Het huis op het eiland.
De Langendijker Groentenveilingen.
Woensdag 28 December 1932.
SCHAGER COURANT.
Derde blad. No. 9200
E
Kerstvergadering der
S.D.A.P.
Mijnramp in Amerika.
ra
Do moeilijkheden worden al grooter, van
daar protestvergaderingen meer opstan
digheid de actie wordt voortgezet groo-
te aanvoer van aardappelen bespottelijk
lage prijzen roode kool iets lager in prys
Gele kool nog achteraitloopende prijzen
slechte prijzen voor gele kool, deels on
verkoopbaar vrij bevredigende prijzen
voor bloemkool uien achteruitloopende
prijzen lustelooze stemming voor peen,
bleten, rammenas.
Donkere dagen vóór Kerstmis, ja dat waren het in
derdaad voor onze tuinders. Deze week gaf nog som-
terder resultaten en perspectieven dan de vorige. Als er
jju maar steeds geen verbetering komt en er wordt
maar altijd door verlies geleden, dan moeten de tuin
bouwers wel in een toestand geraken, waarin ze naar
middelen grijpen, ten einde op niet gewone wijze te ver
krijgen, wat met gewone middelen niet meer is te ver
overen. De geestesgesteldheid, de mentaliteit wordt er
iet bezadigder door, er zijn er velen, wien het niets
leer schelen kan. die alle middelen willen gebruiken
als het moet. En toch zijn ze weer zoo kwaad niet ook.
We geven een voorbeeld: de afd. van den Neutralen
Bond kreeg het in den loop van dit jaar aan den stok
met den burgemeester van Zuidscharwoude, die de af
gevaardigden weigerde te ontvangen, welke tuindersbe-
langen met hem wenschten te bespreken. Later werd
die burgemeester, ongetwijfeld door het toedoen der
Neutrale-bonders, geroyeerd als eerelid van de tuin-
bouwvereeniging. Deze week besloot diezelfde afdeeling
van den N.B. om met den burgervader te gaan bespre
ken de vraag, of kleine tuinders voor elkaar mogen
odderen. Voor wlc zich op dergelijke wijze vernedert
moet de overheid nog geen vrees hebben voor opstandig
heid. En toch beluistert men weer zooiets in de pro-
testvergadcring to Hoorn gehouden, ook door den Neu
tralen Bond. Dan klinkt herhaaldelijk donderend ap
plaus als een der sprekers het ééns rauw en bruut durft
te zeggen. En dan zou men zoo nu en dan denken dat
het nu wel niet lang meer duren zal. of er breekt in
West-Friesland een tuindersopstand uit. We denken zoo,
dat die gemoedsstemming ontstaat onder den indruk
van het oogenblik en dergelijke oogenblikkelijke impul
sen zijn maar weinig geschikt, vormen althans een zeer
onsoliede basis voor een massaal, streng gediciplineerd
optreden, dat den autoriteiten moet aantoonen, dat het
nu werkelijk ernst is. Er is daar op die protest-verga
dering met warmte en vuur gesproken en de bedoeling
nas, er tegen te protesteeren, dat in totaal maar 5 milli-
oen steun is verleend. Waar diè steun voor 1932 is be
doeld, en dit jaar weldra tot het verleden behoort, is
het op de vingers na te tellen, dat dit bedrag niet ver
hoogd zal worden. Aangezien men. naar ons verstrekte
gegevens, half Januari tot de uitbetaling van den steun
zal kunnen overgaan, zou er niet veel aan verbeurd zijn
geweest, om dit protest uit te spreken, als men met de
feiten kan aantoonen, hoe schriel die regeeringssteun
wel ls. Men moge op het oogenblik aan de hand van een
berekening komen tot de conclusie, dat die steun zeer
weinig zal beteekenen, veel meer effect zou een protest
eorteeren, als men met de werkelijke bedragen aantoon
de, dat de steun zeer en zeer onvoldoende is en niet kan
dienen, om den tuinbouw te helpen. Men zal dan al weer
moeten protesteeren ert in Den Haag begint men dan
ttldenken: niet het vele is goed, maar het goede is veel.
