Onze Sint Nicolaas-Puzzle.
Zesdaagsche koorts.
18
19
20
21
22
7
4°
Staatsloterij
„Men heeft betaald en wil waar
voor zijn geld."
Wat is dat; is dat een nieuw woord. Plagiaat be-
teekent onrechtmatige toeëigening van eens anders
geestelijk eigendom of geestesvourtbrengselen, let
terdieverij.) Spr. oordeelt dat de indexcijfers aanwij
zen, dat de kosten van levensonderhoud met meer
dan 20 zijn gedaald. Spr. is het eens met de op
merking. dat de post salarissen weinig of geen in
vloed uitoefent op de belastingheffing, maar aan de
ambtenaren van het Hoogheemraadschap kunnen we
toevoegen de ambtenaren in dienst van gemeente,
provincie en rijk en dan is salariskorting wel van in
vloed. Dat rijk en provincie als voorbeeld zijn geno
men acht spr onjuist. Als men steeds naar de meer
deren kijkt, zal de ontevredenheid al zeer groot
worden.
Concludeerende, acht spr. het zeer wel gemotiveerd
een korting van 20 of 25 toe te passen, wat zeer
zeker waardeering zou ondervinden bij de belasting
betalers. Met een dergelijk voorstel zal spr. evenwel
een kleine kans van slagen hebben en daarom ver-
eenigt spr. zich met het voorstel van den heer Wai
boer, 20 korting op de salarissen van hoogheemra
den en 10 op de salarissen van Dijkgraaf en amb
tenaren en tevens op de vergoeding van hoofdingelan
den en hoofdingeland-plaatsvervangers.
De heer D. de Boer Dz. herinnert er aan dat hij in
een van de vorige vergaderingen reeds gewezen
heeft op de mogelijkheid dat de salarissen moeilijk te
hanteeren zouden zijn. Spr. zit hier niet om het voor
stel van het Dag. Bestuur te bestrijden, maar wijst
er op dat een der organisaties, n.1. den Bond van
Ambtenaren van Waterschappen in Nederland niet
met het voorstel van het Dag. Bestuur kon meegaan
en meent dat de salarissen der ambtenaren onttrok
ken dient te worden aan de bepaling van vraag en
aanbod. De bond haalt daarbij aan een autoriteit als
Prof. Bordewijk, doch spr. wijst er op dat andere pro
fessoren wel degelijk van meening zijn, dat tusschen
de salarissen en de waarde van het betaalmiddel ver
band gelegd kan worden. De bond heeft z.i. dan ook
met deze verwijzing geen gelukkige greep gedaan.
Door een ieder zal worden gewaardeerd de ijver en
toewijding der ambtenaren, maar spr. oordeelt het
niet goed daar steeds op te wijzen. Per saldo zijn ijver
en geschiktheid plicht. Of de korting 5 of 10 moet
zijn, spr. weet het niet. Beiden zullen de situatie niet
redden en spr. heeft de overtuiging dat we elkaar
nog wel onder moeilijker omstandigheden zullen ont
moeten.
De Voorzitter wijst er den heer Waiboer op, dat
naar zijn oordeel het salaris van de Hoogheemraden
niet te hoog is en vol .daan dient te worden met een
korting van 10 De taak der hoogheemraden breidt
zich steeds uit, ook al door de overname van andere
objecten en het al dan ook noodig zijn het aantal
commissies uit te breiden. Wat de verlaging der vaca
tiegelden voor de hoofdingelanden en hoofdingelan
den-plaatsvervangers betreft, die kunnen we dadelijk
uitschakelen, omdat dit een voorstel is dat nooit eer
der is gedaan en de voorschriften staan daarom di
rect behandeling niet toe.
