De verovering der lucht. Radioprogramma Woensdag 31 Mei 1933. SCHAGER COURANT. Tweede blad. No. 9287 Zegetocht van den luchtballon Een sensadoneele gebeurtenis van 150 jaar terug Brieven over Engeland. - Den 5en Jnni 1783 ging in het Fransche stadje Annonay voor het eerst een ballon de lucht in. Dieren als de allereerste Iuchtpassagiers. EEN heerlijke zomerdag met blauwe en wolk el oo- zen hemel en nauwelijks voelbaren wind. Men schrijft 5 Juni 1783. In het kleine Fransche stadje Annonay heerscht een feestelijke drukte. De ge broeders Montgolfier. twee welgestelde, daar wonende papierfabrikanten, hebben een proef met een „aerosta- tischen bol" aangekondigd. Deze ziet er uit als een reus achtige. in elkaar gefrommelde papieren zak. Zou daar Iets ingestopt worden? Maar de opening, door een wil- genring van 1 M. doorsnede opengehouden, hangt naar beneden. En wat moet eigenlijk die pan, die aan zes ijzerdraden aan dezen ring bevestigd is? De toeschou wers verdiepen zich in gissingen. Daar staat nog een Ijzeren bak met brandende houtblokken. Wat mag dat ibeteekenen? Dan komen ook de eerwaardige vertegen woordigers van het landelijk bestuur en nemen op de tribune plaats. En nu treedt Etinne Montegolfier, de oudste der beide broeders, naar voren en houdt een toe spraak. „Weledele heeren", begint hij met een beleefde bul- ging, „wij zullen thans dezen grooten zak met een zeker gas vullen, die wij weten te maken en U zult zien. hoe. deze „machine" zich daarop tot in de wolken verheft" De eerste proef schitterend gelukt. Men kijkt verwonderd, men schudt ongeloovig met het hoofd, eenigen van de heeren lachen. Doch zonder zich daarom te bekommeren, beginnen thans de uit voerders van het experiment hun arbeid, terwijl zij de pan, die onder het ineengefrommelde omhulsel hangt «net de gloeiende houtblokken vullen. Dan is het alsof de ballon plotseling begint te leven, hij trekt en zwelt neemt langzamerhand den vorm aan van een geweldigen kogel. Acht man kunnen hem tenslotte nog slechts met imoeite vasthouden. Een commando weerklinkt en het oneelooflijke geschiedt: de verblindend witte papleren kogel vèffieft zich.' stijgt in de blauwe lucht, steeds hooger, tot zij nauwelijks nog voor de scherpste oogen zichtbaar Is. Een geweldige opwinding maakt zich van de menigte meester. Heeft men ooit zooiets beleefd? Is dat nu toovenarü of wat anders? Zwijgend staan Etienne en Josef Montgolfier. het vindingrijke broeder- paar en oogen den ballon na. De proef is schitterend gelukt. Ongeveer 300 M. bedroeg dit eerste hoogterecord. De ballon had een omvang van 34 M. en was uit papier ge maakt, welks enkele met linnen gevoerde banen aan elkaar geknoopt waren. Deze „knoopsgaten" waren oor zaak, dat de „aerostatische bol" het niet al te lang in de wolken uithield, want de warme lucht ontweek snel door de openingen en zoo viel de ballon na ongeveer 10 tminuten weer naar beneden. Men vond hem in de na burige wijnbergen, twee K.M. van de plaats van op stijging verwijderd, zoo sterk door het vuur aangetast, dat een herhaling van de proef niet onmiddellijk mo gelijk was. Niettemin verspreidt zich het nieuws van deze sen- isationeele gebeurtenis snel over het geheele land. De broeders experimenteeren verder, nieuwe ballons in ver schillende afmetingen worden gemaakt, successen wis selen met mislukkingen. EEN EPISODE