Arrondissementsrechtbank te Alkmaar
30 ets. per
DE NAAM WAAR EEN
GARANTIE ACHTER STAAT
Donderdag 20 October 1932.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9162
De dame'
die zich Bancroft noemde
meervoudige strafkamer.
Zitting van 18 October.
NACHTELIJKE BIJEENKOMST IN DE HOUTLOODS
EEN MISSCHIEN GOEDE SLAG PRECIES
MISGESLAGEN.
Een tweetal jeugdige zwervers, de 23-jarige arbeider
H eeb te Spanbroek en Nic. de Vr.. schoenmaker
te ckstricum. beiden zonder vaste woonplaats en
f!n' laatst en tijd ook wel gelogeerd in een woonschuitje.
fSvÏiSrop 28 Juli te Helder en maakten alstoen
om in den nacht een visite te maken in de
Potloods van de firma Vinken en Co., in de hoop 't
een en ander te bemachtigen, dat hun van dienst kon
in Het gelukte hen dan ook zonder al te veel moeite
rioh tot die onbeheerde loods toegang te versohaffen,
doch toen zij bezig waren met de inspectie, werden zij
betrapt en ingerekend.
Deze beide mislukte speculanten, thans vertoevende in
hotel „La fève Brun" en uitgedoscht in de pilowsche
smoking, dat het rijk, trots het rapport-Welter nog al
tijd voor de pensionnaires beschikbaar stelt, stonden
pu terecht ter zake poging tot diefstal, onder verzwa
rende omstandigheden.
Voorts was hen ten laste gelegd, het rondzwerven te
Alkmaar en Helder zonder middelen van bestaan, in 't
kort aangeduid: „Landlooperij".
De verdachten werden als onmiskenbare prodeaantjes
In rechten bijgestaan door Mr. Verdoorn en Mr. Loos.
advocaten te Alkmaar. Het bleek dat de heeren ook nog
roo'n beetje in hun onderhoud voorzagen, door verkoop
van prentbriefkaarten. De tweede verdachte kreeg ook
wel eens 'n. inspiratie om als vliegende schoenmaker op
te treden, en was deswege in het bezit van de benoo-
digde gereedschappen. Pikdraad, eist en diverse naalden
Brigadier Horsman, net op tijd gewaarsohuwd, zat
*t tweetal al spoedig achter de broek en smaakte het
genoegen hen te kunnen inpikken. Verdachte nummer
één werd bevonden in het bezit van een groot mes, ze
ker om bij voorkomende gelegenheden kaas te snijden.
Voorts ontdekte de brigadier ook nog een leeren hand
schoen en 'n stukje koperdraad en 'n beitel, misschien
bestemd voor afweer van vingerafdrukken het open
peuteren van deursloten en het opwippen van keuken
ramen, Quien Sabe, wie weet, zegt de Spanjaard.
Verdaohten gaven evenwel aan de aanwezigheid van
die heterogene verzameling een heel wat onschuldiger
opheldering.
Volgens verslag van de firma N. J. Vinken bevond
zich in het kantoortje 'n bedrag aan geld, wel 3 gulden
aan koperen oenten, tot welke annexatie heeren inbre
kers natuurlijk niet gerechtigd waren.
De getuige, die wat onbegrijpelijk scheen, verdiende
door het verhoor wel dubbel en dwars zijn rijksdaalder
getulgengeld.
De heer officier was edelmoediglijk bereid, gelet op
de velen, die thans zonder middelen van bestaan zijn,
de landlooperij, subsidiair ten laste gelegd, te laten
zwemmen, doch wierp zioh met verdubbelden ijver op
de poging tot diefstal, daarbij niet aannemende het ver-
Vveer van de verdaohten dat zij zioh alleen aan inslui
ping, beter gezegd, huisvredebreuk zouden hebben schul
dig gemaakt, zulks met het doel een geschikt nachtver
blijf te vinden.
De officier maakte echter de heeren er op attent, dat
zij ook nog beschrikten over een eigen pied a terre in
den vorm van het bewuste woonschuitje. Voorts wees
de officier op de inbrekerswerktuigen, in hun bezit ge
vonden. Vorderde ten slotte voor het ernstige feit voor
Jeder gelijkmatig een gevangenisstraf voor den tijd van
5 maanden.
Mr. v. Doorn opponeerde voor Petrus H-, ontkende
het begin van. uitvoering, noodzakelijk voor de straf
baarheid der poging tot diefstal. Gaf voorts een plau
sibele verklaring der aanwezigheid der z.g. inbrekers-
Werktuigen en achtte de poging al zoo niet bewezen.