Wat het betoog van den heer Jimmink betreft, spr.
acht het niet goed op dingen terug te komen die ach
ter den rug zijn. En spr. meent dat de heer Jimmink
alleen bij de behandeling der vorige begrooting ge
vraagd heeft te willen overwegen of de salarissen ver
minderd moeten worden. Spr. wijst er op dat toen de
huidige salarissen zijn vastgesteld, alleen nu wijlen
d heer Breebaart heeft gevraagd of als de toestand
zich mocht wijzigen, ook de salarissen onder de oogen
zou worden gezien. Spr. heeft toen geantwoord dat
dit zou geschieden als rijk en provincie dit zouden
doen. Wel degelijk is bij de vaststelling der salarissen
naar die bij rijk, provincie en gemeenten gekeken en
de salarissen hier zijn eerder beneden die salarissen
gebleven dan daarboven. Meer uitvoerig wijst spr.
dan op het feit, dat rijk, provincie en gemeenten ver
plicht zijn om salariskorting toe to passen, dat de be-
lastingschroef moet aandraaien, doch dat daarentegen
het Hoogheemraadschap het belastingpercentage naar
beneden drukt en de begrooting zeer goed sluitend
weet te krijgen. Wel leest men dat de belasting 1
wordt verlaagd en redeneert men dat dit weinig be-
teekent, een cent op een gulden, maar zoo is het niet.
De verlaging is 1 op een heffingspercentage van
5.7 en beteekent dus 18 van het cijfer. In totaal is
de belasting van het Hoogheemraadschap daardoor
reeds verlaagd met 40 Spr. erkent dat ijve* en ge
schiktheid plicht is, maar het gevoel van plicht is
niet steeds even groot. Spr. wijst op de honderden
overuren van de ambtenaren.
De heer D. de Boer: Een fout systeem, men moet
zich niet binden aan het personeel door het teveel
te laten doen.
De Voorzitter zegt. zich niet te laten binden, maar
het feit bijlft bestaan dat mede door den ijver van
het personeel de belasting verlaagd kon worden.
De heer F. Dekker kan zich vereenigen met het
voorstel van het Dag. Bestuuh en zegt dat ook de
ambtenaren een offertje dienen te brengen. Het ver
heugt spr., dat de ambtenaren dit voor een groot ge
deelte gevoelen, maar dat een groep ambtenaren
oordeelt, dat voor salariskorting geen sterk motief
aanwezig zou zijn, vindt spr. dat dit getuigt van er
gerlijk egoisme.
De heer Zeeman oordeelt dat als men de begrooting
bekijkt, het. voorstel tot salanskorting een jaar te
vroeg is. De begrooting is best kloppend te maken,
het belastingpercentage wordt belangrijk verlaagd
en spr. meent dan ook, dat de vergadering den moed
moet hebben het schoone gebaar van salariskorting
achterwege te laten. Spr wijst ook op de prestaties
der ambtenaren en meent dat het thans de goede
gelegenheki is om opnieuw aan te dringen tot het
verkrijgen van de halve rijksbijdrage watersnood-
lasten. Immers er gaan reeds stemmen op om - de
waterstaatswetgeving te veranderen. Spr. staat nog
altijd op het standpunt dijkszorg is rijkszorg. In zijn
verder betoog wijst spr. op het oordeel van een tuin
bouworganisatie, ^die niet wil gaan in de richting
van salariskorting. Spr. zal dus voorstellen dit jaar
nog geen salariskorting toe te passen.
De Voorzitter wijst er op, dat wat door den heer F.
Dekker werd aangehaald, niet voorkomt in een stuk
van onze ambtenaren of in een stuk van het Dag.
Bestuur, doch in dat van de afd. Noordholland van
den Bond van Ambtenaren bij de Waterschappen
in Nederland. Wat de rijksbijdrage betreft, wellicht
dat de heer Zeeman als Statenlid ook nog in dit op
zicht nuttig werk kan verrichten.
De heer Van der Sluijs wijst ook op den slechten
economischen toestand, gaat actoord met het idéé
salariskorting, doch stelt voor de korting te bepa
len op 7 met aftrek van f 1000.
