Haar Malaga, de stad van den wijn.
liefde de Sterkste.
Alkmaarsche Causerie.
Zaterdag 19 November 1932.
SCHAGER COURANT.
Zesde blad. No. 9179
de herinnering aan een dictator. door
de bergen naar de middellandsche
zee. e ,N aardsch paradijs.
anderhalve eeuw oude wijn.
(Van onzen reizenden correspondent.)
MALAGA, 5 November.
Tusschen Granada. de oude stad der Moorenvor
sten èn de klist der blauwe Middellandsche Zee, ver
heffen zich hoog en trots de massa's van woeste, dun
bewolkte bergen. Voor een goed, sterk motorrijtuig
vormen deze evenwel gee. beletsel meer, want een
uitstekende weg is aangelegd van Granada naar Ma
laga een
rotsen. Ook deze weg kwam tot stand onder het be
stuur van den dictator Primo de Rivera. Deze gene-
r al is in ballingschap gestorven en sedert dien heb
ben er in Spanje zoovele politieke veranderingen
plaats gegrepen, at men hem bijna vergeten heeft.
Geheel vergeten kan men hem echter niet, want
gijn nuttige werken herinneren telkens weder aan zijn
testuur. Als men zijn werken aanschouwt, zou men
ertoe kunnen komen voor vele landen eens een tijde
lijke dictatuur te wenschen. De onder zijn bestuur
aangelegde wegen hebben de ontwikkeling van menig
industrie bevorderd, o.a. (hoe eigenaardig dit klin
ken moge! de visscherij tot grooter bloei gebracht, de
volksvoeding en dus ook de volksgezondheid verbe
terd. Als men door Spanje reist, ontmoet men op de
wogen herhaal del ij k grootc, witte, gesloten automo
bielen. Dat zijn oeiwagens, waarmede de visch van
de kust het binnenland wordt ingevoerd. Daar Spanje
slechts een dun spoorwegnet heeft, konden de spoor
wegen voor zulk een uitgebreide vischverzending niet
jn aanmerking komen. Bovendien is een speciaal
daarvoor ingerichte automobieldienst natuurlijk ver
kieslijker. De automobieldiensten kunnen geheel wor
den ingesteld naar de aankomst der visch en men
heeft niet te n aken met spoorwegdienstregelingcn,
welke niet gemakkelijk naar behoefte kunnen worden
gewijzigd. Deze vischbezorgingsdienst werd natuurlijk
eerst mogelijk, nadat Primo de Rivera liet uitstekende
wegennet had ge 'uipen. Thans ontvangt elke Spaan-
srhc stad, elk Spaansch dorp, ook die in het binnen
land, eiken dan verschc, goedkoonc visch, wat van
te meer belang is. omdat cie vleeschprijzen in Spanje
hoog, aanmerkelijk hooger dan in ons and zijn.
De afstand van Granada naar Malaca bedraagt
ruim honderddertig kilometer. De eerste tientallen
kilometers golft de weg slechts licht, eerst daarna
begint de stijging van 1 et woeste gehorctc, dat het
binnenland scheidt van de Middellandsche Zee. We
waren van Granada vertrokken zonder te heLben ont
beten en voordat we den tocht door liet gebergte be
gonnen, wilden we ons versteK'en. Wc vonden langs
den weg een echte plattelandsherherg, waar men eie
ren had en zelf vervaardigde worst, maar waar men
ons geen koffie met melk kon verstrekken daar dc
nienschen geen melk hadden. Daarvoor schonk men
echter goedkoopen en u:lstekenden wijn, die, meer
nog-dan in Frankrijk, in Spanje volksdrank is, zon-
weg. die leidt over en tusschen de hqogo
In een wjjnpakhuis te Malaga. Onze correspondent
(rechts met het glas in de hand, drinkt
jaargang 3780.
FEUILLETON.
Naar het Engelsch van
Mrs. Patrick MacGill.
ack Pevivalc sprak eenvoudig en oprecht, zooals zijn
kern dat ingaf. Zijn goedhartigheid was spreek-
oorxielijk bij de andere officieren van zijn regiment en
aaraan was het ook te wijten, dat zijn naam voorkwam
0I5t klantenlijst van Max Reiss.
