iliiitm Bitiws-
iiitrttitii- LaiinviliL
Het Landbouwcrisisfonds.
Inkrimping van
den veestapel.
Uitgevers: N.V. v.h, TRAPMAN Co, Schagen.
Eerste Blad.
Opruiming van 200.000 stuks vee.
Noodig voor éénheid
VLIEGTUIGBOTSING IN TSJECHO-
SLOWAKIJE
De piloten der K.L.M.
nemen ontslag.
Conflict met de Directie
AUTO
DOOR EEN TREIN
GEGREPEN
Relletjes te Heerlen
Woensdag 3 Mei 1933.
SGHAGER
76ste Jaargang No. 9272
COURANT.
•f
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT TELEF. No 20.
Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 0.85, iedere regel meer 15 cent (bewijsno.
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMKB BESTAAT DIT TWEE BLADEN.
Pleidooi van den regeeringscommlssaris
voor de hulpverleening aan de
melkveehouderij.
De regeeringscommissaris voor de hulpverleening aan
de melkveehouderij, de heer L. Bückroannn. heeft gis
teren voor de A.V.R.O. een radiorede gehouden over de
beperking van den rundveestapel. Hieraan is het vol
gende ontleend:
Als het getij verloopt, verzet men de bakens. Voor den
Nederlandschen veehouder is het getij verloopen; hij zal
dus. aan het oud-vaderlandsch spreekwoord gehoorzaam,
de bakens hebben te verzetten, óók wat de zuivel be
treft-
Nauwelijks een jaar geleden daoht niemand er aan
dat dit noodig zou kunnen zijn. De Crisis-Zuivelwet was
er nog niet eens, en zelfs deze gaat van de veronderstel
ling uit, dat met behulp van een menggebod, gepaard
aan een belasting op botervet en ander vet, de moei
lijkheden overwonnen zouden kunnen worden, die tijde
lijk den veehouder stonden te wachten.
De heer Büokman ging daarna over tot een uitvoe
rige beschouwing van de zienswijze van hen, die het
mengsrebod afgeschaft willen zién en den afzet van de
boterproductie in het binnenland zoeken. Hij onderwierp
hun meening aan ernstige crltlek en vervolgde: ..Ik zit
zelfs bij een binnenlandsch gebruik van het gemiddelde
der bloei-jaren 19241920, een mengpercentage van 25
en een export van een goede 10 millioen Kg. boter, met
een overschot van meer dan 20.000.000 Kg., waarmee ik
nergens weg kan en dan weet ik voor mij geen andere
oplossing dan een zoodanige beperking van den vee
stapel dat dit niet te verkopen overschot er niet komt
en er bivendien een zekere prikkel bestaat, op den duur
van de menging af te komen. Te dien einde zal er m.l
ongeveer 24.000.000 Kg. boter per jaar minder gepro
duceerd moeten worden.
Te meer neig ik tot deze oplossing over omdat het voor
de boeren ook geldelijk veel voordeeliger is, dat er zoo
veel minder geproduceerd wordt.
In het stelsel van de kleine productie verdwijnen ca
200.000 stuks vee. wat een werkkapitaal is van meer dan
f 20 000.000. Bliiven die 200.000 stuks vee in de productie
en moet de boer in verband daarmede met de boter-
prijzen naar beneden, dan verliest hij in één jaar tijd6
op die koeien f 10.000-000. Verkoopt de boer die koeien,
dan ontvangt hij daarvoor f 20.000 000 en bovendien voor
zijn producten nog f 20.000.000 meer. Daarbij is de Cri-
sis-Zutvel-Centrale er dan zeker van. die productie kwijt
te raken, wat zij in het geval van de grootere productie
niet is.
Bij een groothandelsprijs in het binnenland van f 1.25
en een exportprijs van f 0.55 brengt de productie van
66.000.000 Kg. maar een goede millioen gulden minder
op dan de productie van 90.000.000 Kg. bij een blnnen-
landsohen prijs van f L10.
Waar moeten we met de koeien blijven
„Hoe zal men erin slagen, de paar honderdduizend
koeien, die opgeruimd moeten worden, te krijgen, te
betalen en van de hand te doen?"