De Voorzitter deelt mede, dat dit denkbeeld wel
degelijk door het Dag. Bestuur is overwogen, maar
dat geoordeeld werd ,dat de grootste verlaging van
kosten bestaat bij die der dagelijksche voeding en
kleeding en de man met een laag salaris van die
verlaging evenveel profiteert als de man met een
hopger salaris. Belasting, schoolgeld, enz. zijn eer
der hooger dan lager en daardoor worden de men-
schen met hoogere salarissen in meerdere mate ge
troffen.
Spr. wijst er tenslotte nog op dat omtrent het voor
stel van het Dag. Bestuur met de ambtenaren-organi
saties overeenstemming is bereikt.
Na enkele discussie wordt tot stemming overgegaan.
Het voorstel van den heer Waiboer wordt niet vol
doende ondersteund, alleen door den heer Jimmink
en komt dus niet in stemming.
Het voorstelVan der Sluijs wordt verworpen met
14 stemmen tegen 25 stemmen voor.
Het voorstel-Zeeman, geen salariskorting, wordt
niet ondersteund, waarna het voorstel van het Dag.
Bestuur zonder hoofdelijke stemming wordt aange
nomen.
De Begrooting. Algemeene beschouwingen.
Bij de behandeling van de begrooting wordt aller
eerst gelegenheid gegeven tot het houden van alge
meene beschouwingen. Van die gelegenheid wordt al
lereerst gebruik gemaakt door den heer C. de Boer
Jz., die wijst op de moeilijkheid der plattelandsche be
volking om de lasten op te brengen en die deze be
lasting de zwaarste en onrechtvaardigste belasting
vindt. Als er stemmen opgaan, dat het hoogheemraad
schap moet worden opgeheven, zegt spr. stop, want
dan moet er toch een ander lichaam voor in de plaats
wezen. Maar spr. wil dat in sterkere mate wordt aan
gedrongen op vermindering van belasting der wa-
tersnoodlasten, voor en aleer deze begrooting wordt
vastgesteld.
De heer Zeeman herinnert, nu het Hoogheemraad
schap 12y2 jaar heeft bestaan, aan de actie die tegen
het waterschap is gevoerd, wat er al niet tegen ge
fulmineerd is en dat een beetje halsstarrig aan het
waterschap dingen in de schoenen zijn geschoven die
niet in de gestie van het Hoogheemraadschap thuis
behoorden. Spr. wijst er nog eens met nadruk op dat
de lasten van het Hoogheemraadschap niet door het
Hoogheemraadschap, maar door de Prov. Staten zijn
opgelegd, en dat de Voorzitter reeds dadelijk heeft
beloofd alles te zullen doen om de lasten verminderd
te krijgen. Aan dat beginsel is het bestuur steeds
trouw geweest. Spr. wijst uitvoerig op den verbeter
den toestand van wegen en dijken, een verbetering
die zelfs door tegenstanders wordt erkend.
En toch hoort men de leuze van opheffing van het
hoogheeihraadschap, doch spr. vraagt zich af, wat
wil men dan. Als men vraagt of het beheer dan in
handen moet van de provincie, deinst men terug
De provincie is overbelast en is niet in de gelegen
heid om het werk goedkooper uit te voeren. Ook het
overnemen van de wegen gaat niet uit van het
Hoogheemraadschap, teneinde zijn standje op te
houden, maar is de wensch van Prov. Staten en de
kosten komen niet te drukken op de ingelanden van
ons waterschap, maar blijven bij de oorspronkelijke
onderhoudsplichtigen. Spr. wijst er op, dat vele aan
vragen om verbetering van wegen thans het hoog
heemraadschap bereiken. En toch hoort men dat in
een naburigen gemeenteraad gezegd wordt, dat het
hoogheemraadschap heeft afgedaan, van weer een
ander dat het een dood kindje is. Zijn de menschen
dan zienderoogen blind? Spr. wil op deze plaats
waarschuwen tegen dit bevooroordeeld oordeel. Spr.
vraagt voorts inlichtingen over de 2 voorstellen van
overname van den Twuijverweg.
