Stemt ie Vrijzinnig-Democraten, lijst 19, waarop Mo. I Mf. Marchanl Zijpe en Hazepolder Raad Zuidscharwoude. Vergadering van Dijkgraaf. Heemraden en Hoofd ingelanden van den Zijpe en Hazepolder. op Dinsdag 18 April 1933, des middags 2 uur in „Het Wapen van de Zijpe" van Mevr. Wed. J. Broer te Schagerbrug. Voorzitter de heer C. Hooij, dijkgraaf; secretaris de heer J. J. Bleek; opzichter de heer Kooij. Afwezig de heer J. v. d. Oord, hoofdingeland. Na opening volgt vaststelling der notulen. Mededeellngen Door den Voorzitter wordt medegedeeld, dat bericht is ingekomen over den aanslag van den polder door het Hoogheemraadschap, volgens staat A voor f 900. terwijl het percentage van den omslag voor 1933, n.1. 4.7. Ged. Staten hebben goedgekeurd het besluit tot stich ting en aankoop van een ruwoliemotor enz. door pol der C. Op S Maart bleek uitde kasopname bij den penning meester. dat de kasinhoud in overeenstemming was met de boeken en bescheiden. Mededeeling wordt gedaan van de aangekochte hoe- Veelheden grint, basalt, split en sp ram ex-grint. Voor tweeërlei uitleg vatbaar. De Voorzitter brengt in herinnering hoe ln de vorige vergadering verschil van meening bestond over het tijdstip van aftreden van den dijkgraaf. Enkele perso en oordeelden dat dit aftreden moest geschieden in April 1932, spr. zelf oordeelde van op 14 Maart 1933. En kele personen hebben zich om inlichtingen tot de griffie te Haarlem gewend; spr. zelf tot Ged. Staten. Ged. Staten berichtten nu. dat zij geen vrijheid kun nen vinden zich omtrent deze vraag uit te spreken, omdat zij geroepen zouden kunnen zijn, zich nader hand omtrent deze kwestie te moeten uitspreken. Wel ligt het in haar voornemen om te bevorderen, dat deze zaak bij bijzonder reglement zoodanig zal worden vast gesteld, dat zij niet voor tweeërlei uitleg vatbaar is. Spr. blijft dus op het standpunt staan, dat het aftreden van den dijkgraaf ipoet geschieden op 14 Maart 1933. De heer Dignum merkt op dat dit uit het schrijven van Ged. Staten niet blijkt. De Voorzitter zegt dat als hij in de plaats van den heer Dignum was, hij bij Ged. Staten in beroep zou gaan. Spr. heeft zich omtrent deze kwestie tot meer dan één gemeentelijken autoriteit gewend en werd in 't gelijk gesteld en daarna wendde hij zich tot een rechtsgeleerde, die op het punt staat doctor ln de rechtswetenschappen te worden en ook deze oordeelde dat spr. gelijk had. De heer Dignum merkt op, dat in beroep gaan niet de bedoeling is Het schrijven van Ged Staten vermeldt reeds, dat de tegenwoordige bepaling voor tweeërlei uitleg vatbaar ls en toegezegd wordt, dat de omschrij ving weldra duidelijker zal zijn. Spr. acht dit ook ge- wenscht met het oog op een volgende verkiezing. Onderhoud van een Iduft. Van den heer Komen Ss een schrijven ingekomen, waarin eraan wordt herinnerd, dat in 1920 door den polder het besluit is genomen dat wanneer door hem een kluft werd behard, de polder voor onderhoud zou zorgen. Dat onderhoud is later door het Hoogheem raadschap geschied, maar thans heeft het Hoogheem raadschap medegedeeld, dat dit waterschap niet meer voor dat onderhoud zal zorgen. Adressant vraagt nu of dan de Zijpe en Hazepolder weer voor het onderhoud zal zorgen. De Voorzitter geeft toelichting en deelt mede, dat 't Hoogheemraadschap het onderhoud beoerkt tot het noodzakelijkste en ook de overige kluften niet zal on derhouden.. In dat geval dient de polder voor het on derhoud van de kluft