ook met betrekking tot deze vemlnding geen post voor. Ten aanzien van de verbinding van het haventer rein met het Noord is bij het gevoerde overleg door U de vvensch uitgesproken dat de Provincie den weg langs het haventerrein zou voortzetten langs den Ha- lerweg. In het midden latende of deze vraag op zichzelf feitelijk niet reeds wat te ver gaat, is dezerzUds toe gezegd te zullen bevorderen, dat de verbreeding van den Halerweg in aansluiting aan den weg langs het haventerrein tot aan de brug bij het Hoog, even ten westen van het Noord, voor rekening van de Provin cie zou worden uitgevoerd. Terloops merk ik op, dat, waar met betrekking tot de hier bedoelde werken ge sproken is of wordt van „voor rekening van de Pro vinciebedoeld wordt „voor rekening van de ka naalplannen." De verbreeding van den Halerweg zou kunnen wor den tot stand gebracht door demping van de sloot langs de noordzijde. Demping van de sloot aan de zuidzijde is voor het door U beoogde doel niet noo- dig. Mocht evenwel met medewerking van den polder Schagen tot een andere oplossing gekomen kunnen worden, dan ben ik bereid deze te overwegen, wan neer daardoor de kosten niet belangrijk worden ver hoogd. Het maken van een betere verbinding tusschen de bedoelde brug in den Halerweg en het Noord zal m.i. niet voor rekening van de kanaalplannen kunnen worden gebracht Men neme hierbij in aanmerking, dat door den ontijdigen aanleg van de straatTuin man een voorheen bestaande mogelijkheid is komen te vervallen. Bij een vorige bespreking met Uw College werd dezerzijds toegezegd te zullen bevorderen, dat het water de Loet voor rekening van de Provincie (We genfonds) zou worden gedempt, wanneer de Gemeen te de overige hiermede samenhangende werkzaam heden voor haar rekening zou nemen en zich zou verstaan met de belanghebbenden. Hierbij werd der halve verondersteld, dat een beweegbare brug over de Loet niet noodig zou zijn. Op 28 Juni werd door U op dit denkbeeld teruggekomen, uit vrees, dat de schippers te hooge eischen zouden stellen. Met U werd aangenomen, dat de schippers geen wettelijken grond voor eventueelc eischen zouden kunnen aan voeren. doch dat de billijkheid het toekennen van een schadevergoeding zou meebrengen. Wanneer ter plaatse een beweegbare brug zou komen, verklaarde U de bedieningskosten voor rekening van de ge meente te willen nemen. In het algemeen belang meen ik den bouw van een beweegbare brug ter plaatse echter te moeten afra den. Mocht het noodig zijn een schadevergoeding toe te kennen, dan ben ik bereid te bevorderen, dat hier voor f 3000.— ten laste van het Wegenfonds wordt ge bracht Het bouwen van een vaste brug van voldoende hoogte voor de bestaande scheepvaart zou hierop werd eveneens gewezen door de geringe hoogte van den weg langs de Loet en de uitgangen van de be lendende perceelen practisch onmogelijk zijn. Bij het dempen van de Loet is op zichzelf geen pro vinciaal belang betrokken. Mocht men dit water uit schoonheidsoverwegingen of met het oog op de wa tercirculatie als zoodanig willen behouden, dan zou kunnen worden volstaan met een dam met ruimen duiker (lage brug). De omstandigheid, dat thans met den meesten spoed een plan van uitvoering voor kanaal- en weg werken (eventueel in werkverschaffing uit te voeren) moet worden opgemaakt en de oplossing bij de Loet hierbij betrokken is, doet mij Uw College verzoeken inzake dit punt spoedig een beslissing van den Raad te willen uitlokken. o Voorts voeg ik in 2-voud hierbij een teekening van de terreinen, die thans in handen van de Provincie zijn, met vermelding van de prijzen. Gaarne verneem ik, welke terreinen de Gemeente tegen den bedongen prijs, vermeerderd met de kosten van overdracht, zou willen overnemen. Ook hierin zag ik gaarne spoedig een beslissing