OI\]ZE©-f
H\>l» S
SCHAGER COURANT
MODE-DWAASHEDEN
Praatje over monogrammen.
Versiering voor kinderjurken.
Iets over haardracht.
In alle werelddeelen biedt het haar aan
de mode een onuitputtelijke bron van
rijkdom en machtsvertoon, beschaafde of
onbeschaafde mannen of vrouwen doen of
deden aan de wisseling der mode mee. De
tijd die de hovelingen, gedurende de re
geering van Lodewijk XIV, aan het kap
sel besteedde, was nog niets in vergelijking
met die van een opperhoofd der Fidji eilan
den, hij werd namelijk dagelijks eenige
uren door zijn eigen kapper bewerkt. Er
wordt zelfs beweerd dat de Papoea's al
leen van hun hoofdhaar meer werk ma
ken dan de Europeesche dames van hun
heele toilet
Ook de overige primitieven volken ma
ken zeer veel werk van hun haar.
Sommigen laten gedeelten van hun haar
wegscheren, zoodat er alleen pluimpjes
blijven staan. Weer anderen verven hun
haar in allerlei kleuren, ook wel geheel
rood, blauw of gele. Wanneer er dan nog
odeurs en versierselen bij komen, is het
een rijke bron voor machtsvertoon.
Er zijn zelfs volksstammen die van hun
haar een lange vlecht maken, b.v. de Chi-
neezen, met hun kaal geschoren kchedel
Deze laatsten waren kostbare onderschei
dingsteekenen. Zoodra een Chinees ver
oordeeld is tot een onteerende straf, werd
b.v. zijn staart afgesneden.
Deze soort van dwaasheden komen in de
Westersche beschaving evengoed voor, b.v.
bij de jonge vrouwen in de 12e eeuw. Zij
droegen lange vlechten vaak met lint door
gevlochten en een chapel (kroontje) op het
hoofd. De gehuwde vrouwen droegen des
tijds altijd een doekje over het opgestoken
haar.
Zoo zien wij in de 14e en 15e eeuw, den
tijd waarin het Bourgondische hof de mo
de aangeeft., het haar door de mannen en
vrouwen halflang, natuurlijk neerhangend
tot op de schouders, gedragen. Hetgeen de
vrouwen in den loop van de 15e eeuw bo
ven op het hoofd op gingen steken, omdat
er een soort kegelvormige muts, (hennin
versierd met een zeer lange sluier (flocard'
en gecombineerd met een tulband, kroon
of capuchon op kwam. Die sluier werd
spoedig zoo lang, dat de regeering zich met
de lengte er van ging bemoeien. Zoo be
paalde een verordening te Spiers in 't jaar
1356, dat de lengte niet boven de anderhalf
cl lang mochten zijn.
Opkomst, bloei en verval.
Het haar van den man was in den loop
van de 15e eeuw nog een tijdje kort afge
sneden geweest, en in de 16e eeuw, den tijd
waarin Spanje de mode aangeeft, droeg
hij het niet veel anders dan de tegenwoor
dige mannen dit plegen te doen. Waarna
zij het in 't begin van de 17e eeuw weer lie
ten groeien. Zoo ziet U weer heel duidelijk
de drie trappen die steeds weer in de mo
de naar boven komen, nl. de tijden op
komst, bloei en verval.
De mannen gingen hun haar nu krullen
wat de vrouwen eveneens deden, met dit
verschil, dat zij het haar van achteren te
gen het hoofd staken, dus alleen krullen
langs do slapen droegen. Dit kapsel werd
versierd met juweelen of een zwart kapje.
Tegen 1680 spanden de mannen de kroon
in het slaafs navolgen van de mode, want
grooter dwaasheid dan die waartoe de
mannen zich leenden, was niet denkbaar
Zij lieten hun eigen haar afscheren om er
valsche pruiken voor in de plaats te nemen
Dit duurde ongeveer 140 jaar lang, een ge
woonte die overal inburgerde.
Het kostbaarste waren de pruiken van
hlond vrouwenhaar, die na 1700 bovendien
nog gepoederd werden.
Gedurende de regeering van
Lodewijk XIV.