UIT HET BELEG VAN PARIJS IN 1870. Tydens het beleg van Parijs door de Duitschers, ln 1870, verliet Leon Gambetta de ingesloten stad per luchtballon, zweefde over de Duitsche linies en landde ln het nog niet veroverde deel van Frankrijk, waar hy door middel van een dictatoriaal bewind kans zag ont- zettingstroepen voor Parijs uit den grond te stampen, welke echter werden verslagen. Hierboven de start van dezen historisch geworden tocht. De boeren op het land door ontzetting aan gegrepen. Intusschen zijn anderen eveneens bezig. De in Parijs wonende professor Charles neemt zijnerzijds proeven met ballons, die niet met warme lucht, maar met water stofgas worden gevuld. Hierbij maakt hij gebruik van de uitvinding der gebroeders Robert, wien de vloeibaar- making van het caoutchouc gelukt is. Met een gummi- oplossing kan men het ballonomhulsel natuurlijk veel beter dicht maken dan met papier, dat op linnen gelijmd wordt. Als Charles den 29sten Augustus 1783 op hel Marsveld bij Parijs den eersten gummiballon van 4 Me ter doorsnede op laat stijgen, zijn niettegenstaande den stroomenden regen, 300.000 toeschouwers aanwezig. Gren- zelooze geestdrift maakt zich van de menschen mees ter, als de „Oharliere" omhoogstijgt en wel met zulk een snelheid, dat hij reeds na twee minuten in de wol ken verdwenen ia Een kanonschot klinkt, om dit oogen- blik te onderstreepen. Drie kwartier later daalt de bal lon bij het dorp Gonesse in de nabijheid van Parijs neer. Maar daar is men bij het zien van dit ongewone verschijnsel op verre na niet zoo geestdriftig als in de hoofdstad. Integendeel: de boeren worden door ontzet ting aangegrepen. Zij houden den ballon voor iets dui velachtigs. hem te vernietigen achten zij dure plicht Met spaden, hooivorken, dorschvlegels, storten zij zich op den ballon, vernielen hem. binden de resten aan den staart van een paard en sleepen hem zoo lang over het land, tot er niets meer van over is. „Heelemaal een verschrikkelijk luchtver schijnsel." Deze betreurenswaardige geschiedenis heeft de over heid aanleiding tot de volgende bekendmaking van cul tuurhistorische beteekenis. „Men heeft een ontdekking gedaan, waarvan de re geering mededeeling wensoht te doen om den schrik te voorkomen, welke zich van het volk meester zou kunnen maken. Daar berekening van het verschil in zwaarte tusschen de z.g. brandbare lucht en de lucht van onze atmospheer heeft men gevonden, dat een met deze brandbare luoht gevulde groote bal venzelf de hoogte ingaat en niet eerder ophoudt te stijgen, tot beide luchtsoorten in evenwicht komen, wat eerst op zeer groote hoogte geschieden zal. Men heeft reeds verschil lende proeven gedaan, en zal deze met nog grootere hollen bollen dan tot dusver herhalen. Degenen dus, Naast den bolvorm, die de luchtballons over het alge meen hebben, bestaan er ook met meer griezelige vormen, zooals hierboven afgebeeld en die spe ciaal voor waarnemingen dienst doen. die dergelijke bollen, welke op de verduisterde maan lijken, aan den hemel mochten ontdekken, wordt hier door medegedeeld, dat het geen vreeselijke luchtver schijnselen zijn, maar slechts uit zijde of linnen gemaakt zijn en met papier overtrokken „machines" zijn, die geen ongeluk aanrichten en waarvan men, zooals te ver moeden is, eens een nuttig gebruik voor 't maatschap pelijk leven zal kunnen maken." Intuschen