Tranen verblindden Hetty's oogen en verstikten haar
em. „0, je .bent zoo goed, liefste, zoo heel anders dan
»e®e.mannen zei 8ebroken- ««Ik kan niet „neen"
God moge mij vergeven, indien ik er verkeerd
doe dooi met je te trouwen, maar mijn liefde voor
«te machtig alles moet ik daaraan opofferen,
zoo?" vroeg Hetty zeven uur later, toen zij
«en nacht afscheid van elkaar namen,
ten Ur^k. kindje. Het ls dwaasheid zich te verzet-
toen vfl6en *'efde aIs de onze-" Zijn jonge stem trilde,
teerio i blonde hoofd naar zich toetrok en haar een
^ere ku8 0p het blanke voorhoofd gaf.
iouw°L-fen zul.Je mÜn vrouw zijn, Hetty. Niet blozen.
Wa e,ne. kinderachtige baby!" zei hij, toen Hetty's
f:n en"1 za?en als twee Papavers. „Denk er aan,
DitWee UUr moi'Senmiddag aan de Parochiekerk."
er>n ,Waren d« laatste woorden, die Jack voor een lan-
roeven tijd tot zijn meisje zou spreken.
Lady Olga bemoeit zich ermee.
han^?1 Jf°k de studeerkamer verlaten had met Hetty's
pedaal1 2ijne' 23,1 Lord Perivale uren lang stil in
gedachten verzonken.
zoon k5rinnering aan het vastberaden gezicht van zijn
kwam Z'^n hartstochtelijke stem en vertoornde oogen
daohtprT S. Gen z°° levendig, terug in de ge-
sering %an de oude man, wiens geheele ziel in beslag
yenomeu wem dour zij„ l£uoilletrots.
De woeste bergkammen tusschen Granada en Malaga.
rlcr dat ln het algemeen de Spanjaard er zich aan te
buiten gaat. Ken beschonken Spanjaard is een groote
zeldzaamheid.
Weder ruim duizend meter hoog moesten we met
ons motorrijwiel en zijspanwagentje klimmen langs
een weg in serpentine-vorm, wat van den bestuur
der, mijn reismakker, veel omzichtigheid eischte. Ons
motorvoertuig op drie wielen ligt in bochten natuur
lijk niet zoo vast op den weg als een automobiel. Op
vlakke, rechte wegen hebben wc nu en dan reeds
snelheden van over de honderdveertig kilometer per
uur ontwikkeld; in bochten cchtor moet de snelheid
worden teruggebracht, tot enkele tientallen kilometers
per uur. Bovendien, in dit bergland, met zijn nu stij
genden, dan weer dalenden weg hadden we zoowel
met horizontale als met verticale bochten te maken.
Waar de weg tegen een hoogte steeg om dadelijk
daarna weder te dalen, moesten wc rekening houden
met van de andere zijde komende, voor ons tot het
laatste oogenblik onzichtbare voertuigen. Meer dan
ergens anders is het natuurlijk bij zulke hellingen
noodzakelijk re.chts te houden, maar niet alle chauf
feurs doen dat.
Van een hoogte zagen wc soms den weg weder da
len en dan verderop als een grijs lint zich opslin
geren tegen woeste, hoogc rotsmassa's, waarachter
ergens de zee moest zijn. Dat zij er was, viel reeds
waar te nemen, doordat het blauw des hemelfc daar
ijler, doorzichtiger scheen. Langs huiveringwekkende
diepe afgronden tuften we weder. Hier moet men als
chauffeur geen last van duizeligheid hebben, anders
zouden de ergste ongelukken kunnen geschieden. Mijn
makker kent zulke zwakheden gelukkig niet. In zijn
veelbewogen leven is hij ook aviateur geweest bij den
vliegdienst DiarbckirStamboel en dat was het
eenige. wat me zorg baarde. Als we bij een bocht
van den weg weder kwamen voor een afgrond, een
honderden meter hoogc steilte, met daarachter de
wijdte van verre dalen, in de blauwe verte begrensd
door nieuwe, wilde rotswanden, kwam liet me wel
eens in de gedachte: „Als hij nu in 's hemels naam
maar niet «ienkt. dat hij weder in een vliegmachine
*it, en recht over den afgrond wil."