Als we echter goed begrepen hebben is tegelijkertijd
den afdeelingen opgedragen, de protest-actie plaatselijk
voort te zetten, en op directe betaling van de garantie
(steun) aan te dringen. Deze actie zal nu wel overbodig
2ijn, daar de steun zou zijn uitbetaald, eer de verlan
gens en wenschen in dezen ter bevoegder plaatse waren
gedeponeerd. Moge het succes der verdere actie groot
zijn!
Aan de veiling te Noordscharwoude was de aanvoer
van aardappelen nog groot, n.1. 35 spoorwagens, bijna
uitsluitend Schotsche muizen, pootaardappelen, waar
mee men is blijven zitten en die nu. noodgedwongen
ter markt worden gebracht. Bedroevend was weer de
prijs, die er voor werd gemaakt, n.1. f 0.400.60, per
300 Kg. Voor Duken werd ook f 0.400.60 betaald. Blau
we eigenheimers brachten f 0.700.80 op. Eigenheimers
f 1.101.20.
Van een vermeerdere belangstelling voor roode kool
*vas ook nog geen sprake. De hoogste prijs, die deze
week betaald werd, was f 3.70 (een enkel partijtje bracht
bij uitzondering f 4 op). Dit betrof het mooiste klein
goed van ongeveer 3 pond. De grootste, eerste soort,
bracht van f 1.502 op en daartusschen lagen de prij
zen der andere soorten, die vooral verband hielden met
FEUILLETON.
Naar het Engelsch van
Archibald Marshall.
..Waarom vraag je je moeder niet wat je weten wilt?"
vroeg Richards scherp.
„Ik wi] mijn moeder geen verdriet doen door vragen
to stellen, die ongetwijfeld heel pijnlijk voor haar moe
ten zijn. Maar dat neemt niet weg dat ik het recht heb
te weten wat er achter die geheimzinnigheid steekt.
En. u kunt mij inlichten! Wie was mijn vader en wat
voor slechts heeft hij gedaan, dat mijn moeder nooit
over hem wil spreken?"
Richards bleef een poos zwijgend voor zich uitkijken.
Hij zag wel in dat George niets onbeproefd zou laten
om achter de waarheid te komen.
„Nu, wie was mijn vader?" herhaalde George onge
duldig.
„Mevrouw Greenfieló is heel jong getrouwd", begon
Richards na een paar minuten: „met een man, die haar
slecht behandelde. Hij was een avonturier, een speler."
„Hebt u hem gekend?"
„Neen. Hij is een jaar na hun trouwen naar Amerika
gegaan om werk tc zoeken en daar is hij gestorven. Ik
beb je moeder's zaken geregeld."
„Had zij dan geld u zegt zelf dat mijn vader in
Amerika werk moest zoeken."
„Een oude vriend heeft geld op haar vastgezet, kort
nadat haar man naar Amerika is gegaan. Je hoeft niet
te vragen wie dat was, want dat kan ik je niet vertellen.
Dat weet ik zelf niet Een week na jouw geboorte is
haar man weggegaan. Het was tenslotte het beste; ze
had geen leven bij hem.'*
«En hoe kon u mij dan vertellen dat mijn vader dui
zend pond had vastgezet om mijn studie te betalen?"
„Dat was een onwaarheid!"
^..Waar komt dat geld dan vandaan?" barstte George
.■Kijk eens hier, George. Toen je mij indertijd vroeg
h hJ^Vader dat geld voor Je °Pvoeding bestemd had,
eo ik ja gezeg<j om van ver(jer gevraag af te zijn. Maar
werkelijkheid zit het zoo; het geld van je moeder is
de grootte. Voor de meest gezochte soort van de twee
de qualiteit, ongeveer 3 ponds, werd van f 2.503 be
taald, terwijl de grootste van f 0.600.90 werden ver
kocht. De aanvoer beliep 33 spoorwagens.
Slecht was de stemming voor gele kool. Ze bracht al
weer minder op dan de vorige week, toen de prijzen
al veel te wenschen overlieten. De mooiste, eerste qua
liteit bracht bij uitzondering f 2 op, veel van deze werd
echter voor f 1.701.90 verkocht. Eerste qualiteit groote
bracht f 0.801.10 op, terwijl voor tweede soort f 0.60
werd betaald. Aangevoerd werden aan beide veilingen
24 spoorwagens.
