helder, Spoorstraat 110; Mej. A. Ijboer naar Odoorn, Valthermond, Zuiderdiep 19. WIERINGERilEER SLOOTDORP. Maandagavond vergadering in het gebouw van Maat schappelijk werk. geconvoceerd door de Directie van den Wieringermeerpolder. Ingenieur Mr. Roebroek leidde de vergadering en gaf een uitvoerige uiteenzetting waarvoor deze vergadering was opgeroepen, n.1. voor den opbouw van sociaal en maatschappelijk werk, door alle partijen tezamen te verrichten, en hoopte en verwaohtte ln de toekomst hier wel nuttig en goed werk van. Elke thans bestaan de organisatie heeft voor volgende week twee menscfaen aan te wijzen, die dan zullen zitting nemen in de z.g. dorpscommissie, mede ter behartiging ook van alle dorpsbelangen. Aan het hoofd van de dorpscommissie zal staan de burgemeester van Medemblik, die de ver gaderingen zal lelden met adviseerende stem, welke vergaderingen ongeveer om de twee maanden zullen worden gehouden. Deze commissie zal wel blijven be staan totdat offlcieele personen zullen worden gekozen of aangesteld, die deze taak waarschijnlijk als raad zal overnemen. De voorzitter van de Holl. Mij. v. Landbouw afd. Wie- ringermeer sprak zijn voldoening uit over het instellen van deze commissie, omdat de commissie van 6 al reeds bestaande uit de verschillende organisaties saam- geteld juist Vrijdag j.1. zou vergaderen over vrijwel de zelfde aangelegenheden, zoodat de gedachte van de or ganisaties hier ter plaatse en van de Directie van de Wieringermeer geheel parallel gaan. Hier zijn zeker alle grondslagen aanwezig, die doen vermoeden, dat door deze commissie vruchtbaar werk zal worden verricht. Na nog enkele vragen te hebben beantwoord sluit Mr. Roebroek deze geanimeerde vergadering. Z IJ P E We verwijzen naar de in dit blad voorkomende ad vertentie betreffende de hervatting der kindersamen komsten onder leiding van Z. G. Meijer van Alkmaar, met medewerking van Mej. A. Slikker. SCHAGERBRUG. In een op jl. Dinsdagavond ten lokale van den heer Modder alhier gehouden vergadering, werd be sloten een voetbalclub op te richten. Deze vereeni ging zal den naam dragen van V.E.S.D.O. HARENKARSPEl DIRKSHORN. Politie. Verloren: Een belastingmerk 1932—1933 te Dirks- horn. Ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van do veemarkt te Hoorn, worden er feesten georganiseerd. Zaterdag 3 September a.s. wordt de jaarlijksche stie rcnmarkt gehouden, met keuring en tentoonstelling van rundvee en des middags Watersportfeestcn. Des Zondags demonstratie van landelijke rijvcreenigin- gen, des Maandags Handicap-draverij en tot slot schitterend vuurwerk. Men leze de advertentie in dit nummer. OP DE KORTE GOLF. Over bet juiste genieten van Radio-uitzendingen. „Hallo, kerel! In lang niet gezien! Hoe gaat het met je? En thuis alles goed?" Ik ontmoette mijn vriend Jim. Hij was altijd een beste kerel, een man, waarvan men kan zeggen, dat hij zicb interesseerde voor alles wat het leven den menschen biedt; hij is voor iedere zaak, die een aantrekkelijke, onbekende zijde heeft, snel gewonnen en ijvert daar dan voor met een bepaalde energie, die weinig menschen bezitten. Maar ontdekt hij, dat een bepaalde zaak hem niet kan bevredigen, dat hij geen afdoende resultaten zal bereiken, dan houdt hij er even resoluut mee op en weigert standvastig er zich ooit weer mee te bemoeien. Dus een man, die weet wat hij wil en niet tusschen zekerheid en onzekerheid tracht voort te komen. Zoo heb ik U mijn vriend Jim voorgesteld. Maar van mijzelf za! ik U maar meteen meedeelen, dat lk een hartstochtelijke Radioluisteraar ben, een luisteraar „par exellence" Daar komt het toch in hoofdzaak op aan. Een driejarig bezit van een luidspreker met toebehooren hebben mij nog niet kunnen ontnuchteren. Het is een passie geworden, evenals het spelen voor een avontu rier. Daar zitten we samen ln het café, Jim en ik. En haast dadelijk na onze ontmoeting had ik hem (denk aan mijn passie!) gevraagd: „Luister je nog wel eens naar de Radio?" En dan wil lk doorgaan en hem ver tellen hoe het luisterspel, dat de V.A.R.A. gisteravond