Telkens verwachtten wc achter de vóór ons opdoe
mende bergen de zee te zullen zien, maar het duur
de langer dan we gedacht hadden. De zon straalde
aan een klaar-blauwen hemel en we kregen dorst. We
spraken echter af eerst ergens in het gezicht van de
Middellandsche Zee halt te zullen houden en we snel
den verder, nu en dan dalend, maar meest scherp
stijgend met nu en dan een ver uitzicht over diepe
dalen met in groen enkele huizen, een kerktorentje.
Eindelijk, na weder een lange, steile holling, lag
ver voor ons de zee, zóó blauw, dat ze de voortzetting
van den hemel op aarde scheen. De horizont teekende
zich in de verte niet eens af en we zouden niet eens
bemerkt hebben, dat daar beneden de zee vloeide,
indien er niet een stoomboot, bad gedreven, die aan
kinderspeelgoed dt~d denken.
Daar, op den ton van een berg, stond een kruide-
nicrswinkel-café-restaurant-logement, waar we ons
onder een loofdak nederzetten en iets dronken, mijn
makker limonade, ik bier, want zoo lang mijn reisge
noot nog op onzen motorfiets heeft, te zitten, onthoudt
hij zich van alle alcoholhoudende dranken. Zijn
theorie is: „Gedurende onze tochten onthoud ik me
van alcohol, niet omdat ik angst heU van een beetje
lichten wijn of van een enkel glas bier beschonken
te worden, maar als ons eens een ongeluk zou over
komen, bijvoorbeeld door de, schuld van een ander,
zou men kunnen zeggen, dat ik, de bestuurder, naar
alcohol rook en dat zou onze positie in rechten sterk
verzwakken."
Enkele honderden meters voorbij het café. waar we
hadden gerust, begon de afdaling langs den phan-
tastisch slingerenden weg. We bevonden ons nog zes
tien kilometer van Malaga, dat we heneden ons aan
de blauwe zee zagen liggen: een witte stad met lioo-
gen toren temidden van groen; in de haven vele sche-
pen.
Deze laatste zestien kilometer legden we vrijwel ge
heel af zonder benzine te gebruiken. De zwaarte
kracht zorgde voor dc voortbeweging, waarbij natuur
lijk van de remmen veel werd geëischt.
Verrassend was de overgang van het wilde, woeste
rotsgebergte naar de stad beneden, die met haar pal-
menpark vol bloemen en \ogels op den eersten aan
blik als een aardsch paradijs aandoet.
In een goed pension vonden we onderdak en daar
maakten we kennis met een Duitsclier, die ons nog
denzelfden middag een der belangwekkendste er»
meest typische dingen van Malaga liet zien.
Malaga is de stad van den wijn en de Duitschci
bracht óns in de groote wijnlagerplaatscn van Scholtz
Hermanos, waar de oudste wijn wordt, bewaard op
daar dronken we wijn van liet jaar 1780, wijn dus
waarvan misschien reeds mijn overgrootvader heeft
gedronken.
Voor belangstellenden in de motorsport zij hier even
vermeld, dat we met onzen zwaar beladen motorfiets
en zijspan voor dc reis MadridMalaga, 562 KM.,
voor een groot deel door liet gebergte met drie stij
gingen van over de duizend meter, hebben verbruikt
ruim een-en-twintig liter benzine, wat nog geen vier
liter per honderd kilometer uitmaakt.
J. K. BREDERODE.
Klets eerste klas over lichtgas, kookgas, lachgas,
traangas, vergiftgas, stinkgas.
Terwijl in de Tweede Kamer de messen geslepen
worden ter onthalsing van hei Schager Kantongerecht,
onze goede burgervaar Willem Wendelaar op den rand
van zijn ledikant zit te weenen over de vergankelijkheid
de Volksgunst, en de identiteit van den schrijver B. in
de Schager Courant over het actueele onderwerp „ver
keerde opschriften", terwijl de Steencommissie in pleno
is vergaderd bij de slapende dame, Professor Mullens'
dochter, om zich met betrekking tot het onderzoek naar
den vermoedelijken dader dêr gevelgedenksteenschen-
nis te doen voorlichten, zit ik, mijn beste tot het lezen
van deze kletskoek gedoemde lezers van de Schager
Courant, alweer te ezelen achter mijn bureau de mi-
nistre, afkomstig van de veiling, om te trachten nog
wat lezenswaardigs bijeen te scharrelen.
