Alnnii Nitiis-
GEESTELIJK LEven
UitgeversN.V. yJi. TRAPMAN Co, Schagen.
Over een brief en een
bezoek
Muur ingestort
Salon de Coiffure|
Salon de Beauté
MAISON GERRITS
De a.s. verkiezingen voor het Hoogheem
raadschap Noordh. Noorderkwariter
Slecht weer boven Europa
Zaterdag 24 Juni 1933.
SCHEED
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij Inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkoroend nummer geplaatst.
76ste Jaargang No. 9300
COURANT.
POSTREKENING No. 23330. INT TELEF. No 20.
Prijs per 3 maanden fl.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels 10.85, iedere regel meer 15 cent (bewljsno,'
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.'
EERSTE BLAD
DIT NUMMER BESTAAT UIT VIJF BLADEN
door Astor.
REEDS eenige maanden lang staat in 't brie-
venbakje op mijn schrijftafel, goed zichtbaar
om de beantwoording vooral niet te vergo.
ten, een brief uit Anna Paulowna. Wanneer het we
reldgebeuren in den jongsten tijd mijn geest niet
zoo volledig had bezig gehouden, zou ik er al veel
eerder op zijn ingegaan, want hij is het ten volle
waard, omdat er een uiterst lastig probleem in aan
de orde wordt gesteld en er ernstige kritiek in wordt
uitgesproken De schrijver noemt zich ook: Kritikus
en hij gaat uit van de veronderstelling dat ik wat
kritiek wel zal'kunnen verdragen.
Daarin heeft hij gelijk. Ik ben zelfs op kritiek ge
steld en heb haar gaarne. Goed bedoelde kritiek is
altijd buitengewoon heilzaam in 't bijzonder voor hen
die zich in het openbaar tot de menschen richter
Kritikus toont zeer goed te begrijpen, dat het le
ven zeer moeilijk is voor hen, die aan de burgerlijke
moraal geen waarde meer hechten. Inderdaad voel
ik dit dagelijks met groote pijnlijkheid. Wij (ik al
thans zeer sterk!) weten dat de verhoudingen, waar
ln wij in de bestaande maatschappij tegenover elkaar
staan, niet goed zijn en toch onttrekken wij ons
daaraan niet, kunnen ons daaraan niet onttrekken.
Ho! zegt nu Kritikus.
En hij schrijft:
„Ik kan niet inzien dat gij b.v met eenige
vrienden samenwerkende niet althans
eenigermate zoudt kunnen ontkomen aan
den economischen dwang der bestaande maat
schappij. De landloopers o.a ontkomen er voor
een groot deel al aan en al zijn zij van hun
brood niet altijd zeker, vrijheid hebben zij
meer dan de meeste menschen Maar ook ern
stiger levende menschen kunnen aan dien
dwang ontkomen, door samen te leven en te
werken, hunne behoeften terug te brengen tot
werkelijke behoeften enz. Gaat dit binnenslands
niet, dan in een afgelegen streek der aarde. En
als dan zoo'n kring van gelijkgezinden zooveel
mogelijk voor zich zeil zorgt en zoo weinig mo
gelijk economische aanraking met de bestaan
de maatschappij zoekt, heeft hij met geld veel
minder te maken. Dan hebt ge brood zelf ver
bouwd, en gebakken, dan hebt ge uw eigen
onderkomen, zelf gebouwd, uw eigen gemaak
te kleeding en als onvermogend betaalt ge
geen belasting. Dan drijft het „geweldig in
stinct" U niet naar verwerving van geld, zoo
als nu nog het geval bij u blijkt te zijn en dan
zijt ge van uw droefheid en ellende af. Gij hebt
toch gelijkgezinde vrienden? Welnu, ga met
hen samen leven en werken en gij zult althans
het begin van iets beters en mooiers te zien
geven. Dan behoeft ge geen ellenlange kolom
men te schrijven van haast enkel klachten,
maar kunt ge ook met vreugde wijzen op wat
gij bereikt hebt. Leeringen wekken en voor
beelden trekken."
ïk heb hierop het volgende te zeggen.