De Twuijverweg.
De Voorzitter zegt, dat de heer Kroonenburg als
burgemeester van de gemeente St. Pankras, zich zeer
heeft beijverd om een overeenkomst gesloten te krij
gen met de banne St Pankras t.a.v de overname
van den weg. Tenslotte werd ook de Twuijverweg
in deze zaak betrokken, want de toestand werd zoo,
dat de weg, behoorende tot de banne St. Pankras,
doch gelegen in de gemeenten Oudorp, Koedijk en
St. Pankras, een breedte kreeg van 6 meter, terwijl
de Twuijverweg, die noodig verstraat moest worden,
een mindere breedte had. Door den architect is na
gegaan de kosten van verbetering van den weg op
de thans bestaande breedte, en die kosten zouden
dan bedragen f700 per jaar. Daarna heeft het Dag.
Bestuur overwogen om de breedte van net bestrate
gedeelte van 5 meter op 4/4 meter terug te brengen,
doch dan aan weerskanten van den weg een èeteerd
pad ter breedte van 0.75 meter, met de bedoeling
dat dit verbreede gedeelte de fietsers tot zich zou
trekken. Dit plan zou aan onderhoud f200 per jaar
meer vragen, maar spr. wijst er op, dat dit voorstel
werd gedaan met het oog op de veiligheid van het
publiek. Op deze wijze zijn twee voorstellen de wereld
ingekomen. Spr. heeft de zaak willen toelichten in
een bijeenkomst met de gemeentebesturen van de be
trokken gemeenten, maar Oudkarspel, Noord- en
Zuidscharwoude achtten dit niet 'noodig, terwijl
Broek op Langendijk ook reeds een weigerend ant
woord had verzonden, toen getelefoneerd werd dat
dus de bijeenkomst niet zou plaats vinden. Later
heeft wel een bespreking plaais gehad met B. en
W. van St. Pankras, met als resultaat dat de wet
houders toen van meening waren veranderd. Spr. is
alsnog bereid de gemeentebesturen de noodige toe
lichting te geven.
De heer Kroonenburg vraagt of het nu niet moge
lijk is. dat het Hoogheemraadschap, ook al blijft de
weg 5 meter breed, dezen goeden buitenkant over
neemt.
Afie. j
b
De heer Barten zegt, dat in den gemeenteraad van
Noordscharwoude de stemmen staakten en het moge
lijk is dat het uitgebreide plan wordt aangenomen.
De Voorzitter raadt daarom aan, thans de beslis
sing van de Langendijker gemeenten af te wachten.
De begrooting wordt vervolgens postgewijze behan
deld en zonder één enkele op- of aanmerking onge
wijzigd vastgesteld.
De commissie belast met het nazien van de reke
ning 1932, zal bestaan uit de heeren P. Zeeman, C.
Rood en C. de Boer Jz., terwijl plaatsvervangers zul
len zijn de heeren G. van der Sluijs, A. Barten Pz.
en D. de Boer Dz.
Wijziging van een besluit.
Tenslotte wordt door Dijkgraaf en Hoogheemra
den voorgesteld tot wijziging van het besluit tot uit
gifte in erfpacht van grond te Camperduin omdat
bij de vaststelling van het oorspronkelijke besluit
geen rekening is gehouden met het verbod in de
bouwverordening der gemeente Schoorl, om, behou
dens enkele, in dit geval niet van toepassing zijnde
vrijstellingen, in die gemeente te bouwen anders
dan aan straten of wegen voor het openbaar verkeer
opengesteld. Ten einde dus bebouwing van het ;n
erfpacht uit te geven terrein mogelijk te maken, zal
aan den aan te leggen weg de bestemming van open
baren weg moeten worden gegeven.
