Raad Warmenhuizen. Barkara Worth EEN TEKORT VAN f 32.000 GELIJKSCHAKELING. DE MOOISTE FOTO VEREENIGING VAN NOORDHQLLANDSCHE WATERSCHAPPEN De iinantieele moeilijkheden dezer gemeente. Sterke bezuinigingen verlangd in verband met het verzcek om een rijksbijdrage in de kosten der gemeentehnishonding. Vergadering van den Raad op Donderdag 29 Juni 1933, des middags 3 uur. Voorzitter de heer H. Nolet, burgemeester; secreta- ris de heer H. G. Rijs. Alie leden zijn aanwezig. Na opening volt vaststelling der notulen. Door B. en W. is tot plaatsvervangend secretaris en ontvanger benoemd de heer Van Oeveren, die de ver- eischte eeden aflegt. Ingekomen stukken. Ingekomen is een verzoek van H. Drevers, pachter van de sluis te Sohoorldam om zijn pachtsom over het afgeloopen jaar en de nog resteerende jaren te ver minderen. B. en W. stellen voor de pachtsom over het tijdvak 1 Mei 1933 te verminderen met een bedrag van f 72.—. De overige jaren zullen naar omstandigheden worden beoordeeld. De pachtsom bedroeg f 832. De heer Geus bepleit meerdere reductie, z.i. was 25 pet. reductie noodig geweest. De Voorzitter zegt dat B. en W. de ontvangsten in aanmerking hebben genomen en de pachter heeft vrij wonen. De heer Geus wijst er op dat de pachter steeds heeft betaald, ondanks het feit dat land- en tuinbouw zoo achteruit is gegaan. Als de sluis thans verpacht werd, zou de pachtsom belangrijk minder zijn. De Voorzitter zegt dat de welvaart van de sluit niet afhangt van de mindere of meerdere welvaart van land- en tuinbouw. De heer Slot wijst er op dat het hier een bijzaakje betreft. Het bedrag van f 72 is wat willekeurig omdat de pachter dit bedrag nog schuldig was. De Voorzitter deelt mede, dat behalve de huishuur, de pachter f 200 heeft verdiend. De heer Dekker bepleit het geven van f 100 reductie, doch de Voorzitter ontraadt dit. De heer Geus stelt voor 25 pet. van de pachtsom als reductie te verleenen. Het voorstel-Geus wordt niet on dersteund, het voorstel-Dekker wordt aangenomen met 5 tegen 2 stemmen, tegen stemden de heeren Molenaar en Tesselaar. De Voorzitter zegt dat we dan zullen zien waar we die f 2S vandaan zullen halen. Hoe er bezuinigd moet worden! Een nota van opmerkingen kwam In van Ged. Staten t.a~v, de begrooting voor den dienst 1933. B. en W. stelden voor deze nota te behandelen na gehouden bespreking van het college met Ged. Staten. Ged. Staten schreven evenwel dat allereerst het stand punt van den raad kenbaar moet worden gemaakt en derhalve hét onderhoud met Ged. Staten voorloopig was uitgesteld. Dé "hee? Mink acht 'het ook gewenscht dat de raad eerst zijn standpunt bepaalt, al zal het wel niet ge makkelijk zijn direct zijn standpunt te bepalen. Hierna komt de nota van opmerkingen in behande ling. De opbrengst der verhuurde gemeentelanderijen, was in aanmerking nemende de reductie, welke was ver leend, op f 15900 geraamd. In verband met den nog verslechterden toestand zal de post op f 7000 worden geraamd. Bij de verhuring, die in 1929 was geschied, bedroeg het totaal bedrag f 22188.66. In de 'nota wordt door Ged. Staten er op gewezen, dat alvorens een beroep wordt gedaan op een bijdrage van het rijk in de kosten der gemeentehuishouding, het noodzakelijk is dat het gemeentebestuur eerst alle moeite doet om de gemeentebegrooting sluitend te ma ken, door eenerzijds zooveel mogelijk te bezuinigen en anderzijds op te voeren de hiervoor in aanmerking ko mende belastingen. Ged. Staten meenen dat verschillen de uitgaafposten afgevoerd kunnen worden, en noe men bijv. de salarissen en loonen, die met een redelijk percentage verlaagd zouden kunnen worden, tenzij de voorkeur wordt gegeven aan schrapping van