Von Schleicher's
Program.
Raad
Wieringerwaard.
300.000.
De laatste reis van
de „P. C. Hooft".
Zaterdag 17 December
1932. SCHAGER COURANT.
Derde blad. No. 9195
Sombere uittocht
in den nevel.
In de haven van Pernis aan den grond ge
raakt. Het wrak later van den wal
losgeraakt en de rivier aigezakt..
Zoo is dan het wrak van de eens zoo trotsche P. C.
Hooft over de Noordzee gesleept naar de plaats, waar de
sloopers het laatste werk zullen doen. Een dikke mist
hangt over de zee en over de drie sleepbooten die het
ongeluksschip voorttrekken. De laatste reis
Herinnering.
Het machtige karkas van de Hooft, zwart geblakerd-
een beeld van troostelooze verwoesting, roept nu aan
stonds de herinnering aan glorierijke dingen op bij hen,
die op de sleepbooten meevaren. Je weet alleen maar
een stuk vergane glorie achter je. een eiland oud roest,
waar niets meer van de voorbije grootheid getuigt.
Tromp en Michiel de Ruyter. er zijn in jullie dagen
grootscher tochten op ditzelfde water, dat we thans be
varen. gemaakt! Deze uitvaart van het verbogen Hooft-
karkas. dat meegesleurd wordt door den dichten nevel,
heeft weinig van een veroveraarstocht. We varen met
etllle trom...
En ook deze fiere Indië-vaarder heeft roemvoller rei
zen gekend dan deze laatste vaart. Geboeid aan twee
enorme manilla-touwen, zonder de wieling der eigen
kracht achter den ontredderden achtersteven, deint de
Hooft nu over de Noordzee, die haar zoo vaak gedragen
heeft in den kloeken uittocht naar het verre Indië.
Zoo gaat langzaam de droeve stoet door het Noordzee
kanaal.
Voor de laatste maal geschut
Zoo worden de machtige sluizen van IJmuiden be
reikt, die toegang zullen geven tot 't groote, elndelooze
■water, de Noordzee. Een groote menigte is op de sluis
muren verzameld en ziet met ontzetting naar wat eens
de Hooft was. Zeesleepbooten nemen den taak van de
kleineren over en zullen voor een veilige overtocht
®orgdragen.
De laatste passagierslijst is schamel; de equipage is
schamel: een sleepboot-kapitein en eenige runners; de
lading: een trieste verzameling verbogen ijzer en hon
derd ton olie, die de vlammen onaangeroerd lieten.
Op de bruggen der sleepbooten staan weer de Hol-
landsche jongens aan het roer, die dokken versieepen
naar de verste stranden, die sluisdeuren door de wild
ste zeeën behouden overhalen, die hooge zeevaartkun
de presteeren, kalm pretentieloos, eenvoudig, als was
het een gemakkelijk te hanteeren sleepschip. dat aan
de trossen hangt. Feilloos trekken zij het logge ge
vearte door de nauwe pijp der sluis.
Buitengaats.
Bb,.
De mist, die bij het passeeren der IJmuidersluis even
optrok en gelegenheid gaf om veilig buiten de pieren
te geraken, wordt intusschen dichter en de grauwheid
valt rondom als een spookachtig waas over de zee. De
Hooft zwiert aan de lange trossen, angstaanjagend mon
ster in den vagen schijn van de eigen lichten, nu en
dan in een onverklaarbaren afkeer van de zee land
waarts inschietend. De commando's op de sleepboot-
Ibruggen klinken kalm en rustig, even kalm herhaalt
de roerganger zijn „bakboord aan boord" en „study an"
en voert hij de bevelen uit.
De zee is kalm, eentonig grauw, met de zilveren ba
nen, die de lantaarns der sleepbooten erop werpen, en
deze dansen over de lange deining, kwasi-vroolijke gas
ten in den vroegen winteravond. Hoog op lederen voor
mast hangen de drie toplampen ten teeken, dat er een
lange sleep achter hen aankomt. Achter verdoezelen de
lichten van IJmuiden, vooruit de Decembernacht, don
ker. onbegrijpelijk.
De nachtelijke uren worden buitengaats doorgebracht.
