DE IJZEREN DEUR
I iibii
ImmJ I
■-wr
LKMAARSCHE
CAUSERIE
Zaterdag 22 April 1933.
SCHAGER COURANT.
Vijfde blad. No. 9266
OVERZICHT
van de in 1933 in Noord-Holland
aangelegde Rijksproefvelden.
A. BEMESTINGSPROEFVELDEN.
L Stikstofbemesting op grasland.
Vergeleken worden verschillende stikstofmeststoffen;
aantal parallellen van 3 tot 6. Proefnemers: P. van
Diepen te Schagen; D. J. de Graaf te Den
Helder (voortzettingen van 1932), C. K 1 e rk te Stom-
petoren; N. Hoornsman te Julianadorp;
J. B 1 a a u w te G r a f t; J. K h n e te
Beemster (voortzettingen van 1931)J. Tromp te
Zuiderwoude en J. Poel te Castricum (aan
gelegd in 1933).
t. Stikstofbemesting op bouwland.
Bij den heer G. H. Geerligs te Anna Paulowna
worden In vijfvoud vier verschillende stikstof meststof
fen vergeleken met veldjes zonder stikstof. Gewas sui
kerbieten.
8. Kalibemesting op grasland.
De werking van drie verschillende hoeveelheden ka-
lizout wordt vastgesteld bij den heer S. IJ ff te Kr o m-
menledijk. Aantal parallellen vijf; voortzetting van
1931.
4. Fosforzuurl>emesting op grasland.
a. Bij de heeren S. LJff te Krommeniedijk en
Jb. Eriks te Schagerbrug worden In vijf
voud drie hoeveelheden Th. slak of sup. vergeleken met
veldjes zonder fosforzuur. Bü Jb. Erlks worden tevens
waarnemingen gedaan betreffende het fosforzuurgetal
Voortzettingen van 1930.
b. Bij den heer Alb. Schilder te Stolpen worden
tn vijfvoud waarnemingen gedaan betreffende het fos
forzuurgetal en de aanwezige fosforzuurreserve. Voort
zetting van 1930.
6. Kali- en forforzuurbemesting op grasland.
Bij den heer W. Zee te-Noor d-B eemster is een
proefveld aangelegd in drievoud. Voortzetting van 1930.
8. Volledige bemestingsproefvelden op grasland.
Bij de heeren S. LJff en KI. Feeke te Kromme-
niedijkenG. Nieuwenhuizen te Uitgeest
zijn proeven opgezet, teneinde de invloed van physio-
logisch zure- en alcalische bemestingen na te gaan.
Verder wordt onderzocht de wenschelijkheid van stik
stof-kali- en kalkbemesting. Voortzetting van 1929.
7. Kalk toestandsproefvel den.
a. Door den heer H. Klimp te Den Burg is in
1930 een kaiktoestandsproefveld aangelegd op zand
grond. Bij verschillende gewassen wordt hier nagegaan,
welke invloed de kclktoestand heeft Voortzetting van
193'ï.
b. Bü den heer J. Schilder te 't Zand worden
bij verschillende kalk toestan den vergeleken, zwavelzure
ammoniak, kalksalpeter en ammonsalpeter. Aanleg in
drievoud. Voorzetting van 1931 en 1932.
B. VARIETEITSPROEFVELDEN.
J. Wintertarwe.
a. Het groote Z.A.P. proefveld is dit jaar aangelegd
bij den heer D. Rezelman te Anna Paulowna.
De rassen Regentes. Juliana en Carstens Dikkop V zijn
ln 6 voud aangelegd; in duplo de volgende rassen:
Aering, Anna Paulowna. Vilmorin DD. Vllmorin 29. Vil-
morir. 23, Concurrent. Iassllo (art), Lawaeta Als. Paj-
bierg 188, Mansholt's Wilobo. Emma, Imperial Ila,
Mansholt Witte Dikkop Til.
b. Een interprovinciaal tarweproefveld Is geplaatst
bij den heer K. Kiste maker te Winkel (Groetpol
der). Hier worden in tweevoud de volgende rassen ver
geleken: Juliana, Mansholt witte dikkop Hl; Imperial
Ila. Emma. Carstens dikkop V.
Z. Zomertarwe.
Bü den heer Jm. Blaaub'oer te Kolhorn fWaard-
polder) is in drievoud uitgezaaid de interprovinciale se
rie: Mansholt's van Hoek. Mansholt's witte. Heine's
Kolben en Svalofs Extra Kolben.