gaat de jongste Montgolfier naar Parijs en krijgt van de Academie van Wetenschappen de op dracht een „machine" van nog grootere afmetingen als de eerste ballon bezat te construeeren. Het gereed zijnde wonderwerk is niet alleen imponeerend in technisch, maar ook in aesthetlsch opzicht. De ballon is hemels blauw met gouden versieringen. Maar een onweersbui vernielt hem tijdens de demonstratie. Montgolfier is niet ontmoedigd: de volgende „Montgolfière" zal nog grooter en mooier zijn, want de koning wil de opstijging bij wonen. Voor deze gelegenheid bereidt men een nieuwe verrassing: de eerste luohtreis met levende bemanning! Dieren als de eerste Iuchtpassagiers. Op 22 September is de gedenkwaardige dag daar! Nog durft men geen menschen den tocht laten meemaken. Maar men heeft een groote mand aan den ballon beves tigd. die een lam. een haan en een eend meevoert, wel ke dieren daarmee de eer deelachtig worden de eerste Iuchtpassagiers te zijn. De tocht duurt niet lang. Na 7 minuten is de reis geëindigd. De ballon is weer op de aarde gedaald en de dieren, naar welker bevinden men zeer gespannen uitzag, schijnen den tocht uitstekend te hebben doorstaan. Eend en lam zijn nog even levendig als voor de opstijging. Slechts de haan heeft een wei nig letsel bekomen, wat aanleiding geeft tot geleerde onderzoekingen, daar men gelooft dit aan den schadelij ken invloed van atmospherische invloeden te moeten toeschrijven. In werkelijkheid is de oorzaak echter, dat het ongemanierde lam met een van zijn pooten op de haan heeft getrapt... De eerste mensch de lucht in. Doch een bekroning van de uitvinding kan slechts een luchtreis van menschen zelf zijn! Tenslotte willigt de koning het voornemen in. Een misdadiger, die toch al ter dood veroordeeld is, mag den tocht ondernemen en zal vrij zijn, als hij de reis overleeft. Daartegen verzet zich een edelman, Pilatre de Rozier, genaamd. Een misdadiger zal den roem deelachtig worden, de eerste mensch te zijn, die zich in het luchtruim ver heft? Dat zou een misdaad zijn tegenover de heerlijke uitvinding. Neen, hijzelf, Rozier, wil de opstijging mee maken. En zoo gebeurt het ook. Den 21sten November doet het grootsche schouwspel zich voor, dat de eerste mensch een luchtreis maakt. Kan het verwondering ba ren, dat deze gebeurtenis dagenlang de gemoederen bezig houdt? Dichters ge raken er door in vervoering etsers en teekenaars ver eeuwigen haar en in de schouwburgen komt men op het denkbeeld, kleine „mont- golfièrisohe luchtballons" van het tooneel te laten op stijgen. Niets kan den zege tocht van den luchtballon meer verhinderen. De Dutt- sche dichter Wieland prijst de uitvinding als „het hoog ste wat menschelijke geest en kunst voortgebracht heb ben", en Goethe, die zelf proeven heeft genomen, schildert na tientallen jaren de „wereldbeweging", die van de nieuwe uitvinding is uitgegaan. De tocht verloopt vlot, slechts bij de landing ge schiedt bijna een ongeluk, daar de ballon onmiddellijk in elkaar schrompelt en Ro zier wordt onder de massa bedolven. Met behulp van zijn begeleider gelukt het hem eohter snel onder het omhulsel vandaan te krui pen. 27 Mei 1933. MEINSCSH, erger je niet! Kent U het spelletje? Het is het meest ergerlijke spel, dat ik ooit gezien heb. Zeer waarschijnlijk is U het daar mee niet eens. Natuurlijk! Het is nu eenmaal een eigen