vacantie- gelden en kindertoeslagen. B. en W. hebben de verschillende uitgaafposten nog eens nader aan een onderzoek onderworpen. Enkele kleine posten zullen kunnen verminderd of vervallen, doch er blijken ook weer posten te zijn. die verhoogd dienen te worden. De post kosten vertering stembu- reaux dient gehandhaafd te worden. Het presentiegeld bedraagt slechts f 4 en daarom dienen, naar het oor deel van B. en W. de verterIngsko6ten voor rekening der gemeente te blijven. Is dat niet het geval, dan zou het presentiegeld minstens met f 4 verhoogd moeten worden. Bij de bespreking wordt ook de vraag gesteld of tij dens de vergaderingen geen kopje thee meer wordt verstrekt. Over 't algemeen vindt de raad een dergelijke bezuiniging wat ai te ver doorgevoerd, en voor dezen middag wordt dan ook weer thee besteld. Het innen der huishuren wilden Ged. Staten aan den ontvanger zien opgedragen, doch B. en W. achten dit niet gewenscht. De persoon die de huishuren inde is wel genegen de vergoeding van 6 op 4 pet. te brengen De heer Mink breekt een lans voor handhaving van de subsidie voor het fanfarecorps, de contributie kan niet verhoogd worden. Laat men desnoods de helft van de subsidie verleenen. De Voorzitter zegt dat het hier nog maar kleine be dragen betreft, straks komen de grootere bedragen. Ged. Staten willen schrapping van die uitgaafposten, waartoe de gemeente niet direct verplicht is. Als we ons te veel verzetten tegen de wenschen van Ged. Sta ten. zou dat wellicht onze positie verslechteren. B. en W. verklaren zich bereid, gehoord het oordeel van den raad, te trachten aan de muziekcorpsen sub sidie te verleenen. Voor kosten werkverschaffing wordt thans geraamd f 24000, aanvankelijk was geraamd f 4000. Gerekend wordt op een rijksbijdrage van 75 pet., voor bagger- werken op een rijksbijdrage van 50 pet. en wanneer deze baggerwerken voor particulieren gescheiden, is de bijdrage van particulieren 25 pet De kosten ziekteverzekering (werkverschaffing) wordt geraamd op f 1000 (was geraamd op f 20). Ten aan zien van de door Ged. Staten gemaakte opmerking over verlaging van salarissen en loonen. zijn de organisaties gehoord en deze organisaties heb ben over 't algemeen bezwaar tegen verlaging, omdat de salarissen en loonen hier reeds veel lager zijn dan elders ln gemeenten in ons land, die reeds door het Rijk worden geholpen. B. en W. kunnen zich ver eenigen met het bezwaar van de organisaties; met het vervallen van den kindertoeslag, f 30 en f 120 voor het gasbedrijf kunnen B. en W. zich vereenigen. Het presentiegeld voor de leden van den raad willen B. en W. op f 4 gehandhaafd zien. B. en W stellen voor 2C0 opoenten te heffen op de personeele belasting, hoewel zij oordeelen dat 90 pet van de ingezetenen niet in staat zullen zijn die belas ting te betalen. Maar 't standpunt in Den Haag Is, dat er altijd zijn die het kunnen betalen en zij die het niet kunnen betalen, kunnen dan ontheffing aanvragen. De heer Miiik vraagt of die weg. dien de Voorzitter aangeeft, door den Minister aan B. en W. is aange geven. De Voorzitter ontkent dit, het Is niet anders dan een wettelijke weg. Bij de besoreking komt tot uiting dat noodgedwon gen B. en W. met dit voorstel komen. Zonder rijksbij drage zal de raad de zaken niet voor elkaar kunnen zetten. Het is een onbillijke regeling, vooral waar het rijk zelf zulke hooge eischen stelt aan den bouw der huizen. Conform het voorstel van B -en W. wordt besloten. Aan den Secretaris zal voor het bewonen van een gedeelte van het raadhuis een vergoeding van f 200 worden gevraagd. T.a.v. het gasbedrijf wordt door Ged. Staten opge merkt, dat de tarieven zijn verlaagd, wat Ged. Staten niet gewenscht