Bij den landlooper, die ongetwijfeld een groote ma
te van vrijheid heeft, vergeet Kritikus een zeer be
langrijk ding, nl. dat hij parasiteert op den arbeid
van anderen. Er zijn er velen, die dit doen in onze
samenleving, maar niemand doet het zóó absoluut,
volledig als hij. Hij is alleen consument en geen pro
ducent, want noch geestelijk, noch stoffelijk brengt
hij iets voort. (Ik laat nu buiten beschouwing dat ons
kapitalistisch productiestelsel zich zoo heeft ontwik
keld, dat duizenden, tienduizenden schijnbaar over
bodig zijn geworden en dat deze derhalve alleen op
consumeeren zijn aangewezen; iets wat een fatalen,
demoraliseerenden invloed moet hebben!):
De hoofdzaak evenwel in het betoog van Kritikus
Is wat er verder volgt.
Waarom gaan zij, die het immoreele van het tegen
woordige leven inzien, zich niet in samenwerkende
gemeenschappen organiseeren?
Ja, wat zal ik daarop zeggen? Het zal Kritikus wel
bekend zijn, dat vele dit reeds hebben gedaan. Ook
in ons land. In Blaricum is een communistische kolo
nie geweest, eveneens in Nieuwe Niedorp. En be
kend zal hem ook wel zijn de kolonie „Walden" on
der leiding van dr Frederik van Reden Het is op een
mislukking uitgeloopen. En nog altijd zijn er, wien
als uitkomst de zoogenaamde binnenlandsche kolo
nisatie voor den geest staat.
Het is al weer geruimen tijd geleden, dat ik eenige
mannen en vrouwen uit Friesland bij me kreeg op
bezoek. Ook zij voelden zeer diep hoe het leven in
deze samenleving onzuiver was en meenden daar
aan te kunnen ontkomen door met geestverwanten
een gemeenschap te stichten, waarin allen zouden
arbeiden voor elkaar, zonder eenige bevoorrechting
van den een boven de ander. Wij nebben lang en
ernstig met elkander daarover gesproken. Het mooie
van het streven zie ik zeer goed in en buitengewoon
sympathiek is mij daarin de drang om te komen tot
rechtvaardige, broederlijke verhoudingen.
Maar
Er zijn ernstige bezwaren.
Domela Nieuwenhuis heeft eens gezegd: men kan
eeen socialistisch ei leggen in een kapitalistisch nest
De bedoeling is duidelijk! Het is eenvoudig onmo
gelijk zich van het kapitalistisch stelsel los te ma
ken, en evenmin om te ontkomen aan den greep van
den staat, d i. van het instrument, waarvan de lei
ders van dit stelsel zich bedienen om het in stand te
houden.
Zelfs dan, wanneer men zijn behoeften tot het
uiterste wilde beperken, zou men toch genoodzaakt
zijn onnoemelijk veel te moeten betrekken uit de ka
pitalistische wereld en om dat te kunnen doen is
noodig dat men eigen voortbrengselen verkoopt om
aan geld te komen ter betaling van het benoodigde.
Gesteld dus dat men als groep onderling geheel in
gelijkheid en broederlijkheid leeft, tegenover de bui
tenwereld komt de groep altijd weer te staan in de
zelfde verhouding, waarin nu de menschen onderling
staan.
En dan de staat 1 Kritikus kan ifcel zeggen „als on
vermogend betaalt ge geen belasting", maar daarin
vergist hij zich leelijk. Want ieder persoonlijk in zulk
een groep moge onvermogend zijn, de groep is wel
vermogend. Zij heeft den bodem, dien zij bewerkt, zij
heeft haar gebouwen, werkplaatsen. En de staat is
onverbiddelijk! Dus alweer is er dan de noodzaak om
aan geld te komen. Dan maar weigeren belasting te
betalen? Maar de staat is sterk en beschikt over alle
geweldsmiddelen. Hij legt eenvoudig beslag op dat
gene wat de samenwerkende groep heeft. Aan den
milita'ren dienst kan men zich onttrekken, de staat
geeft daarvoor alleen maar eenige maanden gratis
verblijf, zij het dan in een minder aangename plaats,
Maar waar hij den geest niet breken kan, daar kan
hij wel het stoffelijk goed nemen.
Ook hierop echter weet Kritikus raad: naar een af
gelegen streek der aarde.