En uitziende in de sluimer des doods op den rijweg,
de grauwe mist, klauteren in mijn geest voor zoover
aanwezig beelden uit mijn kindsche jaren en zie ik
m'n zelf weer, ongeveer 50 jaar geleden, op de binnen
plaats van de oude gasfabriek, waar ik „geoutileerd"
met 12 halfmuds zakken en 'n gehuurde handwagen,
compareerde om voor mijn patroon geklopte cokes te
halen. Reeds toen stond menig eerbaar Alkmaarsch bur
ger in het teeken van den zuinigen Weiter en zijn mede-
miereptkkers.
Die oude gasfabriek zag er niet netjes uit, eerlijk ge
zegd was het een smerige rommel, 'n zwijnenboel, maar
het was er knus! en de directeur Holst, die zijn affaire
voor een zacht prijsje aan de gemeente wist aan te
smeeren en bewonende de directeurswoning op lde
Paardenmarkt tusschen rook en sintels, had niet veel
pretenties. Hij had niet den minsten aanleg voor ge-
denksteenen en er ook geen behoefte aan. Z'n voor
naamste ideaal was z'n s t e e n e n pijp!
Het zag er lang niet zoo fijn uit op die fabriek, als
op het tegenwoordige kasteel van Hofman op den Hel-
derschen weg. maar het gas was heel wat beter van
kwaliteit. Ik zal niet zeggen, dat het naar Coty rook.
maar het miste toch dien akeligen hoest- en tranenwek-
kenden stank, waarmee de smerige oorlogserzats, 'n
glorieuze uitvinding van Kees Brikhof (ik hoop dat'ik
me nu niet „verslabherezeer" en Van Deventer den eer
toekomt, zoodat ik zal vervolgd worden wegens smaad
schrift), ons nog altijd het huiselijk leven verpest.
J[)p die gasfabriek ging het er heel gezellig toe. Het
'jifmfort voor den werkman was enorm. Hij droogde
zijn transplratievooht, om het even netter te zeggen, het
zweet zijns aanschijns. waarin hij zijn droog brood en
Zaterdagavondborreltjes op de lat verdiende, bij het uit-
laaiende vuur der retorten. Zijn middagmaal werd ge
nuttigd op de vuil-zwarte hoopen der Duitsche Ruhr-
kolen in de tochtige stookloods, en na het dessert, be
staande uit pekelharing, diende diezelfde mollige kolen-
heuvel hem tot divan voor zijn middagtukje van 10 mi
nuten. want het schaftuur bedroeg 1. zegge één uur.
De werktijd zelf was eindeloos. Begon om half vier in
den morgen tot 's avonds 7 uur.
Het was 'n gezellig leventje, zoo 15 uur in de kolen
stof! Mijn vader, die ook dit begeerenswaardige baantje
bekleedde, zorgde als hij leeg liep, (figuurlijk bedoeld)
des winters voor de economische verzorging van den
potkachel. Als mijn goede oude heer begon te hoesten,
kon mijn. moeder de kolenschop wel met rust laten,
zóóveel kolenstof had hij vergaard in zijn luchtpijpen!
Inderdaad, er werd in dien goeden ouden tijd heel wat
gedaan voor het hygiënisch welzijn van Jan Boezeroen!
Dat beloof ik je! Gegapt werd er in die dagen ook al.
Die kwaal dateert trouwens al uit de tijden van Vader
Jacob, die zyn ouden Vader, Izak, wist. te betoeteren,
en schijnt onuitroeibaar te zijn. Integendeel, de symp-
tonen nemen voortdurend in omvang toe... evenals het
bedrag! Maar in de gloriedagen van de Alkmaarsche
gasfabriek ging het meer om de cokes! Wie van de
vriendjes wa? en een mud cokes moest hebben, kwam
met 'n tweepersoons beddezak voor de pinnen. Hij
„Om juist van alle vrouwen ter wereld Lorlng's doch
ter te kiezen! Wat kan ik doen? Hoe kan ik zooiets
vreeselijks verhinderen?"