achten nu een rijksbijdrage In de ge meentehuishouding wordt aangevraagd. Door den gasdlrecteur werd opgemerkt, dat tot de verlaging reeds in 1931 was besloten en 1 Januari 1932 Is ingetreden. Ongedaan maken van deze verlaging zal op moeilijkheden stuiten, mede met het oog op de gaslevering aan andere gemeenten. Gasprijsverhooging zou daar op hevig verzet stuiten. Gewezen wordt ..op de reeds zware conourrentie -met petroleum. Ged. Staten gaven in overweging-van de -.behaalde winst niet 100 pet. doch 25 pet. in het reservefonds te storten en het restant in de gemeentekas. Door den gasdlrecteur wordt in het antwoord gewe zen op de overeenkomst met de gemeente Harenkar spel en het niet gewenscht is een gedeelte van de winst in de gemeentekas te storten. Het zal noodig zijn het bedrijf zoo sterk mogelijk te doen zijn en ge wezen wordt op der vooruitgang der techniek en dus op de -te verwachten zware concurrentie met de elec- triciteit. De heèr De Geus verlaat de vergadering. Met de in het rapport door den directeur naar vo ren gebrachte meening gaat de raad accoord. De Minister acht de oost „onvoorzien" terug te bren gen van f 2300 tot f 1500. Za! geschieden. Wat er te kort Is. De Voorzitter deelt mede. dat met al de aangebrachte wijzigingen het nadeelig saldo der begreoting 1933 tot ongeveer f 32000 Is aangegroeid. De heeren zullen be grijpen, dat we dus niet veel meer hebben te zeggen. Mededeellngen. Medegedeeld wordt: Bij besluit van Ged. Staten ls het door de letter u voorgestelde bedrag, genoemd in artikel 42, 3e lid, van het K.B. van 4 November 1929, S. 476, voor het reke ningsjaar 1930 vastgesteld op f 10.6978. Hitier heeft een nieuwe v1ndin„ Voor zijn vaderland bedacht. Waardoor nu een b"Me toekomst 't Arme DuJtschland 'acht. „Gleichschaltet" is de leuze, d' Ongelijkheid ziin we zat! Alles wat zich Duitsch mag noemen Is voortaan nog één pot nat. Aar arbeldgevers. arbeid romers, Boeren, burgers, buitenlui, Aan militairen, pacifisten. Geven we voortaan de brui. 't Kunnen nog slechts nazi's wezen, Eén van dracht en één van zin; Wat ze precies hebben te denken Geeft hun 't éénheidsvoorscfirift in. Weg met het verschil in kerken, Weg met het verschil in school, Weg partijen, weg met standen, Die verscheidenheid is kool! Weg verschillende gedachten, Weg met het verschil in smaak, Gleich te schaifen, is het streven, Gleich te schalten, d' hoogste taak. Hetzelfde boek, dezelfde kleeren, Hetzelfde huis, dezelfde hoed, En het spreekt vanzelf dat ieder Ook hetzelfde eten moet. Eénheidstijd om te gaan slapen, Eénheidstijd om op te staan. Nooit kon een spel van marionetten Hierbij in de schaduw gaan. Verliefd te zijn op 't zelfde meisje, Komt in Duitschland niet meer voor, Dezelfde vormen, 't zelfde mondje, Dezelfde sproeten, 't zelfde oor. Onze mannen, onze vrouwen. Stampen we naar één model! Maar ik vind, die nazi-hemel Lijkt verdacht veel op de hel. „Alkm. Post". Bij besluit van Ged. Staten is goedgekeurd het be sluit van den raad tot verkoop aan de provincie Noord Holland van een gedeelte van het perceel water ka dastraal sectie D, No. 332, ter grootte van ongeveer 150 M2. Bfj K. B. is goedgekeurd het besluit van den raad tot vaststelling van een verordening op de heffing van een vergunningsrecht. Op 21 Jui 1933 zijn kas en boeken van den ontvan ger opgenomen en ln orde bevonden, alsmede die van het tuinbouwbedrijf. Overdracht wegen B. en W. stellen voor met het Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier een overeenkomst aan te gaan tot het ln beheer en onderhoud overdragen van de Oudewal. een gedeelte Oostwal en het wegge deelte naar de trambrug te Schoorldam. In de overeenkomst wordt bepaald, dat