genomen, opdat de betreffende overeenkomsten kunnen worden op gemaakt en onderteekend. Deze afwikkeling is uiteraard noodig, vóórdat met de uitvoering der wer ken kan worden begonnen. Tenslotte verneem ik gaarne of de Raad zich ver- eenigt met Uw denkbeeld de eigenlijke havenwerken, waarvan een begrooting bij den brief van Ged. Sta ten, d.d. 4 Mei j.1., no. 190, werd overlegd, door den Provincialen Waterstaat te laten uitvoeren. Waar de Raad zich met plan B heeft vereenigd, kan het eind cijfer der ten laste van Uwe Gemeente komende kosten, op f67.000 worden gesteld. Ik wijs er op, dat hierin de aankoop van c.a. 3 H.A. terrein ad f 14000 is begrepen, welk bedrag in verband met de nader hierboven van U gevraagde beslissing dus nog wijzi ging zou kunnen ondergaan. DE VOORSTELLEN VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Het is naar aanleiding van dit schrijven van den heer Hoofdingenieur-Directeur van den Prov. Water staat, dat B. en W. de navolgende voorstellen doen: Verbinding van het kanaal met het polder water. Op grond van de hooge kosten, aan een dergelijke verbinding verbonden, stellen Burgemeester en Wet houders voor de onderwerpelijke aangelegenheid te laten rusten. Verbinding van het haventerrein met het Noord. Ten aanzien van deze verbinding stellen Burge meester en Wethouders voor te berichten, dat ook demping van de Zuidelijke langs den Halerweg loo pende sloot noodzakelijk wordt geacht, omdat in ver band met het ontwerp uitbreidingsplan voor dat ge deelte der gemeente, een goede verbinding met het Noord niet anders tot stand zal kunnen worden ge bracht dan door minstens één brug, waaraan belang rijke kosten zijn verbonden. Naar het oordeel van het College kan tegen be doelde demping bij de Provincie geen bezwaar be staan, omdat voorgesteld wordt de Loet voorloo- pig niet te dempen. Kruising primairen weg Loet. Onder overlegging van een begrooting van kosten (materiaal f7000, loonen f2000, totaal f9000, het dempen hierbij niet inbegrepen), voor de gemeente verbonden aan de demping van de Loet, hebben Bur gemeester en Wethouders de eer mede te deelen, dat deze demping door hen voorloopig niet absoluut nood zakelijk wordt geacht. In verband hiermede wordt voorgesteld Gedeputeerde Staten te berichten, dat ge noegen wordt genomen met een dam met ruimen dui ker (lage brug). Naar aanleiding van het niet-dempen van de Loet, waarvoor het dempingsmaterieel door de Provincie kosteloos zou worden geleverd en gestort, zal aan de Provincie worden verzocht de Zuidelijke langs den Halerweg loopende sloot te dempen, gelet op het ont werp uitbreidingsplan, reeds eerder genoemd. Aankoop terreinen grenzende aan de haven. Ten aanzien van dit punt achten Burgemeester en Wethouders het in het belang der gemeente, van de Provincie over te nemen, de aan de haventerreinen grenzende perceelen, Sectie G, nrs. 127 en 477 (ge deeltelijk), groot respectievelijk 0.66.06 H.A. en 0.60.69 H.A., thans eigendom van J. van Diepen, voor den door de Provincie bepaalden prijs van f4300. per H.A., plus de transportkosten. Mitsdien stellen zij voor deze terreinen over te ne men. Ten slotte we dt voorgesteld te berichten, dat de Raad zich kan vereenigen met het denkbeeld de eigenlijke havenwerken door den Provincialen Wa terstaat te laten uitvoeren. De Voorzitter deelt mede bereid te zijn de nageko men adressen over het dempen van de Loet alsnog te behandelen. Het dempen van de Loet. Van de bewoners van de Loet Is een adres ingeko men, voorzien van 47 handteekeningen, waarin aan gedrongen wordt op het dempen van de Loet. Adressanten protesteeren tegen de verklaring van B. en W. dat demping van de Loet niet direct nood zakelijk is. Toen indertijd in het raadscollege de dem ping van het Noord werd behandeld, werd door den heer Van Vliet voorgesteld meteen ook de Loet te dempen. Hoewel reeds toen de Raad unaniem over tuigd was van het noodzakelijke hiervan, waren de groote kosten verbonden aan de demping van een zoo groot gedeelte ineens oorzaak dat met de kleinst mogelijke meerderheid werd besloten demping van de Loet voorloopig uit te stellen. Nadien heeft de groote toename van het autoverkeer etc. de Loet nog veel meer gemaakt tot een der voor het verkeer ge vaarlijkste deelen nzer gemeente. Alleen de ver- trou .