Naar Pernis.
Den volgenden morgen stoomt de lange sleep den
Waterweg binnen. Tusschen de golfbrekers op den
Noorderpier dwalen eenige nieuwsgierigen, maar hun
aantal is klein, daar de lucht weer dichttrok en het is
gaan motregenen. De laatste intocht is al even som
ber als de uittocht was.
Zoo wordt de Slooperij Pernis bereikt.
Pernis, Slooperij, het eindpunt van den laatsten tocht
dien de fiere P. C. Hooft gemaakt heeft We hebben
je lang achtervolgd met onze belangstelling, oud kar
kas, om je zonderlinge uitspattingen,, waarvan de
laatste zeker niet de minste was. We hadden met je
te doen, omdat er zoo'n fier zeekasteel met jou in de
vlammen is opgegaan en omdat jij het zijn moest die
den sensatie-honger van den gemiddelden mensch had
te stillen.
Tragisch object van een tragische groote-menschen-
ziekte. We zullen je na vandaag met rust laten.
Misschien komt er nog eens een fotograaf naar je
kijken, als de branders je stalen romp opensnijden.
Maar dan P. C. Hooft, heb je definitief afgedaan.
Das Lied ist aus!
Nog geen rust.
Maar de rust is den boot nog steeds niet gegund.
Vrijdag werd tenminste 't volgende gemeld:
Het wrak van de P. C. Hooft is nog steeds niet
veilig in de haven van Pernis binnengebracht. Nadat
het schip eerst tegen een piertje was gestooten, is het
later bij het binnenkomen van de haven aan den
grond gegaan. De kop ligt thans In de haven, het
achterschip zit 35 Meter op de rivier. Voor de scheep
vaart echter was dit niet hinderlijk. Morgenochtend
vroeg zal men trachten het schip met eenige sleepboo
ten los te trekken.
Toen de P.C. Hooft vastgevaren was, heeft men het
wrak met een staaldraad op den wal vastgelegd om het
morgenochtend vlot te sleepen. Het schip is echter gaan
*erken en om half tien in den avond is het staaldraad
afgeknapt. De P. C. Hooft is daarop de rivier afge
dreven en een paar K.M. is het schip in de richting van
de zee gevaren. Wonder boven wonder hebben er geen
aanvaringen plaats gehad. De sleepboot „Drente" van
Wijsmuller een van de booten die het wrak van
IJmuiden naar Rotterdam gebracht had lag op de
rivier voor anker. De „Drente" is daarop naar het
"wrak gevaren en men slaagde er in 'n tros erop vast te
leggen. Daarna heeft men het anker van de P. C.
Hooft laten valien. Het wrak ligt thans, met in de
nabijheid de „Drente" en nog eenige andere ter hulp
gekomen sleepbooten, ter hoogte van Vlaardlngen.
Morgenochtend vroeg zal men opnieuw trachten het
wrak in de sloopershaven binnen te brengen.
En dan is alles voorbijvoorbij»
EEN REDE VOOR DE RADIO.
Het nieuwe regeeringsprogram beteekent in
de allereerste plaats werkverscballing.
De Duitsche rijkskanselier Kurt von Schleicher
heeft Donderdagavond een vol uur voor de radio
gesproken over zijn regeeringsprogram.
Hij begon met een protest tegen de scherpe woor
den van Litzmann tegen Rijkspresident von Hinden
burg bij gelegenheid van de opehing van den nieu
wen Rijksdag. Daarna richttte hij vriendelijke woor
den tot zijn voorganger von Papen en verklaarde
voorts dat hij, met het spook van de militaire dic
tatuur voor oogen, slechts na lange aarzeling het
rijkskanselierschap had aanvaard, omdat hij meende
zulks aan den ernst van den toestand in Duitsch
land verschuldigd te zijn. Hij vroeg om den steun
van het Duitsche volk bij zijn moeilijke taak.
De nieuwe regeering in Duitschland heeft slechts
één punt op haar programma: werkverschaffing. Von
Schleicher waarschuwde tegen bureaucratie en voor
financie.el wanbeheer, dat deflatie ten gevolge zou
hebben, waarvoor de president van de Rijksbank, dr.