Met de vrouwenmode was het gedurende
de regeering van Lodewijk XIV nog al
eenvoudig gesteld. Maar, daar zij niet on
der wildon doen voor de mannen, zette
zij er een zeer groote hoofdbedekking op
(fontagne).
De fontagne hield niet zoo heel lang
stand, zij moest spoedig plaats maken
voor de mooie kleine kapseltjes van den
Rococo-tijd. Deze mode geleek veel op de
tegenwoordige heerendracht. Er werden n.1.
eveneens page-kopjes gedragen, of één, of
een paar pijpenkrullen op de ooren, ook
wel één lange krul.
Maar niettegenstaande dit laatste zag 't
er met de mode-dwaasheden tijdens de re
geering van Lodewijk XVI er niet veel
beter uit.
De dames, voorafgegaan door Marie An
toinette, met den alom bekenden kapper
Lèonard, welke door den broer van Lode
wijk XVI tot markies was verheven, zijn
het die van zich doen spreken. Het kapsel
werd vanaf 1760 steeds hooger en bereikte
in 1774 een waanzinnige hoogte. Wanneer
een edeldame zich destijds ter ruste wilde
begeven, werd heur haar eerst door 2 of
3 meisjes een soort pyramide-vorin van
hout opgezet. Om dit te kunnen doen wa*
ren zij verplicht er met een trapleer bij te
klimmen.
Door zoo'n stellage konden de dames
's nachts haar hoofd niet meer neerleggen,
waarvoor zij dan noodgedwongen een
bankje in hun hals zetten ten einde de
nacht zittend door te kunnen brengen.
Hoe ze zoo'n kapsel zoo hoog kregen?
Wel, daar wisten zij wel raad op. De kap
sels werden namelijk opgevuld met lucht
kussens, gaas, ijzerdraad met lint, bloe
men, juweelen, kanten, ja zelfs schepen- en
menschelijke figuurtjes.
Het geheel werd gepoederd b.v. kapsel
„a la bonne maman".
Speciaal werden de kapsels opklapbaar
gemaakt, om de dames in de gelegenheid
te stellen in een rijtuig te stappen of door
een deur te gaan.
De geheele vrouwelijke omgeving van
Marie Antoinette wilde door markies
Léonard gekapt worden. Hij toch vond die
buitensporige kapsels uit. Alle openbare
voorvallen en anecdotes werden door de
kapsels der dames aanschouwelijk ge
maakt. Zoo had men om maar eenige van
de voornaamste te noemen, b.v. Pouffe de
Duchesse de Chartres, deze was een ware
le vensoeschrij ving.
Na de vacciueering van Lodewijk en Ma
rie Antoinette kwam het kapsel a 1'inoeu
lation (inenting) in de mode. 1775 kwam
na den broodopstand de kapsels „a la ré
volte" te voorschijn. Daarna ontwierp
Markies Léonard een pruik geheel van na
gebootste bloemen en zag men een ieder
met een bloemperk op het hoofd.
Na de geboorte van den kroonprins 1778
viel het haar van Marie Antoinette uit en
was Markies Léonard verplicht, een laag
kapsel te ontwerpen, wat hij nu versier
de met de groote mutsen b.v. „a la Mar
motte", „a la Daphne", „a la victoire', enz.
HETTY V.
HET AANVRAGEN VAN KNIP
PATRONEN.
Om het onze lezeressen gemakkelijk te ma
ken kunnen patronen voortaan ook per brief
onder bijsluiting van t 0.58 in postzegels voor
japonnen en f 0.30 voor breipatronen worden
aangevraagd bij de moderedactrice van dit
blad, Muzenstraat 5b, 's-Gravenhage.
Patronen worden ook toegezonden na over
schrijving van het bedrag op postrekening
191919 ten name van den knippatronendienst
te 's-Gravenhage.
De maat en het nummer van het patroon
met uw volledig adres vooral duidelijk ver
melden!
MANTELPAK VOOR JONGE
MEISJES.
(768)
Dit eenvoudige model mantel en rok, die
tezamen een vlot geheel vormen, is heel
aardig van ge
werkte stof of wat
eveneens zeer mo
dern is, van een
miniatuur zwart
wit of bruin-beige
ruitje; voor de
koude voorjaars
dagen met een das
in passende tint
er bij.