-.'dheid der Loetbewoners met dit gevaar kan dan ook oorzaak zijn, dat tot nu geen ernstige ongeluk ken zijn voorgekomen. Bovendien houden adressanten zich overtuigd, dat, wordt gehandeld overeenkomstig het voorstel van B. en W., binnen zeer afzienbaren tijd door vervui ling de Loet is geworden tot een poel, zeker zoo erg als destijds Gedempte Nieuwe Laagzijde en —Laan. Reeds jaren lang is in woorden en geschriften een als het ware onverbrekelijk verband gelegd tusschen den aanleg van het kanaal en de demping van de Loet. Adressanten verzoeken dan ook dringend een als het ware reeds jaar en dag gedane toezegging in te lossen door den aanleg van het kanaal tevens te be nutten voor demping van de Loet. Van het Bestuur der Schager Handeldr. en Ind. Middenstandsvereeniging is eveneens een verzoek in gekomen om tot demping der Loetsloot over te gaan, ondanks de finuncieele offers die dit, onder deze zeer ongunstige tijden, van de gemeentefinantiën vergt. Adressant wijst op het regelmatig toenemende ver keer en waar de Loet algemeen buitengewoon ge vaarlijk en zeer smal geacht wordt en in geen enkel opzicht voldoet aan de thans gestelde eischen voor het moderne verkeer, kan en mag verbreeding niet uitgesteld worden, temeer daar combineeren met de uit te voeren werken een zoo logische oplossing brengt. Tevens kwam in het bestuur zeer sterk de vraag naar voren of door vriiwel geheele afsluiting der Loetsloot de jlksgezondheid niet ernstig bedreigd wordt door uitloozing der riolen In vrijwel stilstaand water. In comité. Nadat de Voorzitter deze adressen heeft voorgele zen, deelt hij mede dat hem bekend is dat de heer Blaauboer even in comité een mededeeling wenscht te doen. De heer Van Nuland moet zich daar tegen verzet ten, omdat geregeld na comité-vergaderingen blijkt, dat mcdedcelingen over de besprekingen in comité aan derden worden gedaan. Om die reden zal spr. zich voortaan verzetten tegen comitévergaderingen. De Voorzitter zegt, dat als comité-vergadering werd geweigerd, dit een zeer onbeleefde daad zou zijn tegenover den heer Blaauboer. De heer Blaauboer zegt dat hij het in het belang der gemeente acht in comité een mededeeling te doen. De heer Van Nuland zegt dat het geen onvriende lijkheid van hem s tegenover den heer Blaauboer, maar na de laatst, comité-vergadering bleek weer dat medcdeelingen aan derden waren gedaan. De Voorzitter meent dat we dat maar voor reke ning moeten laten van dengene, die over het gespro kene in comité vertelt. De heer Mr. Buiskool wil wel aan den wenech van den heer Blaauboer tegemoet komen, maar hij stelt er bijzonder veel prijs op als deze zaak van haver tot gort in het openbaar wordt behandeld, daar heeft de burgerij recht op. Spr. heeft geen bezwaar tegen een mededeeling in comité, als dit In het belang van de gemeente is, maar het moet niet de bedoeling zijn, de zaak aan openbaarheid te onttrekken. De heer Schoorl Is het met den heer Bulskool eens, maar is overigens blij. dat de heer Blaauboer ook aan spr. gelegenheid biedt in comité een vraag te stel len over iets wat spr. in de voorstellen mist. De raad gaat hierna in comité. Met deze comitézitting is ongeveer drie kwartier gemoeid. De besprekingen. Na heropening acht de Voorzitter het 't beste om de voorstellen