bij Komen te zorgen, aan de hand van een in 1920 genomen besluit. Opgemerkt wordt dat deze opritten door het Hoog heemraadschap niet als openbare wegen worden be- sohouwd. De polder zal zich met het Hoogheemraadschap in verbinding stellen om inlichtingen te vragen. Aan den heer Muntjewerf wordt reductie op zijn pacht voor het vischwater verleend en wel voor de ja- ren 1932 en 1933 ad f 7.50 per jaar. De heer Kreijger, huurder van den dijk bij Oudesluls, van welken dijk voor verbetering van de kluft een stuk is afgegraven, krijgt een vergoeding van f 5. Het Dag. Bestuur stelt voor om in de keur een be paling op te nemen, waarbij het aanbrengen van recla me, propaganda, enz. op wegen, bruggen, e.d. zal zijn verboden, op straffe van een boete van hoogstsen f 25 of een hechtenis van ten hoogste 14 dagen. De heer Komen vreest dat er weinig aan te doen zal zijn, want het kladden geschiedt 's nachts. De Voorzitter zegt dat als er een verbodsbepaling bestaat, proces-verbaal kan worden opgemaakt. Conform het voorstel wordt besloten. De rekening vastgesteld. De commissie, bestaande uit de heeren Rademaker, Eriks en Dignum brengt bij monde van den heer Rade maker rapport uit over de rekening 1932. De rekening van het algemeen bestuur sluit met een batig saldo van f 2532.42, vorig jaar bedroeg het batig saldo f 4700.22; de rekening van de sloot- en weggelden sluit met een batig saldo van f 8116.15, vorig jaar f 4475.88. De com missie had geen op- of aanmerkingen en adviseerde tot goedkeuring. Wat de begrooting voor 1933 betreft, merkt de com missie op. dat de omslag voor het algemeen bestuur van f 1 per H.A. is gebracht op f 1.50, die voor de sloot- en weggelden van f 7.50 op f 6.50. De commissie had graag gezien dat ook de omslag van het algemeen be stuur niet was verhoogd, doch deze verhooging vloeit voort uit de mindere opbrengst van de verhuurde gras- gewassen enz. Alle lof heeft de commissie voor het ac curaat beheer van den secretaris-penningmeester en ze brengt hem dank voor de verstrekte toelichting. De re kening wordt goedgekeurd. T.a.v. de begrooting merkt de heer Van der Sluijs op dat deze begrooting behandeld wordt als van het be- grootingsjaar reeds 3% maand zijn verloopen. In de na jaarvergadering is reeds een besluit genomen t.a_v. de beharding van een paar gedeelten weg, zonder dat be kend was. welke invloed deze kosten op de begrooting zouden hebben. Spr. wijst er op dat behalve de belang rijke posten onderhoud slooten, bruggen en wegen en waarover dus de vergadering zich reeds heeft uitgespro ken, weinig anders te doen valt dan de begrooting te accepteeren. Spr. vraagt nu of het niet mogelijk ls de begrooting in het jaar voorafgaande aan het betrokken begrootingsjaar te behandelen. Vooral met het oog op de tijdsomstandigheden acht spr. dit gewenscht. De Voorzitter wijst er op dat het boekjaar voor den polder begint 1 Maart en dus 1% maand is verloopen. Het besluit over het teren van de wegen diende te wor den genomen, opdat het Dag. Bestuur zou weten op welke kosten moest worden gerekend. Spr. wijst er op dat als een weg door de provincie op het wegenplan wordt geplaatst de polder spoedig tot verbetering dient over te gaan. opdat vergoeding van de provincie wordt gekregen. Spr. meent voorts dat de vergadering van hoofdingelanden alle bevoegdheid heeft de posten der begrooting al dan niet te accepteeren. De heer Van der Sluijs zegt, dat juist in de najaars vergadering 