Het was den ouden aristocraat diepe ernst. Voor
hem zou het verliezen van den oorlog veel minder be
langrijk zijn geweest dan het accepteeren van een bur
germeisje in zijn oude en aanzienlijke familie.
De Parivale's waren altijd in hun eigen stand ge
trouwd en het gevoel van den ouden man deelde zich
in zekere mate mede aan den bediende die eenige uren
later op zijn schellen binnenkwam en de opdracht
kreeg uit te vinden of Lady Purnell thuis was.
„Lady Purnell heeft juist gedineerd en zal in tien
minuten bij u zijn, mijnheer", kwam de bediende kor
ten tijd later, na de boodschap overgebracht te hebben,
zeggen.
In haar rijk gemeubileerde slaapkamer klopte het
hart van Hetty's mededingster hoopvol en met snelle
slagen.
Lady Olga wreef haastig een klein beetje rouge op
haar gladde, donkere wangen om daardoor haar schoon
heid nog te verhoogen. In haar hardrood fluweelen ja
pon zag zij er zoo statig en mooi uit, dat men zich nau
welijks kon voorstellen, dat er een man was. die voor
haar verschijning zoo absoluut onverschillig bleef.
Zij hulde zich in een weelderigen bontmantel en toen
Lord Perivale bij haar binnenkomen zijn vermoeide
oogen op haar liet rusten, dacht hij bij zichzelf: „Wat
ziet die jonge dwaas in dat miserabele kleine winkel-
jufje, wanneer men dat vergelijkt met deze schitterende
vrouwenschoonheid
„Wat is er gebeurd, beste oom James? U ziet er uit
als een geest?" waren Lady Olga's eerste woorden,ftdie
met lieftallige bezorgdheid uitgesproken werden. Haar
ongerustheid vond spoedig weerklank in haar toen zij
de reden van Lord Perivale's haastige boodschap ver
nomen had.
„Jack mijn zoon een Perivale en de laatste van
het geslacht heeft besloten met een klein burgerlijk
winkeljufje te trouwen", begon hij met zooveel drama-
tischen klem, alsof hij den val van het geheele Brit-
sche keizerrijk verkondigde. f
Het zou bijna komiek geweest zijn, ware zijn ai-isto-
cratisoh gezicht niet asohgrauw geweest van doodelijken
ernst en ontsteltenis.
En het mooie gezichtje, dat hem aankeek in de grim
mige stilte van de vorstelijk gemeubileerde studeerka
mer weerspiegelde een niet minder groote angst en een
niet minder hevige ontsteltenis dan het zijne.
Maar waar bij Lord Perivale het overheerschende ge
voel woede was. had bij zijn bezoekster haat de over
hand. een zoo wilde en? ongebreidelde haat. als men
bij de meest primitieve wilden nauwelijks zou kunnen
verwachten.
Lady Olga's lange, slanke vingers plukten zenuwach
tig aan haar rijken mantel en zij boorde haar rose na
geltjes met kracht in het bont, met een kwaadaardige
kracht, want zij verlangde er naar de wangen van haar
mededingster zoodanig te krabben, totdat zij de bloed
sporen van haar haat zouden vertoonen.
„Hoe heet zij?" vroeg zij met droge, krakende stem,
hoewel zij natuurlijk wel wist wat het antwoord zou
zijn.
„Hetty Loring; ik zou niet de moeite genomen hebben
haar naam te onthouden, indien zij niet toevallig de
dochter van een misdadiger was, van een dief en zelfs
een moordenaar, hoewel dit laatste destijds niet bewezen
is", was het bittere antwoord van den ouden man.
Gretig nam.de vrouw deze mededeelingen in zich op.
Eindelijk was er een lichtstraal door haar duistere ge
dachten gebroken.
„Maar dat weet Jack toch zeker niet? Hij moet toch
nog eenig respect hebben voor u en de eer van zijn
familie", merkte zij langzaam op, terwijl haar brein
haastig in een geheel andere richting werkte.
„Ik heb het hem vandaag in tegenwoordigheid van
het meisje verteld, maar de kwajongen heeft mij in
mijn gezicht getrotseerd en het voornemen aangekon
digd morgen met een speciale vergunning te trouwen.