Het mooiste zou natuurlijk zijn. de koeien te expor-
teeren en uit de ontvangsten den aankoopsprijs te vol
doen. Die export-mogelijkheid zie ik echter niet be
houdens op kleine schaal, welke export door de Crisls-
Zuivel-Centrale zooveel mogelijk wordt aangemoedigd
en al hetgeen men praat over de kans op groote
verkoopen, speciaal aan Rusland, beschouw ik als een
fraaien roman, zonder ondergrond van waarheid.
Het is uit de kringen van den landbouw echter zelf,
dat een oplossing van dit vraagstuk is voorgelegd die
om haar eenvoud gelijk is te stellen met het ei van
Columbus. Heel onze steun aan de zuivel en de var
kensteelt aldus werd gezegd gaat uit van het
beginsel, dat het onbillijk is den consument groote cri
siswinst te doen behalen uit de armoede van den boer.
Vandaar de heffingen op boter, margarine, andere -vet
ten en vakkensvleesch. Op dit beginsel ls evenwel één
Uitzondering: het geslachte rundvleesch, dat in den
groothandel veel goedkooper is dan voor den oorlog. Is
het zoo werd gevraagd nu niet billijk, dat die
groothandelsprijs door middel van een heffing van b.v.
10 ets. per pond verhoogd wordt, welke heffing aan de
Crisis-Zuivel-Centrale wordt afgedragen tot dekking
van de verliezen, te lijden op den verkoop van koeien?
De opbrengst van de heffing op twee vette runderen
zoo werd becijferd zou volstaan om het verlies op
één melkkoe te dekken en in een jaar tijds is men dan
Van de zaak af, terwijl men waarschijnlijk tevens de
gelegenheid zou vinden, te bewerken, dat men een be
teren en gezonder veestapel overhoudt.
Het vraagstuk van den aankoop.
Tot zoover loopt de zaak rond: de quaeeties van be
taling en verkoop zijn op te lossen. Oneindig moeilijker
ls het vraagstuk van den aankoop. Moet die uit de vrij
willig aangeboden dieren geschieden dan loopt de markt
tn een ommezien stukken omhoog. „Opvordering" van
de dieren is in strijd met het vooral bij de boeren zoo
sterk ontwikkeld rechtsgevoel en eigendomsbesef. Er
zal bijgevolg, zooals vroeger bij de oorlogsleeningen. een
•oort vrijwillige levering moeten zijn met „een stok
achter de deur".
Regeering is er van overtuigd, dat na korten
tijd de aanvankelijk ontworpen Machti
gingswet weer zal verschijnen.
Méér artikelen hebben steun
noodig.
Aan de memorie van antwoord, uitgebracht döor
den minister van Economische Zaken en Arbeid, mr.
P. J. Verschuur en den minister van Financiën,
Jhr. Mr. D. J. de Geer, op het voorloopig verslag van
de Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot ver
leening van bevoegdheden tot het nemen van buiten
gewone maatregelen in het belang van den Land
bouw, is het volgende ontleend:
De ministers kunnen waardeeren, dat tegen de be
voegdheid der regeering om zelfstandig diep ingrij
pende maatregelen te nemen, ernstige bezwaren rij
zen uit een oogpunt van rechtszekerheid voor ons be
drijfsleven en ook in verband met het parlementaire
stelsel.
Mr. P. J. VERSCHUUR.
Voor normale tijden zouden dan ook de beginselen
van dit ontwerp verkeerd moeten heeten. Slechts de
buitengewone omstandigheden nopen de regeering
in dezen omvang bevoegdheden te vragen.
Niet tegen het Nederlandsche bedrijfsleven rich
ten zich de bepalingen van het ontwerp, doch zijn
bedoeling is, dat bedrijfsleven tegen groote en ver
rassende gevaren tijdig te kunnen beschermen. Te
meer is er voor het bedrijfsleven reden tot vertrou
wen, als men het beginsel de.* regeering bij de ver
schillende reeds tot stand gekomen regelingen in het
oog vat, dat zooveel mogelijk de uitvoering aan het
bedrijsfleven zelf wordt overgeutm, waarbij met de
gevestigde belangen zooveel mogelijk wordt reke
ning gehouden.