De mantel heeft
vrij breede revers,
terwijl om den
hals een rechte
reep wordt gezet
van dubbele stof,
eindigende in
punten, waarop
als garneering 'n
knoop, inplaats
van de traditio-
neele kraag, die
tevens veel bewer
kelijker is.
Om het middel
komt een ceintuur met knoopsluiting, ter
wijl de mantel met een paar drukknoopen
sluit.
Het rokje heeft een rechte achterbaan
en een voorbaan, met gedeeltelijk opge
stikte plooi.
Patronen kan men aanvragen onder no
768, tot en met maat 42. De prijs bedraagt
10.58.
i
5 f/? 6 /v-o/w/i /faroi/re/i
Wanneer onze moderne vrouw haar uit
zet met een monogram gaat versieren ge
bruikt zij daar een letter voor, waarvan
de geest den tijd uitspreekt.
Vooral niet het oude en afgezaagde mo
tief van fijne slingers en krulletjes, die zoo
veel opgang vonden tijdens de Renaissan
ce, omstreeks 1600 en vooral gedurende de
19e eeuw.
De handwerk technieken van de hier
onder afgebeelde monogrammen worden in
plat borduren, Duitsch en Fransch bordu
ren uitgevoerd.
De handwerk-technieken zijn zeer zeker
niet verouderd. Zij werden reeds bij de
Egyptenaren gebruikt. Men ziet in Egypti
sche reliefs en op aarden vaatwerk ook
monogrammen. Het volk dat in de oudheid
uitblonk in de borduurkunst, was wel het
rijke Babylonische volk. Zij toch droegen
immers die rijk geborduurde kleedingstuk
ken? Die geborduurde banden met aange
zette handgeknoopte franje?
Neen, de Babyloniërs behoefden werke
lijk niet onder te doen voor onze tegen
woordige künstenaressen op dit gebied, als
hijvoorbeeld Christiene van Zeegen uit Am
sterdam en Nelly Bodenheim, eveneens uit
Amsterdam. Mevr. Sieuwerts van Reesema
en Ida Nieuwenhuis.
Christiene van Zeegen borduurt b.v.
prachtige panelen met aquarium voorstel
lingen en prachtig geborduurde vogels in
fraaie kleuren en in de fijnste steekjes.
Hierna volgt een beschrijving van
Fransch en Duitsch borduren. Bij Fransen
borduren, wat meestal enkel voor letters
wordt gebruikt, rijgt U eerst de letter om
met een klein steekje, daaroverheen nog
eens, maar zoo dat de steekjes om en om
komen te liggen. Daarna de letter opvullen
met kettingsteekjes. Vervolgens spant l'
er draadjes overheen, waarna U het met
een platte steek borduurt. Het monogram
moet er van boven net zoo netjes uitzien
als aan den onderkant. De richting van de
steekjes staat steeds loodrecht op het te
borduren vlak, zie fig. 3, 5, 6.
Dit werk wordt meestal wit op wit uit
gevoerd in D.M.C. zijde. Dit is ook ver
krijgbaar in rood en blauw.
Duitsch borduren wordt daartegenover
met gekleurd mouline of coton-perle op
grijs linnen gewerkt. De voornaamste ste
ken welke daarbij gebruikt worden, zijn de
platsteek ((zie fig. 1 en 2), vedersteek en
verschillende vuisteken.
Voor de plat- en vedersteek gebruikt men
niet te groote patroonvlakken, de steel-
steek, dient om te omranden.
Zie fig. 4, de richting van de steek staat
hier met een hoek van 40 gr. op de rich
tingslijn.
JURK VOOR KLEINE MEISJES.
26 Jaar.
767.
Bedrukt katoen
is een zeer ge
schikte stof voor
dit lieve meisjes
iurkje met smalle
•uches aan hals
nouwen en rokje,
hoewel voor de
warme dagen ook
voile hiervoor in
aanmerking komi
Het gladde lijf
je sluit aan a*?
rugzijde en heeft
twee smalle ru
ches of strookjes,
die aan den hals
vlak onder elkan
der zijn aange
bracht. evenals aan de kleine pofmouwtjes
Naar verkiezing kan men de strookjes
aan het voorpand laten vervallen. Het
ruime rokje wordt ingehaald en aan het
lijfje gezet, terwijl de onderkant met een
flinken zoom wordt afgewerat en hierop
de strookjes worden aangebracht.