de gemeente laarlijks voor de overdracht van het weggedeelte op den z.g. „Ouden Wal" tussehen den Westfrieschen dijk en het begin van de Dorpsstraat, voor zoover niet ln eigendom bij de Noorder Stoomtramweg-Mij. N.V. en het weggedeelte op den z.g. „Oostwal" van het eind der straat door de kom van het dorp Warmenhuizen of tot de grens der gemeenten Warmenhuizen en Haren karspel met inbegrip van de daarin gelegen brug. zal hebben te betalen een bedrag van f 1140 en voor het weggedeelte van de trambrug te Schoorldam of tot den Westfrieschen dijk, met uitzondering van de be strate, in beheer .en onderhoud bij de Nederlandsche Spoorwegen en het Rijk zijnde gedeelten, jaarlijks f30. Aldus wordt besloten. Voorgesteld wordt, een besluit te nemen tot het doen van af- en overschrijvingen op den dienst 1932 tot een totaal bedrag van f 7170.14 en vast te stellen een tweetal suppletoire begrootingen tot een bedrag van resp. f 4824.52 en f 155578.12 voor gewone en kapi- taaldienst. Wordt goedgevonden. Vastgesteld wordt een suppletoir kohier hondenbe lasting 1933 tot een bedrag van f 32. Voorgesteld wordt om een half jaar ontheffing hon denbelasting 1933 te verleenen tot een bedrag van f3 aan: P. Goudsblom, J. Vlam Pz., W. Koorn en N. J. Sevenhuijsen. Aldus wordt" besloten. Elektrificatie Krabbendam Een reedB eerder ingekomen verzoek van den heer Van Dalen, Krabbendam, om tot electrificatle van de buurtschap Krabbendam over te gaan, was om in lichtingen ln handen gesteld van het PJ3.N. Als antwoord werd bericht; dat voor deze electrifl- catie een voedingsstation gesticht zou moeten en dat in verhouding tot het aantal aan te sluiten perceelen de kosten zeer hoog zouden zijn. De rentabiliteltsbere- kening wijst aan. dat de gemeente zou dienen bij te dragen een bedrag van f 15500. B. en W. stellen voor hierop niet in te gaan, met welk voorstel de raad zonder bespreking accoord gaat Hierna volgt sluiting. een weinig opleefde, toen begon hij in zijn mandje te grabbelen. Mijn hart stond stil... Hanna had er toch een paar handappelen bijgedaan... mompelde hij. Ik dacht dat u daar wel van houden zou... Ik moet ze toch nog hebben... Hier "heb ik er tenminste één... En, Holmes, zoo waar als ik hier voor je zit, toen gaf hij mij dien appel. Ik was sprakeloos van ontzetting. Later, toen hij vertrokken was. scheen het geval mij toe een voor spelling te zijn, een zinnebeeld van den zegen dien de landbouwers ons komen brengen." „Ik zie er meer een aanschouwelijk beeld ln van de manier waarop wij met de landverhuizers omgaan die zich hier komen vestigen." „Zou ik je er misschien op mogen wijzen dat je in dit oögenbllk bezig bent de vruchten van mijn methode te verorberen?" Er werd aan de deur geklopt, hetgeen den ingenieur belette die opmerking te beantwoorden. „Binnen!" riep Burk. De deur ging open en Abe Lee stond op den drem pel!. De belde mannen begroetten den opzichter harte lijk. maar toch met dien eigenaardigen tint in hun stem die het bewustzijn aanduidde van hooger rang en hooger gezag. Abe wendde zich tot zijn chef met de woorden: „Wij zijn gisterenavond bij het kanaal klaar gekomen en vanmorgen zijn wij naar de Droge Rivier gegaan zoo als u dat hadt voorgeschreven." „En bij de rivier heb je zeker alles in goede orde achtergelaten?" De opzichter antwoordde niet op die vraag. Het scheen dat de tabak en het papier die tussehen zijn vingers ongemerkt den vorm van een cigaret begonnen aan te nemen, ai zijn aandacht in beslag namen. Burk sloeg de beide mannen scherp gade. Toen de cigaret gereed was, reikte hij Abe een lucifer toe. Eindelijk zeide Abe te midden van een rookwolk: „Morgen zal de machine klaar zijn om het werk