SchagsrCourant
Raad
Oude Niedorp.
Woensdag 7 December 1932.
76ste Jaargang No. 9189
Pit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Dond
Dinsdag 6 December 1932.
76ste Jaargang. No 9188.
De Raad dezer gemeente kwam Vrijdag 2 Decem
ber j.1., des avonds te kwart na zeven ure, in open
bare vergadering bijeen.
Voorzitter: B. J. F. Meijer, Burgemeester.
Aanwezig zijn de leden: Bakker Jzn., C. de Boer,
D. Kriller, W. Kolkman, W. Slijkerman, J. Waiboer
en J. van Zoonen.
De notulen der openbare vergadering van 20 Octo-
ber j.1. en 5 November j.1. worden onveranderd vast
gesteld.
De Voorzitter zegt er prijs op te stellen eene door
hem ter vorige vergadering gedane mededeeling te
rectificieeren. Spr. heeft bij de opening dier vergade
ring opgemerkt, dat de heer Kriller raadslid blijtf
totdat de geloofsbrieven van zijn opvolger zijn goed
gekeurd. I-Iet is spr. gebleken, dat dit onjuist is. Vol
gens de gemeentewet in hare lezing na de herziening
bij de wet van 31 Januari 1931, Stbl. no. 41, blijft een
raadslid, dat tusschentijds ontslag neemt, lid van
den gemeenteraad totdat de goedkeuring van de ge
loofsbrieven van zijn opvolger onherroepelijk is ge
worden. Daarmede gaat gepaard, dat niet meer. als
totdusverre, het nieuwe raadslid dadelijk na toela
ting zitting kan nemen, doch eerst nadat de beroeps
termijnen inzake de toelating zijn verstreken. Tot
zoolang blijft volgens de gemeentewet de heer Kril
ler dan ook lid van den Baad. Het verheugt Spr. den
heer Kriller hier aanwezig te zien en den heer Kril
ler bereid te hebben gevonden zitting te blijven ne
men totdat zijn opvolger wettelijk zitting kan nemen.
Aan de orde is:
1. Mededeelingen.
De Voorzitter er aan herinnerde, dat ter vorige ver
gadering aan den heer Van Zoonen naar aanleiding
van diens opmerking bij punt 7: „Voorstel tot het
aangaan van eene kasgeldleening van f 110.000 met
den Staat der Nederlanden" de toezegging werd ge
daan, dat in de geldleeningsovereenkomst de woor
den „en aflossing" zouden komen te vervallen, deelt
mede, dat het Departement van Financiën telefonisch
verzocht die woorden alsnog weder in te voegen, om
dat anders het Rijk de bevoegdheid zoude missen, om
bij niet tijdige aflossing der geldleening, gebruik te
maken van de bevoegdheid welke aan liet Rijk bij
art. 3 der overeenkomst werd toegekend. Op dien
grond zijn dan ook later de woorden „en aflossing"
weder in de overeenkomst opgenomen.
Voorts deelt de Voorzitter mede, dat naar aanlei
ding van de ter openbare vergadering van 8 Septem
ber j.1. bij de „Mededeelingen" gedane toezegging, bij
brief van 22 September j.1. bij de Centrale Commissie
van Advies inzake het verleenen van rentelooze
voorschotten voor den groven tuinbouw in Westfries
land nogmaals is aangedrongen om 'aan D. de Groot
een renteloos crediet te verleenen, doch dat hierop
door die Commissie andermaal afwijzend is beschikt
(bij brief 13 October j.1.).
Ton slotte deelt Spr. den Raad mede, dat de Mi
nister van Binnenlandsche Zaken bij telegram van
12 November j.1. heeft bericht, dat de ter vorige raads
vergadering vastgestelde steunregeling voor werkloo-
ze bouwvakarbeiders niet wordt geldig verklaard en
dat de datum van verlenging dei' steunregeling voor
werklooze land- en tuinbouwarbeiders wordt terugge
bracht tot 19 November j.1., een en ander wijl vol
doende gelegenheid tot werkverschaffing bestaat.
De heer Kolkman vraagt, of nu de Minister de
steunregeling niet geldig heeft verklaard, de bouw
vakarbeider van steun zijn uitgesloten.
De Voorzitter antwoordt, dat ook de werklooze
bouwvakarbeiders in de werkverschaffing moeten
worden geplaatst.