'n besluit is genomen, dat van grooten in vloed is op de begrooting en zonder dat de vergadering de draagwijdte er van weet. Daarom zou het gewensoht zijn de begrooting eerder te behandelen. De Voorzitter zegt dat het bij den polder niet is als bij de gemeente. Bij de gemeente behandelt men de begrooting voor 1933, aan de hand van de uitkomst der rekening 1931, bij den polder echter in aansluiting aan de rekening 1932. Bij de postgewijze behandeling worden enkele vragen gesteld en een paar opmerkingen gemaakt, maar het resultaat ls dat de begrooting onveranderd wordt vast gesteld. Het suppletolre kohier 1932 ondergaat een kleine wij ziging doordat nollenlanden van den heer Pronk als egalementsland was aangeslagen, maar weer als nol lenlanden zal worden beschouwd. Geldleeningen. Doordat van de lasten nog te vorderen is een bedrag van f 7200 ls er weldra gebrek aan kasgeld en wordt het Dag. Bestuur gemachtigd een kasgeldleening aan te gaan van hoogstens f 15000. rentende hoogstens De vergadering hecht voorts haar goedkeuring ér aan dat de polders B., C, Z. M. en F. geldleeningen sluiten respectievelijk groot f 2000. f 5000. f 2000 en f 1400. De heer P. de Boer feliciteert de 4 polders met dit resultaat maar vraagt zich af wat nu de molenmees- ters eigenlijk hebben te zeggen. De hoofdingelanden moeten het goedvinden en daarna is het besluit aan de goedkeuring van Ged. Staten onderworpen. De Voorzitter zegt dat dit wettelijk zoo geregeld la De heer De Boer merkt op dat van de hoofdingelan den bijna niemand weet hoe de zaak ls en waarom gaat het dan niet vla het Dag. Bestuur direct naar Ged. Staten Op voorstel van het Dag. Bestuur wordt besloten tot uitgifte van grond in erfpacht aan Mevr. wed. A. Brak c.s. en aan J.- W. Jonker, terwijl ook een stukje bosch en grond aan den heer Jonker zal worden verhuurd en wel tegen f 10 per jaar. De heer Dignum wilde dit bedrag nog halveeren. het terrein is niets waard. Zijn voorstel wordt niet onder steund. zoodat de heer Dignum zich alleen tegen het voorstel van het Dag. Bestuur kon verklaren. Het te graven kanaaL Het Dag. Bestuur stelt voor goed te keuren een con cept overeenkomst opgemaakt door den Prov. Water staat. en waarin wordt geregeld ruiling van grond In zake het te graven kanaal. Nadat de teekeningen door den opzichter zijn toege licht, leest de Voorzitter de concept-overeenkomst. De heer Dignum kan moeilijk zoo vlug beoordeelen of de overeenkomst zal zijn ln het voor- dan wel in het nadeel van den polder, en kan daarom moeilijk voor of tegen stemmen. De Voorzitter deelt mede dat het ln hoofdzaak forma liteiten zijn en wat de bemaling betreft van de percee- len, ls de vergoeding berekend naar den penning 23 2/3, de gemiddelde koers nemende van 10 jaren. Het betreft hier de bemalingen van de afgesneden gedeelten. Voor de stichting en voor de exploitatie zal aan pol der I worden vergoed f 15795, aan polder D f 12059, to taal f 27854. De heer Komen vraagt of het bedrag niet laag ls. Den heer Rezelman spijt het dat de weg langs de Grootsloot zoo'n leelijke bocht krijgt De Voorzitter zegt dat dit ook het Dag. Bestuur niet eerder bekend was dan toen het de teekening ontvang, maar spr. denkt wel dat die omlegging noodzakelijk was. De heer Rezelman dacht dat het wel anders gekund had dan moeten de andere bruggen langs de Groot- sloot ook maar hooger gemaakt worden. De heer Swan vraagt hoe het zal gaan met de lasten van de afgestoken