te beginnen." Nog eer de ingenieur iets kon zeggen, sprak Burk tot hem: ..Het komt mij voor, Lee. dat de inrichting bij de rivier je niet voldoet. Ben je nog altijd van mee ning dat ze met de eerste de beste overstrooming weg gespoeld zal worden?" „Ik kan onmogelijk weten wat de eerstvolgende vloed al dan niet zal doen. De Rio Colorado is op zichzelf niet zoo gevaarlijk, maar wanneer de Gila en de kleine Colorado ons kwaad willen doen en dat in vereeniging met de Colorado, dan zijn de poppen aan het dansen. Dat kan in dit seizoen gebeuren of wel in een volgend. Dat hangt af van den sneeuwval in het bovenland en Portret-Atelier JAC. DE BOER, Keizerstraat DEN HELDER. Op 26 Juni J.l. werd te Amsterdam de jaarverga dering gehouden van de Vereeniging van Noord-Hol. 'andsche Waterschappen, onder voorzitterschap van den heer J. Commandeur K.Az., voorzitter van de hanne Wognum. Met erkentelijkheid werd gewaagd van de op 5 Juni j.l. gehouden excursie naar de Wierf ngermeer, die, dank zij de groote medewerking van de Wierin- 'rermeerdirectie, in alle opzichten geslaagd mag heeten. Bij het jaarverslag werd gevraagd, of van het Pro vinciaal bestuur antwoord is ontvangen op het door de vereeniging ten vorigen jare verzonden adres, om verlichting van de lasten van het hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier mogelijk te maken door de watersnoodkosten geheel voor rekening van de provincie te nemen althans de uit dien hoofde van het hoogheemraadschap gevorderde bijdrage sterk te verminderen. Het Bestuur moest hierop tot zijn spijt ontkennend antwoorden. Wel is deze zaak ter sprake gekomen biJ het afde.elinesonderzoek der provinciale he.groo- ting voor lf)33. Gedeputeerde Staten hebben zich toen bereid verklaard al meenden zij dienaangaande geen verwachtingen te mogen wekken de vraag van het eventueel verminderen of over een langer tijdvak verdeelen van de bijdragen ter zake van rente en aflossing der watersnoodleoninpen in nadere over weging te nemen. De heer Wijdenes Spaans, dijkgraaf van Noordhol lands Noorderkwartier, deelde mede, dat het Dage- liiksch bestuur van dit waterschap zich dezer dagen nogmaals tot Gedeputeerde Staten heeft gewend en met aandrang heeft verzocht het aandeel van het Noorderkwartier in do watersnoodkosten aan een grondige herziening te onderwerpen. Bij het bepalen van dit aandeel, zoowel in 1920 als in 1925, hebben de economische Omstandigheden van landbouw, tuin bouw en veehouderij een belangrijke factor daarvan uitgemaakt. Sedert het vorige jaar is de nood in het algemeen, doch van het agrarisch deel der belasting plichtigen in het bijzonder, steeds hooger gestegen en is de basis, welke voor de berekening van bovenver meld aandeel heeft gegolden, dientengevolge nog in sterkere mate aangetast. Bovendien wordt de bijdrage in de watersnood kosten door de belastingplichtigen van Noordhollands Noorderkwartier steeds gevoeld als een niet geheel billijk verdeelde last, welk ge voel nog is versterkt door het niet inlossen van de indertijd gedane belofte tot het oprichten van een waterschap voor het Zuiderkwartier der provincie. Men ziet, het bestuur van het waterschap is in deze diligent De Voorzitter dankt den heer Wijdenes Spaans voor zijne mededeeJing en zegt, dat het bestuur ernstig in overweging zal nemen of er voor de vereeniging nog iets valt te doen om een verlaging van de wa tersnoodkosten te bereiken. De rekening over 1Ö32, sluitende met een nadeelig saldo van f 126,99 wordt goedgekeurd. De begrooting voor 1934 wordt vastgesteld in ont vangst en uitgaaf op f3.530.en de contributie even als het vorige jaar bepaald op 1 cent per H.A. De aftredende bestuursleden C. Fok, dijkgraaf