Mr. v. d. Loos. raadsman van Nic. de Vr., bestreed de
landlooperij. die trouwens al door den officier was prijs
gegeven. Wat betrof de poging tot diefstal oefende ver
dediger critiek uit op de duidelijkheid der dagvaarding
en vermeende ten slotte eveneens dat het primair ten
Jaste gelegde feit niet wettig en overtuigend was bewe
zen. omdat hier geen strafbare poging kon worden aan
getoond.
De juridische argumentatie van dezen verdediger gaf
den officier nog aanleiding tot repliek, waarop pleiter
natuurlijk ook weer het antwoord niet schuldig bleef.
Ook Mr. Verdoorn Het zioh ten dien aanzien niet onbe
tuigd. Wij kregen echter een visioenaire voorstelling van
onzen redacteur, afwijzend met 't hoofd schuddend en
willen dus eindigen met de mededeeling, dat de uit
spraak werd bepaald op a.s. week.
REUZE SCENE OP HET BELASTINGKANTOOR.
EEN OPGEWONDEN BELASTINGPLICHTIGE?
De 55-jarige heer T. B.. voorheen drogist, thans zon
der beroep te Alkmaar, stond terecht ter zake dat hij
op 8 Juni zich niet op de vordering van den rechtheb
bende had verwijderd uit het gebouw der directe belas
tingen, inspecteur le afd. de heer P. Hartkamp, welke
fiscustempel. zooals vele slachtoffers zich wel tot hun
onverdeeld genoegen zullen memoreeren, is gelegen aan
den Kennemerstraatweg.
Voorts zou hij bedoelden heer inspecteur Hartkamp,
in de aanwezigheid van den heer S. Peereboom hebben
beleedigd, doelende op den heer Hartkamp, tegen ge
noemden heer Peereboom te zeggen: Ben jij de knecht
van dien schoft?
Als getuigen waren in deze zaak gedagvaard de hee
ren Hartkamp, Mr. Dibbets er» S. Peereboom.
De heer B. ontkende echter pertinent het voornemen
te hebben gekoesterd op eenige wijze huisvredebreuk tc
plegen, noch den heer Hartkamp te beleedigen.
Wel beweerde hij. toen hij zioh bij de inspectie ver
voegde om inlichtingen, door den heer Hartkamp zeer
onbeleefd te zijn behandeld.
Tot den heer Peereboom. die hij herkende als een
vroegere bediende zou hij alléén gezegd hebben: Hé. ben
jij hier ook, ben jij niet mijn vroegere knecht of zoo
iets!
De heer Peereboom, in dienst bij de administratie der
belastingen, verklaarde echter dat verdachte had ge
zegd: Ben jij den knecht van dien man, van dien
schoft? Dit werd gezegd boven op het portaal, om het
nu wat meer deftig te zeggen, de hal van de eerste
d
etage van het gebouw, alwaar de inspectie der le afd.
is gevestigd.
De heer Peereboom werd aan een tamelijk langdurig
verhoor onderworpen, omdat zijn verklaringen niet over
een kwamen met die voor de politie afgelegd.
Ook de heer B. had bij de politie een andere verkla
ring afgelegd. Daar had hij gezegd: Ben je den knecht
van dien man? De verdachte bleef echter bij zijn ver
weer.
Op de desbetreffende vraag van Mr. Ubbens erkende
deze getuige in derdaad 'n 14 jaar geleden in dienst te
zijn geweest van den heer B.
Laatstgenoemde heer beweerde het woord „schoft" in
beleedigenden zin niet te hebben gebezigd. Hij had zich
verwijderd, mopperende over de onhebbelijke behande
ling en in zich zelf gezegd: 't is toch sohoftig.
Mr. Ubbens merkte echter op, dat als een groote
smoes te beschouwen.
Mr. A. J. M. Dibbets. ook 'n inspecteur le afd., ver
klaarde gehoord te hebben dat een deur werd geopend
en het woord „gemeene kerel.!" Het woord „schoft" had
getuige niet gehoord en zulks ook niet verklaard bij de
politie.
Ten slotte trad op als getuige de 45-jarige heer Petr.