gronden. De Voorzitter denkt dat de provincie van die gron den wel geen lasten zal betalen, maar de lasten wel zal afkoopen. Spr. wijst er op dat de polder de provincie t.a.v. den kanalenaanleg nooit erg terwille ls geweest, maar toch is de provincie steeds buitengewoon welwil lend tegenover den polder geweest De heer Rezelman heeft den voorzitter van den pol der Sohagen gesproken en deze heeft gezegd, dat de provincie geen lasten zou vergoeden voor het water, wel voor de wegen. Als dat zoo is zal 't goed zijn dat de polders met elkaar daartegen ageeren. De heer Bruin vreest ook dat de polder weinig zal krijgen. In dat opzicht ls spr. pessimistisch en de Voor zitter optimistisch. De heer Dignum vindt het ook niet goed dat de weg aan de Stolpen door de provincie wordt gemaakt en daarna aan den polder zal worden overgedragen. De Voorzitter wijst er op dat de weg wordt gemaakt op verlangen van de menschen en de fabriek daar. De provincie levert den weg op als teerweg of als klinker weg. De heer Dignum wijst op de vernieling van den pol der door dezen kanalenaanleg en vreest dat er uit deze werken nog heel wat voor den polder uit zal voort vloeien. dat zal niet meevallen. Nadat door den Voorzitter nog is medegedeeld dat overleg ls gepleegd met de molenmeesters der betrok ken kleine polders en deze het contract reeds hebben onderteekend, gaat de vergadering accoord met de con cept-overeenkomst Benoemingen. Aan de orde is de benoeming van een heemraad we gens periodieke aftreding van den heer J. Jimmlnk. De heer Van der Sluijs vraagt of de heer Jimmlnk zich voor een herbenoeming beschikbaar stelt. De Voorzitter antwoordt bevestigend. Was het nieu we reglement van toepassing, dan zou de heer Jimmink in verband met zijn leeftijd niet opnieuw benoembaar zijn. maar het oude reglement is nog geldig. Met 12 stemmen wordt de heer Jimmink opnieuw be noemd; 1 stem werd uitgebracht op den heer Van der Oord. 2 blanco. De Voorzitter feliciteert den heer Jimmlnk en wijst er op dat ondanks zijn leeftijd de heer Jimmink steeds met volle actie de zaken van den polder behartigt en de schouwen meemaakt De heer Jimmink dankt voor het in hem gestelde ver trouwen. De geloofsbrieven van de nieuwgekozen hoofdinge landen, de heeren P. de Boer Ez. en H. Swan werden in orde bevonden en tot toelating besloten. Zoowel de heer Swan als de heer De Boer hoopt op aangename samenwerking. Doordat de heer J. C. Bruin tot hoogheemraad der ultwaterende sluizen is benoemd, dient te worden be noemd een hoofdingeland voor dat waterschap. De Voorzitter zegt dat het voor den heer Bruin een groote eer is, nu reeds tot hoogheemraad te zijn be noemd. maar bovendien is het voor onzen polder een geluk omdat wij met versohillende zaken meer op de hoogte zullen komen. Bij tweede vrije stemming wordt tot hoofdingeland benoemd de heer J. Eriks, die deze benoeming onder dankzegging aanneemt Het stemrecht Aan de orde ls de bespreking van het stemrecht voor de bezitters van contribuabele-, egalements en an dere landen. De Voorzitter herinnert eraan dat In de vorige ver gadering besloten is, de egalementslanden met 2%/5 te belasten, maar ta,v. het stemrecht is toen geen besluit genomen en kon dit dus niet ter inzage worden gelegd. Daarom stelt het Dag. Bestuur deze zaak nu aan de orde. De heer Dignum meent dat het wel ln de bedoeling ligt, in het besluit van den aanslag ook op te nemen de bepaling over het stemrecht en waar het hier gold