Aldus wordt besloten.
Hierna volgt sluiting.
Trekking van Dinsdag 22 November.
Ie klasse 2e lijst
No. 5128 f 5000.
Na 1013 f 400.
Nos. 3596 en 13641 ieder f 200.
Nos. 18903
en 20250 ieder 1
E 100.
Prijzen van f
20.
26
27
116
152
182
202
215
230
251
306
317
390
398
407
428
555
596
628
655
708
729
929
958
964
993
1014
1071
1072
1076
1097
1122
1149
1152
1168
1177
1222
1238
1385
1483
1507
1517
.1562
-1658
1699
1719
1727
1816
1832
1848
185è.
1931
1950.
2033
2072
2076
2146
2174
2194
2292
2354
2393
2415
2423
2454
2463
2481
2561
2574
2584
2585
2604
2638
2692
2757
2799
2809
2849
2865
2868
2895
2974
3035
3096
3154
3218
3277
3297
3339
3423
3536
3602
3726
3773
3830
3852
3867
3886
3947
3974
4006
4014
4104
4115
4165
4171
4270
4346
4408
4436
4445
4447
4484
4520
4545
4557
4573
4657
4671
4682
4711
OOGONDERZOEK-INRICHTING
GROOTSTE KEUZE BRILMONTUREN EN GLAZEN
SPECIALE REPARATIE-INRICHTING
W. C. VAN GËELEN
GEDIPLOMEERD OPTICIEN - REFRACTIONIST
LAGEZIJDE B 40 TEL. 26. SCHAGEN
OOGONDERZOEK GEHEEL* GRATIS
4736
4776 4781
4867
4896
4931 4
)60
5053
5065
5111 5146
5154
5161
5164 5166
5239
5256
5341 5368
5419
5457
5491 5500
5526
5533
5580 5651
5659
5754
5832 5852
5946
6167
6211 6234
6268
6288
6309 6407
6480
6522
6576 6621
6623
6664
6707 6720
6729
6
103
69
»G 6999
7024
7058
7092 7120
7172
7256
7267 7338
7349
7357
7365 7387
7417
7569
7571 7578
7601
7685
7791 7845
8006
8(
32
8100 8138
8227
8244
8315 8354
8392
8425
8503 8508
8517
8582
8588 8
603
8725
8793
8856 8885
8911
8935
8957 9032
9087
9125
9159 9207
9240
9313
9441 9542
9572
9628
9647 9710
9727
9950
9952 9992
10026
10039
10076
10155
10172
10180
10215
10238
10253
10317
10325
10424
10429
10471
10540
10593
10598
10681
10711
10730
10733
10780
10818
10819
10855
10856
10875
1Ó921
10975
10986
11028
11044
11066
11120
11185
11200
11307
11323
11354
11450
11469
11483
11501
11521
11545
11683
11774
11822
11911
11941
11948
11978
12045
12130
12146
12177
12206
12270
12281
12309
12441
12538
12594
12770
12827
12873
12923
13003
13027
13057
13065
13209
13259
13319
13389
13480
13529
13553
13569
13605
13783
13865
13900
13944
13958
13968
13974
14031
14051
14097
14148
14240
14241
14416
14503
14506
14530
14577
14607
14665
14666
14680
14694
14741
14812
14863
14885
14935
14941
14978
15035
15041
15332
15375
15388
15438
15510
15548
15554
15588
15607
15619
15620
15714
15721
15779
15806
15809
15812
15815
15917
15929
15948
16020
16034
16042
16062
16068
16074
16113
16139
16245
16261
16288
16317
16333
16365
16391
16419
16425
16490
16499
16506
16510
16516
16517
16558
16583
16587
16757
16810
16852
16945
16995
17003
17019
17055
17121
17147
17202
17204
17222
17251
17279
17305
17336
17371
17385
17419
17515
17562
17570
17633
17677
17760
17844
17928
17968
17972
17980
18059
18077
18082
18100
18103
18115
18159
18195
1824-1
18353
18376
18396
18412
18419
18436
18471
18486
18500
18503
18542
18587
18681
18763
18771
18796
18907
18976
18992
19030
19037
19118
19168
19218
19306
19344
19357
19391
19417
19429
19474
19484
19501
19512
19551
19572
19613
19665
19716
19755
19773
19796
19972
20(
39
20105
20122
20131
20169
20223
20252
20354
20446
20503
20504
20526
20563
20606
20693
20773
20787
20911
20920
20931
20964
20991
Indrukken van den Zesdaagschen
wielerwedstrijd in het R.A.I.-
gebouw te Amsterdam.