Hartkamp, inap. dir. belastingen le afd.. die een relaas
had opgemaakt van de gepleegde huisvredebreuk. De
verdachte had zioh zoodanig gedragen, dat getuige zich
verplicht gevoelde hem de deur te wijzen, verdachte had
toen tot door getuige gerequireerden heer Peereboom
gezegd: Ben jij den knecht van dien gemeenen kerel?
Verdachte kwam op het bureau van getuige om in
lichtingen in tc winnen omtrent de redenen van een
gewijzigden aanslag. De verdachte was door Peereboom
in den arm genomen ter verwijdering uit de kamer.
Het woord „schoft" had getuige niet gehoord.
De heer B. kende den heer Hartkamp niet en be
weerde voorts dat hem geen stoel was aangeboden. Het
was zijn bedoeling informatjën in te winnen onftrent
zijn aanslag, doch de heer Hartkamp sneed hem den
pas af op een brute en onbehoorlijke manier.
Aanvankelijk had verdachte den heer Meij willen
spreken, doch deze heer was met vacantie en werd
hij naar den heer Hartkamp verwezen.
sleohts pleohtige en in de plooi getrokken gezichten.
Naast Lady Ellinor Davis zat de oude Lord Douglas,
Berry's vader. Hij was zeer zwijgzaam en daarvoor be
stond een bijzondere reden. Noch Lady Ellinor Davis
nJ., noch zijn tafeldame ter linkerzijde, Lady Isidora
Drummond, spraken een woord met hem. Beiden meen
den op deze wijze het best te toonen hoe vertoornd zij
waren over de handelwijze van den bejaarden Lord Dou
glas, die nu „de roode Davis" genoemd werd. Deze bij
naam. welke aan tafel fluisterend van mond tot mond
ging, had hij aan zijn zoon Berry te danken. Lord Dou
glas, vroeger een der meest conservatieve leden der fa
milie, legde thans een voor allen even onbegrijpelijk
streven aan den dag om sociale verschillen te over
bruggen.
De oude heer had onmiddellijk na zijn aankomst zijn
zoon op onverbloemde wijze verteld, hoe hij over hem
dadht. Het stond n.1. bij hem vast, dat de hetze tegen
Nicole sleohts van Berry was uitgegaan. Teneinde een
hernieuwde woordenwisseling tussohen vader en zoon
te vermijden, had men Berry aan het uiteinde van de
tafel geplaatst, waar hij Baby tot buurman had, die
hem in bonte kleuren het leven in de lichtstad schil
derde.
Toen de tafel werd opgeheven, verzocht Lord Drum
mond den aanwezigen zich naar de bibliotheek te wil
len begeven. Ook hij had zich reeds een bijnaam ver
worven. Baby noemde hem „de groote redenaar", om
dat hij, bij ontstentenis van den heer des huizes, de gas
ten had ontvangen en daarbij gelegenheid had gekregen
in ellenlange redevoeringen van zijn eloquentie blijk te
geven.
Men had de bibliotheek in een vergaderzaal gemeta-
morphoseerd. Veertig stoelen, keurig in rijen van acht
geplaatst, alsmede een kleine katheder voor de spre
kers. gaven het vertrek een plechtig aanzien.
Lord Drummond nam het woord. Hij opende de bij
eenkomst en prees het saamhoorigheidsgevoel der Da
vis, dat hen allen hier tezamen had gebracht. Hoewel
hij zelf geen geboren Davis was hij had sleohts een
lid dezer familie tot vrouw gewaagde hy van de in
nerlijke saamhoorigheid van deze familie in een preek,
waaraan weer geen eind scheen te zullen komen. Niet
tegenstaande de geestdriftige toon, waarop deze rede
werd uitgesproken, geraakte zijn auditorium dan ook
in een toestand van slaperigheid, welke hij zelf echter
voor stille bewondering hield.
Eindelijk kwam hij echter tot het doel van zijn be
toog. Hij beschuldigde Lord Douglas de reputatie der
familie in gevaar te hebben gebracht. Een meisje, met
name Nicole Irvine, was door Lord Douglas als zijn
De heer B. verklaarde nog, onmiddellijk gehoor te
hebben gegeven aan net verzoek van den heer Hart
kamp om de kamer te verlaten, maar hij bleef nog
een oogenblik toeven om zijn paperassen bijeen te
zoeken. De heer Hartkamp liet hem daartoe echter
geen tijd, drukte op het belletje, waarop de klerk
Peereboom verscheen, die verdachte bij den arm nam
en hem uit de kamer geleidde.