punt voor punt te behandelen. De heer Van Nuland acht behandeling van de ge heele zaak beter, terwijl andere stemmen opgaan, dat bespreking punt voor punt moeilijk zal zijn. De heer Van Nuland herinnert eraan, dat hij voor stander was van plan C., dat aansluiting gaf aan de trambaan SchagenAlkmaar en mooie perspectieven opende t.a.v. de 2 H.A. bouwterrein. Spr. Is In die vergadering van 24 of 27 Mei evenwel weggegaan en de raad besloot plan B te kiezen, op grond van het feit. dat dit goedkooper was. De raad koos echter plan B. behoudens nader overleg, wat de verbinding van het polderwater en de verbreeding van den Haler weg betrof. En waar Ged. Staten nu niet op die voor waarde zijn Ingegaan, meent spr. dat de raad weer geheel los staat. Spr. wijst op de eigenaardigheid dat de raad met het oog op de kosten plan B koos. maar dat nu tevens wordt voorgesteld tot aankoop van 1% HA. grond voor f 5450, zoodat we f 1500 beneden het bedrag van plan C blijven. Het prov. bestuur 1 i niet genegen aan de voorwaar den van den raad te voldoen en B. en W. willen nu de verbinding met het polderwater maar laten rusten. Spr. meent echter dat we de sluis moeten hebben, voo reen betere doorvaart voor de schippers. Want als er niets gebeurt, wat heeft dan onze blnnenschipperij en nijverheid aan die haven en kanalen. Onze schippers hebben relatie met het zuiden en als er geen sluis wordt gebouwd zal er geen gelegenheid zijn om met de schepen uit Wieringermeer en uit het noorden van de provincie naar het zuidelijk gedeelte van de provincie te komen en zal men het gebruik van de haven wel kunnen nalaten. Ook voor de nijver heid ter plaatse ls een sluis noodzakelijk, want de schepen dienen voor de panden gelost te kunnen wor den. De gemeente zal dus een offer moeten brengen, het geheel goed doen of niets doen. Als geen sluis wordt gebouwd, wordt half werk verkregen. Wel zou den de schippers aan de haven kunnen lossen, maar voor de nijverheid zou dat te kostbaar zijn. Spr. wil daarom, dat de raad ln principe besluit tot het doen bouwen van een sluis en B. en W. opdracht geeft tot het doen maken van een ontwerp mst op gaaf van kosten. Spr. gelooft niet dat de kosten zoo hoog zullen zijn als worden genoemd f 30.000 f 40.000, maar betwijfelt niet of het werk zal voor een belangrijk lager bedrag uitgevoerd kunnen worden. Spr. stelt dan ook voor, dat B. en W hun voorstel intrekken, doch met een begrooting van kosten komen. Spr. komt dan aan de demping van de Loetsloot en verklaart het niet geheel eens te zijn met het schrij ven van de Middenstandsvereeniging t.a.v. het ver keer. We krijgen om de geheele gemeente mooie pri maire wegen en daardoor zal het verkeer ln de ge- meent* worden ontlast. Ook is spr. het niet eens met de opmerking over de uitloozing, want als uit finan cieels overwegingen het dempen van de Loetsloot wordt nagelaten, is de sloot evengoed wel te reinigen. Toch vindt spr. het verzoek van de bewoners van de Loet niet direct te verwerpen en spr. wijst dan op de goede gelegenheid die zich thans voordoet om deze sloot te dempen. Als dat in de naaste toekomst moet gebeuren, zal dat van de gemeente grootere offers vragen. De provincie voert nu het dempingsmateriaal aan en wat nu de raming van overige kosten betreft ad f 9000, als spr. goed is Ingelicht, zal van dat be drag tamelijk wat af kunnen. Waar de Loetsloot, als er een vaste brug komt, van geen beteekenia ls, wil spr. thans tot demping overgaan. De compensatie voor de schippers, van f 3000 zou spr. willen bestemmen voor het maken van een overkapping of eenvoudige schuurtjes ten behoeve van de schippers voor het op slaan van goederen. Op deze wijze ls het vraagstuk voor de schippers opgelost. Naast de genoemde f 3000 zou de gemeente desnoods voor dat doel een