Daartegenover rijzen echter ook weer bezwaren. En
zeer geduchte! Ik heb bij het lezen van de opmer
kingen van K. eens gedacht, waar wij dan heen
moesten gaan. Er zullen hier of daar nog wel onbe
woonde plekken zijn te vinden geschikt voor bebou
wing. In de binnenlanden van Australië b.v. of in
Patagonië. Amerika, waai inderdaad verschillende
kolonies hebben bestaan en sommige zelfs heel lang,
waar (naar een vriend uit Amerika mij vertelde) nog
een groote samenwerkende groep in wezen is, geeft
niet veel kansen moer Ook daar ontgaat men den
greep van den staat niet. Er is geen terrein bijna te
vinden, waar men een nieuwe wereld zou kunnen
stichten. Of in het hart van Afrika wellicht? Maar
hoe zullen daar menschen uit het Noorden kunnen
leven, menschen die gewend zijn aan een geheel an
der klimaat?
Ik denk eigenlijk dat K dit wat ondoordacht heeft
neergeschreven en vermoed dat hij zelf bij nader
overdenken er wel de onmogelijkheid van zal inzien.
Bovendien bedenke hij dat er ook bij geringe be
hoeften dingen zijn, die een menscb van eenige
cultuur niet meer kan missen. Hij is veel meer uni
verseel geworden dan hij zelf wel weet en kan daar
om niet leven buiten aanraking met de groote we
reld. Hij heeft behoefte aan een courant, aan boeken,
aan uitwisseling van gedachten. Waar dit alles hem
zou gaan ontbreken, daar zou bet gevolg wezen ver
starring van zijn geest, terugval tot een leven hon
derden jaren terug.
Dit is voor den menscb van het heden onmogelijk.
Moeten wij daarom ons maar schikken in ons lot
en ons neerleggen bij de verhoudingen, die er nu
eenmaal zijn?
Moeten wij aan ons protesteerend hart het zwijgen
opleggen en tot onze rede spreken: wij willen niet
meer luisteren naar uw stem?
Moeten wij onze idealen van gerechtigheid, van
broederlijkheid, van vrede prijsgeven?
Inderdaad zijn er, die in dezen geest zich uiten; dat
zijn de door het leven verbrijzelden, die cynisch zijn
geworden, die niet meer ontroerd worden door den
nood hunner medemenschen en evenmin zich er om
bekommeren dat hun ziel verdort, hun hart verkilt,
hun karakter verloren gaat.
Maar tegenover hen staan anderen, wien het on
mogelijk is om vrede te hebben met het bestaande.
In hen blijft woelen en werken het verlangen naar
de verwerkelijking van wat zij in zich als goed en
rein-menschelijk ervaren. Hun geest verandert,
fin het moge waar zijn, dat zij in de onmogelijkheid
verkeeren om zich los te maken, althans gehéél los
te maken van wat zij in het leven als niet goed heb
ben leeren verfoeien, daar staat tegenover dat zij
en hier kom ik tot h e t cardinale punt! alles zul
len doen om anderen zóó te beïnvloeden, dat ook die
anderen in steeds grooter aantal leeren gevoelen
dat andere menschverhoudingen moeten komen. In
tensieve propaganda dus; tiiet voor een of andere
partij, maar voor een beginsel, voor het groote be
ginsel van broederschap.
Het gevolg daarvan móet wezen, dat in breedere
kringen die ontevredenheid groeien gaat, welke ik
de heilige ontevredenheid noem, omdat zij niet ont
staat uit afgunst tegenovèr anderen, maar omdat zij
geboren wordt uit het besef van eigen moreele min
denvaardigheid en uit het diep-doorleven van den
nood der naasten en het sterk-doorvoelen van het
onzedelijke der bestaande menschverhoudingen.
Want men v erge te nimmer, dat aan elke werke
lijke verandering vooraf moet gaan een verandering
in den geest.
Ik weet wel dat dit langzaam gaat Maar ik zie
geen anderen weg.
Van groot belang echter lijkt, mij hierbij de opvoe
ding, vooral van de jeugd. Dit weten trouwens zij, die
in de wereld de leiding hebben, drommels goed. Er is
overal in de wereld een streven om zich van de jeugd
meester te maken. De kerk doet het en politieke par
tijen doen het. Waarom zouden zij het doen, wanneer
zij er niet van'bvertuigd waren, dat de jeugd sterk te
beinvloeden is, dat zij die jeugd bepaalde opvattingen
beginselen gemakkelijk kunnen bijbrengen?