Luther. zou waken. Naast werkverschaffing verdient
de binnenlandsche kolonisatie alle aandacht en
vooral de landbouw.
De diepste oorzaak van de crisis in den landbouw,
zegt spr., is het feit. dat te veel menschen het contact
met den geboortegrond verloren hebben en naar
groote steden zijn getrokken. Maar hoe dit zij. een
goede kolonisatie is het werk van een heelo genera
tie en spr.'s regeering stelt zich slechts voor don
goeden en nuttigen pioniersarbeid in dezo te ver
richten.
Het huidige hooge peil der productie van levens
middelen dient gehandhaafd te worden, terwijl den
landbouw gelegenheid moet worden gegeven op nor
male wijze te produceeren. De regeering zal daarom
in de eerste plaats streven naar het tot bloei bren
gen van de binnenlandsche markt, daar deze het
Zij begrijpt ech
ter, dat dit niet
voldoende zal zijn,
ook het goederen
verkeer met het
buitenland dient
)p doelmatige wij
ze bevorderd te
worden. In dit ap-
zicht acht de
ijkskanselier de
hoofdzaken van
het bekende eco
nomische pro
gram der vorige
regcering een ge
schikt en grond
slag. Zij is er in
tusschen van
overtuigd, dat er
nog meer tijd zal
moeten verloopon
alvorens de re
sultaten van dit
program Kunnen
worden geconsta
teerd.
Spreker wees vervolgens op de wanverhouding tus
schen de te hooge productiekosten van den land
bouw en de prijzen der agrarische producten en
noemde het noodzakelijk zoo snel en krachtig mo
gelijk tegen dezen druk op de prijzen op te treden.
De regeering zal hierbij op de door de vorige regee
ringen ontworpen maatregelen voortbouwen.
Zoodra de moeilijkheden op het gebied der han
delspolitiek verdwijnen zal de regeering, aldus von
Schleicher, in het belang van den landbouw gebruik
maken van haar zelfbeschikkingsrecht op douane-ge
bied, voor zoover dat noodig zal zijn. Bovendien zal
een overmatige invoer van buitenlandsche waren
worden tegengegaan met maatregelen welke voor
elk geval afzonderlijk zullen worden beoordeeld.
De bescherming van den landbouw tegen storingen
veroorzaakt door de wereldmarkt, moet worden aan
gevuld door binnenlandsche maatregelen. In dit vcr-<
band dient vooral aan het vetprobleem, dat voor de
veeteelt en zuivelindustrie beslissend is, bijzondere
aandacht te worden geschonken. Nog voor Kerstmis
zal de rijksregeering zich bezighouden met dc maat
regelen welke voor het ten uitvoer leggen van deze
beginselen noodig zijn.
Opheffing van uitzonderingsmaatregelen.
De voor de rust op oeconomisch gebied noodzake
lijke uitschakeling van alle ordeverstoringen, aldus
vervolgde de rijkskanselier., heeft in den afgeloopeu
tijd helaas tot een groot aantal uitzonderingsmaat
regelen genoopt. Ik erken openlijk, dat ik het nood
lottig acht, wij op den duur niet zonder derge
lijke bepalingen kunnen leven. Ik heb daarom den
Rijkspresident verzocht, gezien de verbetering van
den toestand, dergolijke maatregelen op te heffen en
weer tot normale rechtstoestanden terug te keeren.
De Rijkspresident heeft hierin toegestemd, maar niet
verheeld, dat hij niet zal aarzelen scherpe maatreg2-
len te nemen, indien hij in zijn verwachtingen be
drogen wordt. De beroeps-onruststokers, evenzeer
als zekere ophitsende, de atmosfeer vergiftigende
pers. moet ik dus waarschuwen, dat een verordening
in zijn bureau gereed ligt, die werkelijk een door
volledigheid uitmuntende arbeid beteekent. Ik hoop,
dat het gebruik daarvan evenmin noodzakelijk zal
zijn als het gebruiken van de weermacht. Ik zou
echter ook de tegenover den staat vijandig gezin
den communistische partij geen twijfel willen laten,
dat de regeering niet voor draconische uitzonderings
bepalingen tegen haar zal terugschrikken, indien zij
door het laten vieren van den teugel vermeerderde
ophitsing van het volk zou overgaan.