neen meneer, er is heelemaal geen malaise!
Moet U de berichten maar eens lezen in de couranten
over de „Zesdaagsche" te Amsterdam. En als U die niet
gelooft, dan gaat U vanavond de laatste avond van
dit „sporf'-evenement, tusschen twee haakjes ik
herhaal, dan gaat U vanavond maar eens kijken in de
Ferdinand Bolstraat, waar een compacte massa zich
verdringt bij een klein deurtje, dat open gezet wordt
om den ontzettenden stroom menschen te verwerken!
En terwijl er duizenden in de ingewanden van 't als een
kermistent hel verlichte R.AJ.-gebouw verdwijnen,
staan er buiten nog honderden in den miezerigen regen
te wachten en te soebatten of ze toch alsjeblieft maar
binnen gelaten mogen worden. Voor hun
dure geld natuurlijk;
Opkoopers loopen rond met plaatsen van f 4 voor
f 7.50 en een heer koopt er vier voor dertig gulden.
U zegt malaise! 't Is mogelijk meneer, maar dan
zeker niet voor een zesdaagschen wielerwedstrijd, want
daarvoor ligt het geld blijkbaar ,.so wie so" gereed!
Zes dagen lang heeft deze koorts geheerscht. Zes
dagen lang aan den rand van een „waschtobbe". waar
een ondernemende geest vierentwintig beroemde jonge
mannen in heeft gesmeten, in de heilige overtuiging,
dat de helft des volks er zeker wel geneugte in zou
scheopen, deze jongemannen in dit tobbetje te zien
rondtollen.
Het totale beeld van de zaal met haar kakelbonte
reclame, gezien door het rookwaas van duizenden siga
retten en sigaren, allerhelst verlicht, de baan ongerept
blank, een vreemd lichaam te midden van een groeze
lige, deinende massa had iets zeer ongewoons en
zeer fascineerends. Fen schouwspel, zooals wij er nog
nooit een gezien hadden. Het publiek was niet op alle
plaatsen van het voornaamste gehalte. Het zag er zeer
weinig representatief uit. De dames en heeren maar
er waren voornamelijk mannen zullen wel meest op
de heel dure rangen gezeten hebben, aan den boven
kant van de steile bocht, bij het officieele gedeelte en
de begin- en eindstreep. Maar in de zaal bleek er niets
aanwezig te zijn van het verschil, dat zich bij andere
dergelijke massa-bijeenkomsten nog wel eens openbaart.
Op alle rangen zat men gelijk, vol met denzelfden
hartstocht en hetzelfde enthousiasme, kortom de Zes-
danersehe koorts.
Een beetje medelijden voor die jonge kerels, die daar
nu al ver over de honderd uur rondrazen, alsof de dood
hen op de hielen zat, welt bij een mensch op. Afbeulerij.
denkt men onwillekeurig bij zichzelf, wilde beestenspel,
't Heeft werkelijk iets van een wilde beestenspel, als
het publiek, dat nu blijkbaar weer genoeg schijnt te
hebben van de kalmte, begint te joelen en te fluiten en
allerlei aanmoedigingskreten aan het adres van die en
gene laat hooren.