klein be drag uit de gemeentekas kunnen putten. De heer Schoorl acht het niet gemaJckelijk om in dit complex belangrijke vraagstukken een weg te vinden. Eenerzijds dienen we rekening te houden met de moei lijke tijdsomstandigheden, anderzijds geen besluiten te nemen waarbij de zuinigheid de wijsheid zou bedriegen En als derde faotor geldt de vraag wat wij redelijker wijze van de provincie meen en te kunnen vragen. Dat is een der belangrijkste factoren en als spr. dan de plan nen van B. en W. toetst, aan dezen gedachtengang, dan is spr. teleurgesteld over de voorstellen van B. en W. Spr. meent dat we meer kunnen en meer moeten vra gen aan de provincie. Spr. wijst er op dat het door den raad gekozen plan, van de provincie een belangrijke raad gekozen plan, voor de provincie een belangrijke weg Lagedijk—Loet zal nu volstaan kunnen worden met een weg LagedijkHalerweg. Door de provincie was toegezegd dempingsmateriaal Loet en daarvoor in plaats wordt nu aangeboden het dempen van het onbenullige noordelijke slootje ln de Hale. Nergens blijkt uit de voorstellen aan de provincie dat voor beharding van den Halerweg zal worden gevraagd en spr. kan daar geen genoegen mee nemen. Spr. is het met B. en W. eens, dat de zuidelijke sloot gedempt moet worden, dat past ln 't raam van wat gebeuren moet aan de hand van het ultbreedingspl&n. De raad dient stevig te on derstrepen dat de zuidelijke sloot moet worden gedempt en dat bovendien het dempingsmateriaal geleverd dient te worden tot en met de brug, die thans toegang geeft tot de Veldstraat Wat de kruising van den primairen weg met de Loet betreft, staat spr. op het standpunt dat de Loetsloot ge dempt moet worden. Vooralsnog zal via de Hale geen goede verbindingsweg tot stand zijn gekomen van de haven met de markt en de verbinding van de markt met de haven zal alleen langs de Loet mogelijk zijn en daar voor ls demping van de Loetsloot noodzakelijk. Ook met het oog op werkgelegenheid wil spr. deze demping niet uitstellen. Het standpunt dat de Loet zoo'n mooi plekje vormt heeft spr. allang verlaten, nu toch al een gedeelte van de Loetsloot is gedempt en we de Loet als verbin dingsweg met de haven noodig hebben. Spr. wil dus aan de provincie vragen dempingsmateriaal voor de beide Halerslooten en voor de Loetsloot. Wat de kosten van f 9000 voor demping Loetsloot betreffen, een gedeelte van dat bedrag is wellicht te verhalen op de eigenaren van perceelen aan de Loet, dat zou geen novum zijn, want dat is meer gedaan. Waar de Loetbewoners zoo warm blijken te zijn voor demping had spr. graag gezien dat zij voor één of een paar tientjes achter den naam hadden gezet. De heer Van Nuland: Dat is onderweg. Den heer Schoorl spijt het dat het punt verbinding met het polderwater niet beter door B. en W. is voor bereid. In de vergadering waarin plan B is ge kozen, is deze verbinding als voorwaarde gesteld en daarover ls nu geen enkel uitgewerkt plan. Er staat alleen dat zij f 40.000 a f 50.000 zal kosten, doch wat daarvoor komt, staat er niet en aan die mededeeling hebben we dus niets. Spr. vindt het geen manier om een voorbehoud van den raad op een dergelijke wijze te behandelen en het spijt spr. dat B. en W. voorstellen deze zaak niet af te handelen. Spr. meent dat de raad juist positief op deze zaak terug dient te komen. T.a.v. de aan te koopen terreinen, aanvankelijk was spr. van oordeel dat de gemeente meer terrein noodig had, maar spr. meent nu dat met de voorgestelde hoe veelheid volstaan kan worden. De heer Bakker herinnert er aan dat hij voorstander ervan was om het kanaa) zoo dicht mogelijk bij de Loet te doen graven. Met het oog op de tijdsomstandigheden ia anders door den raad besloten, en spr. Is het met den heer Van Nuland eens, dat als er geen verbinding komt met