Schager Courant 11 KK MK i n X 2 fi Oplossingen Nieuwe opgaven. Dammen. m Üj Sü 11 UI i sm ft IJ PU i 8 fü 11 8 PP H B i i PU P> 11 n Kruiswoordraadsel. Schaken. DENKSPORT waaraan verbonden prijsvragen van de vorige week Kruiswoordraadsel. Horizontaal: Verticaal: L sol 2. ark 4. oker 5. Uden 6. nieuweling 7. usurpateur 9. eenparig 10. eed 1L leo 12. pedestal 17. ob IS. as 19. nu 20. o. O. 24. dor 25. erf 27. leen 28. lira 31. aan 32. aba Vergelijking met èèn onbekende. Wa(k), (S)ter, Mo(f), Len(s) Watermolen. Het raadsel van een el. 3. Honorarium Kabel, Orgel, Luifel, Edel, Nel, Mispel, 8. idee 10. el Udel, Nevel, Wortel, Adel Tegel, Ezel, 12. pees 13. regeeren Roebel, Vel, Appel, Lepel. 14. mud 15. do 16. are Verschuifraadsel. 17. opa 19, neo 21. bas (SPECIAAL VOOR MUZEEKVBIENDEN) 22. uso 23. ale 24. de PASVORM 26. ets G I T A AR 27. litoraal BOORTOREN 29. neeg L O O D M U N 30. lieu COSMOGRAFIE 33. ondankbaar DENNENAALD AFSCHRIKWEKKEND EVENWIJDIG STILLEVEN De te vormen woorden waren: Violoncel en Mandoline. Oplossing Schaakproblemen. PROBLEEM No. 1. (D. DEHLER). 1. Pe4Xd6 Kh7g€. 2. Pd6-f7 Kg6—f6 3. La4c2 d7—d6 4. g4—g5t PROBLEEM No. 2. (D. DEHLER). 1. c5Xd6 Kh7g6 (h6) 2. Kf8—g8 3. La4 —eS 4. g4—g5t; L Kh7—h8 2. La4—c2. 3. Pe4g5 4. Pg5f7t. Onderstaande fantasie partij is geconstru- «erd en geanalyseerd door den bekenden problemist Willy B. Monsma te Groningen. FANTASIE-PARTIJ No. 956. L 33—28 18—23 2. 31—27 17—21 3. 3933 1218 4. 4439 7—12 5. 34—30 1—7? Hiermede heeft Zwart dezen vleugel kwetsbaar gemaakt. 6. 39—34? Deze zet is wel heel aardig, maar slechts speculatief gespeeld. Door 3631! had Wit hier met succes een aanval op Zwarts, door 17? verzwakten vleugel, kun nen doen. 20—25? Hierop had Wit juist gespeculeerd. 7. 34—39 Indien Zwart nu 25X34 zou slaan, dan speelt Wit 2722 en wint altijd een schijf door den z.g. kaatsingszet. 23-24 Gedwongen. 8. 30X39 En Zwart zit met een slechte randschijf op 25. 11—17 9. 37—31 7—11! Zeer goed! Als Zwart, bevreesd voor de opsluiting, inplaats hiervan 2126 zou heb ben gespeeld, dan had Wit hierop geant woord met 2722 en veld 6 definitief leeg gehaald, wat een verzwakking zou hebben beteekend. In verband hiermede komt de zwakte van Zwart's 5den zet (17?) aan het licht, terwijl tevens zal blijken, dat Wit dezen aanval, die bij den 6den zet ingeleid had moeten worden, nu juist één tempo te laat komt. 10. 31—26 17—22! 11. 28X17 11X31 12. 26X 37 En hiermede is de aanval afgeslagen. Der" gelijke vleugelschermutselingen komen in normale partijen veelvuldig voor; en zijn juist daarom het bestudeeren ten volle waard, want uit het minder zuiver behan delen van deze verwikkelingen ontstaan er zeer veel van die beruchte „benauwde standen" en daaruit ten slotte weder de meeste verliespartijen. Het eenigszins „ken nen" van dergelijke situaties beteekent, vooral in „klokpartijen", dan ook een nut tige besparing van tijd en denkkracht. 19—23 13. 32—28 23X32 14. 37—28 14—19 15. 41—37 10—14 16. 46—41 5—10 17. 39—34 19—23 18. 28X19 14X23 19. 37—32 10—14 20. 50—44 12—17 21. 44—39 21—26 22. 41—37 17—21 23. 47—41 21—27 24. 32—21 26—17 25. 37—32 14—19 26. 33—28 17—21 27. 38—33 Goed gezien! Als Wit inplaats hiervan, het voor de hand liggende 3933 zou heb ben gespeeld, dan had Zwart als volgt een schijf kunnen winnen: Wit 3933? Zwart 21—27! Wit 32X21 Zwart 16X27! en wint een schijf daar 2822 niet baat wegens 23—28 enz. 21—26 Om de achterwaartsche afruil 3227 enz. te verhinderen. 28. 43—38 16—21 Dreigt weder met 21—27. 29. 49—43 15—20 Verhinderd hiermede weder de sterke af ruil 3227 enz. daar Zwart dan als volgt zou winnen: Wit 3227? Zwart 23 X 32! Wit 27X16 Zwart 8—12! Wit 38 X 27? Zwart 25— 30 Wit 34X23 Zwart 18X47 dam. 30. 42—37 2—7 31. 