3. Haver.
Een interprovinciaal proefveld Is. in drievoud, aange
legd bü den heer A. Schenk te Winkel (Groetpol
der.) (boerderij Waterloo in den Waardpolder). met de
volgende rassen: Mansholt's Binder, Svalofs-Zege en
Svalof'a Adelaar.
4. Gerst.
Bü den heer H. K. Koster te Wieringerwaard
(boerderij Anna Paulowna) is, in drievoud, een proef
veld aangelegd met de volgende brouwgerstrassen
Saxonia, Mansholt's 2-ryige, Goudgerst, Zegegerst, Rö-
wersdorfer, Abed Kenia.
FEUILLETON
Uit het Engelsch
van HAROLD BELL WRIGHT.
29.
HOOFDSTUK XXIV.
De weg van den blanke.
Met een kreet van ontsteltenis liep Hugh naar de
plaats, waar hü zün armza'.ig beetje goud bewaarde,
maar dat was onaangeroerd. Natachee's boog en pyl-
koker. zonder welke hü nooit op weg ging. hingen op
de gewone plaats, en zün jachtmes, dat hy altyd In den
gordel droeg, lag op den vloer. Het was niet moeilijk
te gissen wat er gebeurd was.
Sonora Jack, er niet in slagende met behulp van zün
kaart de mün met de yzeren deur te vinden, en in de
meening, dat Natachee wist waar de schat te vinden
was, had den Indiaan opgezocht om hem te dwingen
zijn geheim te openbaren. Terwijl Natachee bij Ed-
wards in de kloof was, waren Sonora Jack en zün met
gezellen de hut binnengegaan, hadden den Indiaan op
gewacht en hem overvallen toen hü terugkeerde. De
grond bij de hut was door paardenhoeven platgetrapt,
en de duidelijke sporen hunner yzers leidden den berg
af naar den beneden-canon. Hugh twüfelde geen oogen
blik of de roovers hadden Natachee meegevoerd, en
zonder aarzelen volgdé hij het spoor zoo snel als dat in
het afnemende licht ging. Hij had niet de minste er
varing in dat werk, maar de grond was zacht door de
winterregens, en de drie paarden hadden een gemakke
lijk te volgen spoor nagelaten.
Toen het te donker werd om te zien, bevond hü zich
een paar mülen van de hut, en een goed eind lager
op de steile helling van wat hü onderstelde een uitloo-
per van den Samaniego Rand te zün. Hij was de roovers
gevolgd in de opwelling van het oogenblik en had in
zijn opwinding niet verder nagedacht. Maar nu hij het
spoor niet langer onderscheiden kon, was hü wel ver
plicht stil te houden en den toestand met meer be
daardheid onder de oogen te zien
5, Erwten.
Bü de heeren S. Breebaart te Kolhorn (Waard
polder) en C. Lont te W 1 e r i n g e n (Waard-Nieuw-
landspolder) zün, in drievoud, interprovinciale proef
velden aangelegd met de volgende rassen: Mansholt's
Plukerut, Hylkema's Unica, Mansholt's Corona, Koop-
man's De-ka en Mansholt's gekruiste extra kortstroo
groene erwt.
Aardappelen.
a. Bü den heer J. Knook te Halfweg (Houtrak-
polder) worden in vüfvoud de volgende interprovinciale
rassen vergeleken: Eigenheimer. Frlso, Unicum, M 17,
Oostermoersche en Souvenir.
b. By den heer H. Wilms te Anna Paulowna
worden in drievoud de volgende rassen vergeleken:
Eigenheimer, Friso Unicum. M 17, Oostermoersche en
Souvenir.
7. Blauwmaanzaad.
Bü den heer P. Blaauboer te Kolhorn (Waard
polder) worden de volgende blauwmaanzaadrassen in
enkelvoud vergeleken: Mansholt's, Nobel en Victoria.
8. Karwü.
Bü den heer S. Breebaart te Kolhorn (Waard
polder) is een interprovinciaal karwüproefveld aange
legd met de volgende rassen: Mansholt's. Volhouden en
Landras. Mansholt's en Volhouden zyn in zesvoud en
Landras is in drievoud aangelegd.
De wnd. Rykslandbouwconsulent
voor Noord Holland,
Ir. G. LIENESCH.