het polderwater, de zaak voor de schippers weinig effect zal hebben. Toen de raad plan B. heeft gekozen, heeft de gemeente geld ln de portemonnaie gehouden, maar spr. vreest dat nu aan halve onsjes toch weer tot een kilo gekomen zal worden. Het was niet de bedoeling om een sluis van f 40.000 a f 50.000 te doen bouwen, maar een weg van 10 15 meter, zoo dat de schippers van den eenen kant tot den anderen kant de goederen konden overnemen. Spr. wil ook be harding van den Halerweg aan de provincie vragen en ook tot aan de Veldstraat, want de brug daar Is nu een brug voor een kinderwagen. Ook spr. oordeelt dat nu de provincie de voorwaarden van den raad heeft aan vaard, de raad weer geheel los staat en spr. zou nu wil len dat het kanaal zoo dicht mogelijk bij de Loet wordt gemaakt De heer De Veer zegt ook reeds ln de vergadering waarin plan B. werd gekozen, gewezen te hebben op de noodzakelijkheid dat de Halersloot aan de zuidzijde gedempt werd en dat is dan ook bij het aanvaarden van plan B als voorwaarde gesteld. Voor zoover spr. bekend was er geen sprake van het maken van een sluis, tot het verkrijgen van verbinding met het polderwater, maar het maken van een dam of overlaat. Spr. vindt het jammer dat B. en W. terug gekomen zijn op het plan om de Loetersloot te dempen, want spr. acht die demping noodzakelijk. Spr. is het in dit opzicht eens met den heer Sohoorl. Waar de provincie bespaart de kosten van ©en verbinding havenkom-Loet, wil spr. naast de demping van Loet en verbetering van Haler weg, ook van de provincie vragen het Noord te dempen tot de Steenen Pijp. Dat gedeelte toch zal het eerst ver betering behoeven om aan te sluiten b»j de primaire wegen. Over de verbinding met het polderwater heeft spr. dus een andere gedachte, acht hij een overlaad vol doende, maar spr. meent dat de gemeente meer belang heeft bjj de verbetering van wegen en daarom wil spr. aan de provincie vragen demping van het Noord vanaf de Veldstraat tot aan de Steenen Pijp. De heer Van Erp zegt dat hij zich steeds heeft ont popt als voorstander van het dempen der Loetsloot, en spr. is het eens met den heer Schoorl, ook spr. had graag gezien dat B. en W. meer eischen hadden gesteld. Spr.'s indruk was dat de provincie wel bereid was tot enkele concessies, maar het resultaat van het overleg vindt spr. een beetje droevig. Spr. wil de Halerslooten. zoowel noord- als zuidzijde gedempt zien en wat het voorstel van B. en W. betreft, omtrent de verbinding met het polderwater, daar kan spr. zich niet mee ver eenigen. Het dempen van de Loetsloot is reeds jaren lang beloofd, het ls een billijke wensch en thans is de gelegenheid er voor. De heer Mr. Buiskool meent, dat als hij de hoofden telt, de Loet reeds ls gedempt. Spr. ls er dan ook voor en wijst er op dat het hier ook is een wegenkwestie en uit verkeersoogpunt die demping zeer noodzakelijk is. Spr. begrijpt niet waarom het dempen van de Loet nu weer naar voren is gebracht, want bij het aanvaarden van plan B. was toch de opzet dat de Loetsloot zou worden gedempt. Alleen t.a.v. de verbetering van den Halerweg en ook van de verbinding met het polderwa ter zou nader overleg plaats vinden. Thans evenwel wordt het dempen van de Loetsloot uitgespeeld tegen het dempen van de sloot in de Hale, aan de zuidzijde, Spr. acht het vanzelfsprekend dat de provincie zorgt voor verbinding van de haven met het binnenwater. Her haaldelijk hebben wij gehoord over de plannen om bijv. een groetenveiling te stichten, maar hoe moeten de tuinders aan de veiling komen, als de haven niet ver* bonden wordt aan het binnenwater. Een dergelijke ver binding lijkt spr. noodzakelijk om rendabiliteit aan ha ven en kanaal te geven. Wat de kosten betreft, dit ls ©en belangrijk punt, maar spr. gelooft dat In de kosten