een compromis-voorstel, is spr. voor het behoud van het stemrecht voor de bezitters der egalementslanden. De heer Van der Sluijs uit zich in gelijken geest, an ders zou er weer die twistappel zijn. De heer Bruin sluit zich bij de vorige sprekers aan. Door de contribuabele partij werd een oplossing ge zocht, zij vond steun bij eenige bezitters van egale mentslanden, die wilden, medewerken, mits met behoud van het stemrecht. Zonder hoofdelijke steming wordt besloten tot be houd van het stemrecht voor de bezitters van egale mentslanden. De rondvraag. De heer De Boer bepleit het uitbaggeren van een ge deelte egalement van Burgerbrug naar de fabriek ,JDe Dageraad". De Opzichter deelt mede, dat dit reeds ln het voor nemen lag. De heer Dignum bepleit verlichting van de brug bij Slagter. Zal geschieden. De heer De Boer brengt een klacht over van een schipper, dat bij de Burgervlotbrug dwars in het vaar water een schuit ligt. De eigenaar ls reeds aangezegd, te zorgen dat de schuit verwijderd wordt. De heer Van der Sluijs zegt, dat vorig maal de wenschelijk is geuit dat de belasting zou worden ge heven naar de belastbare opbrengst. Uit de begrooting blijkt, dat hiermede nog geen rehenlng is gehouden, maar spr. hoopt dat deze zaak de volle aandacht van het Dag. Bestuur heeft. De Voorzitter zegt dat dit eerst door Ged. Staten moet worden vastgesteld en Ged. Staten hebben nog geen antwoord gezonden. De heer Bruin geeft de verzekering dat deze zaak zijn volle aandacht heeft. De heer Komen vraagt of het Dag. Bestuur wil over wegen, dat de opzichter voortaan een eigen auto rijdt en dan met vergoeding van den polder. De Voorzitter denkt dat het heel wat zal kosten, maar het Dag. Bestuur zal het bespreken. De heer Dignum feliciteert den heer Bruin met zijn benoeming als hoogheemraad der Ultwaterende Sluizen en verbindt er den wensch aan, dat hij zoowel als den heer Eriks steeds 'n open oog zullen hebben voor de belangen van onzen polder opdat niet meer zal voor komen, wat in October 1932 is geschied, n.1. die hooge waterstand. Spr. noemt den toestand die in Den Helder bestond, zeer treurig en oordeelt dat het sluisje lang niet voldoende water uitslaat. De heer Bruin zegt dat aan deze zaak alle aandacht ie geschonken, dat zelfs een kostenberekening van een electrische bemaling overgelegd is geworden, waarbij dan rechtstreeks op zee zou worden uitgeslagen. Er zou nog eens worden afgewacht hoe het zal gaan met den waterstand in het LJsselmeer en spr. meent voorts dat er te ÏJmuiden een sluts bijkomt De Voorzitter meent dat hier niet de schuld bij Ult waterende Sluizen ligt en deelt uitvoerig mede dat de militaire sluis werd gerepareerd, de aannemer niet op tijd klaar was, de militaire autoriteiten niet op spoed aandrongen, maar toen op den daaruit voortvloelenden toestand was gewezen de sluis binnen vier dagen ge reed was. De heer Dignum blijft van oordeel dat de verplichting om voor spuien te zorgen bij den Waterstaat berustte. Hierna sluiting. Dinsdagavond half acht vergaderde de raad dezer ge meente ten raadhuize. Voorzitter de heer Jhr. A. L. van Spengler, burge meester; secretaris de heer J. Th. Kunnen. De Voorzitter opende de vergadering met een woord van welkom, waarna de notulen der vorige vergadering werden vastgesteld. Ingekomen stukken. Van het gemeentebestuur van Oudkarspel was de r^ kening over 1932 van den keuringskring Oudkarspel ingekomen. Het voordeellg saldo voor deze gemeente