De heer JKolkman vindt de in uitvoering zijnde
werkverschaffing (z.g. „slooten" en baggeren) niet
geëigend voor werklooze bouwvakarbeiders, die be
zwaarlijk grondwerk kunnen uitvoeren.
De Voorzitter beaamt, dat soortgelijk werk minder
geschikt is om door die categorie van werkloozen te
worden uitgevoerd, doch zoolang er geen ander soort
werk is, zal men zich wel moeten aanpassen. De
Raad heeft zich op het standpunt gesteld, dat onder-
houdswekren aan gemeente-eigendommen niet door
werklooze bouwvakarbeiders, doch door niet-werk-
looze vaklieden moet geschieden, ten einde dezen
geen werk te ontnemen en daardoor de werkloosheid
in de hand te werken. Uitsluitend voor werklooze
bouwvakarbeiders geëigend werk is er dus niet en
soortgelijke werkgelegenheid is in deze kleine ge
meente ook niet te scheppen, zoodat nu eene steun
regeling niet wordt geldig verklaard, ook de werk
looze bouwvakarbeiders moeten worden geplaatst in
de in uitvoering zijnde werkverschaffing. Mogelijk
is er iets op te vinden, waardoor zij niet met het
grondwerk worden belast.
De heer Van Zoonen wijst er op, dat ter vorige ver
gadering is bepaald, dat aan onder de steunregeling
vallende werklooze arbeiders een brandstoffenbijslag
van f 1.per week zoude worden verstrekt Spr.
vraagt, of. nu de steunregelingen door de beslissing
van den Minister buiten werking zijn gebracht, niet
opnieuw moet worden -besloten om aan de werkloo
zen, die bij de werkverschaffing zijn geplaatst,
een brandstoffenbijslag te verleenen. Uit een circu
laire van den Minister is spr. gebleken, dat aan de
tewerkgestelden bij een van Rijkswege gesubsidieer
de werkverschaffing zoodanige bijslag mag worden
verleend.
De Voorzitter antwoordt, dat deze brandstoffenbij
slag reeds wordt verstrekt. Formeel kan de Raad zich
hierover nog uitspreken. Spr. doet het voorstel ook
aan bedoelde werkloozen een brandstoffenbijslag van
f 1.per week te verleenen.
Conform dit voorstel wordt door den Raad zonder
discussie of hoofdelijke stemming besloten.
De mededeelingen worden hierna voor notificatie
aangenomen:
2. Ingekomen stukken.
a. schrijven van den voorzitter van het Centraal
Stembureau d.d. 15 November j.1., houdende bericht,
dat J. Rootjes benoemd verklaard tot lid van den
Raad in de vacature D. Kriller, die benoeming niet
heeft aangenomen;
b. als voren, d.d. 18 November j.1., houdende be
richt, dat G. de Heer, die wegens niet aanneming der
benoeming door J. Rootjes, benoemd is verklaard tot
lid van den Raad, die benoeming heeft aangenomen;
c. missive, d.d. 9 November j.1., no. 86, van Gede
puteerde Staten van Noordholland, ten geleide van
de goedgekeurde gemeentebegrooting voor het dienst
jaar 1932.
De genoemde ingekomen stukken worden alle voor
notificatie aangenomen.
3. Aanbieding der gemeentebegrooting voor het
dienstjaar 1933, vergezeld van de begrooting voor het
burgerlijk armbestuur, dienst. 1933.
De gemeentebegrooting zal overeenkomstig het be
paalde bij de gemeentewet ter visie worden gelegd
en tegen betaling der kosten in druk en in afschrift
verkrijgbaar worden gesteld, van welke nederlegging
en verkrijgbaarstelling openbare kennisgeving zal ge
schieden op de gebruikelijke wijze.
4. Benoeming van een lid der commissie voor
werkverschaffing in de vacature Jb. van Zoonen.
Aanbeveling: no. 1. W. Kolkman; no. 2. J. Klaver.