De Officier achtte huisvredebreuk en alleen „ge
meene kerel" bewezen, welke strafbare feiten de Offi
cier waardeerde op f 60 boete of 60 dagen hechtenis.
Verdachte hield daarop nog een uitvoerig verweer en
handhaafde zijn ontkentenis.
PSYCHIATER EN ANTHROPOLOOG EEN
DRACHTIG AAN HET WERK.
Tegen Jan V., 'n 36-jarig landbouwer uit Wijdenes,
die zich aan een ernstig zedenvergrijp had schuldig
gemaakt en zich deswege in voorarrest bevond, had de
rechtbank een tusschenvonnis gewezen .en alsnog voort
zetting van het vooronderzoek gelast. Thans kwam die
zaak opnieuw aan de orde en werden Dr. Kruijtbosch
en J. H. Wiggers andermaal en petit comité met be
trekking tot het lot van Jan V. als getuigen gehoord.
Alles met gesloten deuren, conform den aard van het
misdrijf.
MOEILIJKHEDEN MET HET TOEPASSEN DER
JUISTE STRAFMAAT.
Op 19 September stond terecht de 32-jarige te Noord-
wijk geboren bloemist Gerard J-, gedetineerd ter zake
diefstal van bankpapier uit de woning van den land
bouwer E. Romar te Anna Paulowan. Deze bloemist
scheen te zijn bezocht met dergelijke kleptomanische
neigingen, dat hij reeds meermalen met de justitie in
aanraking kwam. Er was echter ernstigen twijfel ge
rezen aan de volledige toerekeningsvatbaarheid van den
verdachte en werd de verdere behandeling uitgesteld
tot heden. De heeren Dr. Kruijtbosch en J. H. Wig
gers werden ais getuigen gehoord. Om bijzondere om
standigheden had voorts ook deze behandeling bulten
tegenwoordigheid van publiek plaats.
VOOR 10 MAANDEN ONDER DE PANNEN!
De 20-jarige los werkman Simon Jan R. te Den.
Helder, stond op 1 Maart tereoht ter zake diverse dief
stallen met braak aldaar, zulks in vereeniging met
zijn mede-verdachte, de smid Bastiaan K., en werd op
15 Maart veroordeeld tot 10 maanden gevangenisstraf
met 3 proefjaren en opgelegde bijz. voorwaarden. Blijk
baar heeft de reclassant zich echter niet naar behoo-
ren gedragen, althans werd heden na verhoor van een
Officier van het Leger des Heils, onder wiens toezicht
de voorw. veroordeelde was gesteld, de rechtbank de
ten uitvoerlegging der voorw. straf gelast.
I
NACHTELIJKE RUTTENTCKKERU TE VENHUI
ZEN. IS JAN ONSCHULDIG? EEN
GETUIGE VAN MEINEED
VERDACHT.
Jan Cornelis B„ 'n 19-jarig slagersknecht te Ven
huizen, was op de middagzitting geconvoceerd op
grond van het hem ten laste gelegde feit, dat hij in
den nacht van 6 op 7 Maart een vensterruit zou
hebben vernield in de woning van den bejaarden
tuinder J. Bloemendaald aldaar. De heer Bloemendaal,
die nog niet in Morpheus' armen was gezonken, hoor
de een geschreeuw van brand! brand! en was in een
minimum tijds uit de bedstee en in de kleeren gestoken.
Hij snelde naar buiten, zag geen brand, maar wel dat
het gesneeuwd had en een glasruit vernield was. Hij
kwam bibberend van kou weer binnen, reden waarom
hij zich in een déken hulde en op den rand. van het
bed bleef zitten. De vrouw bleef de wacht houden en
waarschuwde haar man dat er onraad was. Ze loer
den gezamenlijk door het venster en zagen verdachte,
die schuin keek naar de vernielde glasruit.
De heer Bloemendaal gaf van een en ander uitvoerig
verslag en bracht ter zitting een keurige situatie-foto,
benevens een rekening van den schilder ten bedrage
van f 17.10.
Jn deze hoogst belangwekkende en emotioneele straf
zaak moesten niet minder dan 7 getuigen worden ge
hoord Dit wordt nog de doodsteek voor de Alkmaar-
sohe rechtbank!
Door verdachte werd beslist ontkend de vernieling te
'hebben gepleegd. Hij was nog wel op de been en had
onder de onvermijdelijke plichtplegingen zijn meisje
thuis gebracht.