Natuurlijk kan ik niets doen om hem dit te beletten,
want hij is zeven-en-twintig jaar, maar ik ontzeg hem 't
recht op zijn moeders fortuin als hij zonder mijn toe
stemming vóór zün dertigste jaar trouwt. Ik kan hem
dat wel is waar ontnemen, maar het is een rampzalige
troost voor het feit, dat de toekomstige Lady Perivale
een winkeljuffrouw is en bovendien de dochter van een
galeiboef, die den oom van haar man vermoord heeft."
Er sprak zoo'n innig verdriet uit de woorden van den
ouden man, dat zelfs de koude, zelfzuchtige vrouw tot
medelijdens toe geroerd was.
„Wees u niet zoo bedroefd, oom James. Waarom zoudt
u het bij dit meisje niet eens met een aanzienlijke som
prbbeeren? Gewoonlijk is dat soort wel af te koopen. Ik
ken dit meisje Loring heel goed. Zij was inderdaad
mannequin bij mijn modiste, tot ze wegens diefstal ont
slagen werd. Blijkbaar is ze een dochter van haar va
der en zal ze waarschijnlijk maar al te blij zijn als u
haar afkoopt, want ze moet verstandig genoeg zijn om
kreeg dan maar één zak voor 8 stuivers, maar er zat
wel drie mud in!
Een andere, maar nu onmiskenbare schurkachtige
streek (dat andere was maar 'n goocheltrucje) werd
toegepast door de heeren kolenleveranciers. Ze wisten
den voorman van de ploeg, meestal ook de schepper en
opgever, ter onderscheiding van de dragers, om te koo
pen om met de turfjes te knoeien, 'n Turf is geen turf,
maar vier streepjes met een schuine streep er door.
Dat beteekende dat weer 5 mud was gelost, begrijpt u!
Ja, ik heb zelf ook nog meegedaan, dus ik weet er nog
wel wat van
De kwestie zat 'm hier. dat de leveranciers leverden
beneden den prijs, om er de concurrenten uit te houden.
Ze verdienden dus niet genoeg aan de leverantie en
moesten zich nu op 'n andere, maar oneerlijke manier
sohadelobs stellen.
En het viel hen niet moeilijk om een geschikt sujet,
laat ik maar zeggen, 'n armen donder, tot hun mede
plichtige te maken. Met 'n lapje' van f 40, 'n schat in
die dagen, werd de voorman lekker gemaakt en bekon
kelde het dan zoo, dat ettelijke mudden méér werden
opgegeven, dan ei- geleverd waren. Als de eene hand de
andere wascht. enfin, u kent de rest!
Al heel wat gasfabriekdirecteuren zijn in den loop der
tijden gekomen en vertrokken. De een per trein, de an
der per doodkist.
Eerst hadden we den grondlegger van de latere ge-
denksteenen, den heer Izak Holtz, begiftigd rtiet het
praedicaat kiezer te zijn voor de Tweede Kamer en
Provinciale Staten, 'n reuze eer in dien onschuldigen
en licht-tevreden gestelden tijd.
Vervolgens kwam mijnheer Keenens. ik zie hem nog
voor mij, 'n lange, rossige mesjeu met 'n snor als een
slordig uitgeplozen kabeltouw. Hij had zich op een of
andere wijze populair gemaakt en als dan 's avonds
vanwege de zuinigheid de straatlantaarns werden uit
gedraaid, zeiden de burgers knipoogend: Keenens maakt
zijn kousebanden los!
Toen verscheen, meen ik, Mister Kees Birkhof, de
vriend van burgerpapa Gerrit Ripping. Die kwam, fa
briceerde welriekend waterstofgas en smeerde 'm.
Daarop arriveerde de groote Van Deventer, die meer
malen de eer genoot den gast te zijn aan de tafel der
burgemeesters. Maar nu is 't uit met de kippensoep en
de "ïiors d'oeuvre! De vriendschap is thans gekomen in
stadium van de open brieven iri de Stadskrant! Als
dergelijke litteraire lekkernijen worden opgedisoht, gaat
de smaak voor tongfileetjes en ossenhaas niet pikante
saus totaal verloren!
Het pikante ontaard dan gauw in pikanterie.
Snapt U deze aardigheid? Ik niet!