Von Schleicher is voor de jeugdbewegingen en
vo)r algomeene dienstplicht. Hij dankt von Neurath,
Bruning en von Papen voor wat zij te Genève voor
Duitschland hebben bereikt, maar hij is nog niet
tevreden over Duitschlands positie bij de ontwape
ning.
Ten aanzien van dit laatste, aldus eindigde Von
Schleicher, zijn wij bereid verder te ontwapenen ala
anderen meedoen, maar 'wij zijn niet bereid ons, eer
loos, den hals te laten afsnijden en daarom hebben
wij rechtsgelijkheid geëischt. Geen volk van deze
grootte en beschaving van 't Duitsche volk kan voort
durend onder toezicht staan en als het geweer een
symbool voor den Duitscher beteekent dan is het,
omdat dit geweer waarborg biedt voor een vrij man
op zijn eigen vrijen grond.
VON SCHLEICHER.
Donderdagmiddag vergaderde de Raad, onder leiding
van Burgemeester Haringhuizen, tevens secretaris.
Afwezig is de heer J. Speets.
De publieke tribune was weer goed bezet.
Bij de opening zegt Voorzitter, dat de heer Speets om
gezondheidsredenen gemeerd heeft te moeten bedanken
als Raadslid. We zien daaruit, aldus Voorzitter, dat de
heer Speets ons gaat verlaten. Ruim 9 jaar heeft hij
medegewerkt aan belangrijke besluiten. Hij heeft zich
doen kennen als e'en bezadigd man, met een goed
oordeel en heeft steeds groote toewijding en accurates
se betoond. Ik geloof uit Uw aller naam te spreken,
als ik leedwezen betuig over zijn heengaan en hem
dank zeg voor hetgeen hij in 't belang der gemeente
heeft gedaan. We zullen hem steeds gedenken als
iemand met wien prettig is samengewerkt.
Naar aanleiding der notulen deelde Voorzitter mede,
ten le. dat nu ook de andere bewoners van den Wa-
lingsweg er voor gevoelen om hun perceelen aan de
Waterleiding te laten aansluiten, in verband waarmede
B. en W. voorstellen, het in de vorige vergadering ge
nomen besluit nog aan te houden;
ten 2e. dat van het Gemeentebestuur van Alkmaar
een verzoek is ingekomen een adres tot de Tweede
Kamer te richten inzake het behoud van het Kanton
gerecht te Schagen.
Aan dit verzoek werd door B. en W. reeds voldaan.
ten 3e. dat de belooning voor het personeel bij de
brandspuit is bepaald op f 1.per uur dienst, zoodat
naar aanleiding van het gesprokene in de vorige ver
gadering, ook de brandmeesters daaronder gerangschikt
kunnen worden.
ten 4e. dat op de geplaatste advertentie, waarin de
schuur bij het huis van den dokter voor afbraak werd
aangeboden, geen enkele inschrijving is ontvangen.
B. en W. stellen voor, deze van gemeentewege te laten
afbreken en het hout. dat nog in goeden staat is, te
bewaren. Waarschijnlijk zal dit wel in 't magazijn van
den Polder bewaard mogen blijven.
Ingekomen stukken
a. Van Ged. Staten is goedgekeurd terug ontvangen
de suppletoire begrooting, welke in de vorige vergade
ring werd vastgesteld. Van het zelfde College is de
begrooting voor 1933 terug ontvangen, waarbij inlich
tingen worden gevraagd over een post van f 1000 voor
werkverschaffing. Deze post schijnt hen wat laag.