Nog treuriger was het gesteld met de Deensche witte
kool. Roode en gele kool is nog alle verkocht, doch De
nen konden zelfs voor een deel geen koopers vinden.
Bijna eiken dag draaide er een deel door, dat geen koo
pers kon vinden, althans niet voor den prijs van 60 cent,
zoodat het terecht kwam bij het In- en Verkoopbureau.
In 't begin der week kon voor de mooiste groote
nog f 11.20 bedongen worden, later werd dit 80 en 90
cent. Voor de minder gezochte, de kleinere, werd zoo
ver ze verkocht werden f 0,60 betaald. Er werden in
totaal aan de twee veilingen 27 spoorwagens geveild.
Werd gevreesd, dat de meeste bloemkool wel zoo
veel door de vorst had geleden, dat het met den aan
voer gedaan zou zijn, deze vrees is ongegrond geble
ken. Die volgroeid waren, moesten het ontgelden, doch
die nog „in knop" zaten, hebben geen last gehad. De
aanvoer was nu weer normaal, n.1. 35000 stuks. De
mooiste en grootste brachten in 't laatst der week
f 79 op, wat f 2 minder was dan in 't begin; voor
kleinere werd f 5 tot f6 betaald. Voor tweede soort
groote werd f 2.303.90 betaald, kleinere brachten
f 0.80—1.30 op.
Zijn de uien langen tijd verkocht tegen vrij bevredi
gende prijzen, deze week kan dit niet meer gezegd
worden, doordien ze steeds achteruit loopen. Nep bracht
van f 2.903.30 op. Voor drielingen lagen de prijzen
tusschen f 2.40 en f 3.30. Gele uien werden verkocht
voor f 2.703.60 en grove uien voor f 2.803.40. Aan
voer ruim 15 spoorwagens. Lusteloos was ook de
stemming voor peen, terwijl er nog weinig werd aan
gevoerd. Voor groote werd f 1.101.70 betaald, voor
kleine f 0.60.
Niet groot was ook de aanvoer van bieten. Voor de
mooiste werd f 1.30—1.60 betaald; minder gezochte
brachten f 0.60 of iets meer op. Een deel was onver
koopbaar. Voor rammenas werd f 1.101.20 betaald.
Rode van Ir. J. W. Albarda. De econo
mische toestand.
Op den eersten Kerstdag hield de federatie Amster
dam der S.D.A.P. haar gebruikelijke kerstvergadering in
het Concertgebouw. De groote zaal was geheel bezet,
toen wethouder de Miranda, voorzitter der Federatie,
zijn openingswoord sprak. Voorzitter eerde de nagedach
tenis van den pas ontslapen Duitschen socialist Ed.
Bernstein, die een der hoofdfiguren was in de Duitsche
S.D.A.P.
Daarop besteeg Ir. Albarda, de voorzitter der S.D.A.P.
Kamerfractie het podium voor het uitspreken van zijn
Kerstrede.
Spreker begon zijn rede met de Kerstgedachte aan
een bespreking te onderwerpen. Ondermeer zeide Ir.
Albarda sprekende over de duisternis, welke plaats
maakte voor het licht: Juist voor ons heeft het gevoel
van de wijkende duisternis en het rijzende licht een
heel diepe beteekenis. Het is het gevoel van het ge
meenschappelijk geloof in het naderend socialisme, van
diepe menschenliefde en wanne gevoel van broeder
schap, het verlangen naar vrede tusschen de rassen en
klassen, het gevoel, dat ons de kracht geeft tot het vol
harden in den strijd. Werd reeds jaren op een algeheel
herstel gehoopt, het heeft zoo niet mogen zijn. De crisis
neemt in hevigheid toe, landbouw, tuinbouw, handel, nij
verheid en verkeer zijn als met lamheid geslagen. Als
er nog een tak van industrie is, welke aan de crisisel
lende ontkomt, zal het de wapenindustrie wezen, die de
middelen vervaardigt om de mensohheid radicaal ten
gronde te richten.
in mijn zaak gekomen en ik heb het, in alle bescheiden
heid gezegd, goed voor haar beheerd, zoodat zij je heeft
kunnen laten leeren wat je wilde."
„En waarom kon zij met dat geld dan niet doen wat
ze wilde?"