Méér noodig.
Ook voor de artikelen zuivel, varkens, varkens-
vleesch, tarwemeel en tarwebloem blijft een regeling
als aanvankelijk werd voorgesteld, noodig, gelijk
sommige leden te recht opmerken.
Slechts de overtuiging dat na korten tijd de aan
vankelijk beraamde weg zal kunnen worden inge
slagen, heeft de ministers genoegen doen nemen
met de beperkte regeling, welke althans aan eenige
atrikelen zal ten goede komen.
Wat het landbouwcrisisfonds betreft, is door de
behandeling in de Staten-Generaal de vraag gerezen
of dit fonds zal kunnen worden ingesteld en of het
in de beperkte mate, waarin het thans mogelijk is,
nut kan stichten.
In ieder geval zal verwarring moeten worden voor
komen, waarvoor de ministers gaarne verklaren te
zullen waken. Het gevaar voor verwarring op dit
punt was mede één der redenen, waarom de minister
van Economische Zaken en Arbeid verklaarde zich
met lood in het hart bij de amendeering te kunnen
neerleggen.
In de vorming van een landbouwcrisisfonds ligt de
gedachte, dat ook financieel eenheid rfioet worden
gebracht in de verschillende steunmaatregelen voor
den landbouw. Daarom kan niet worden uitgesloten
de mogelijkheid, dat de financieele resultaten van de
eene regeling onder bepaalde omstandigheden dienst
baar worden gemaakt aan een andere regeling.
Geenszins is daarmede in strijd de bedoeling van
de ministers om allereerst de baten, in verband met
eenig artikel verkregen, aan dat artikel dienstbaar te
maken. In gevallen echter, dat de verschillende ar
tikelen met elkander verband houden en dat de rege
lingen voor het eene artikel aan het andere ten
goede komen, kan het billijk wezen, dat mogelijke
overschotten, in verband met het eene artikel verkre
gen, voor een verwant doel worden benut.
Het spreekt welhaast vanzelf, dat cle bedoeling der
regeering, om voor de tarwe'het laatstelijk vastgestel
de bedrag te bereiken, niet teniet zal worden gedaan
door onttrekking van steun ten bate van andere
Jhr. Mr. D. J. DE GEER.
artikelen. Weinig waarschijnlijk is bovendien zulk
een onttrekking ten bate van een weinig verband
houdend artikel als dc veenkoloniale aardappelen.
Van onttrekking van middelen aan eenig artikel
kan alleen sprake zijn, indien het voor dit artikel ge
stelde doel volkomen is bereikt. Vergeten worde niet,
dat alleen een algemeen fonds aan de regeering fi
nancieel eenige speling toelaat om in onvoorziene
nooden te kunnen voorzien.
Centralisatie van de verschillende steunmaatrege
len was de bedoeling van het aanvankelijk ontwerp,
van welke bedoeling ten gevolge van de amendeering
thans in de practijk voorshands niet veel zal kunnen
worden bereikt.
Gaarne zèggep de ministers toe te overwegen ook
één of meer leden der Staten-Generaal te benoemen
in de centrale commissie, indien en voor zoover de
samenstelling dier commissie zulks gedoogt. Inder
daad zal, zoolang nog een directeur-generaal van den
Landbouw ontbreekt, het in het bijzonder deze cen
trale commissie zijn, die de regeering van bericht en
raad zal moeten dienen in landbouwcrisis-aangele
genheden.
WIJ BREIEN!!! en repireeren alle soorten
Wollen Kleeding, Konsen en Sokken (ook de aller
fijnste). Voor nieuw werk zijn wij no 1.
JAAP SNOR, Zuidstraat, Den Helder. (Let op den
qelen winkel). Vracht voor onze rekening.
LDCHTVAART
De beide toestellen brandend neergestort.
Twee dooden.