was f 20.67. Van de plaatselijke commissie van toezicht op het la ger onderwijs het verslag over 1932. Van het gemeentebestuur van Oudkarspel het Jaar verslag 1932 van den keuringsdienst kring Oudkarspel. Proces-verbaal van opname van kas en boeken bij den gemeente-ontvanger. Alles was ln orde bevonden. In kas was f 1242.46. Onder de uitgaven is een bedrag van f 3306.02 begrepen, zijn de het saldo op de Boe renleenbank. Van den heer J. H. van der Berg, bericht dat hij zijne benoeming tot lid van de Commissie van toezicht op het L.O. aanneemt. Eveneens van den heer P. de Geus Jr. Voor kennisgeving aangenomen. Van de Vereen, van Nederlandsche Gemeenten een schrijven inzake het adresseeren met verzoek om ad- haeslebetuiging door de leden dier vereenlging. Er zal mte bovenstaand adres rekening worden gehou den. Goedgekeurd was terug ontvangen van Ged. Staten een wijziging der begrooting 1933. ten gevolge van het besluit om voor het plaatselijk Crisiscomité f 500 be schikbaar te stellen. Van het Centraal Bureau voor de Statistiek was een overzicht ingekomen van de indeeling der gemeente naar de kerkelijke gezindten. Voor kennisgeving aangenomen. Een vorstelijke gift Van den heer Mispelblom Beijer, Heer van Zuidschar woude, was bericht ingekomen dat de verplichte bij drage van f 535.88 door hem is geschonken aan het plaatselijk crisiscomité. B. en W. hebben den milden schenker hun dank be tuigd voor deze vorstelijke gift. De heer Mispelblom Beijer heeft verder bericht ln een nadere bespreking met B. en W. voor deze jaarlijkscbe bijdragen een andere bestemming te zoeken. Er heeft nog geen onderhoud plaats gehad, zoodat geen verdere mededeellngen kunnen worden gedaan. Van den R.K. Arbeidersbond In het Land- en Tuin bouwbedrijf afd Langendijk en den Modernen Bond van Arbeiders ln het Land-, Tuinbouw- en Zuivelbedrijf was een verzoek aanwezig om voor de uitgetrokken leden dier afdeelingen een steunregeling ln het leven te roe pen. De meerderheid van B. en W. stelt voor, nu er voldoende werkgelegenheid ls bij het slikken, ln den Wieringermeer en aan den nieuwen weg, geen steunre geling vast te stellen. De heer Du Burck herinnerde eraan, dat het adres eind Februari Is ingekomen, terwijl het nu eind April is. Spr. was dien tijd voor Inwilliging, doch daar men nu werkgelegenheid heeft, kan spr. riet de meerden heid meegaan. Duiven vasthouden. Van de tulnbouwvereenlging „De Toekomst" was een verzoek ingekomen te willen verorder en, dat vanaf 1 Maart tot 1 Mei de duiven moeten worden vastgehouden Ten tweede om het spitten van het land. evenals het baggeren, in werkverschaffing te laten uitvoeren. B. en W. stellen voor in de politieverordening aan het eerste verzoek tegemoet te komen, door op te nemen, van 1 Maart tot 1 September daar ook in andere ge meenten een dergelijke verordening geldt Ten aanzien van het verzoek omtrent het diepspltten deelde voorzitter mede, dat zulks hier zooals de Heide maatschappij dat verlangt niet mogelijk is. De heer Dijkhuizen vroeg, waarom tot 1 September **»erd verbonden. Er wordt toch gevraagd tot 1 Mei. De tuinders zullen dus daarmee tevreden zijn. De heer Kroon merkte op, dat in het gevraagde tijd perk de duiven de meeste schade aanrichten, doch ze doen steeds schade. De heer Muller sloot zich bij den heer Kroon aan. De tulnbouwvereenlging zal het besluit zeer zeker ap- precieeren. Ten aanzien van de tweede vraag merkte de heer Kroon op, dat het oog