uitzond, of de zoo geslaagde „vroolijke avond" van de A.V.R.O. op hem hebben ingewerkt. En in de geest hoor ik reeds hoe zich een levendige gedachtewisseling ont wikkelt over het thema „Radlo-aanhooren", een gedach tewisseling, die zeer leerzaam en belangrijk moet wor den. tengevolge van onze totaal verschillende opvattin gen inzake sommige geestelijke en artistieke kwesties. Maar mijn vriend valt mij geërgerd in de rede- „Wat, Radio? Daar luister lk al lang niet meer naar! Spreek me daar niet van! Nee geen woord meer!... Ik: ..Deksels, hoe is dat mogelijk? Eerst was je zoo enthousiast voor de Radio! En nu ben je al Radiohater?" "Ach' Ja- zie Je Radio is ln theorie Iets prach tigs, iets heerlijks! Radio brengt het leven, de muziek. ln. huis en dat ,s volgens mij nog steeds haar ge wichtigste taak wekt je daarmede op. heft je ziel op tot schoone dingen. Maar nu de praktijk, beste kerel! In de praktijk is dat wel een beetje anders een beetje heel veel anders. Ik heb om zoo te zeggen dag en nacht voor den luidspreker gezeten, in ieder geval Iedere mi nuut die ik vrij had. Eerst was het een openbaring, het leven, de wereld van verre zoo in mijn kamertje te kunnen halen. Zooals ik je zeg: Geen vrije minuut zonder Radio! En plotseling was ik volkomen afgestompt, onverschillig ervoor geworden...." Ik: (in mijzelf): „Ah, daar komt de aap uit de mouw!" (tot hem): „En hoe verklaar je voor jezelf dat plotse linge gevoel van afstomping voor de radio, waar jo eerst zoo geestdriftig voor was" Hij: „Verklaren? Er is niets te verklaren! Ik ben teleurgesteld, ontnuchterd. Ik kan niet meer onder den indruk komen, mijn gevoel blijft onaangedaan! Allo spanning is geweken!" Ik: „Luister eens Jim, dat is een kwestie die ik reeds van alle kanten bekeken heb. Je bedriegt jezelf, als je zegt, dat er hier niets te verklaren valt. Laten we dit onderwerp eens even vast houden en er onze wederzijd- sche meeningen eens over uitspreken. Je zei zooeven zelf. dat de radio iets prachtigs is. In de praktyk heb je echter het genot van het luisteren zelf tot een ob- cessie gemaakt. Niet de Omroep, maar jijzelf zijn er de schuld van dat jy de radio moe bent geworden. Je hebt de eenvoudigste wetten waarvan de overtreding al tijd het graf van iedere genieting beteekent met voe ten getreden." Hij: „Neen maar. je wilt toch niet..." Ik: „Halt! Val me niet ln de rede. laat ik je eerst mijn gedachtengang duidelijk maken! Daartoe wil Lk je eerst een klein verhaaltje vertellen, dat ik kortgeleden ln de krant vond, en dat zich uitstekend leent om mijn meening te illustreeren. Daarin komt een echtpaar voor, dat een uitgestrekt hoenderpark bezit. De vtouw verliest bij het voederen der dieren een kostbare brillant en on danks haar ijverig zoeken kan ze de edelsteen nergens meer terugvinden. Ergo: een kip heeft haar inge dikt Hij: „Houdt op, kerel wat heeft dat hoenderpark en die ingeslikte diamant of brillant nu te maken met de radio... dwaal toch niet zoo af!" Ik: „Rustig, rustig... wacht eerst de moraal van mijn vertelsel maar eens af! Nu dus: Wat blijft er voor den eigenaar van het hoenderpark anders over dan alle kip pen te slachten, da een na de ander? Eindelijk bij de 162ste vindt men de verloren brillant in den krop. Maar wat gebeurt er met de 162 andere geslachte dieren? Zij worden daar het hoenderpark, ver van de pluimvee- markt verwijderd is, door het echtpaar opgepeuzeld, s Morgens kip, 's middags kip, 's avonds kip, altijd kip kip, kip! Kip wordt een Idee fixe! Tenslotte kunnen zij beiden geen kip meer zien en als iemand over een kip spreekt, krijgen zij koude rillingen. Merk je nu, Jim, waar ik naar toe wil! Precies het zelfde in anderen vorm had er bij jou en de radio plaats. Je erkent zelf: ,,Ik heb dag en nacht voor den luidspreker gezeten, in ieder geval ln iedere vrije minuut". Je hebt namelijk teveel radio gehoord, zonder keuze, één groote mengelmoes van uitzendin gen, zonder te bedenken, dat hetgeen je aanhoort ook moet harmonieeren met je gevoelstoestand op dat be paalde oogenblik! Dan móet er