aardig verschfnsel, dat de eene mensch zich niet kan voorstellen, waarom de ander zich aan dit of dat vree- selijk ergert. O, er zijn ook massa's dingen, waaraan we ons alle maal ergeren. Wanneer, bijvoorbeeld, de voorbijganger plotseling In de meening gaat verkeeren, dat de serin gen ln onzen voortuin daar voor zijn speciaal genoegen zijn geplant, en hij 's morgens voor dag en dauw, of 's avonds na zonsondergang, de boomen komt snoeien. Of wanneer Uw pruimeboom, zooals de mijne, zich ver beeldt, dat hij als sierboom op de wereld is gekomen, en zich op den daarvoor vastgestelden tijd tooit met een paar duizend bloemen, maar nooit de moeite neemt ook maar voor één enkelen nakomeling te zorgen. We zouden zoo een lange lijst kunnen vullen. Wie heeft er wat op tegen, dat de vrijer van zijn dienstbode rookt? Niemand, natuurlijk. Maar wanneer je zelf, ten gevolge van een hardnekklgen hoest, in drie weken geen sigaar hebt opgestoken, en je merkt dan, dat je kistje op onbegrijpelijke wijze veel leeger is geworden, en dat bovendien van de overgebleven sigaren verschei dene gebroken zijn, wel, dan moet je een bijzonder engelachtige natuur hebben. Maar, er zijn ook vele dingen, waaraan de eene mensch zich ergert, en de ander niet Wanneer wijzelf de ander zijn, beschouwen wij dat in den een als een gebrek. Zoo heeft mijn vrouw het gebrek, dat ze niet kan in zien, hoe buitengewoon sierlijk het kan zijn, als een paar honderd boeken, kranten, schriften en papieren op bevallige en natuurlijke wijze over een bureau ver spreid liggen. En mijn zoon beschouwt het in mij als een gebrek, dat ik in de meening verkeer, dat het de natuurlijke functie van een deur is om gesloten te zijn. In Engeland, zooals te verwachten was, is het op het gebied van vergeten al niet beter gesteld dan in Holland Ook daar menschen die ergernis verschaffen en an deren, die ze met beide handen, tot hun eigen verdriet, aanpakken. Sommige dingen, zooals een Engelsche rechter het zeer onrechterlijk uitdrukte, brengen hem geregeld in de verzoeking een moord te begaan. In 's rechters speciaal geval was het de man, die er in den schouwburg op stond, hem, den rechter, doorloopend te vertellen, wat er nu zou gaan gebeuren. Deze moordlustige uitdrukking bracht een Engelsch blad op het idéé, eenigen tijd geleden, een onderzoek in te stellen naar de dingen, die ons nu eigenlijk het meest in onze medemenschen hinderen. Het resultaat van dit onderzoek was een zeer uitgebreide lijst. Voor zoo ver ik heb kunnen opmerken, was er niets speci aal Engelsch bij, maar blijkt ergernis wel een zeer internationaal iets te zijn. Wilt U eens een bloemlezing hooren? Daar is, In de eerste plaats, de man, die bij het kaar ten na wil praten. Die, zoodra het spelletje voorbij, en verloren is. begint met: „Als je nu niet' eerst die troef had uitgespeeld, maar mij met harten had laten uit komen, en als jij dan klaver zeven had weggegooid, dan" en zoo voort voor de volgende tien minuten. Vervolgens de menschen, die je uitnoodigen tot een gezellig praatavondje, en van het oogenblik af, dat je binnen bent gekomen, elke conversatie onmogelijk ma ken door de radio met luider stemme te laten verkon digen, dat „publicatie van deze berichten, in welken vorm ook, verboden is." Ergernis ook verschaffen de menschen die de beleefd heid missen, je een geschiedenis