Daarom is het de taak van allen, die aan de bur
gerlijke moraal ontgroeid zijn om vooral hun kin
deren op te voeden tot vrij-denkende, tot zuiver-men-
schelijk voelende persoonlijkheden
Een heel nieuwe onderscheiding tusschen goed en
kwaad is thans in het opkomen. Oude begrippen ma
ken plaats voor nieuwe.
Ik heb hierbij slechts te wijzen op de conflicten in
onzen tijd. Zij zijn allen terug te brengen tot één
grooten strijd, die op elk terrein des levens zich voel
baar maakt. Hefcis de strijd van de oude wereld die
sterven gaat en toch tot het uiterste zich in stand wil
houden en de nieuwe wereld, die in aantocht is, maar
sterk reeds leeft in haar bewuste pionieren.
Deze strijd neemt steeds scherper vormen aan. De
reactie- doet wat zij kan. Zij grijpt naar de jeugd,
zij verovert de school, opdat zij het jonge geslacht
weer kan inprenten al wat zij beschouwt als dienstig
om de oude wereld moreel te rechtvaardigen. Zij
wakkert een oude, valsche heldenvereering aan, zij
prikkelt de vechtneigingen, zij predikt een anti-raen-
schelijk nationalisme. Zij hult zich in godsdienstig
gewaad, wel wetend, hoe zij daardoor in 't oog van
millioenen, meer waarde krijgt.
En toch zal dit niet baten. Mogelijk is het, dat deze
reactie een tijdlang zegeviert. Op den duur moet zij
den nederlaag lijden. Want de evolutie is niet te
keeren. Geen geweld is ooit in staat gebleken om te
beletten, dat de geest der menschen veranderde en
waar de geest veranderd is, komt vroeg of laat de
tijd, dat hij de vormen, waarin het leven zich open
baart, verbreekt.
ASTOR.
Artistieke Kinder=opnamen,
Studie=foto's.
Fotografisch Atelier
ARP AD MOLDOVAN
Nieuwe Niedorp.
GEOPEND: dagelijks, ook Zondags.
DR. H. COLIJN U JAAR.
Donderdag vierde de Nederlandsche mi- (resi
dent, Dr. Colijn, zijn 64sten verjaardag.
De Nederlandsche journalisten, die te Londen de
Economische Wereldconferentie bijwonen, hebben
den leider van de Nederlandsche delegatie een bloem
stuk aangeboden.
5 Arbeiders bedolven.
Uit Stettin, 22 Juni. (V.D.): Bij den Schwarzen
Damm waren gisteren arbeiders aan een sloopings-
werk bezig, toen plotseling een muur instortte en 5
arbeiders bedolf. Een hunner werd gedood, de an
deren werden zwaar gewond.
Tel. 457 - Spoorstraat 104-106
DEN HELDER
Nu de voorbereidingen, blijkens verslag van de ver
gadering van de Alg. Iviesvereeniging voor het Hoog
heemraadschap Noordh Noorderkwartier, voor de
verkiezing van Hoofdingelanden en -plaatsvervan
gers, weer zijn aangevangen, zullen ongetwijfeld velen
belangstellen in de vraag, wie er moeten aftreden en
wie niet meer, wegens gevorderden leeftijd, in aan
merking kunnen komen voor een herbenoeming.
Deelen we in de eerste plaats mee, dat art. 19 van
het Reglement van het Bestuur van het Hoogheem
raadschap de verdeeling in kiesdistricten regelt. De
Provinciale Staten hebben besloten, dit artikel te wij
zigen, doch deze wijziging wacht nog op de Ko
ninklijke goedkeuring. Het nieuwe artikel zegt: Voor
die verkiezing (van Hoofdingelanden) worden de vol
gens artikel 7 aan het Hoogheemraadscnap schuld-
plichtige eigendommen in vier kiesdistricten ver
deeld. Deze kiesdistricten zijndie met de hoofdplaats
Alkmaar, Purmerend, Hoorn en Dén Helder. Volgens
de thans nog van kracht zijnde regeling is het Hoog-
raadschap verdeeld in drie kiesdistricten, nl. Purme
rend, Hoorn en Den Helder.