De directie der gemeentewerken
van Groot-Gcrtbulkenburg op de
bokkebank. Eet kluchtspel van
het verminkte gedenksteentje ten
tooneele gevoerdl Vondel
spreekt door de menageklep van
Bullebijter. Een origineele
vondst in bet allernieuwste adres
boek van G.G.B.B., d.d 19281
Geëerde Lezerskring!
Tot mün diep leedwezen, want ik gevoel mij als een
liefdevol vader, wiens hart bloed als hü zün ondeugend
kind, tot eigen bestwil een welverdiend pak rammel
toe moet dienen, acht ik mij moreel verplicht, tegen de
Directie der gemeentewerken van Grootgortbuiken-
burg bij de justitie een aanklacht in te moeten dienen
wegens een tegen haar gerezen verdenking van mis
drijf betreffende verduistering van staat,
nader omschreven in artikel 236 Wetb. v. Strafrecht,
en dat luidt:
„Hü (of zü natuurlyk, staat er niet in, maar hoort
er bij) die door eenige handeling opzettelijk een an
ders afstamming onzeker maakt, wordt als schuldig aan
verduister in g van staat, gestraft met
een gevangenisstraf van ten hoog
ste vjjf ja re n".
Welke poets toch hebben ze de zedelijk onbesproken
en stipt belastingbetalende burgers uit de Canisstraat
gebakken?
Niets meer of minder dan het opzettelijk wegnemen
van het naambordje van de Canisstraat. waardoor deze
brave bewoners zün gedoemd, gedurende 3 jaar of
langer, te wonen in een naamlooze straat en blykbaar
zelfs niet waard zyn, in het milieu der Grootgortbuiken
te worden medegeteld. Heeft toch onlangs een reiziger
in waschboenders niet de geheele stad vruchteloos rond
gescharreld om de Canisstraat te vinden?
Is het geen schandaal; kan het mispuntiger, waarde
luisteraars? Nu is de Canisstraat geen Nassaulaan, de
Boulevard, waar niets anders woont dan deftigheid, af
gescheiden of ze van koude piepers of Paté de foie gras
Hugh Edwards begreep, dat hy in alle opzichten
slechts gebrekkig was uitgerust voor een dergelyke
moeilükheid Hij vroeg zich af, wat of hij doen kon,
indien hy er in slaagde de roovers met hun gevangene
te vinden? Als het er om gegaan was, Sonora Jack al
leen en zonder wapens te ontmoeten, zou hy geen reden
tot aarzelen gehad hebben, en een dergelyk gevecht niet
hebben gevreesd. Hugh Edwards was noch een zwakke
ling noch een lafaard. Maar Sonora Jack was niet
alleen. Er waren nog twee anderen bij hem. en zonder
eenlgen twyfel waren zij goed gewapend. Dat zy tot al
les in staat waren, bleek duidelyk uit hun geslaagden
aanval op Natachee. Hugh lachte grimmig, toen hü het
wapen aan zijn zijde aanraakte, en zich zyn woorden tot
Natachee herinnerde: „Ik zou geen schuurdeur kunnen
raken."
En eigenlijk, waarom zou hü zioh druk maken over
Natachee? De roodhuid had hem nooit eenige vriend-
sohap doen blijken. Hij- had hem vele weken gevangen
gehouden en gefolterd met al de sluwe wreedheid zü-
ner wilde voorvaderen. Waarom hem nu niet aan zijn
lot overgelaten? Waarom niet terugkeeren naar de hut,
hét goud, dat hü verzameld had. meenemen en trach
ten het land uit te komen? Maar even snel als die ge
dachten bü hem opkwamen, liet Hugh Edwards ze ook
weer varen Marta.
Indien Natachee hem niet had verteld van Sonora
Jacks belangstelling in de oude gondgravers en hun
pleegdoohter, was het hem misschien mogelijk geweest
den Indiaan nu in den steek te laten. Maar zijn haat
jegens zyn pyniger tan spüt, en in weerwil in de bit
tere. wraakzuchtige bedoeling, die hü achter de belang
stelling van den roodhuid in hem en in de vrouw, die
hij liefhad, wist. had Hugh de hulp van Natachee noo-
dig. Mogelijk dat op dit oogenblik zelf de Indiaan door
Sonora Jack. den sleutel vond tot het geheim van Mar
ta Hillgrove's geboorte en afkomst. Tot eiken prijs
moest hij, Hugh Edwards, de roovers en hun gevangene
vinden.