wel een catastrophe komen! Even zeker als leder lekker hapje, te dikwijls geproefd, ten slotte de smaak afstompt, verliest ook de geest tenslotte het vermogen de uitzendingen zoo danig op te nemen, dat het een genot blijft. Zie je, beste kerel, deze matiging bij het luisteren naar de radio-uitzendingen, deze voorzichtige, Innerlijk-gedane keuze uit het omvangrijke Omroepprogramma is het alpha en omega van het radio luisteren! Slechts door zich streng aan deze wet te houden, zooals ik altijd gedaan heb kan het luisteren naar de radio een bron van een onuitsprekelijk genot en vreugde worden en blijven. Ik zou je nog verschillende andere, wetten van het luisteren kunnen noemen, maar ik weet, dat dit de eerste en grootste wet is, waartegen velen, zeer velen en daartoe behoor ook jij, Jim telkens en telkens weer zondigen. Radio aanhooren is namelijk een kunst die men moet begrijpen. Maar zij onder scheidt zich van andere kunsten daardoor, dat zij aan te leeren is. Daarenboven zou het te veel worden om in één keer te kunnen verwerken, Jim. Denk er dus aan: in de éerste plaats: Matiging Een keuze vormen overeenkomstig je geestelijke toestand! Vast en zeker, zal je me eens op een dag dankbaar zijn voor deze les. En tot weerziens, ouwe jongen!" En ik laat mijn vriend tamelijk onthutst achter aan zijn tafeltje. Als hij maar eens er over wilde nadenken! Als hij het maar wilde inzien! Dan zou de radio al heel spoedig weer zijn beste vriend zijn. Het is treurig te moeten bedenken, hoeveel menschen het pleizier ln de radio verliezen door hun eigen schuld! Kort verhaal door W. A. SOMFORD. DAT John Macpherson te gronde zou gaan, voorspelde iedereen, die hem goed kende. Waaraan, was moeilijker te voorspellen. Hij bezat verschillende eigenschappen, die ieder op zich zelf voldoende waren, om hem in het ongeluk te brengen. Het bleef lang twijfelachtig of het ziin hartstocht voor het spel, in geldzaken, of wel zijn fantastische koppigheid zou zijn. Het werd, wat te verwachten was, een combinatie van zijn eigen schappen. Het was tvpisch voor dezen waaghalzigen en roe- keloozen speler, alles op één kaart te zetten.... op één vrouw. Zijn koppigheid belette hem, in dit geval wispelturig te wezen. Hij zou Lily nooit hebben kunnen opgeven, voordat hij haar had veroverd en Lily liet zich eenvoudig niet veroveren. Ze was anders heelemaal geen overmatig scrupu leus vrouwtje, maar wilde ze niet uit een gril, een onoverwinbaar gevoel van antipathie Niemand wist het. Er waren hier twee stijfhoofdige menschen gebotst. John was rijker dan de andere aanbidders, die Lily bezat, bij elkander, maar Lily, die van luxe hield en met geld om zich heen gooide, bleef ontoegankelijk voor dit feit Hij overstroomde haar met geschenken en atten ties, hij was bereid, haar krankzinnigste wenschen in te willigen.... doch Lily lachte en wenschte niet. Zij werd zijn ongeluk. Om haar te vergeten begon hij als een gek t* leven, ruïneerde zich en verdween toen plotseling, niemand wist waarheen. Men hoorde nooit meer iet» van hem. Nog een tijdje sprak men over zijn dwaafr heden en zijn charme, over zijn dolle grillen en zonderlingen ondergang. Toen werd hij, behalve door enkele getrouwen, vergeten. En een van die getrouwen, zijn jeugdvriend Her- bert, ontmoette Lily toevallig op een balmasqué. Zij soupeerde met een van zijn kennissen, die zich bij Herbert en zijn gezelschap aansloot. Het feest was zeer vroolijk, tegen den morgen waren Herbert en Lily de nuchtersten en de minst vroolijken. Herbert had altijd een rancune tegen deze vrouw gehouden en hij zei plotseling uitdagend: „Nu zit misschien ergens in de kolonies of in een achterbuurt de dwaze, charmante jongen, die John Macpherson was, trots alles." De jonge vrouw, die er bekoorlijk uitzag in het Spaansche costuum, keek hem aan met een glim lach. Iets in dien glimlach verwonderde hem. Hij had haar niet in staat geacht tot de weemoedige ironie van dit glimlachje. „Ja," zei ze langzaam, „en U zoudt er graag willen bijvoegen: de vrouw, die hem zoover bracht, viert' feest, terwijl