Voorzitter deelde mede, dat vorig jaar ongeveer f 1200
werd uitbetaald en is nu door ons gesteld op f 1000,
omdat er weinig werk te verrichten is. Daarentegen
is wel verhoogd de subsidie voor het Burgerlijk Arm
bestuur. B. en W. willen overeenkomstig deze mede-
deeling Ged. Staten inlichten.
b. De begrooting van den Keuringsdienst voor Wa
ren, waaruit blijkt, dat de bijdrage nu is gesteld op
1419/100 cent per inwoner. Vorig jaar was 't ruim 15
cent. Het Dag. Bestuur wenscht dan ook niet in be
roep te gaan.
c. Een besluit van Ged. Staten tot vernietiging
raadsbesluit van 14 Mei 1932 en tot toekenning van een
vergoeding ingevolge art. 13 L.O.-wet aan H. Overzet.
Voorzitter zeide, dat B. en W. dit hebben overwogen
en dat er alle reden is om bezwaar bij den Kroon in te
dienen. Het moet erkend worden, dat het een groot
bezwaar is, dat het kind zoo vroeg van huis moet om
per tram naar Schagen te gaan. doch dit mag niet zoo
zwaar wegen, dat daar pl.m. f100 meer voor betaald
moet worden. Verschillende voorbeelden worden ge
noemd van kinderen, die even vroeg van huis moeten.
Bovendien is 't niet noodig, om per speciale school-
autobus te gaan Destijds gingen de kinderen van Hoed
jes ook per autobus van Kolhorn.
De Raad ging accoord met het voorstel om in be
roep te gaan.
Een circulaire van de Vereen, van Burgemeesters en
Secretarissen betreffende bestrijding der iepenziekte.
Deze vereeniging vraagt bijzondere aandacht en een
schouw, zoo noodig herschouw.
Voorzitter lichtte toe, dat het Polderbestuur reeds
stappen in die richting doet. Het is van het grootste
belang, dat door alle gemeenten een schouw wordt
gehouden en het is noodig dat de zieke boomen wor
den geveld en van de schors wordt ontdaan.
De heer Blaauboer is niet tegen een schouw, doch
ziet er weinig heil in. Spr heeft den indruk dat het
niet is te keeren,
e. verzoek van den Ned. Bond van Arbeiders in het
Landb.-, Tuinb.- en Zuivelbedrijf, om bijslag op werk-
loozen-uitkeering. Alvorens hierover te spreken, werd
door Voorzitter eerst aan de orde gesteld een desbe
treffend advies, wat in de vorige vergadering werd aan
gehouden. Dit betof een toeslag van 50 cent per dag
benevens behoud Kindertoeslag. B. en W. hebben dit
nagegaan en zijn tot de conclusie gekomen, dat indien
op 't adres gunstig werd beschikt, de steun aanmerke
lijk boven 't loon zou uitgaan en stellen voor afwijzend
te beschikken.
Door den heer Goosens werd opgemdrkt ddt dit de
vorige vergadering aangehouden moest worden en dat
de heer Koster toen zeide: Als het verzoek zoo in
stemming wordt gebracht, stem ik er beslist tegen. Nu
komt het weer aan de orde en willen B. en W. het
verwerpen. Ik zou eerst eens willen hooren, hoe de
Voorzitter er toe Komt, dat de steun boven 't loon zou
uitgaan.
Voorzitter licht uitvoerig toe, dat men met den ge-
vraagden bijslag boven een loon met een werkweek van
45 uur 30 cent komt. Alleen daarom zou er ook al
niet gunstig op beschikt kunnen worden. Een ande-
.re zaak is. dat we hebben een steunregeling waarmee
we tevreden kunnen zijn. Het Burg. Armbestuur heeft
altijd nog de vrijheid in noodzakelijke gevallen hooger
te gaan.
De he.r Goosens betreurt ten zeerste de houding van
B. en W. We hebben, aldus de heer G., aan die steun
regeling niets. We vragen toeslag op de uitkeering uit
de werkloozenkas. ik vindt 't treurig dat B. en W. mee
werken dat de loonen omlaag gaan, het loon is ook al
veel te laag.
Voorzitter zegt dan dat B. en W. daar geheel buiten
staan en wil elk verwijt afwijzen. We staan met 30 cent
uurloon nog boven 't vrije bedrijf waar 25 cent wordt
betaald.
Mevrouw Boerman vindt 't eveneens treurig van B.
en W. Ik zou wel eens willen zien als de heeren met
f 9.50 toe moesten. Burgemeester heeft verleden jaar ge
zegd dat hij niet zou willen, dat hier armoede werd ge
leden. Ik zou uw vrouw wel eens willen zien rondkomen.