Maar hoe? Hy kon zich niet tot Thad en Bob om
hulp wenden; de mogelykheid van een betrekking tus-
schen hen en Sonora Jack sprak te duidelyk. Zelfs al
had hü in het donker den weg naar Marta's woning
kunnen vinden, had hij hun hulp niet durven inroepen
Sint Jimmy? George Wheeler en zyn cowboys? Voor
iemand zoo onervaren als Hugh zou het erger dan nut
teloos z(1n om te trachten bij nacht zijn weg te vinden
over zulk een afstand en door zulk een woeste streek.
Hy kwam tot het hopelooze besef, dat' hy niet eens wist
welken kant hy uit moest.
ARMEN ONBRUIKBAAR BIJ VOCHTIG WEER.
Rheumatiek maakte werken tot een kwelling.
Tot hij het juiste middel vond.
Hier volgt een merkwaardig voorbeeld van de wijze
waarop vochtig weer de gewrichten kan aantasten
van iemand, die vatbaar is voor rheumatiek.
„Ik heb heel erg aan rheumatiek geleden'", schrijft
ons iemand, „en heb zoo erge pijnen in mijn ge
wrichten gehad, dat het haast niet te dragen was.
Het was altijd het ergst op regenachtige dagen. Dan
kon jk eenvoudig mijn armen niet gebruiken en het
werken was mij werkelijk een marteling. Ik probeer
de twee verschillende middelen tegen rheumatiek,
maar ik was na de kuur nog altijd even slecht. Toen
zei men mij dat ik Kruschen Salts moest probee-
ren en nadat ik een flancon gebruikt had, voelde ik
verbetering. Dus ging ik er natuurlijk mee door en
nu ben ik aanmerkelijk beter en ik heb me in geen
jaren zoo best gevoeld. Gewoonlijk voelde ik me zoo
lusteloos en lui, maar dat ik weer kan werken is nu
een pleizier voor me geworden inplaats van een
schrik." S. B.
Het organisme van den lijder bevat een teveel
aan urinezuur, wat de oorzaak kan zijn van rheuma
tiek. Dit kwaadaardig urinezuur kon ontstaan, door
dat de inwendige organen onvoldoende werken. Kru
schen Salts nu spoort de afvoerorganen dusdanig aan,
dat elk spoor van afvalstoffen regelmatig en volko
men verwijderd wordt. Kruschen maakt én houdt U
inwendig schoon en zuiver. En Uw geheele wezen
lichaam en geest ondergaat deze verfrisschende
werking.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle
apothekers en drogisten a f0.90 en f160 per flacon.
Stralende gezondheid voor één cent per dag. (Adv.)
hun levensbestaan op peil houden, maar aan den ande
rent kant is die Nassaulaan 'n product uit den tüd
van burgemeester Ripping en de Canisstraat bestond al
lang vóór den tyd van Willem de Zwyger, dus wat
historische waarde betreft, kan de Nassaulaan er niet
aan tippen
De Canisstraat is een straat van 40 meter lang, 6
meter breed, 3 meter dik, met 'n kale kop en 'n geite-
sik, zooals het liedje van den neef uit Canada zegt,
maar alle gekheid op 'n stokkie, reeds in 1582 werden
4 woningen aan de Noordzyde van het nabü gelegen
Provenhuis van Pieter Clase Palinck, welk provenhula
nog altyd intact is gebleven en voor ieder toerist in
Grootgortbuikenburg gratis te bezichtigen, val me
nou niet in de rede, ik zei, 4 woningen verkocht aan het
stadsbestuur van Grootgortbuikenburg, -ten einde in 't
belang van het openbaar verkeer, dat zich toen al be
gon te ontwikkelen, te worden geamoveerd oftewel
gesloopt.
In dat zelfde jaar had zelcere Jaap Mostert, 'n Bra-
bantsche schavuit, het lef om met grove baldadigheid
de bekende schilderyen „De zeven werken van Barm
hartigheid)), hangende in de Groote of St. Laurenskerk
(later door de Kerkvoogden verkocht om geld te vinden
voor noodzakelijke reparatiën) met teer te besmeren.
Uit welke wandaad men kan concludeeren, dat het
verminken van Rembrandt's Nachtwacht en de Staal
meesters, door 'n paar halve gare fanatikelingen, ook
al niet origineel genoemd kan worden.