was gevestigd op die menschen, die niet kunnen slikken. Dan konden die menschen spit ten. Het was voor de werkeloozen. Het voorstel van B. en W. werd aangenomen. Gratificatie voor den gemeenteopzichter. In verband met door den opzichter verrichtte buiten gewone werkzaamheden door het dempen van de sloot langs het Kerkepad, en het baggeren bij wijze van werk verschaffing. stellen B. en W. voor hem een gratificatie van f 200 te verleenen. Aldus besloten. Het kohier van de hondenbelasting werd vastgesteld met 63 aanslagen tot een totaal bedrag van f 189. Geen subsidie aan de arbeldersavondschooL Hierna ging men over tot herstemming over het voorstel van B. en W. Inzake de verleening van subsidie aan de arbeidersavondschool, waarover in de vorige ver gadering de stemmen staakten. De meerderheid van B. en W. stelde voor het adres van de Arbeidersavondschool om een subsidie te mogen ontvangen voor de leerlingen, die in de werkverschaffing werken of werkloos zijn, niet ln te willigen. De minderheid, de heer Du Burck was voor inwilli ging. In stemming georacht werd het voorstel van de meerderheid van B. en W. met 4 tegen 3 stemmen, die Je heeren Du Burck Dijkhuizen en Muller aangeno men. De salarissen bij de Llchtbed rijven. Ook hier verlaging. Van de Commissie van Beheer der Lichtbedrijven was een schrijven ingekomen betreffende de salarissen der ambtenaren. Voorgesteld werd een salariskorting toe te pasen voor 3 jaar van 6 pet. met dien verstande dat 25 pet. met een maximum van f 1000. bulten deze tlldelijke. korting valt. De meerderheid van B. en W. stelde voor met het voorstel der commissie accoord te gaan. De heer Du Burck wenschte te worden geacht tegen te stemmen. Zonder hoofdelijke stemming werd het voorstel der meerderheid aanvaard. Rondvraag. Bij de rondvraag bracht de heer Dijkhuizen het ter- relntje van den heer Stuurman ter sprake. Spr. zou gaarne wenschen dat maatregelen werden getroffen, dat niet meer op dergelijke terreintjes aan de Westzijde van den weg mag worden gebouwd. De Voorzitter antwoordde, dat men dan een uitbrei dingsplan zou moeten hebben. Misschien is het mogelijk dat toch nog op een andere manier in deze kan worden voorzien. Fachtreducttec Bij den heer Groen gekomen zijnde, herinnerde de Voorzitter zich, nog een voorstel van B. en W. te heb ben, dat hedenmiddag is behandeld. De meerderheid van B. en W. stelde voor op de huren van gemeenteland een reductie te geven van 20 pet, mits de huurpenningen voor 15 Augustus a^. zijn betaald. De heer Groen zelde, dat het de vorige keer niet zijn bedoeling was. om allen reductie te geven. Spr. wilde geen reductie verleenen op die later gehuurde landerijen, welke veel goedkooper zijn geweest. Spr. wilde op de huren, welke binnen een zeker tijdperk te hoog zijn, wel reductie verleenen. De Voorzitter deelde mede. dat de door den heer Groen in een vorige vergadering gemaakte opmerking voor B. en W. aanleiding was geweest om allen 20 pet. re ductie te verleenen. De heer Groen meende, dat huren van f 5 per snees meer voor reductie ln aanmerking kwamen, dan die van f 2 f 2.25. Is het niet mogelijk, het progressief te doen? Wethouder Bekker deelde mede. In B. en W. te heb ben voorgesteld 25 pet. reductie te geven, doch de hu ren niet lager te doen worden dan f 2.50 per snees, doch dat spr. nadat de heer Du Burck had opgemerkt, dat de huurders van het minder goede land, meestal de minder financieel draagkrachtigen waren, met