Mej. Bloemendaal had verdachte bij het huis ge
zien, in het bezit van een brandende zaklantaarn. Hij
is een buurman van Bloemendaal en kwam achter zijn
woning vandaan. Hierbij werd de kaart geraadpleegd.
Het verdëre verhoor was alleen met een koptelefoon
te volgen.
De verdachte was zoo vrij op te merken, dat er geen
woord waar was van hetgeen de juffrouw van hem
vertelde. Hij was alleen in het bezit van een vulpen-
lantaarntje, dat bijna geen licht verspreidt. Dit instru
mentje was op de zitting aanwezig.
Rijksveldwachter Weijland had een onderzoek inge
steld en ook den vulpenzaklantaarn in beslag genomen.
dochter geadopteerd, hoewel hij zeer goed wist, dat zij
in de gevangenis had gezeten en hij verzocht daarom
den ouden heer. zich over deze. door allen veroordeelde
handelwijze, hier in den familiekring te verantwoorden.
Lord Douglas stond op en begaf zich langzaam naar
den geimproviseerden katheder, welke Lord Drummond
nu verlaten had. Even wierp hij een spottenden blik
op de vergadering, knikte een paar maal en begon toen
te spreken.
Hij betuigde zijn spijt er over, dat hij zooveel opwin
ding in zijn familie had veroorzaakt, maar hij hoopte,
dat een nadere verklaring met betrekking tot de rede
nen. welke hem tot deze, zoo zeer becritiseerde stap
aanleiding hadden gegeven, alle aanwezigen wat milder
zou stemmen.
Hij begon over Nicole te spreken. Dat haar schuld
vaststond, daaraan hoefde z.i. niet te worden getwijfeld
„Als ik destijds haar rechter was geweest, zou ik haar
minstens vijf jaren gevangenisstraf hebben gegeven.
Vijf jaar gevangenisstraf! Dat zou zeker niet te veel
zijn geweest, Want de dwaasheid verliefd te worden op
mijn zoon Berry" hij dreigde met zijn stok in Berry's
richting „in dien deugniet daar, dat is een misdaad,
waarvoor geen straf zwaar genoeg is."
Even wachtte hij, toen scheen hij zich in het bijzonder
tot Elis te wenden. „Verliefd te worden op mijn zoon
is een misdaad, waarvoor geen straf zwaar genoeg is",
herhaalde hij, terwijl hjj Elis geen moment uit het oog
verloor. Deze verschoot van kleur. De doordringende
blik van den ouden man maakte haar verlegen. Zij
vreesde, dat Lord Douglas nu haar verhouding tot Berry
ter sprake zou brengen. Smeekend zag ze hem aan,
maar de oude heer knikte haar sleohts glimlachend toe
en bracht toen plotseling, zonder eenige overgang zijn
landgoed in Schotland ter sprake.
Hij gewaagde van het fraaie, oude park, den vrucht
baren grond en de uitgestrekte weiden. En dit koste
lijke bezit dreigde door onverbiddelijke schuldeischers
publiek fce zullen worden verkocht.
„Ik was radeloos", vervolgde hij op zijn min of meer
omstandige wijze, „de wanhoop nabij. En toen deelde ik
aan al mijn familieleden mede in welk een impasse ik
mij bevond. Ik verzweeg ook niet, dat het mijn zoon
Berry was, die mij zoover gebracht had, want ik moest
zijn schulden betalen om hem uit de gevangenis te hou
den. En nu is het mij bepaald een voldoening, lieve
menschen, te kunnen meedeelen, dat ik van jullie allen
ook inderdaad antwoord kreeg. Deze antwoorden, het
zijn er ongeveer dertig, zal ik nu eens een voor een
voorlezen."
Wordt vervolgd.
FEUILLETON.
Roman van Norbert Ga ral.
Tommy had het vertrek verlaten. Elis. uiterlijk kalm
en beheerscht, ondanks haar verontwaardiging, wendde
zich nu tot Nicole: „Vindt u uw komst hier zelf niet
min of meer misplaatst?"
„Het spijt me, Mrs. Savages, dat mijn komst in uw
oogen geen genade kan vinden, maar ik heb slechts re
kening te houden met de wenschen van mijn vader."
„Het ligt dus werkelijk in de bedoeling de comedie
hier in Londen verder te spelen?! Maar denkt u dan,
dat men geen rekening zal houden met uw verleden,'
wanneer u zich hier in onze kringen als Lady Davis pre
senteert?"