Patronen kan men aanvragen onder no
767 met vermelding juisten leeftijd. De
prijs bedraagt f 0.58.
Dit bijzonder aardige figuurtje met stijl
jurkje en een bouquet bloemen in den arm
staat zeer apart als garneering op kinder
jurken, b.v. op zij van een klokrokjc of op
MANTEL VOOR MEISJES.
Van 610 Jaar.
771.
Het practische model,
dat bijgaande meisjes
mantel aangeeft is te
vens gemakkelijk zelf
te maken.
De sluiting vindt
plaats met 2 knoopen
cn knoopsgaten, terwijl
de kraag in shawlvorm
is gemaakt.
Om het middel een
ceintuur met gallalith
gesp, mouw met opslag
Naar verkiezing kan
men de mantel al dan
niet voeren of slechts
het bovendeel. Een flin
ke groote zoom moet
aan den onderkant m«t
onzichtbare steekjes
worden opgenaaid, op
dat de mantel gemakke
lijk langer gemaakt kan
worden.
Patronen kan men aanvragen onder
no. 771 met vermelding iuisten leeftijd. De
prijs bedraagt f0.58.
de bovenpas. Met carbonpapier is het heel
gemakkelijk op de stof over te brengen. De
aangegeven dunne lijnen worden met 2 ge
splitste moulinédraden in den steelsteek
gewerkt; de dikke lijnen met vier draden,
(mouline is zesdraads en kan zeer gemak
kelijk gesplitst worden).
De tint, die men uitkiest, moet in over
eenstemming zijn met de jurk, terwijl de
bloemen eveneens met twee draden worden
geborduurd in den steelsteek en wel in ver
schillende tinten. Desverkiezendc maakt
men de dunne en dikke lijnen van twee
nuances.
De krullen, die uit het mutsje komen,
worden in bruine Fransche knoopjes gebor
duurd. Men slaat hiertoe de draad eenige
malen om de naald en brengt deze van bo
ven naar beneden door de stof, op kleinen
afstand van de bcgindraad. De harten der
bloemen zijn zwart en de blaadjes groen.
Heel aardig is dit figuurtje ook op een
klein zijden taschje.
HANSOP VOOR KLEINE JONGENS
1—4 jaar.
774.
Geruit katoen e.d.
stoffen zijn uitste
kend geschikt
voor deze jongens
hansop, die afge
werkt wordt met
vierkant halsje en
mid-door vóór met
knoopen en
knoopsgaten sluit.
De pijpjes wor
den 5 c.M. van
den onderkant
van een smal be-
legje voorzien,
waardoor 'n band
je gehaald wordt,
zoodat zij aanslui
ten.
Patronen kan men aanvragen onder no.
774, met vermelding van juisten leeftijd. De
prijs bedraagt f0.40.
GEKLEEDE MIDDAGJAPON.
770.
Dit japonnetje kan van effen crêpe de
chine of kunstzijde, alsmede van soupele
wollen zomerstof gemaakt worden, b.v.
crêpe, craquelé, enz.
Om den halsuit
snijding kan een
kraag gemaakt
worden van de
zelfde zijde, die
over elkander ge
slagen wordt en
met twee puntjes,
waarop knoopjes
gezet worden op
het voorpand ge
hecht Gekleeder
is dit garnituur
echter nog van or-
gandië of crêpe
georgette.
De mouwen zijn
aangesloten tot
aan den elleboog
en worden van
daar af wat wij
der en afgewerkt
met een kleine
manchet, die in
een puntje (met
een knoop er op)
eindigt.
De rok heeft twee
banen, die glad
om de heupen
zijn en naar onder
toe wijder uitloopen, terwijl twee smalle
nervures (voor zoowel als achter, die op het
patroon aangegeven worden) in de stof ge
stikt worden in den vorm .an een heup
stuk, waardoor de rechte lijn eenigszins
verbroken wordt.
Om het middel een smalle ceintuur, even
eens met knoopgarneering.
Patronen kan men in alle maten aanvra
gen onder no. 770. De prijs bedraagt f 0.58.