van f 67000 al ruimte is verkregen, doordat geen f 14000 aan terrein gekocht zal worden, doch f 5450. (Spr. wordt opgemerkt dat dit niet juist is, bij het plan B wordt nog gevoegd de aan koop van 1.26 H.A. grond). De heer Mr. Buiskool merkt verder op dat de provin ciale Waterstaat zeer veel op spoed aandringt, maar spr. oordeelt dat de raad nu maar eens moet beginnen met te zeggen, zóó willen wij het hebben. Spr. heeft dan-geen bezwaar dat de gemeente er iets aan betaalt, want het is een kapitaalsleenihg op de toekomst, in de toekomst toch zal men van deze zaken eerst de baten ontvangen, en daarom oordeelt spr. dat de gemeente gerust wat meer geld mag uitgeven, want dan zal men ook meer verkrijgen; de grootere uitgaven zullen meer gerecht vaardigd zijn. Resumeerende zau spr. van de provincie willen eischen demping van Loet, beide Halerslooten en een bijdrage tot de helft in de kosten van een verbin ding met het binnenwater. Ook zou spr. als eisch willen stellen dat aan al deze werken van de arbeiders 75 pet. uit Schagen dient te komen. uit Schagen dient te komen. Dat de bewoners van de Loet moeten bijdragen in de kosten van demping acht spr. niet juist. Voorzitter zegt niet bij machte te zijn, alle sprekers te antwoorden op hun lange betoogen. Duidelijk is spr. wel gebleken de groote belangstelling die er voor dit onderwerp bestaat. Opvallend vindt de Voorzitter het, dat niet een van de heeren over de kosten heeft gespro ken. Ik ben, aldus voorzitter, een erge voorstander van zuinigheid en ik hoop ook niets liever dan dat Scha gen groot en rijk zal worden. Maar 't gaat nu wel heel eigenaardig. Eerst is besloten dat er kanalen zouden komen. Kanalen eischen een haven. De raad nam plan B aan. En nu gaan de heeren er steeds schepjes bij doen. Nu moet de Halerweg in orde, een ander wil sloo- ten dempen, de Loet moet gedempt worden, sluizen, overkappingen enz. enz., waar moet dat heen? De ge meente heeft zich verplicht 40 jaren aaneen f 7850 te betalen. We zijn tot onzen nek in de schulden. Er kwam een nieuwe openbare school, en de Christelijke echool vraagt geld. De belastingen zijn ten top ge voerd. De inkomsten in Schagen zijn meer dan be droevend, ook van de middenstanders. Waar moet al dat geld vandaan komen?! Vorige vergadering is be sloten om Schagerbrug van gas te voorzien. B. en W. eien 't duister ln. Het financieele beeld der gemeente is treurig en we kunnen nu wel gaan zeggen „we eischen dit en dat", maar tegen die heeren hebben we niets te eischen. We mogen liever wat voorzichtig zijn! Bovendien, de eindconclusie zal zijn, dat we niet kun nen betalen. Wethouder De Vries onderstreept de woorden van den Voorzitter. De diverse voorstellen zijn het college van B. en W. wel heel sympathiek, maar financieel is het onuitvoerbaar. Dan was 't niet de bedoeling van B. en W. om het dempen van de Loetsloot voor goed van de baan te schuiven, maar om het voorloopig uit te stellen. Daar is geen dringende haast bij en kan dan later nog altijd. Over de diverse kanaalplannen sprekend, zegt de heer De Vries voorts, dat eerst Plan B werd aangeno men. Nu wil men dit weer opzouten en plan C nemen. Al zou de Provincie alles betalen wat we willen, dan nog zouden de bijkomende werken als drainage, be strating enz., zóó'n kapitaal vragen, dat 't boven onze krachten gaat.. De heer Blaauboer ziet er één kwaad ln. 