van de Beemster, C Kramer Glijnis, dijkgraaf van de Schermer en N. Dekker, hoogheemraad van Noord- hollands Noorderkwartier, worden bij acclamatie her- henoemd. Vervolgens wordt door Ir. N. Biezeveld. lid van het technisch bureau der Unie van Waterschapsbonden te Haarlem, ingeleid het onderwerp: „Tariefsprijzen hij electrische bemaling." Bij de vergelijking die de heer Biezeveld daarbij maakt tussehen de prijzen van het provinciaal electri- citeitsbedrijf van Noordholland en die van van het provinciaal bedrijf in Gelderland en Utrecht en de IJsselcentrale blijkt, dat die van Noordholland zeer ongunstig afsteken bij de andere bedrijven. Wanneer 'iet bedrijf dan ook, bij nieuwbouw of ombouw van een watergemaal in concurrentie moet treden met dieselbemaling, moet het dan ook van deze tarieven afwijken. Deze afwijkingen geschieden vaak zeer ver schillend. Spreker en ook de vergadering zijn van oordeel, dat zoowel in het belansr van de water schappen als van het provinciaal bedrijf zelf dient te worden aangestuurd op een uniform tarief. Neemt men daarbij de Geldersche tarieven tot maatstaf, dan blijkt dat met een uniformtarief nog wel is te con- curreeren tegen bemaling met dieselmotoren. De belangwekkende lezing van den heer Biezeveld wordt met veel aandacht, gevolgd. Besloten wordt een onderzoek in te stellen naar de voorwaarden waarop de verschillende waterschap oen hun stroom betrekken van het P E.N om daar na, met deze gegevens gewapend, te -achten een verlaging en uniforme regeling te verkrijgen van de stroomtarieven van het P.E.N. van de weersgesteldheid in het voorjaar, maar het is vroeger gebeurd en het zal ook nu weer gebeuren." „Hoe kun je dat weten? Daar bestaan toch geen op namen van. Wij hebben geen gegevens." „Gegevens genoeg. Daar zorgt de Colorado zelf voor. Ik ken het land en ik weet wat de rivieï gedaan heeft en ook wat de Indanen mij daarvan verteld hebben." Terwijl de opzichter dit alles ln het midden bracht, schoof zijn chef ongeduldig heen en weer. „Maar Lee." antwoordde de directeur, „wij kunnen toch geen twintig of dertig duizend ollar besteden voor een pure gissing van wat misschien zou kunnen gebeu ren. Wanneer alles goed op dreef ls en de loop van za ken zoo iets mogelijk maakt, dan is de tijd gekomen om daar een nieuwe waterkeering te maken. Tot zoo lang zullen wij het met de bestaande moeten stellen. Je begrijpt immers wel dat de Maatschappij niet alleen voor haar liefhebberij werkt" Omringd door een rookwolk, zeide Abe net zachte stem: „Wordt de aandacht van de menscheu die zich hier bij honderdtallen komen neerzetten, daarop geves tigd? Weten zij iets van de kansen die er voor hen daaraan verbonden zijn?"... „Neen, dat doen wij natuurlijk niet Als wij op alle gevaren den nadruk wilden leggen, dan zou er zich nie mand aanmelden. De Maatschappij komt voor héar be langen op" ..En wie komt voor de belangen op van de landver huizers?" De directeur zeide uit de hoogte: .Jk ontzeg Je het recht de gedragslijn van de Maatsohappij te beoordee- len. Mijnheer Holmes is onze hoofdingenieur en hij verzekert mij dat onze Inrichtingen zoo goed zijn als zij met eenige mogelijkheid gemaakt kunnen worden met het geld dat tot onze beschikking is gesteld. Wij zijn hier om de orders van de Maatschappij op te vol gen en wij zijn aan de Maatschappij rekenschap schul dig van het geld dat wij hier besteden. U hebt in deze zaak hoegenaamd geen verantwoordelijkheid." „Hoor eens. mijnheer Burk." relde hij, en het zachte geluid van ziin stem was in zonderlinge tegenspraak met de flikkering van zijn oogen „er is voor u geen enkele reden het zoo hoog op te nemen. U ls de spreek buis van de Maatsohappij