te laten uitvertellen. Die je, zoodra je halfweg bent met je grappig verhaal, in de rede vallen, en de anecdote voor je af maken. Van ons, vertellers, standpunt uitgaande, hadden we het woord af maken ook gerust in één woord kunnen spellen. Dan zijn er de menschen, die de buitengewone lui heid hebben alleen met halve zinnen te spreken, en elke eerste helft eindigen met de vraag-mededeeling: „As je maar snapt". Wat ergerlijk is, als je het snapt, en er gerlijker. wanneer je het niet snapt. Ook snuiven is ergerlijk, bij een ander, wel te ver staan, Bovendien is het ergerlijk, dat je niet begrijpt, waarom een ander zich ergert aan ons eigen gesnuif. Toch schijnt dat zoo te zijn. Dan zjjn er menschen. die handtastelijk worden, wan neer je ze je het een of ander te vertellen hebben. Ze kloppen je op je schouder, duwen je met hun wijs vinger tegen je borst, en dwingen je op al dergelijke manieren tot een doorloopend terugtrekkende beweging De groote Engelsche dichter Ooleridge leed aan deze kwaal. Die greep je altijd vast bij een knoop van je jas, sloot daarna zijn oogen, en begon zijn verhaal af te steken. Hazlitt vertelt ons, dat hij, toen hij op zekeren morgen op weg was naar Londen, Coleridge tegen kwam op Hapmstead Heath, tot zijn grooten schrik. Want Coleridge was een prater, die wel van beginnen, maar niet van ophouden wist. Maar Hazlitt was een vindingrijk man. Toen Coleridge den knoop eenmaal goed te pakken had, en zijn oogen stevig had dicht geknepen, nam Hazlitt zijn schaartje, knipte den knoop af, en vertrok. Dat was 's morgens om negen uur. Toen hij 's morgens om vier uur terug keerde, stond Cole ridge nog steeds te redeneeren, met den knoop in zijn. hand U zult dit, hoop ik, opvatten als zuivere geschiedenis, Hazlitt jokte nooit. Ergerlijk, niet waar, zulke handtastelijke menschen. Maar wat zegt U van de dame, die zich tegenover U in de tram gaat poeieren, en haar lippen gaat verven? Of van een „heer", die zijn nagels gaat uithalen? Daarmee zijn de ergenlssen in trams en treinen trouwens niet afgeloopen. Ergerlijk ook vindt de En- gelschman (en de Hollander) het, wanneer hij een krant heeft gekocht, en zijn overbuurman leest den achterkant daarvan, terwijl hij aan den voorkant bezig is. En ergerlijker nog. wanneer hij zelf geen' krant heeft, en hij merkt, dat zijn overbuurman er op onbe grijpelijke wijze bezwaar tegen schijnt te hebben, dat hij met hem meeleest. Ik ga verder met mijn lijst, maar ik moet, merk ik, wat beknopter zijn. We ergeren ons aan den man. die zijn droom van den afgeloopen nacht vertelt, en aan de vrouw, die in de vreemde meening verkeert, dat ze een mop kan ver tellen. Verder aan dengene, die het loket aan het station aanziet voor een informatiebureau, terwijl de trein over twee minuten vertrekt. Aan den automobilist, die met een snelheid van twintig kilometer per uur midden op den weg rijdt, of nog iets links daarvan. Aan den man, die uitgelaten vroolijk is aan het ontbijt. Aan den man, die wijdbeens met zijn rug naar den haard gekeerd staat, en de normale warmte voor vijf personen in zich opslurpt. Aan menschen, die je zeggen, dat je toch beslist dit of dat boek moet lezen, en je dan de heele geschiede nis gaan vertellen. Aan dengene, die niet-rooken gaat zitten, en, zoodra de trein zich in beweging stelt, zeggen: „U heeft et zeker niet op tegen, dat