't Is zoo jam mer dat dit agendapunt aan de orde ls gekomen vóór de begrooting. Spr. houdt zich er van overtuigd, dat indien 't na de begrooting had plaats gevonden, de heeren andere geluiden zouden laten hooren. De heer Van Nuland wijst Voorzitter er op, dat hij met opzet niet over de financiën had gesproken omdat hij wil verzoeken aan B. en W. opgave van stand te mogen ontvangen van de gemeentefinanciên. Spreker is er wel van verzekerd, dat 't geen florissant beeld zal geven. Dit wil spreker dan ook nog opmerken: We kunnen de kanalen accepteeren zonder haven. De Voorzitter: Zonder haven? Wat is nu een kanaal zonder haven! De heer Van Nuland: Maar dat ligt in de consequen ties van Uw redeneering. Spr. dringt aan op verstrekking van een finantieel sche ma, waardoor een algemeen overzicht wordt gegeven. De heer Schoorl 't woord verkrijgend, zégt, dat 't College van B. en W. nu wel zal vinden, dat er te veel wordt gevraagd van de provincie, maar die mee ning kan spr. niet deelen. De provincie moet goed we ten, wat de gemeente nu wil. Spreker ziet wel in, dal de provincie meer zal doen dan B. en W. meenen. De heer De Vries heeft, zegt de heer Schoorl, nu wel' medelijden met onze gemeentenaren, maar *'t meeren- deel is fel voorstander voor demping van de Loet. Wat betreft de moeilijkheden voor armenzorg en werkloo- zensteun, ook dit onderschrijft spreker niet. Als er straks eens werk is, gaan de werkloozen aan den ar beid en dat komt de steunkas ten goede. Dezelfde meening Is de heer Bakker toegedaan. Mr. Bulskool ls voor 't vragen van 't volle pond aaa de provincie. De gemeente betaalt er voor en behoeft zich nu toch niet alles te laten voorschrijven, 't Is niet alleen een belang voor Schagen, als we goede water wegen hebben en goede wegen voor 't verkeer, maar dat ls aldus Mr. Bulskool een groot prov. belang. Spreker wil doorzetten. De werkloozen willen graag werken, iets wat spreker ten zeerste in hen waardeert. We zullen dan ook eischen, dat minstens 75 van de te werk te stellen arbeiders Schagenaars moeten zijn. Ook 't dempen van de Loet is een algemeen belang en dat juicht spreker ten zeerste toe. De Voorzitter zegt, nu wel gehoord te hebben op welke wij re men het werk wil doen uitvoeren, maar geen mensch geeft middelen ter dekking aan. Gaarne zal spr. er voor zorg dragen, dat een overzicht wor de verstrekt over de gemeentefinantiën, conform het voorstel van den heer v. Nuland. De heeren hebben, aldus Voorzitter, geen goede kijk op den stand van zaken. De gemeente moet voor 2 tuberculose pa tiënten per jaar f2000 betalen. Voor de armenbedee- ling is er per week f 140 noodig, enz. enz. Men zal in Schagen wel anders praten als het belastingbil jet eenmaal daar is! De heer Blaauboer vindt, hetgeen Mr. Buiskool zei, wel heel aardig, maar de vraag is hier: Zal de provincie de Loet dempen of niet. Hier is een bedrag gemoeid van f3000 voor het materiaal. Dan blijft er nog f9000, waar de gemeente aan vast zou zitten. De heer Bakker zou er voor zijn niet alle men- schen aan de kanaalwerken te plaatsen, maar een deel houden om de Loet te dempen. Dat zal betee- kenen, dat de gemeente in dien winter geen of al thans lang niet zoo veel ondersteuning zal behoe ven te geven. En de menschen doen niets liever dan werken! Spr. ziet dan ook niet zulke enorme kosten verbon den aan het dempen van de Loet, maar vele voois deelen. Dan vragen diverse heeren het woord en wordt er eenigen tijd wat dooreen gepraat. Tenslotte zijn de heeren het er over eens, dat er voortgang moet ko men en een eind aan de ellenlange discussies. De heer Mr. Buiskool doet dan het volgende voor stel Aan de provincie zal worden medegedeeld, dat de gemeente is vóór uitvoering van plan B, op voor waarde. dat de provincie zal zorgen voor het dem pingsmateriaal voor Loetsloot en de slooten aaD den Halerweg en het beharden van den weg. Voorts dat de bedoelde tererinen zullen worden aangekocht en dat het werk moet worden uitgevoerd door Frov, Waterstaat. Tenslotte dat de Prov. betaalt 34 van de kosten voor verbinding van binnenwater met de haven volgens een nader op te maken plan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1932 | | pagina 15