Met gespannen ruggen schieten zij voorbij, zoo snel.
dat men hen haast niet kan bijhouden met zijn oogen
en zij zijn rond eer men 't goed weet. De anderen mee,
zoo goed en zoo kwaad als zij kunnen. Wij hooren, dat
er om een premie gereden wordt. De jacht duurt maar
kort maar spoedig beginnen dan de ritten voor het
klassement en daarbij gaat het nog heviger toe.
Het publiek raakt steeds meer in opwinding. Het pu
bliek vóór staat op, en dat maakt dat de mensehen
achter, die staanplaatsen hebben, niets kunnen zien.
Zij schreeuwen moord en brand. De zaal davert van
het „zitten, zitten". Als dat niethelpt, beginnen er een
paar te gooien. Bananenschillen, sinaasappelschillen,
peukjes sigaar, proppen papier vliegen door de lucht.
Op een oogenblik hooren wij achter ons gekraak van 'n
bank. Een achterbuurman heeft zoo juist een stevig be
vestigd aschbakje losgebroken, dat bij de eerstvolgende
gelegenheid welgemikt, iemand die voor zijn neus is
gaan staan, treft. De heeren, die zich om de harde ban
ken wat te temperen een zitkussentje hadden gehuurd,
zien dit, terwijl zij zijn opgestaan, verdwijnen. Enfin,
de manieren zijn niet edel. maar de geestdrift is onver-
valscht. De spanning stijgt nog meer. Dit was maar 'n
aanloop. Want'na de klassementsrltten wordt de strijd
voortgezet. Het tempo loopt steeds hooger op, men vecht
om ronden en vooral tusschen van KempenPijnenburg
en RauschHürtgen wordt er als het ware op leven en
dood gestreden. Wie nog gedacht mocht hebben dat het
een beetje afgesproken werk en bij den neus-nemen van
het publiek zou zijn, kan nu wel merken, dat daarvan
geen sprake is.
De geestdrift van het publiek is enorm. Er wordt ge
schreeuwd met een hartstocht, alsof het lot van de
wereld er van afhing.
Van de renners ziet men alleen nog maar schimmen
voorbij vliegen. In de bochten schieten zij door elkaar,
onder langs, boven langs, met wendingen, waarvan men
nooit vermoed zou hebben dat men ze op een fiets kan
maken. Als een visch door het water vliegt van Kem
pen tusschen twee, drie rijders door, als hij vlucht voor
de Duitschers, die hem op de hielen zitten om hem een
ronde afhandig te maken. Pijnenburg, met een rug zoo
rond als van een woedende kat, geeft den Duitschers
mee enorm partij.
En als dezen het niet zijn is het ineens weer een an
der tweetal, dat den boei op stelten zet: de mindere
goden, die hun achterstand willen inhalen. De hitte in
de zaal is tot het kookpunt gestegen, het is om erbij
neer te vallen van benauwdheid en opwinding.
Maar het meerendéei van de toeschouwers blijft zeker
nog uren. tot het al haast weer licht wordt en men de
baan gaat ontruimen.
Spelletjes.
Rond dezen brullenden leeuwenkuil bevindt zich nog
een enorme ruimte, waar honderden menschen rond
slenteren, den inwendigen mensch wat versterken of
misschien ook om een oogenblik uit te blazen van de
doorgestane emoties, welk laatste heel wel mogelijk is,
zooals we hebben kunnen lezen, n.1. dat een der bezoe
kers aan het malen was geslagen en zich ender dok
tersbehandeling moest stellen. Ja, ja, zooiets van: „Zoo
als vader thuis schreeuwt, schreeuwt hij nergens!"
Trouwens er schijnen er meer te zijn geweest, die tij
dens deze Zesdaagsche koorts min of meer van lotje
getikt waren. In ieder geval anders deden dan ze ge
woon waren te doen. om niet te spreken van beslist
„ongewoon" waarbij het woord idioot niet uit de pen
wil zooals men zich aanstelde.