Uit NEUTRA, 2 Mei (V.D.):
Op het oefenterrein van het derde regiment vlie
gers heeft vanochtend een ernstig vliegtuigongeluk
plaats gehad. Twee militaire vliegtuigen A.B. 3274 en
A.B. 3296, waren opgestegen voor een oefenvlucht,
waarbij een luchtgevecht zou worden geleverd met
zoogenaamde machinegeweren.
Bij een aanval geraakten beide vliegtuigen met el
kaar in botsing. Toestel 2374 stortte neer.
De bemanning kon zich door gebruik te maken van
een parachute uit het reeds brandende vliegtuig
redden. De piloot liep lichte brandwonden op. Het
tweede toestel geraakte eveneens in brand, waarbij
de bestuurder werd gedood. De waarnemer wilde per
parachute uit het toestal springen. De parachute ging
niet open en de waarnemer viel met het puin van
het vliegtuig. Slechts het deerlijk verminkte lijk kon
worden geborgen.
By den onbewaakten overweg aan de Dog
gersvaart nabij Den Helder. De bestuur
der ernstig gewoDd.
Toen de heer K. Blokker van Wieringen gisteroch
tend met zijn auto op weg was van Den Helder naar
Wieringen, waartoe hij den weg moest volgen langs
de Doggersvaart, doordat het verkeer langs den rijks
weg is afgesloten wegens een defect aan de bascule-
brug oyer het bassin van den onderzeedienst, werd de
auto op den overweg gegrepen door den trein, welke
om ongeveer half tien in Den Helder moet aankomen
Door den schok werd de auto tegen het huisje geslin
gerd, dat zich ter plaatse langs de spoorlijn bevindt.
Van dit huisje werden de ruiten vernield. De trein,
welke onmiddellijk tot stilstand werd gebracht, had
verschillende onderdeelen van den auto enkele meters
meegesleurd.
Toen de heer B. uit de overblijfselen van den totaal
vernielden auto werd gehaald, bleek hij een ernstige
wonde te hebben aan het achterhoofd. Hij werd onmid
dellijk naar het ziekenhuis in Den Helder vervoerd,
waar hij ter verpleging werd opgenomen.
Het schijnt, dat het ongeluk moet worden toegeschre
ven aan onoplettendheid van den bestuurder, daar het
uitzicht ter plaatse geheel vrij is.
In verband met de Duitsche 1 Mei-viering.
Maandagavond hebben te Heerlen relletjes plaats
gehad. In het kegelpaleis aan de Emmastraat. werd
een feestelijke bijeenkomst gehouden door de Duit
sche kolonie in Zuid-Limburg ter viering van den
Duitschen nationalen feestdag van den arbeid, wat
voor zekere onruststokers aanleiding was te gaan de-
monstreeren. Den heelen avond hebben in de buurt
van het gebouw communisten en socialisten gestaan.
Op een gegeven oogenblik begonnen de socialisten in
de YVillemstraat Duitschers, die met het nazi-em
bleem getooid waren het publiek te molesteeren. De
politie moest verschillende charges uitvoeren.
Even later moest op het Wilhclminaplein weder
een charge worden uitgevoerd.
Er waren zeer vele politie-agenten, militaire poli
tie, marechaussee's en gemeente-politie, die den ge-
heelen avond in de buurt van het gebouw patrouil
leerden.
Tegen den nacht keerde de rust terug. Een Hitleri-
aan werd in de Willemstraat van zijn fiets getrokken
en mishandeld. In verband daarmee is de 26-jarige
werklooze N. M. aangehouden.
AMSTERDAM, 2 Mei. De leden der Nederlandsche
Vereeniging van Verkeersvliegers, waarvan alle piloten
der Koninklijke Nederlandsche Luchtvaart Maatschappij
op twee na lid zijn, heeft hedenavond in haar vergade
ring unaniem besloten met ingang van 1 Juli a.s.
ontslag te nemen als vliegtutgbestuurders by de KLM.
De motiveering van het besluit.
Het besluit van de verkeersvliegers is niet dan na
lang beraad en ampele besprekingen, zoowel met de
directie als onderling, genomen.
Van de zijde der piloten wordt ons het een en ander
medegedeeld over de redenen, die tot een beslissing van
zoo groote importantie hebben geleid.