„Ja, zie je," klonk het een weinig aarzelend. „Feitelijk
was ik alleen maar verplicht, haar een matige rente te
betalen; ik wilde echter eenige invloed op je hebben,
ingeval je tusschen nietsnutten en boemelaars te land
kwam."
„En mijn vaders voetstappen zou drukken", vulde
George bitter aan. „Nu ik kan niet zeggen dat u eerlijk
tegenover mij bent geweest. Als dat geld werkelijk aan
mijn moeder behoorde, had u niet het minste recht zich
in mijn zaken te mengen, of moet ik uit uw mededee-
lingen opmaken..."
Richards liet den jongeman niet uitspreken.
„Ik bezweer je," viel hij hem heftig in de rede", dat
je moeder geen stuiver uit mijn zak ontvangen heeft,
behalve dan natuurlijk het kleine jaargeld, dat ik haat-
voor mijn doohter geef. Ik ga nog verder", vervolgde hij
opgewonden, „ik ben bereid om haar vermogen aan jou
over te dragen, zoodat jij het verder voor haar kunt be-
heeren."
Of dit aanbod met een of andere bijbedoeling werd
gedaan of niet, in ieder geval ontwapende het George.
„Daar denk ik niet aan, meneer Richards", weerde hij
af. „Natuurlijk zal ik alles laten zooals het is. Ik kan u
immers niet dankbaar genoeg zijn dat u mijn moeders
zaken zoo uitstekend behartigd hebt. En wat de rest be
treft, het is alleen maar jammer dat u mij niet eerder
met alles op de hoogte bracht. Dat zou mij heel wat
onaangenaamheden hebben gespaard. Ik had overigens
wel verwacht iets dergelijks te hooren. Hoe weet u dat
mijn vader dood is?"
„Hij is gedood bij een relletje in een café in San-
Francisco. Ik las het toevallig in een Amerikaansche
courant, er stond een foto van hem bij het bericht af
gedrukt. Ik heb het Mevrouw Greenfield verteld, maar
ik heb haar de courant niet laten zien, om haar niet
noodeloos'pijn te doen."
„Wanneer is dat geweest?"
„Al kort nadat hij weggegaan is, een kleine vijf en
twintig jaar geleden."
„Enfin", zei George langzaam en op een toon van be
rusting. „Nu weet ik het en ik moet trachten mij met
het denkbeeld te verzoenen dat mijn vader was, zooals
u hem mij geschilderd hebt. Ik zal er met mijn moeder
niet over spreken; doet u het ook niet."
„Als je liever niet hebt dat ze weet dat je op de
hoogte bent, vind ik het goed", was Richards' antwoord
„Ben je bevredigd of is er nog iets dat je weten wilt?"
Er was iets van angstige spanning in zijn stem, maar
George merkte het niet. Hij hield zyn oogen op den
Het leger van werkloozen.
Sprekende over de werkloosheid noemde Ir. Albarda
de volgende cijfers en getallen, welke een duidelijk licht
werpen op de ellende welke alom heerscht.
In ons land bedraagt het aantal werkloozen 314.000,
hetgeen beteekent, dat met de gezinnen 1/8 of 1/7 deel
van ons geheel volk van steun moet leven.
Van de bevolking van Amsterdam moet 1/5 deel wor
den gesteund. Spr. wees niet alleen op de economische,
doch tevens op de minstens zoo belangrijke geestelijke
en zedelijke gevaren. De geheele maatschappij wordt ge
teisterd door een ramp van ongekende zwaarte. Het
loonverlies op de geheele wereld wordt geraamd op der
tig millioen gulden per jaar, hetgeen beteekent dat een
nog grooter productiebedrag verloren gaat, terwijl de
grondstoffen onverwerkt blijven, honderd duizenden
machines stilstaan en honderden schepen in de havens
stilliggen. Het aantal werkloozen op de geheele wereld
bedraagt ongeveer dertig millioen. In één rij met een
onderlinge afstand van anderhalven mete'r achter el
kaar geplaatst zouden zij de geheele aarde omspannen,
als een gordel van leed en opstandigheid, als een gordel
ook van schande voor do hedendaagsche beschaving.