den heer Du Burck ls meegegaan. Wethouder Du Burck zeide. dat door de pachtwet wordt voorzien in de huren van de hoogconjunctuur. De vraag is nu. moeten we nu ook reductie geven van hu ren, geboden in crisistijd? De tuinders wisten bijna, dat de opbrengst slecht zou zijn. Het voorstel van den heer Bekker. om de huren op f 2.50 te houden, zou alleen re ductie geven aan huren boven f 3 per snees. De steun- wet had zoo moeten zijn. dat de tuinders hun huur had den kunnen betalen. Het moest niet van de gemeente moeten komen. De Voorzitter, de minderheid, zelde. dat, als men het van den kant der huurders bekeek, men alles wel kon kwijtschelden. We zitten hier echter voor de gemeente en moeten rekening houden met de gemeentebelangen. Het zou geen algemeene steunregeling zijn, doch slechts aan een gedeelte van een groote categorie menschen. die het buitengewoon slecht hebben. Het is onze plicht, de gemeentebelangen ln het oog te houden. Er is al neel veel voor de tuinders gedaan. De belanghebbenden heb ben nog geen vezoek tot den raad gericht. De huurders hebben geen onrechtvaardige behandeling van den raad ondervonden. De heer Groen merkt op, dat men bij de hooge huren ook de onmacht om te betalen in aanmerking moet ne men. De heer Dijkhuizen was er voor om. als reductie werd gegeven, een zekere som, b.v. f 2 per snees vast te stel len. waarboven reductie werd gegeven. De heer Kramer was het met den Voorzitter eens. We ritten hier als de verhuurder. Er is ook wel iets tegen te zeggen, dat de menschen hun huren niet be talen aan particuliere verhuurders, die er ook weer brood voor moeten koopen. Spr. zün gevallen bekend, waarbij men niet eens om uitstel heeft gevraagd, maar gewoon niet betaalt. Dat is niet juist. We moeten een grens stellen, waar beneden wij ons land niet verhuren. Er kan niet worden gesproken van buitengewoon hooge huren, daar ze hebben gehuurd in den crisistijd. Spr. dacht, dat er nog wel wat van het dure land was gehaald. Spr. wilde ieder geval op zichzelf be schouwen. De heer Bekker merkte op dat spr.'s voorstel was voor de huren van In 1931 gehuurd land. De Voorzitter merkte nog op dat, als het grootste gedeelte der Zuidsoharwouder tuinders huurders van gemeenteland was, men een algemeene maatregel trof. De heer Du Burck heeft zich over den heer Kramer verwonderd. We mogen niet het standpunt van „den verhuurder" innemen. De toestand is toch wel abnor maal. Als het In- en Verkoopbureau zelfs de groenten niet meer aan de liefdadige instellingen kan kwijt worden. Men moet het hart eens laten spreken. De menschen zullen toch bij de gemeente terecht komen over het Armbestuur of het crisiscomité. Spr. wilde liever op een andere manier helpen. De pacht ls maar een en kele factor in het bedrijf. Ook de mindere pachten moeten in de reductie worJen opgenomen. Anders zou het onbillijk zijn. Bij de mindere huren ls de reductie toch ook al minder. Voorzitter betreurde het. dat, vooral in het relaas van den laatsten spreker, het gemeentebelang uit het oog wordt verloren. Men vergadert hier als raad van Zuidscharwou4e en moet de financiën der gemeente ln het oog houden. De raad vergadert niet om z'n hart te laten spreken. De heer Du Burck: Soms wel. De heer Groen stelde voor, een principe-besluit te nemen. Spr. stelde voor ten hoogste 25 pet. en ten laagste 10 pet. reductie te verleenen. De heer Kramer stemde tegen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 22