De Voorzitter merkt op, dat door de benoeming
van den heer Van Zoonen tot wethouder, het wen-
schelijk werd geacht, dat deze aftrad als lid der com
missie voor werkverschaffing, welke zienswijze ook
de heer Van Zoonen tot de zijne maakte. Spr. herin
nert er aan, dat na de openbare vergadering van
5 November j.1. de Raad reeds een opvolger aanwees.
De desbetreffende verordening vereischt, dat voor
elke vacature eene aanbeveling wordt ingediend. B.
en VV. hebben zich daarbij laten leiden door den
wensch van den Baad en dienovereenkomstig de heer
Kolkman als no. 1 aanbevolen.
Tot stemming overgaande, worden uitgebracht 7
stemmen, waarvan op den heer Kolkman 6 stemmen
en op den heer Klaver 1 stem, zoodat is verkozen de
heer Kolkman. Op een desbetreffende vraag van den
Voorzitter, verklaart de heer Kolkman de benoeming
aan te nemen, waarna de Voorzitter hem feliciteert
•met het door den Raad in hem gesteld vertrouwen
en er zijn voldoening over uitspreekt, dat de vaca
ture door benoeming van een raadslid in den persoon
van den heer Kolkman is vervuld.
5. Voorstel tot toekenning van een voorschot voor
1932 op de gemeentelijke vergoeding overeenkomstig
art. 101 der Lager Onderwijswet 1920, ten behoeve van
de R.K. Meisjesschool (St. Mariaschool) te 't Veld.
Na toelichting door den Voorzitter wordt liet bedrag
van het voorschot bepaald op f 600,te voldoen in
één termijn op 15 December a.s.
6. Vaststelling suppletoir kohier der hondenbe
lasting voor het dienstjaar 1932 en vaststelling van
een navorderingskohier ten bate van den dienst 1932.
De openbare vergadering wordt door den Voorzitter
geschorst. Na heropening worden de beide aangebo
den kohieren vastgesteld, terwijl met de.gemaakte
opmerkingen tijdens de schorsing der openbare ver
gadering, rekening zal worden gehouden.
7. Voorstel tot het aangaan van een of meer kas-
geldleeningen, ter voorziening in de behoefte aan
kasgeld gedurende het dienstjaar 1933 tot een ibedrag
van ten hoogste f 10.000,tegen eene rente van ten
hoogste \Vk boven het promessen disconto van de
Nederlandsche Bank.
De Voorzitter deelt ter toelichting mede, dat op 31
December a.s. vervalt eene kasgeldleening, welke in
1932 met eene bankinsteling werd aangegaan. Deze
kasgeldleening moet alsdan worden afgelost, omdat
het desbetreffende raadsbesluit bepaalt, dat de krach
tens dat beslui f te leenen gelden op 31 December a.s.
moeten worden afgelost. Ten einde nu de leening ook
na dien datum te kunnen verlengen, wordt voorge
steld een nieuw besluit te nemen, waarbij B. en W.
worden gemachtigd eene of meer kasgeldleeningen
te sluiten in 1933 tot ejm bedrag in totaal van ten
hoogste f 10.000.—.
Overeenkomstig dit voorstel wordt door den Raad
zonder discussie en hoofdelijke stemming besloten.
8. Voorstel tot onderhandsche verpachting van:
a. de perceelen bouwland nos. 7 en 8, ter grootte
van resp. 0.24.00 H.A. en 0.47.00 Il.A. voor eene pacht
som berekend naar f 84,per Hectare aan N. de
Jong, Veenhuizermiddelweg te Heerhugo waard
(Noord);
b. de perceelen bouwland nos. 11 en 12, ter grootte
van resp. 0.48.00 H.A. en 0.51.50 II.A., voor eene pacht
som, berekend naar f84.per Hectare, aan J. Beers
te Heerhugowaard (N.), D no. 1. Aldus wordt be
sloten.
9. Voorstel om Burgemeester en Wethouders te
machtigen de nog onverpachte perceelen bouwland
(nos. 1, 2, 4 t.m. 6, 23 en 31) tot 26 December 1933 on
dershands te verpachten aan gegadigden, die naar
hun oordeel daarvoor in aanmerking komen, voor
eene pachtsom berekend naar f84,per hectare.
10. Voorstel tot vaststelling van den pensioens
grondslag van W. T. J. Buddendorf in diens betrek
king van hoofd der school voor openbaar gewoon la
ger onderwijs, ingaande 1 November j.1.