Terwijl voorzien moet worden in de behoeften van mil-
lioenen, is de kapitalistische productie bij een overvloed
niet in staat, daarvoor te zorgen. In verband hiermede
wees spr. op het averechtsche beleid der regeeringen,
die door het verhoogen der tolmuren en door contingen-
teeringen den toestand steeds ernstiger maken.
Niet alleen op economisch, doch ook op staatkundig
terrein blijven de regeeringen in gebreke. Het dwang-
tractaat van Versailles was geen eerlijke poging, het
leed der mensohheid te verzachten, doch een poging
om met geweld de overwonnen volken te straffen voor
de fouten der regeeringen, die deze volken zelve reeds
hadden weggejaagd. Oorlog brengt nergens voordeel,
maar alom verderf, nadeel en ondergang. Moge dit een
les zijn voor de geheele wereld.
Genève.
Genève moet thans snel en zeker handelen. Niet al
leen op Genève moet de kracht der volken gericht wor
den om ontwapening te verkrijgen, doch ook op de re
geeringen in alle hoofdsteden ter wereld. Spr. wees er
op, dat de sociaal-democraten in hun eisch lot nationale
ontwapening in ons land niet alleen staan: ook de so
ciaal-democraten in Noorwegen, Denemarken, Zweden
en Zwitserland eischen nationale ontwapening en in de
andere landen wordt de groep onder de socialisten, die
dezen eisch voorstaan, steeds sterker. In een tijd, dat
bezuinigd moet worden op sociale instellingen en onder
wijs, zegt spr., bezuinigt in de eerste plaats op de mili
taire uitgaven, schaf de wapens af en gebruik de mil-
lioenen om den welstand en het geestelijk leven van
het volk te verheffen.
Geen deelneming aan nat. kabinet.
Komende tot de bespreking van den poltieken toe
stand, verklaarde de heer Albarda, dat de S.D.A.P. niet
zal deelnemen aan een zoogenaamde nationale regee
ring, wanneer de andere partijen niet voor een groot
deel de eischen van de sociaal-democraten willen in
willigen. Wij vreezen niet de verantwoordelijkheid en
wij hebben dit getoond in de gemeenten, waar wij over
voldoenden invloed beschikken. Maar wij weigeren
als kleine minderheid in een gemengde combinatie de
verantwoordelijkheid te dragen voor het beleid van an
deren. Van dit standpunt zullen wij niet afwijken. Alleen
bij voldoenden invloed zullen wij mede verantwoorde
lijkheid dragen voor de leiding.
Spr. betoogde verder, dat wanneer er een zoogenaam
de onvolledige nationale regeering tot stand zal komen,
dit een anti-socialistische combinatie zal zijn. Na een
verdedigende politiek gedurende vier jaren, wil de
sociaal-democratie thans iets bereiken, al ontveinsde
spr. zich de groote moeilijkheden niet. Hij is er echter
van overtuigd, dat de democratie rijke vruchten zal
kunnen afwerpen en noemde het verlaten der demo
cratie het terugvallen in oude dwalingen.
Spr. besloot zijn rede met een beroep op de eenheid
van de geheele arbeidersklasse.
De vergadering, die herhaalde malen den spreker
met applaus onderbrak, zong hem tot slot de Interna
tionale toe.
De vergadering werd opgeluisterd met socialistische
strijdliederen en de medewerking van verschillende
kunstenaars.
-• LEEUWARDEN- a
Hevige ontploffing in een steenko
lenmijn, waardoor groot aantal
arbeiders van de buitenwereld
werd afgesloten.
NEW YORK, 26 Dcc. (V.D.) In den staat Illinois
heeft een mijnontploffing plaats gehad. Men vi-t,
dat 64 mijnwerkers, die 700 voet onder den gfond in
dc mijn werden afgesloten, zullen omkomen.
52 dooden.
Later wordt gemeld:
Naar thans vaststaat, bedraagt het. aantal bij het
mijnongeluk in den staat Illinois bedolven mijnwer
kers 52. De ontploffing heeft plaats gehad op den op
300 M. hoogte gelegen gang in dc mijn Molcaqua. De
gifgassen, welke zich ontwikkelden verbreidden zir'i
bijna over de geheele mijn. Daardoor werden da
bergingswerkzaamheden buitengewoon bemoeilijkt.
In de mijn speelden zich verschrikkelijke scones af.
Tot nu toe konden negen lijken worden geborgen.