Doch om nu terug te springen op de Canisstraat,
inhoudende 14 huizen en 'n antiek pakhuis, waarin ge
vestigd 'n winkel in oudheden, veel meer historische
bijzonderheden omtrent deze nu zoozeer miskende buurt
heb ik niet kunnen vinden, misschien dat de stads
archivaris Dresch, of mr. Belonje, die ook 'n expert
is in Grootgortbuikenburg's roemrüke historie en welke
snuffelaars in Grootgortbuik's verleden over meerdere
gegevens beschikken, meer zouden kunnen opschom
melen, by voorbeeld: hoe men aan den naam „Canls" is
gekomen!
Vast niet van Manus, met zn kale Kanus, want die
is van veel later datum.
Misschien hebben ze in die huurt veel koe- of varkens
vet gesmolten en is de naam ontleend aan de sappige,
vette kanen, waarmede de smulpaperige Grootgortbui
ken hun boterham plachten te bedekken.
Ten slotte kwam hü tot het besluit, dat het eenig mo
gelijke was met zooveel geduld als waarover hü be
schikte, den morgen af te wachten en dan het paar-
denspoor verder te volgen. Maar nauwelyks had hü
zich in de magere beschutting van een manzanltastruik
gelegerd om daar de lange, koude uren van onrustig
wachten door te brengen, toen hü op eenigen afstand
beneden zich een zonderlingen lichtgloed bespeurde.
Het was geen kampvuur, daarvoor was het schijnsel
te zacht en te verspreid. Het was ook niet als dat lioht
uit het venster, dat hy zoo lang en vaak van uit zyn
eenzaamheid had gadegeslagen niet zoo rustig en
veel dichter by. Hü kon de boomen en struiken, die den
bovenrand van een rots omzoomden, er by zien. Wel.
dat was het natuuriük dat lioht kwam van beneden
er moest een vuur zyn aan den voet van die rots.
Hü kon het vuur zelf niet zien. omdat ja natuurlyk
die rots die van onder op verlicht werd, de overzüde
was van een nauwe kloof. Hü was er te ver af. en de
wanden waren te steil dan dat hij den bodem had kun
nen zien.
Zoo vlug. maar ook zoo stil mogelijk sloop Hugh Ed
wards op het licht af. Na een'ge minuten, die hem uren
toeschenen, was hy dicht bü den rand der kloof. Plat
op den grond liggend, kroop hy met nog grooter voor
zichtigheid naar den rand van den afgrond en keek door
de omlijsting van gras en struiken heen naar beneden.
Gelijk hij reeds had uitgemaakt, was het een diepe,
nauwe canon met loodrechte rotswanden, die daar, waar
hü zich bevond, ruim vüftig voet hoog waren en zoowat
een honderd schreden ver in een "nalven cirkel ston
den, zoodat zij op dat punt een klein natuurlyk amphi-
theater vormden. Aan het eene einde daarvan, waar een
stortbeek over de granieten randen en rotsklompen naar
beneden sprong, had een man bijna met uitgestrekte
armen de beide kanten van den canon kunnen aanra
ken. Het benedeneind was wijder, zonder rotsen die den
toegang belemmerden. Uitgezonderd waar de beek
stroomde, dicht onder den rotswand tegenover dien
waar Hugh lag. was de bodem vlak en effen, met een
aantal mesquite-boomen en eenige reusachtige katoen-
boomen. In het open middengedeelte van de ruimte zag
Hugh Edwards iets. dat hem plotseling naar adem deed
hijgen, terwijl zijn hart begon te bonzen en zyn hand
onwillekeurig naar den revolver aan zyn heup ging.
Op een grooten, outervormigen steen, die blijkbaar
door een of andere natuurkracht uit de rotswanden daar
boven was losgemaakt, lag Natachee op zijn rug. ar
men en beenen afhangend en stevig tegen den steen
gebonden, zoodat hy alleen zyn hoofd kon bewegen,
Hoe het echter zy, ik veronderstel, dat het vruchte
loos naspeuren van dezen naamsoorsprong eigenlyk de
oorzaak is geweest van de geheimzinnige verdwijning
van bedoeld naambordje.