Ziehier* wat iemand er van schrijft, die een vlucht!*
gen indruk van zijn bezoek aan de Zesdaagsche geeft.
Wij blijven toch allemaal groote kinderen, zoo schrijft
hij, en daar doet zelfs de zwaarste zesdagenwedstrijd
niets aan. Nauwelijks is de jacht geëindigd en zijn wij
een beetje aan 't bekomen van onze emoties, slikken wij
de haperende brokken in onze kelen weg, of wij gaan
spelletjes doen. Doodgewone kinderspelletjes en wij spe
len ze met de onbezorgde vreugde van de hope des va
derlands.
Wij drukken op een knopje en laten miniatuurauto-
tjes rengelen langs een miniatuurautobaan die intus-
schen van miniatuurstandpunt bezien reusachtige afme
tingen heeft en wij stooten vreemde keelklanken uit
en zwaaien dwaas met de armen, als ons autotje, na
lijk een steigerend paard alle gevaarlijke slingerbochten
te zijn doorgesprongen, het eerste aankomt en wij ve
blijd worden met een tandenborstel of een soortgelS
toiletartikel, dat wij een dubbeltje goedkooper in de
Bijenkorf hadden kunnen krijgen, zonder dat wij daai
de sloopende spanning behoeven te ondergaan, of wil
het, na betaald te hebben, zullen krijgen of niet.
Ofwel wij vieren met behulp van eeri kleine handk
onze voebbalwellust bot op een klein veldje dat
merkwaardigheid schijnt te hebben, twee verliezers U
kunnen herbergen.
En wij boksen. Aha, juist, wij boksen. In ieder van
ons leeft immers dat primitieve verlangen een Carpen-
tier of een Schmeling te zijn, nietwaar, en onze vrouw
of verloofde of het onbekende, knappe meisje, dat daaf
rondwandelt, te laten zien, dat wij haar desnoods be
schermen kunnen.
Gij kunt nu zoo schraal en bleek en petieterig *UD<
als dat zielige heertje daar, in smoking en deukhoed,
daarom kan uw ziel in dat kleine lichaam zich nog
wel voelen als een snuivend en briescher.d ros, vol
driest-gevaarlijken overmoed. Zijn ziel alths-.s doet het.
Zijn ziel doet het en daarom wringt hij zich met een
diep-overtuigd gezicht den bokshandschoen arv gaat
drie stappen terug en meet met zijn blikken den zwa-
ren trainingsbal, waarmee hij alle lichtjes van het toe
stel kan doen aanvlaramen. En dan stoot hij, zich het
gewicht van het oogenblik bewust, toe als een kip, 61e
naar een slachtoffer pikt. Niet immer volgt het weer
spannige lichaam den wil van de sterke ziel. De boks
handschoen schampt langs den kant van den bal a*
en terwijl er geen enkel lampje opvlamt en de bal
davert van ons lachen, plant de jongeling zich met een
Buster Keaton-gezicht recht en doet zijn tweeden
stoot. Ach, de bittere tragiek van het lichaam, dat
den geest niet gehoorzamen kan. Er vlammen drie
lichtjes van de twee en -twintig, en veel is dat niet
voor een ziel als een steigerend ros.
„Flinker meneer, 't loakent wel, of je je schaunmoe-
der te pakke hib", zegt de juffrouw vrindelijk.
„Je mot blaze, man!" helpt eeen welwillende om
stander. De jongeling behoudt bij dit alles zijn onbe
wogen trots, streelt den bal voor den derden keer,
betaalt zijn kwartje en gaat.
Gelukkig zijn er ook sterken.
„Jai bin genaofend m'n frind" zegt een zonnige Am-
sterdamsche moeder tot een Dempsey, die alle lampje'
aan slaat.
Het is niet noodig dit te zeggen: we zijn vanavond
allemaal vrinden. Want wij zijn en wij blijven groot'
kinderen en de juffrouwen van de autobaan en de
boksmachine varen er wel bij.