Gevreesd wordt dat ook de overige 43 mijnwerkers
door vallend gesteente of door gifgassen om het la
ven zijn gekomen.
grond gericht en zijn gedachten waren niet bij zijn be
zoeker.
„Dan zal ik maar gaan", zei Richards en zonder den
jongeman zelfs een hand te geven, maakte hij zoo spoe
dig mogelijk dat hij weg kwam.
George ging bij den haard zitten, verdiept in over
peinzingen over wat hij gehoord had. Het was onver
kwikkelijk natuurlijk, maar toch niet erger dan hij had
verwacht. Maar nu hij zekerheid had gekregen, kostte
het hem toch eenige moeite aan het denkbeeld te wen
nen dat de man die zijn vader was, een dergelijke repu
tatie had gehad. Het duurde een paar dagen eer hij in
staat was het leven weer met de oude energie en de
oude blijmoedigheid op te nemen.
HOOFDSTUK IV.
Op „Wetstones".
Het was een stralende Junimorgen, twee jaar na het
onderhoud tusschen George en Richards. Guy Bertram
zat aan het ontbijt en keek zijn post door. Hij was
thans een jongeman van zes en twintig jaar, die in
staat was geweest het leven van den vroolijken kant te
kunnen nemen. Kort na zijn geboorte was zijn moeder
gestorven; zijn vader had den jongen naar Eton ge
stuurd en het hem aan niets laten ontbreken. Maar
toen Guy zestien jaar was. stierf ook zijn vader, zijn
zaken in een verwarden toestand achterlatend, zoodat
Guy arm achterbleef; maar een familielid ontfermde
zich over hem.
Dat was Sir Roderick Bert ram. een neef van zijn va
der. Sir Roderick was in zekeren zin een legendarische
persoonlijkheid; op buitengewoon jeugdige leeftijd was
hij lid van het Parlement geworden en weldra was hij
een van de voormannen van zijn partij; hij was met een
Itallaansche schoonheid getrouwd en met deze op „Wet
stones" gaan wonen, een kasteel, dat midden op een
eiland gelegen was.
Na den dood van zijn vrouw had hij zich geheel op
zijn eiland teruggetrokken, vrijwel dood voor de wereld,
Sir Roderick dan kwam te hulp na het overlijden van
Guy's vader, of beter gezegd Mr. Calthorp, van de ad
vocatenfirma Calthorp, Eriffin en Wells. Deze deed de
schulden van Sir Rederick's neef af. betaalde Guy's
verdere opvoeding en studie en gaf hem een jaargeld
van duizend pond toen hij meerderjarig was. De jonge
man had Sir Roderick zelf nooit gezien, alleen van hem
gehoord door Cathorp. Guy had in Cambridge gestu
deerd en in zijn vacanties wijdde hij zich aan zijn
grootste liefhebberij, het schilderen.
Het zoemen van de lift werd gevolgd door een klop op
de deur en een bediende kondigde aan:
„Daar is meneer Calthorp om u te spreken, meneer."
Mislukte bomaanslag op den
Simplon=express.
De bom echter te vroeg ontploft, waar
door de dader gedood werd. Machinist
door den vuurgloed opmerkzaam ge
maakt,
ATHENE. 26 December (V.D.). Naar dc Griek-
sche Staatsspoorwegen mcdcdec-len. is in den nacht
op Zondag bij Djevdjelija (Gjaw-gjcluc) in Zuid-Si i-
vië, dicht ben de Grieksche grens een bomaanslag
gepleegd op den Simplon-expres. De op de rails ge
legde bom is evenwel vroegtijdig ontploft. Een Ma
cedoniër „Komitatsji" werd gedood, terwijl een twee
de Macedoniër gewond werd.
De machinist van de locomotief werd door den
vuurgloed opmerkzaam gemaakt op de explosie en
heeft den trein nog tijdig tot stilstand kunnen bren
gen. Er ontstond een groote paniek onder de passa
giers. De gewonde Komitatsji is zonder herkend te
zijn gevlucht.
Tragisch einde van een Kerstfeest.
Vreeselijk drama in Argenteuil.