hij misschien honger lijdt. Maar, als; ik vragen mag, wat heb ik eigenlijk misdreven? Ik hem „neen" geantwoord van den aanvang af. Mag men me dat kwalijk nemen? Heb ik geen recht, de liefdesverklaringen en huwelijksaanzoeken van mannen te weigeren? Ik heb hem nooit iets ge vraagd.... de waanzinnige geschenken, die hij me gaf, stuurde hij uit zichzelf. Hij wilde niet anders." „Ja, hij wilde niet anders," stemde Herbert toe, „misschien is het inderdaad* onbillijk, U iets te ver wijten. Te gronde zou hij toch zijn gegaan met zijn natuur, zijn fouten.... het had de roulette, het hadden de kaarten, de paarden, of andere hartstochten en dwaasheden kunnen zijn..- nu was het toevallig.... U. Een vrouw." „Een vrouw die weigerde." Ze zei het zoo zonderling smartelijk, dat hij haar verwonderd aankeek. Haar oogen dwaalden van hem weg, staarden in de verte. Toen nam ze haar champagneglas op, dronk en lachte nerveus. „Ik zal U iets vertellen, iets, dat niemand weet. Ik zal U vertellen, waarom ik weigerde." Ze keek hem aan over haar glas. De groote, don kere oogen gloeiden koortsachtig. „Ik weigerde hem, omdat ik hem liefhad. Ja, nu kijkt U verbaasd en ongeloovig. Ik was gek op hem, daar! En daarom zei ik „neen". Omdat ik wist, dat alleen dat „neen"' hem aan me kon boeien. Hij hoor de tot de menschen, die niet van een speeltafel weg gaan zoolang ze nog iets te verliezen hebben. Ik was de speeltafel." „Hij zette op mij, telkens opnieuw, bij iedere wei gering. Mijn „neen" hitste hem op, zooals het nood lottige balletje, dat steeds niet rollen wil, zooals men wenscht, kan ophitsen, gek maken, blind voor al het andere. Wat zou ik voor hem beteekend hebben, van het oogenblik af, dat ik hem had bekend, dat ik hem liefhad! Een vrouw méér.... een gril.... een korte episode.... een <- verwinning die men even ge niet.... om dat verder te gaan, zoekend naar nieuwe moeilijkheden." Ze zwegen beiden. Door het feestrumoer heen zong de weemoedige wijs van een tango. „Nu hebt U hem toch ook verloren," zei Herbert tenslotte. Zij stond op, rekte haar mooie lichaam, met iets vijn bijna koninklijke trots. „Ja, maar niet aai. een andere vrouw, niet aan iets anders.... als hij nog leeft, dan denkt hij nog aan mij. Als hij ooit terugkomt, zal hij terugkomen naar mij. Ik ben. wat voor een man als hij het begeerlijkste, mooiste, verlokkendste is: een onver vulde wensch." Herbert keek haar aan. „En als hij terugkomt.... zult U dan ook weigeren?" Ze stond een oogenblik in gepeins. Haar mond trilde, een wonderlijke en tegelijkertijd teere en hartstochtelijke uitdrukking gleed over haar gelaat; Toen legde zij een hand op zijn arm: „Kom, laten wij dansen," zei ze. Weg met de hel van Cayenne! Frankrijks strafkolonie wordt gemoderni seerd. Een door de Fransehe Kamer benoemde commissie be staande uit juristen, gevangenisdirecteuren etc. houdt zich sinds eenigen tijd met de hervorming van het- strafrecht bezig. Napoleons Code pénal, die al meer dan 100 jaar in gebruik is, dient op verschillendee punten te worden gewijzigd. Reeds vele jaren beschouwt men b.v. de strafkolonie als een barbaarsch overblijfsel uit vervlogen tijden. Men overweegt ernstig de gestraften, die tot nu toe naar de koloniën werden gestuurd, ergens anders onder te brengen. In de kranten wordt over de moderniseering der straf kolonies heftig gedebatteerd. Al zal het dan nog eenige jaren duren, voor de hervorming practisch wordt door gevoerd, de hoofdzaak blijft tooh, dat het Duivelseiland in de toekomst geen belangrijke rol meer zal spelen. De Fransohe kapitQin Dreyfus kon van geluk spreken, dat hij maar korten tijd op het Duivelseiland behoefde door te brengen. Wie daar eenmaal is geweest ziet ge woonlijk zijn geboorteland niet meer terug, want hij wordt gedwongen om als „vrij man" dé rest van zijn leven in de strafkolonie te slijten. Kortgeleden is men erin geslaagd den Duitsch-Elzasser Paul Schwarz te verlossen. Hij is een van de weinigen die naar zijn vader land mocht teruekeeren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 7