De Voorzitter licht toe, dat door wijziging van de
jaarwedde ingaande 1 November wegens verhooging
van dienstjaren, ook de pensioensgrondslag opnieuw
moet worden vastgesteld.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
11. Voorstel om aan H. B. 'Heieman wederom on
dershand te verpachten de schutsluis aan het Oude
Niedorper Verlaat voor den tijd van 1 Januari 1933
tot 1 Januari 1934, zulks voor eene pachtsom van
f650,
De Voorzitter deelt ter toelichting mede, dat hier
omtrent overleg is gepleegd met het gemeentebe
stuur van Nieuwe Niedorp, aan welke gemeente be
doelde sluis in mede-eigendom toebehoort. B. en W.
van Nieuwe-Niedorp hebben bericht, het wensche-
lijk te achten de pacht te continueeren, met welke
zienswijze het gemeentebestuur van Oude Niedorp
zich vereenigt. De pachttijd loopt thans tot 31 De
cember a.s. Het wordt gewenscht geacht wederom
voor een jaar te verpachten.
Overeenkomstig het voorstel wordt zonder discus
sie of hoofdelijke stemming besloten
12. Voorstel om aan K. Mul te Zijdewind onder
hands te verpachten een perceeltje tuingrond te Zij
dewind.
De heer Kolkman vraagt, of het voorstel inhoudt,
dat het perceeltje voor een jaar of langer wordt ver
pacht. De Voorzitter antwoordt, dat het perceeltje
was verpacht voor een jaar tot December a.s. Het ligt
in de bedoeling het ook nu weer voor een jaar te ver
pachten.
Conform het voorstel wordt besloten.
13. Benoeming van een lid van het bestuur der
Protestantsche Armvoogdij wegens periodieke aftre
ding op 1 Januari 1933 van D. Kriller. Aanbeveling:
no. 1. D. Kriller; no. 2 A. van Zoonen.
De Voorzitter deelt mede, dat deze aanbeveling van
B. en W. overeenkomt met de door het bestuur inge
zonden aanbeveling.
Tot stemming overgaande, worden uitgebracht 7
stemmen, waarvan op den heer Kriller 6 stemmen
en op den heer Van Zoonen 1 stem, zoodat is verko
zen de heer Kriller.
De Voorzitter feliciteert den heer Kriller en deelt
mede, dat aan het bestuur van deze benoeming
schriftelijk kennis zal worden gegeven.
14. Benoeming van een lid der commissie van
toezicht der Protestantsche Armvoogdij, wegens
periodieke aftreding op 1 Januari 1933 van C. Wits-
meer. Aanbeveling: no. 1. C. Witsmeer; no. 2. K.
Kooij Pz.
De Voorzitter herhaalt ten aanzien van deze aan
beveling de bij het vorig punt gedane mededeeling.
Tot stemming overgaande worden uitgebracht 7
stemmen, welke op den heer Witsmeer worden uit
gebracht, zoodat mot algemeene stemmen is benoemd
de heer C. Witsmeer. Van deze benoeming zal even
eens schriftelijke mededeeling geschieden aan het
bestuur der Protestantsche Armvoogdij.
15. Rondvraag.
De heer Waiboer vraagt, of het Provinciaal Water
leidingbedrijf voor zijne rekening de opbrekingen,
welke in den Reiderswcg zijn gedaan, moet herstel
len en of de herstellingen, welke eerder noodig wa
ren, door dat bedrijf ten genoegen van het gemeen
tebestuur worden uitgevoerd.
De Voorzitter antwoordt, dat met het Prov. Water-
elidingbedrijf, het Prov. Electriciteitsbedrijf en hst
gasbedrijf der gemeenten Winkel en Nieuwe Niedorp
eenige jaren geleden is overeengekomen, dat herstel
lingen aan een gesloten wegdek bij opbreking van
dat wegdek door die bedrijven, vanwege het ge
meentebestuur worden uitgevoerd. Daardoor heeft
het gemeentebestuur het in zijn hand, dat de herstel
lingen geschieden zooals het behoort. De kosten van
herstellingen komen voor rekening van het bedrijf,
die het wegdek heeft opgebroken. Ook deze kosten
zijn vastgelegd en bedragen f3.50 per vierkante me
ier, waarbij gedeelten van een vierkante meter voor
een geheel worden gerekend.
Hierna niemand der leclen meer het woord verlan
gende, sluit de Voorzitter de vergadering.