Er schynt namelyk bij de edele vroedschap van Groot
gortbuikenburg een nobel streven te zyn ontstaan, om
de weinig historisch ontwikkelde Gortbuiken en vooral
-buikjes te ontwikkelen met betrekking tot de beteeke-
nis van de straatnamen, 'n Prijzenswaardig besluit,
maar dan moet men die bordjes, waarop tevens is aanr
gebracht 'n korte aanduiding, waaraan die straatnaam
werd ontleend, niet zoo idioot hoog aanbrengen, dat
een ietwat kippige belangstellende 'n tooneelkijker noo-
dig heeft om deze toelichting te ontcijferen. Niet ieder
een heeft valkenoogen als onze 3 inspecteurs van po
litie, waarvan nog niet één de 35 is gepasseerd. Ik zou
wel eens willen weten, of Commissaris Walraven, als
hij zijn fok afzet, in staat is om behoorlyk te belinken,
dat Martinus Steyn, geb. 2 Oct. 1857, in 1896 werd ge
kozen als persident van Oranje Vrijstaat.
Vermoedelyk echter hebben ze vruchteloos geprobeerd
om die Canisstraat te identificeeren en om hun on
macht niet te bemantelen, gezegd: Als wij 't niet we
ten, zullen jullie 't nog minder weten en toen 't heele
bordje maar op den rommelzolder van G. M. gesmeten.
Maar gelukkig is er nog Grootgortbuikenburg's waak
hond, die kennis nam van deze nonchalance en nu
zijn uiterste best zal doen, om de verdachten aan mis
drijf art. 236 te spykeren op de bank der schande!
Vanuit de Canisstraat zullen we nu eens 'n wande
ling maken naar de gasfabriek van Grootgortbuiken
burg; 't is toch zoo' beetje den zelfden kant op! We
kunnen bü Bruin wel eens opsteken! En dan komen we
als vanzelf weer tot de beruchte gedenksteen-misère,
dat drama uit de kleuterkamer! Het orakel van Delphi,
sprekende uit den mond van de ingestelde commissie
van onderzoek, heeft gesproken! En georakeld, dat wel
iswaar de toenmalige Directeur professor Ingenieur
Meester Dr. Van Deventër een belangrijk aandeel had
in den bouw der nieuwe gasfabriek, óók zijn assistent
De Kat daartoe z(jn gewaardeerde medewerking had
verleend en dus niet mocht worden uitgeschakeld. De
wijze echter waarop de vermaarde gedenksteen met toe
stemming van Grootgortbuikenburg's opperste gezag
voerder was verprutst, kon niet de onverdeelde bewon
dering der commissie, in pleno vergaderd, wegdragen
en om nu alle verdere bonje te voorkomen, werd voor
gesteld om Van Deventer de meeste eer te geven en
het restant, toekomende aan De Kat, aan te duiden niet
de veelzeggende toevoeging: c.s. Cum suis, wat betee-
kent „Met de zynen" en op deze ingenieuze zaak was
dan volgens de geachte commissie de eer naar behoo-
ren gedistribueerd.
Nu. ieder zal moeten toegeven, dat deze oplossing
prachtig is gevonden, maar toch kan mij deze orakel
achtige verandering van het opschrift niet voldoen. Het
is mü te prozaïsch en heb ik op mijn beurt den geest
van Vondel eens opgeroepen, welke geest zoo beleefd
was aan mijn S.O.S. gevolg te geven en na plaats ge
nomen te hebben op de beddeplank, mij inspireerde tot
het bijeen rijmelen van de volgende dichtregelen, op den
gedenksteen aan te brengen. Het vers is wel iets meer
omvangrijk, doch ze zullen misschien oude stoepsteenen
genoeg van de winkeliers ingepikt en op de stad6werf
hebben leggen, dus dat kan geen bezwaar opleveren.
Daar gaat ie dan:
Dees' lusthof van stankverwekkend gaz,
Van steenkool, cooks, stokerssweet end teer.
Verhoogt het aansien en genot,
Van d'eed'le Grootgortbuikenburgers seer.
En wort dit agste wereldwonder trots aanschout
Omdat dit ganse Cunstgewrogt,
Uyt Deventerkoeck en cattebrood is opgebout.
En sal dee's domme steen, aan 't coment nage-
slagt ge Wij gen,
Om nooyt uüt honigkoeck of 't cattebroot
Der afgunst kwaet fenyn te suijghen!