Voorzitter: U gaat wel wat hard van stapel.
Mevr. Boerman: Misschien nog niet hard genoeg.
Voorzitter zegt nogmaals dat 't Burg. Armbestuur zoo
noodig boven de uitkeering kan gaan, we behoeven ons
geen enkele aantijging te laten welgevallen, ik wil elk
verwijt afwerpen zooals U hier doet. Onze steunrege
ling kan heusch wel genoemd worden. Dit adres gaat
boven *t loon.
De heer Goosens wil nog iets over recht spreken. De
menschen met kapitaal krijgen ook steun, waarop ze
volgens de wet recht hebben. Hebben wij dan ook geen
recht. Wij consumenten moeten betalen aan den steun
die de boeren krijgen. Verder heeft de heer Goosens
het over 't loon van 30 cent. waarna we hem moeilijk
konden volgen, omdat hij zich driftig maakte en zich
woorden liet ontvallen als: Dat verdik en laten
uitzetten.
Voorzitter bracht daarna nog in herinnering eenige
gevallen toen de boeren in de mobilisatie gedrukt wer
den en nu gesteund. U behoeft niet zoo hoog van de
toren te blazen.
Mevr. Boerman zeide dat onze vrouwen er mee rond
moeten springen. We vragen voor elk.
De heer Visser zeide dat de heer Goosens niet moet
vergeten dat de steun aan de tarwewet de bedrijven
gaande houdt, we zitten allemaal in nood.
De heer Blaauboer uit zich in dien zelfden geest.
De heer Visser betreurt ten zeerste de lage loonen,
doch er kan niet meer gegeven worden.
Na nog eenige discussie wordt het voorstel van B.
en W. om afwijzend te beschikken, met 42 stemmen
aangenomen. Mevr. Boerman en de heer Goosens stem
den tegen.
Dan komt het onder e genoemd verzoekschrift aan
de orde, waarbij door Voorzitter werd opgemerkt, waar
we hier een vrije steunregeling hebben, niet op deze
circulaire behoeven in te gaan en niet behoeven te be
sluiten boven de werkeloozenuitkeering uit te gaan.
Wat de toeslag Brandstoffen betreft, merkte Voorzit
ter op, dat de zieke boomen door de arbeiders geveld
mogen worden en ook dat men met dien toeslag boven 't
loon uitgaat
Wat betreft de trekperiode van 42 op 78 dagen te
brengen, hebben B. en W. geen bezwaar, doch we kun
nen eerst de afloop van 42 dagen afwachten en dan, als
't noodig blijkt, verder zien.
De heer Goosens meent als we moeten wachten op
de regeering. dat we dan te laat komen.
Voorzitter gelooft dat zonder ons verzoek de 78 dagen
evengoed wei zullen komen.
Het adres wordt voor kennisgeving aangenomen.
Punt 3. Voorstel tot vaststelling van een verordening
op de invordering van opcenten van de vermogensbe
lasting. Goedgevonden.
Punt 4. Een voorstel van B. en W. tot onderhandsche
verpachting van het sportterrein en den tuingrond met
grasgewas bij de begraafplaats, werd na toelichting
goedgevonden.
Verder een voorstel van B. en W. tot wijziging politie
verordening betreffende de inspectie over electrisohe in
stallaties.
Voorzitter lichtte toe. dat er wel eens branden ko
men, die worden toegeschreven aan kortsluiting. De in
Op heel de aarde heeft het leger der gedwongen
werkloozen de 20 millioen bereikt. Zou er iemand zijn
die zelfs bij benadering kan doorgronden, welk een som
van ellende dat beduidt?
In Nederland, dus vlak om ons heen. zijn 300.000 werk
loozen. thans waarschijnlijk nog wel eenige duizenden
meer. Met vrouwen en kinderen vormen zij een leger
van meer dan één millioen een achtste a een zevende
van onze heele bevolking.
Wij doen nu geen beroep op uw gevoel, doch vragen,
alleen aandacht van uw verstand: wij gaan wat reke
nen.