Het huidige conflict is niet in de eerste plaats een ge
volg van de economische omstandigheden, waaronder
de piloten werken, dooh van den algemeenen toestand
van het bedrijf. De vliegtuigbestuurders en speciaal de
Vereeniging van Verkeersvliegers, waarin ongeveer alle
piloten in dienst van de N.V. Kon. Luchtvaart Mij. voor
Nederland en Koloniën zijn georganiseerd, hebben zich
ernstig te beklagen over het gebrek aan medewerking,
dat wordt betoond van de zijde van de directie van de
K.L.M.
Met het inkomen, door de polloten over het afgeloopen
jaar genoten zijn zij zeer wel tevreden, behoudens en
kele jongeren, die naar het inzioht der Vereeniging voor
Verkeersvliegers onvoldoende worden gesalarieerd.
De piloten achten het geenszins onbillijk, dat op hun
inkomen in verband met de tijdsomstandigheden nor
malen kortingen worden toegepast. Een andere kwestie
is het echter, dat in een kort tijdsbestek talrijke veria- -
gingen van het zuiver inkomen hebben plaatsgehad en
wel op zoo verschillende en willekeurige wijze, dat bij de
piloten, onrust is gerezen en er onzekerheid ls ontstaan
over hetgeen de dag van morgen zal brengen.
Thans weeT dreigen nieuwe kortingen; daartegenover
staat een onevenredige verhooging van de arbeidspres
taties van de piloten. Bij de directie, aldus de vl legere
verder. heeft blijkbaar de meening postgevat, dat het
„verkeersvliegen" thans niet moeilijk meer is, althans
onder de huidige omstandigheden minder eischt van het
moreel en physiek der vliegtuigbesturders, dan dit voor
heen het geval was. Het omgekeerde is echter het gevaL
Door den vooruitgang van de techniek wordt van de
vliegers steeds meer geëischt; eT wordt nu onder vrijwel
alle weersomstandigheden en ook na het invallen van
de duisternis gevlogen. In mist en duisternis vliegen
eischt veel meer van de zenuwen dan zooals vroeger
het afwachten van mist en het wachten tot het weer
licht wordt. Het meest voor de hand liggend voorbeeld
hiervan is de Indië-route, waarbij regelmatig in duister
nis wordt gestart en honderden kilometers over zee,
woestijn, gebergten en oerwouden moet worden gevlo
gen zonder landingsmogelijkheid.
Vroeger bedroeg de gemiddelde afstand der dagtra
jecten op de Indië-route circa 1200 K.M., thans zijn
reeds afstanden van 1800 tot 2500 KM. in de reissche
ma's opgenomen; het komt daardoor niet zelden voor,
dat de vliegers twaalf tot vijftien uur in de lucht zijn
zonder tusschenlanding.
Er bestaat tusschen de Vereeniging en de Directie
der K.L.M. een „Reglement vliegtuigbestuurders", waar
In een schaal is opgenomen waarbij de piloten in klas
sen worden ingedeeld en waarnaar hun arbeidsvoor
waarden worden geregeld. Dit reglement geeft echter
aan de vliegtuigbestuurders geen enkel zekerheid, daar
de directie er steeds van kan afwijken. Weliswaar heb
ben de piloten onder zekere omstandigheden recht van
beroep op een Commissie van Advies, doch een door
deze Commissie uit te brengen advies is niet bindend,
zoodat de Directie dit advies naar believen kan opvol
gen of, na kennisneming, naast zich neer kan leggen.
Het is zelfs voorgekomen, dat de Directie jonge pilo
ten in dienst heeft genomen in strijd met de ,R.-V."-
bepalingen. De Directie wenscht een soepele regeling
van de arbeidsvoorwaarden harer piloten en verzekert,
dat, wanneer de piloten het aan de Directie overlaten
zij zich nimmer te beklagen zullen hebben. De leden
van de Ned. Vereeniging van Verkeersvliegers hebben
echter, na herhaalde besprekingen, niet het minste ver
trouwen meer in een dergelijke toezegging.