Hoofdingelanden zijn voor het kiesdistrict Purme
rend de heeren C. de Boer Jnr. te Edam, D. de Boer
Dz. te Stompeloren; J; J. Groot te Beemster, G. Hare
maker te Koog aan de Zaan. Plaatsvervangers zijn
de heeren: J. Apeldoorn te Bergen, J. J. de Boer te
Assendelft, C. P. Hartog te Beemster en C. Uitentuis
te Broek in Waterland.
Hoofdingelanden voor het Kiesdistrict Hoorn zijn
de heeren A. Harten, Noordscharwoude, J. Best, Berk
hout, C. Rood, Bovenkarspel, terwijl er een vacature-
P. Groot Jzn. te Andijk is, die benoei ïd is tot Hoog
heemraad. Plaatsvervangers zijn de hteren A. Com-
mendeur te Spanbroek, J. Kroonenburg te St. Pan-
cras, P. Pluister te Nieuwe Niedorp en P. Pijper IJz.
te iSvisk.
In het kiesdistrict Den Helder zijn Hoofdingelan
den de heeren G. van der Sluis te Schagerbrug en P.
Zeeman te Alkmaar, terwijl er 2 vaca.Uies zijn we
gens overlijden van de heeren J. Burger te Haren
karspel en R. Kaan te Wieringerwaarci.
Plaatsvervangers in dit district zijn de heeren T.
Dekker, Den Helder, J. Jimmink Hz., Barsingerhorn,
P. Sluis Nz., Enkhuizen en P. J. Waijboer Jacz., te
Anna Paulowna. Niet herkiesbaar is alleen de heer
D. de Boer Dz., die dit jaar den 70-jsrigen leeftijd
bereikt.
De te houden verkiezingen geschieden voor een tijd
vak van 6 jaar. Van de Hoofdingelanden zou de heer
Groot te Beemster, werd hij herkozen, wegens het be
reiken van den 70-jarigen leeftijd, ontsla?- moeten ne
men met het einde van het kalenderjaar 1934, A. Bar-
ten eind 1935 en C. Rood ook eind 1935; van de Hoofd
ingelanden-plaatsvervangers de heeren P. Pijper eind
1934, C. Uitentuis 1935 en J. Apeldoorn 1937.
De omstandigheid, dat er 3 vacatures zijn, en 1 af
tredende niet meer herkiesbaar is en 6 in den loop
der zittingsperiode ontslag moeten nemen, zal allicht
de mogelijkheid, om de verkiezing bij enkele candi-
daatstelling te doen geschieden, vergemakkelijken.
Noodweer en sneeuwval In Zwitserland.
Uit verschillende deelen van Zwitserland komen be
richten over zwaar weer. Op tal van plaatsen regent
het onophoudelijk, elders is de sneeuw begonnen te val
len. Op den St. Gotthardt ligt de sneeuw 20 c.M. hoog.
Het sneeuwen duurt voort
Uit Altdorf verneemt V.D. nog:
In het kanton Ury heeft een ontzettend noodweer,
gepaard gaande met hevigen sneeuwval, zeer ernstige
schade aangericht.
In het dorp Flieelen is de Gothard-weg op drie plaat
sen vernield. Vrouwen en kinderen zijn zeer vroeg in
den ochtend over de daken der huizen gevlucht. Op
verschillende plaatsen moesten huisjes in de bergen des
nachts worden verlaten wegens het verschuiven van
bergsteen.
In Altdorf en Erstfeld zijn groote perceelen bosch,
tuinen en weiland onder water, ook Schattdorf dreigt
overstroomt te worden. De brandweer werkt met man
en macht. Tusschen Erstfield en Curmellen is de Go«
thardweg op tien plaatsen vernield.
Zwaar weer boven Berlijn.
Donderdag heeft boven Berlijn een zwaar noodweer,
gewoed, gepaard gaande met felle slagregens. Het ver
keer ondervond groote moeilijkheden. Hier en daar lie
pen kelders onder, terwijl op eenige plaatsen ook stra
ten blank stonden.
Ook boven Engeland zwaar weer.
Donderdagmiddag heeft een onweer, gepaard gaan
de met storm de Oostelijke voorsteden van Londen ge
teisterd. Twee personen werden door den bliksem ge
dood, drie gewond. Tat van gebouwen werden bescha
digd, straten liepen onder water.