ik opsteek?" Aan dengene, die zegt: „Heb ik het niet gezegd?" Aan den bezoeker, die niet van weggaan weet. Aan den spreker, voornamelijk den spreker aan een diner, die van geen ophouden wil hooren, en aan den krantenschrijver, die maar doorleutert over een ver velend artikel, en O, tot ziens! DONDERDAG 1 JUNI. HILVERSUM (296 M.) A.V.R.O.. 8.00 Gramofoonmuziek: 10.00 Morgenwijding; 10.15 Gramofoonmuziek; 10-30 Solisten concert; 11.00 Knipcursus door Mevr. de Leeuw van Rees; 11.30 Voort zetting solistenconcert; 12.00 Lunchconcert door het Omroeporkest o.l.v. Nico Treep; 2.15 Rustpoos; 2.30 Gramofoonmuziek; 3.00 Naaicursus; 3.45 Gramofoon muziek; 4.00 Toespraak door Mevr. Ant. van Dijk; 4.30 Zangvoordracht door M. Bracony; 5.00 Verhalen voor grootere kinderen door Mevr. Ant. van Dijk; 5.30 Ko- vacs Lajos en zijn orkest; 6.30 Sportpraatje door H. Hol lander; 7.00 Kovacs Lajos; 7.30 Vacantiegangers, atten tie. Herman Felderhof: „Centraal Zwitserland"; 8.00 Vaz Dias; 8.05 Gramofoonmuziek; 9.00 Aansluiting met het Concertgebouw te Amsterdam. Het Concertgebouw orkest o.l.v Dr. Willem Mengelberg, met medewerking van solisten; 10.15 Gramofoonmuziek; 10.30 Concert door het Omroeporkest oJ.v. Nico Treep; 11.00 Vaz Dias; 11.10 Omroeporkest; 11.30 Gramofoonmuziek. HUIZEN (1875 M.) K.R.O.: 8.00 Gramofoonmuziek; N.C.R.V.: 10.00 Gramo foonmuziek: 10.15 .Morgendienst; 10.45 Gramofoonmu ziek; K.R.O.: 11.00 Gramofoonmuziek; 11.30 Godsdien stig halfuurtje; 12.00 Politieberichten; 12.15 Orkest o.l. v. Johan Gerritsen; N.C.R.V.: 2.00 Fraaie handwerken 3.00 Vrouwenhalfuurtje; 3.30 Zenderverzorging; 4.00 Bijbellezing; daarna concert; 5.00 Zangrecital; 5.45 Han denarbeid voor de jeugd; 6.15 Onze Ned. Monumenten; 6.45 Knippen en stofversieren7.00 Politieberichten; 7.15 Ned. Chr. Persbureau; 7.30 Wat er in de wereld gebeurt; 8.00 Uitzending te verzorgen door den Bond van Prot. Chr. Drankbestrijdersvereenigingen9.00 Arn- hemsche Orkestvereaniging; 11.00 Gramofoonmuziek. LUXEMBOURG (1191 M> 7.20 Lichte gramofoonmuziek; 7.50 Symphonieconcert; 8.40 Lichte gramofoonmuziek; 9.10 Idem; 9.55 Dans muziek. BRUSSEL (509 M.> 12.20 Concert; 1.30 Gramofoonmuziek; 5.20 Populair concert; 6.35 Gramofoonmuziek; 8.20 Concert; 10.30 Gramofoonmuziek. KALUNDBORG (1153 M-) 12.20 Strijkorkest; 8.30 Symphonie-orkest; 11.20 Deen- sche muziek. BERLIJN (419 M.) 4.50 Populaire muziek; 8-30 Populair concert; 11.20 Dansmuziek. HAMBURG (372 M.) 11.50 Gramofoonmuziek; 12.30 Populair concert; 2.30 Gramofoonmuziek; 11.05 Dansmuziel^ KONIGSWUSTERHAUSEN (1635 M.ï 2.20 Gramofoonmuziek; 4.20 Concert; 5.55 Idem; 11.20 Dansmuziek. LANGENBERG (472 M 12.20 Populair concert; 1.20 Concert; 4.50 Kamermuziek 10.45 Concert. DAVENTRY (1554 M.) 12.20 Orgelconcert; 5.05 Concert; 9.55 Concert; 10.50 Korte kerkdienst; 11.05 Dansmuziek. PARIJS EIFFEL (1446 M.) 8.50 Gramofoonmuziek; PARIJS-RADIO (1723 MA 8.05 Gramofoonmuziek; 12.50 Populair concert; 6.20 Gramofoonmuziek; 7.40 Concert; 8.20 Beethoven-oonr cert; 10.50 Gramofoonmuziek. Mn,AAN (331 M.) 8.05 Gramofoonmuziek; 8.50 Opera-uitzending. ROME (441 M.) 8.35 Zangvoordracht; 8.50 Opera-uitzending. WEENEN (517 M.) 6.00 Concert op twee piano's; 8.50 Operaruitzending; WARSCHAU (1412 M.) 6.20 Populair concert; 8.20 Idem; 10.35 Dansmuziek; 11.20 Idem.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 5