Laat ons aannemen, dat die 300.000 werkloozen gemid
deld 2 gulden per dag verdienen, als zij werk hebben.
Waarschijnlijk is 2 gulden te weinig, doch wij wenschen
niet de kans te loopen, dat men ons beschuldigt -van
overdrijving.
Welnu, ons leger werkloozen derft dus per dag een
loon van f 600.000. Dat is per week f 3.600.000.
In die week dat zij niet werken, moeten zij toch le
ven. Als wij aannemen, dat daarvoor per dag f 2 noo
dig is. overdrijven wij weer niet en er moet dagelijks
f 600.000 beschikbaar zijn en per week f 4.200.000. Im
mers Zondags werken wij niet, maar de huishouding
gaat door.
Zuinig, heel zuinig berekend kosten onze 300.000 werk
loozen dus per week:
aan niet verdiend loon f 3.600.000;
aan schrale ondersteuning f 4.200.000.
Totaal f 7.800.000.
Wat te doen om van dat verlies af te komen?
De menschen aan hun lot over te laten, zooals het
landsbestuur 25 iaar geleden nog geheel normaal vond?
Natuurlijk kunnen we niet meer naar dien tijd terug.
Ook zou dat paardenmiddel nog maar één van de scha
deposten opheffen.
Maar wat dan?
Tientallen malen hebben we het reeds gezegd en we
herhalen het nu:
Werk, werk, werk!
Behoorlijk werk tegen behoorlijk loon.
Wie durft ontkennen, dat dit toovermiddel ons met
één slag de oplossing van het kwellende vraagstuk
brengt?
De eerste en voornaamste zorg is daarom werk te
vinden of werk te scheppen. We mogen er
ons niet afmaken met de uitvlucht, dat werk voor 300
duizend niet uit den grond gestampt kan worden. Elke
werklooze. wien we werk weten te verschaffen, is winst
Slechts als we het mogelijke doen en het oogenschijnlijk
onmogelijke probeeren, blijven we niet beneden de maat,
die ons in tijden als deze zal worden aangelegd.
stallaties zijn in 1924 door diverse personen gemaakt.
We vinden een schouw door een deskundige wel ge-
wenscht.
De heer Blaauboer kan met dit voorstel wel meegaan
De aanleg is misschien wel eens door een minder vak
kundige aangelegd.
Door Voorzitter werd verder opgemerkt dat er na
tuurlijk kosten aan verbonden zijn, deze zullen waar
schijnlijk 50 cent per installatie bedragen.
De heer P. Visser meent dat het P.E.N. ook reeds
stappen in die richting doet.
Voorzitter zegt dat dit volkomen terecht is en er is
ook "reeds overleg gepleegd met het P.E.N. Deze keurt
reeds elke nieuwe installatie en laat dit doen door een
bepaald bureau.
De heer P. Visser vindt dat 't meer op den weg ligt
van de Brandassurantie Maatschappijen.
Voorzitter zegt dat we dan ook niet behoefden te wa
ken voor hooibroei enz.
Het voorstel wordt aangenomen.
Als armvoogd wegens periodieke aftreding van den
heer J. Schenk Kz., wordt deze met algemeene stemmen
herkozen. Als no. 2 werd de heer K. Schenk vermeld.
De heer Van Ham werd herkozen als lid van de
commissie van tóezioht op het L. O.
Verder worden als leden van de comm. van toezicht op
de arbeidsbemiddeling gekozen de heeren C. Haringhui
zen. Daan Kaan. A. Niesse. P. Keuris en N. Boerman.
De heer Daan Kaan in de plaats van den heer H. Kos
ter. die verzocht had geen stemmen op hem uit te
brengen.
Bij de rondvraag zegt de heer Blaauboer dat hij had
verwacht dat er een verzoek was ingekomen van van
Eijck om vrijgesteld te worden van schoolgeld.
Voorzitter zegt, dat dit niet is ingekomen.
De heer Blaauboer meent dat het anders wel noodig
is dat hij vrijgesteld wordt.
Hierna sluiting, waarna nog een kleine oomitê-ver-
gadering voor het kohier hondenbelasting wordt ge
houden.