„Jij schijnt te denken", viel nu Berry Elis bij, „dat
je overal even gemakkelijk toegang zult vinden als 'hier
in dit huis. Ik moet mij dat laten welgevallen, omdat
Savages mijn vader gedwongen heeft tot een stap, wel-
ke de oude heer zeker reeds lang betreurt Maar al ben
je er dan door handige manipulaties in geslaagd mijn
zuster te worden, aan mijn gevoelens ten opzichte van
jou zal dat zeker niets veranderen. Je ben een vreemde
voor mij. Ik mag dus al genoodzaakt zijn je in mijn
huis te dulden, je zult er nooit in slagen meer dan een
vreemde voor mij te worden."
Nicole staarde peinzend in het licht van den kroon
In de zwarte pupillen van haar oogen zag men als
twee lichtende puntjes de reflex der plafonnières.
Zij had een zware taak op zioh genomen. Savages'
plannen hadden zoo mooi geschenen. Zij zou Berry te
rugzien en Lady Davis worden. Het had haar alles een
sprookje geleken en hoe ontnuchterend was de werke
lijkheid.
„Ik weet, dat ik een vreemde voor je ben, Berry," zei
ze met een weemoedig glimlachje. „Je hebt mij dat dui-
eyk genoeg laten voelen in de lange maanden van
niyn gevangenschap. Maar wat er ook gebeurd is, ik
heb nu je vader beloofd een goede zuster voor je te
zullen zijn en ik zal m'n best doen die belofte te hou
den,"
Va pondspakje
Ver;ch gekarnd met 23 allerfijnste Roomboter onder Rijkscontrole
Deze woorden maakten Berry weerloos. Hy zou Nicole
onmiddellijk de deur gewezen hebben, als zijn vader hem
bij zijn vertrek uit Dundee niet gewaarschuwd had haar
niets in den weg te leggen. „Als je mijn wenschen niet
vervult, Berry, krijg je van mij geen penny meer", had
de oude heer op ernstigen toon gezegd. En hij had daar
nog aan toegevoegd, dat hij 't ten zeerste zou betreuren
wanneer Berry hem er door zijn gedrag toe zou dwingen
zijn handen van hem af te trekken en Nicole tot zijn erf
gename te maken.
„En welke belofte hebt u tegenover Mr. Savages af
gelegd?" vroeg Elis plotseling, niet in staat zich langer
te beheerschen.
„Waar dat mogelijk is, voor zijn belangen op te ko
men", antwoordde Nicole rustig.
Berry laohte hoonend en Elis liet zich spottend ont
vallen, dat er nog wel andere redenen zouden zijn.
Doch Nioole gaf haar een gevoelige terechtwijzing.
„Mevrouw, u vergist zich", zei zij kalm, Elis onbe
vreesd in de oogen ziende. „Ik koester slechts gevoelens
van groote dankbaarheid jegens uw man. Ik acht hem
zeer hoog, ja, ik durf zelfs te zeggen, dat ik hem hoo-
ger acht dan u, want uw aanwezigheid hier dunkt mij
niet van zoo onschuldigen aard als de mijne."
Er volgde een diepe stilte op haar woorden.
Nicole scheen de verslagen gezichten van Berry en
Elis niet te bemerken. Zij ging naar de tafel en verzocht
Mre. Savages beleefd plaats te willen nemen. „Het zou
Berry en mij een buitengewoon genoegen doen, als u
dezen avond by ons zou willen doorbrengen. Mijn aan
wezigheid maakt het voor u mogelijk hier te blijven,
zonder dat uw goede naam in gevaar wordt gebracht,
want nu zal men denken, dat uw bezoek mij geldt. Wilt
u dus zoo vriéndelijk zijn, Mrs. Savages...?"
Maar Mrs. Savages gaf er de voorkeur aan te ver
trekken...?
De Familieraad.
De familieraad was bijeen geroepen.
Zij hadden allen aar de uitnoodiging gevolg gegeven:
de Davis uit Engeland, uit Schotland en uit Ierland.
Hasting Davis, de beroemde aviateur, die in den
wereldoorlog zijn rechterarm had verloren, ontbrak
evenmin op het appèl en zelfs „Baby", het jongste lid
van den familieraad, een 24-jarige, knappe jongeman,
die als secretaris aan het Britsche gezantschap te Pa
rijs verbonden was, had een plaats gevonden aan de
tafel, welke niet minder dan veertig leden der familie
Davis op het buiten van Elis vereenigde. Daar de bij
eenkomst een officieel karakter droeg, zag men alom