36—31 7—11? Aangewezen was hier 611, daar Wit nu op een problematische wijze de partij in zijn voordeel beslist. Stand na den 31sten zet van Zwart: f|g ÏÊJÊJH n :XU«L.3 6: <;;5 m 'm M SLIS jp& jëy s 5 m m m 8 11 Zwart 14 schijven op: 3 4, 6, 8, 9, 11, 13, 18—21, 23, 25 en 26. Wit 14 schijven op: 28, 31—35, 37—41, 43, 45 en 48. 32. 28—22 18X47 33. 34—40 25X34 34. 40X18 13X22 35. 37—31 26X38 36. 39—34 28X30 37. 35X2 47X33 De beste 38. 2X15 Zwart geeft op! Een aardige proeve van „zelfcontrole" van Monsma, met veel leerrijke momenten en een fraai slot. De eindstand is langs volkomen logischen weg uit de partij ver kregen. Een heel mooi stukje werk, dat van in tensieve studie getuigt. 1 M M IÉ 5 6 m m m 10 11 m n H 15 16 mm m 20 21 m n n w ma. 25 26 61 SP 11 2 30 31 WM n II 35 36 mmm fü §8 40 41 "ma. r/m Jm fff m 45 46 |fü SP Sf 50 Wit Wit; 11. 22, 23, 26, 27, 28, 32, 34, 35, 37 40, 43, 46. Zwart: 1, 2, 5, 6, 8, 9, 10, 12, 14, 17 19 20 41 en 45. Wit speelt en wint. Twee-lettergreep-raadsels. l i Mi I. Verander geregeld onderstaand woord zóó_ danig, dat één lettergreep dezelfde blijft 7 i B 6 V 'MA (Voorbeeld: Korfbal Handbal Hand vat Biervat Bierdrinker, enz.) Op deze wijze moet men trachten het woord 5 h mm 4 1 MS €m m STRANDSTOEL te veranderen in: SAUSLEPEL. 3 JL 2 ■- mm ■- en wel in ten hoogste 5 wijzigingen! 1 fM n. Verander steeds het onderstaande woord zoodanig, dat de laatste lettergreep de eer ste lettergreep van het nieuwe woord vormt Verander op deze wijze, met ten hoogste 7 wijzigingen, het woord KANONSCHOT in LANDHEER. Voorbeeld: Anker, kermis, misdienaar, enz. Vergelijking met één onbekende. 8 m 7 Onderstaande vergelijking met 1 onbe kende: (Ar) plus (Br) plus (Cm) pl. 6 5 m m m (D—s) plus (D—d) X. 4 op te lossen, als gegeven is: A vervoermiddel; B grappenmaker; 3 m m 2 C waarmee men een boot voortbe weegt; 1 Sm D roofdier, dat ook in Ned. leeft; E regeert de wereld! X een welbekend huisdiertje. a b c d Wit: e 3. f e h Horizontaal: 2. Lidwoord 1. Adresaanduiding 4. Voorzetsel 2. Beslag 7. Kweekeling 3. Afkorting en zoo voorts 8. Booze geest 4. Lierzang 9. Nederlaag 5. Tegenspoed 11. Onbezet 6. Stad in Polen 13. Overtrek 10. Sinds 16. Jongensnaam 11. Muzieknoot 17. Lichaamsdeel 12. Vlak 19. Inhoudsmaat 14. Maling 20. Hevig 15. Afkorting stoomschip 21. Geëindigd 17. Indien 22. Plaatsje in Gelderland 18. Bedompt 24. Versuft 22. Bijwoord 26. Koppel trekdieren 23. Erg 28. Plaats 25. Deel van een etmaal 30. Zwemvogel 27. Eenig 31. Oprijlaan 29. Bijv. naamwoord 34. Ooievaar 30. Voedsel 35. In eere houden 32. Voor 36. Muzieknoot 33. Loofboom. Verticaal: PROBLEEM van F. N i et z 1. Zwart: 6. abcdetg n Wit: 5. De diagramstand in cijfers luidt als volgt: Zwart: Kf8, Tf4, Ld3, pionnen op a4, b7, f7. Wit: Kc5, Tg7, Pg4, pionnen op d5, e6. Wit begint en wint. PROBLEEM van C. G r u b e r. Zwart: 4. De diagramstand in cijfers luidt als volgt: Zwart: Kg8. Th8, pionnen op f7 en h7. Wit: Kh4. Tbl, Pf8. Wit begint en wint. Eén er bij wat vormen rij? Voeg bij ieder van onderstaande woorden 1 letter en maak met die letters een nieuw woord (Voorbeeld: Post plus r Sport). De beginletters van de nieuwe letters, van boven naar beneden, vormen den naam van een vrij groote stad in Gelderland: KERN (wordt: heeft ieder schip); KAR (wordt: kunstmatig stuk natuur); EED (wordt: goede eigenschap); HAL (wordt: vroolijkheidsuitlng) TROS (wordt: kan een kwelling zijn); DEUR (wordt: reukwater) ROEF (wordt: brachten de Grieken aan hun Goden); KEEL (wordt: kwajongen); MAN (wordt: heeft ieder mensch); Verschuifraadsel. Verschuif onderstaande woorden ten op zichte van elkaar zoodanig horizontaal, dat verticaal v. boven n. beneden de namen van twee bekende figuren uit de kindei* sprookjes van Moeder de Gans ontstaan; VERBAND RUILHANDEL ROODKAPJE RUMPUDDING WELWILLENDHEID SCHIPBREUK BLOEDARMOEDE ZEEKLIMAAT SLAGROOMTAART ERFDOCHTER

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 22