En om nu de kous maar ineens af^te breiën, geef ik
alvast in voorschot een ontwerp voor een eere-inscriptie
voor den tegenwoordigen directeur der liohtbedryven
van Grootgortbuikenburg. de man der 8 October-feest-
avond-verrassingen (vereerd door alle vrijende feeste
lingen) bijaldien hij naar een anderen stand of zün
laatste rustplaats wordt gebracht: (ter nadere informa
tie: Zyn naam is Hofman!)
Heil, Hofman, heil! Al bouwdet ghy geen fabriek
of vorst'lüke villawoningh,
Tog is uw faam verbreit, ghy syt een tooverkoningh!
Want waar uw kwalment gaz vervaeghde veler kragt.
Hebben „Hofman's drnppelen" 't bedoelde creatuur
tot leven teruggebragt!
CAVE CANUM.
De XTVde van Grasmaand A. D. 1933.
P. S.
Ik vind daar in het nieuw uitgekomen adresboek van
G. G. B. B. dato 1928 den naam van P. Kanis, sigaren
maker in de Zocherstraat. Zouden misschien de fami
liepapieren van dezen heer ook eenig licht kunnen ver
schaffen met betrekking tot de historie van de Kanis
straat? Laat meneer Margadant daar eens 'n visite ma
ken. Het zou tevens aanbeveling verdienen ter intro
ductie en opwekking tot medewerking, 'n paar kistjes
Sumatra zandblad te bestellen. Advies gratis. C. C.
maar zonder dat er een touw over zijn romp liep.
Naast den steen stond Sonora Jack zijn bevelen te ge
ven aan zün beide metgezellen, den Sallemander en
den Mexicaan, die bezig waren met het vuur. Verder
naar den ingang van het amphitheater toe stonden de
drie paarden. Aan den tegenovergestelden kant van de
open ruimte bij den steen, achter het vuur, hadden de
roovers hun geweren neergezet tegen den stam van een
katoen boom. De man boven op den rand der kloof had
nauwelijks den tyd gehad dit alles in zich op te nemen,
toen Sonora Jack zich van zyn metgezellen bij het
vuur tot Natachee wende
„Nu," zeide hy, en ieder woord was duidelijk ver
staanbaar voor den man boven hem, „hoe is 't ermee,
Indio. heb je al iets te vertellen?"
Natachee gaf geen antwoord.
„Wil 't liever niet vertellen, hè? Ook goed; je ben
een bravo Indio, maar je zal me nog smeeken je te la
ten praten, vóór ik met je klaar ben. Ik heb niks tegen
jou, maar jy weet waar die mijn met de yzeren deur
is, en jy zal me daar brengen zoo zeker als vuur brandt.
Ik ben niet dat eind van de stad Mexico komen rijden
voor niks. Jij wys Tny die oude mijn en dan kan jij
kalm en gezond oud worden. Als je 't niet doet hij
zweeg veelbeteekenend, en riep zijn beide helpers toe;
„Leg goed wat mesqulte op dat vuur, jongens, we moe
ten veel goed gloeiende kolen hebben. Die Indio moet
wat warm gemaakt, geloof ik." En zich opnieuw tot het
slachtoffer buigend: „Nu, hoe is 't? zou je bydraaien?"
Zonder de flikkering in de donkere oogen van dea
roodhuid, had men kunnen meenen dat de roover tot
een steenen beeld had gesproken.
Woedend over dien zwijgenden tegenstand van een
sterken wil, kwam Sonora Jack nog wat dichter bü.
„Misschien vat jy niet, wat ik jou doen zal. Misschien
denk jy dat ik jou hier op dien steen heb voor bluf.
Denk dat maar niet! Als jij niet bijdraai, en my die mijn
vrijs, dan leg ik een schepvol gloeiende kolen hier". En
hy sloeg met de vlakke hand op de naakte borst van
den Indiaan. „Jy doe wat ik zeg, of ik brand leven
de hart uit je lijf, en langzaam ook. Jy ben niet 't eerste
kopstuk, dat ik aan de praat heb gekregen."
Hugh Edwards ging achteruit van den rand der rots,
voor een oogenblik wee en duizelig van afgrijzen. Toen
bruiste het blced van zijn ras met kracht in zyn aderen
op. Het beteelcende niets voor hem, dat de man die
daar op dien steen gebonden lag, een Indiaan was. Het
maakte niet uit, dat die roodhuid hem weken lang met
wreede vindingrijkheid gepijnigd had om zijn worstc
wraakzucht jegens alle blanken te voidoen. Op dnt
I I
B lil
iAllü