Uit Parijs:
Een aantal jongemannen besloot don Kerstnacht
door tc brengen in een pension, waar eenige van hou
woonden. liet feest duurde den geheelen nacht 'en lo
gen half negen des morgens waren er vele flosschon
wijn geschonken. Een van de jongemannen, de -2S-
jarigc Quérité, die bekend stond als zeer nerveus,
sprong temidden van de feestvreugde plotseling op
en riep: „En nu heb ik er genoeg van, ik maak er een
eind aan!" Hij snelde naar zijn kamer, gevolgd door
den eigenaar van 't pension en zijn 28-jarigen vri-n.1
Corvest. Op zijn kamer trok Quérité een revolver om
zelfmoord te plegen. Bij de poging hem het wapen
te ontnemen, kreeg Corvest een doodclijk schot, tor-
wijl de eigenaar van het pension licht gewond werd.
De onvrijwillige moordenaar is gearresteerd.
MOORD DOOR BANDIETEN.
Op gegijseld meisje.
Uit New York:
Op ten Kerstdag werd de dochter van een bekend
advocaat op Rochy Island 'Illinois), die door ban
dieten ontvoerd was, vermoord gevonden. Er was een
losprijs gevraagd van 20.000 dollar, te betalen vóór
Kerstavond. Zondag werd het lijk zwaai verminkt
in een oude auto voor de deur dor ouders aangetrof
fen. liet lijk was van armen en boenen ontdaan.
Een slank gebouwd, jeugdig heer kwam de kamer bin
nen. Hij was ongeveer van denzelfden leeftijd als Guy
en met bijna overdreven zorgvuldigheid gekleed. Het
was het jongste lid der firma Calthorp. Grif fin en Wells,
de zoon van Mrs. Calthorp, die voor Guy's opvoeding en
studie had gezorgd, en sedert hun gemeenschappelijke
schooldagen Guy's vriend.
„Zoo Dick, ben jij daar!" riep Guy. „Wat brengt jou
zoo vroeg uit de veeren?"
„Dat zal ik je vertellen! Sir Roderick Bertram is gis
teren overleden. Ik zou wel een gelegenheidsgezicht zet
ten. maar je hebt hem zelfs niet één keer in je leven
ontmoet, zoover ik weet."
Calthorp legde zijn hoed voorzichtig op een stoel, ging
daarna zelf zitten en haalde een gele enveloppe uit
zijp zak.
„Dit telegram", vertelde hij, „kwam gisteren na kan
toortijd en het werd vanmorgen pas geopend. Het is
van Martin, Sir Roderick's bediende. „Morthwaite 7.45
n.m. Sir Roderick hedenavond overleden. Verzoeke Me
neer Bertram op de hoogte te stellen. Robert Martin."
„Is dat alles?" vroeg Guy.
„Wat zou er meer zijn?" antwoordde Calthorp op luch-
tigen toon. „Als het een dierbaar familielid was met
wien je geregeld was omgegaan, zou ik je heusch wel
met gepaste ernst condoleeren. Maar Sir Roderick was
je achterneef in den tweeden of derden graad, je hebt
hem nooit gezien en zijn dood maakt jou baronet met
waarschijnlijk een inkomen van zeventig duizend pond
per jaar..."
„Was hij zoo rijk?" informeerde Guy niet zonder vol
doening.
„We hebben alle reden dat te gelooven."
„Laat mij dat telegram eens zien", verzocht Guy.
Calthorp overhandigde het hem en Guy las zwijgend
den inhoud van het dunne velletje papier. Calthorp
knipte een denkbeeldig stofje van zijn vest.
„Wat doen we?" vroeg Guy daarop.
„Ik zou zeggen dat we er maar moesten heengaan.
Je zult als erfgenaam de. begrafenis dienen te regelen
en ik ga met je mee om te zien of er een testament of
zoo iets is. Mijn vader heeft mij deze zaak in handen
gegeven."
„Hebben jullie op kantoor geen testament?"
„Neen. Sir Roderick was een eigenaardig man, zooals
je weet. Mijn vader heeft hem indertijd geadviseerd het
ten gunste van jouw te maken. Ik ieder geval komt het
landgoed aan jou. Sir Roderick heeft zijn geweldig ver
mogen van zijn moeder geërfd: het is hoofdzakelijk in
Amerikaansche papieren belegd."
„Niet onaardig", meende Guy.
Wordt vervolgd.