Na Van Deventer werden we gelukkig gemaakt met
den persoon van den heer Hofman uit 's Hertogenbosch,
het lustoord van Bossche koe en Schiedammer onver-
sneeje! Dat is nu inderdaad niet de vorst der duister
nis,. maar de koning des lichts! En niet alleen dat hij
heerscht over alle lichtverschijnselen dezer stad, tot
Verkade's nachtpitjes incluis, maar hij beschikt ook
over de mysterieuse krachten in den aether, want hij
is nu ook directeur der gemeentelijke radiodistributie,
het troetelkind van wethouder Bonsema. verzamelaar
van gedenksteenen in welken vorm ook. Het is mij een
raadsel hoe men dezen „lichtmast", dit genie in den
Bosch heeft willen missen! En evenmin snap ik dat
deze lichtkoning zich heeft verwaardigd zijn ster te la
ten schijnen in deze City of heele gort, de stad met
de 20 standen en dat gemoedelijke den Bosch, met zijn
gezellige straten, met telkens twee koekwinkels en 1
jandoedelspie. den rug kon tcekeeren. Nu, hij kan daar
nog plezier van beleven! De Alkmaarders zijn gediplo
meerde kankeraars en het is met 8 October al begonnen
Toen was het niet Keenens, maar Hofman, die zijn kou
sebanden losmaakte!
Man, Hofman, wat ben je begonnen! CAVE CANEM.
te begrijpen, dat als Jack met haar trouwt, iedereen
hen zal mijden, zoodra haar onverkwikkelijke geschie
denis bekend is gemaakt."
Lord Perivale greep dit denkbeeld aan met een ijver,
die maar al te duidelijk toonde hoe intens zijn wan
hoop was.
„Je hebt gelijk, lieve. Waarschijnlijk heeft het onge
lukkige meisje nog niet gerealiseerd wat haar lot zal
zijn als ze met ra*/) zoon trouwt. Maar er is nog maar
zoo weinig ti.'A zn willen morgenmiddag om twee uur
den grooten si'-- ondernemen!"
Er was een weeklacht in de stem van den ouden man,
die Lady Olga lichtelijk hinderde. „Weet u, het eenige
wat Jack noodig heeft is weg te komen van dit ellen
dige winkeljufje. dat hem in haar netten verstrikt heeft,
opdat hij haar kan vergeten en weer een normalen kijk
op het leven krijgt Denkt u dat ook niet?"
Ademloos vroeg zjj het met haar klanklooze, diepe
stem; er hing zooveel van het antwoord af. Lady Olga
wierp een vluggen blik rond de weelderig ingerichte ka
mer en haar eigen onzekere, bijna armoedige toestand
kwam haar voor den geest als een leelijk droombeeld.
„Al deze rijkdom en weelde zij mogen niet door
mijn vingers glippen! Geen winkeljuffrouw zal mij den
loef afstoken!" mompelde zij binnensmonds. Zij booft
zich nog eens vooover en raakte zacht Lord Perivale's
arm aan.
„Als u maar een ernstig genoeg beeld ophangt, van
Jack's volkomen armoede als zij met hem wil trou
wen, denk ik niet, dat u veel moeilijkheden met haar
zult hebben, vooral niet wanneer de som. die li haar
aanbiedt, maar groot genoeg is. En er is nog allen tijd
voor haar om vóór twee uur morgenmiddag weg te gaan
naar een of ander afgelegen klein dorpje. Het gevoel,
wat Jack voor dit meisje heeft is niet meer dan een
dwaze verliefdheid en als ik een weeklang ongestoord
van zijn gezelschap kon genieten, zou ik hem haar kun
nen doen vergeten ik ben er zeker van, dat mij dat
gelukken zou!"
Een bijna wilde triomfklank trilde door haar stem.
toen zij eindigde: „Als u dat meisje maar uit den weg
ruimt, beste oom James, zult u de schoondochter krij
gen, die u zoo gaarne hebben wilt."
Omdat Lady Olga zoo vurig wenschtc, dat haar nlan
zou gelukken, had zij een onbeperkt vertrouwen in naar
eigen macht inderdaad meende zij reeds, dat haar
taak volbracht was, toen zij zich vooroverboog en Lord
Perivale's verwelkte wang kuste.
„Ik zou u raden, al is het nog zoo laat, naar Hamp-