en niemand verwacht dat u meer hart zult hebben dan de Maatschappij". Nu wend de hü zich tot zijn chef: „Ik heb Andy in mijn plaats in het kamp achtergelaten. Hij weet ook dat ik niet te rugkom. Bij het binnenkomen heb ik mijn ontslagaan vraag ln uw kantoor afgegeven." Abe verliet het gebouw en wandelde nu langzaam FEUILLETON Door HAROLD BELL WRIGHT 25. „Hum, zuur brood en de rest naar rato... Denk je nog wel eens aan de gelegenheiden in New York, waar wij intertijd dineerden? Met al die bloemen en die muziek en fijn tafellinnen en echt eten en vrouwen gezegend zullen zij zijn echte vrouwen! Wat zou je er niet voor over hebben. Holmes, om vanavond iets vóór ons te krijgen, dat niet geconserveerd of gedroogd was! Want dat is geen droom uit een tooverland, mijn waarde, er zijn werkelijk zulke plaatsen in de wereld, en hier en daar worden er zulke dingen gegeten. Kom aan, wat denk je er van? Waar zullen wij gaan di- neeren en wat zullen wij bestellen?" „Zwijg duivel!" bromde Holmes, „je weet dat ik op dit oogenblik mijn ziel en zaligheid voor één enkelen schotel verkoopen zou. Ja, voor één appel zou ik een misdaad begaan." De directeur rees op uit zijn stoel en ging naar de deur, die hij zorgvuldig sloot. Toen nam hij een bos sleutels uit zijn zak en opende, met de grootste geheim zinnigheid een lade van zijn schrijftafel, schoof die open on haalde daaruit een appel te voorschijn. De hoofdingenieur van de Maatsohappij sprong over eind en in de kreet dien hij uitte, sprak zoowel ver bazing als verrukking. „Werkelijk," zei de Burk tot zijn vriend die den ap pel langzaam verorberde, „dat kinderlijk genoegen van je is de beste verontschuldiging voor mijn misdaad. En het is ook een belooning voor mijn zelfverloochening Er waren er maar drie in het mandje." „Hoe ben je daaraan gekomen?" vroeg Holmes, ai etende. En hij bekeek den appel van alle kanten, als was het ook voor zijn oogen een onvergetelijk onthaal. „Het is een geschenk van een van onze hooggewaar deerd'- rl.:"-ten. die hier over den aankoop van grond kwam onderhandelen", en het scheen dat onze directeur zich op de aanwist van den appel heel wat liet voorstaan. „hij kwam hier gisteren opdagen om het land eens nauwkeurig te bekijken, en aangezien hij een voorzichtig en zuinig man is. mag men wel aannemen dat hjj een niet minder voorzichtige en zuinige vrouw heeft Aan die vrouw zal het dan ook wel te danken zijn geweest dat hü een mandje met levensmiddelen bü zich had. En let wel! levensmiddelen van eigen grond en hof. Een heele mand vol! Hij had zich ai da nig te goed gedaan en maakte nu juist aanstalten, ter wijl hü aan het wandelpad plaats genomen had, er de laatste hand aan te leggen, toen ik een kleine wande ling maakte na afloop van wat men hier gewoon is het diner te noemen. Ik kon niet nalaten er naar te kij ken. Ik za.g hem een kippeboutje verschalken, ik zag dat hü heusch brood at met jam daarbü. En toen viel mü'n oog op de appelen, het waren er drie! Holmes, zooveel rükdom behoorde niet geduld te worden. Dat ge zicht maakte van mü een anarchist. Hü was een zwa re, stoere kerel en ik durfde hem niet aanvallen. En daarom besloot ik te probeeren wat woorden konden uitwerken. Ik hoop dat de hemel mü vergeven zal ai wat ik dien man gezegd heb. Ik stelde mijn goeden raad tot zü'n beschikking... ik tooverde hem vorgezichten voor van ongetelden rükdom. Zoo troonde ik hem en zijn mandje mee naar het kantoor, terwijl liü met het laatste overblijfsel van een pastei bezig was. Ik liet hem landkaarten zien ik gaf hem een sigaar. Ik smeekte hem. ter wille van de veiligheid, zijn mandje in mijn privé-kantoor te laten staan, terwijl hü alles ln oogenschouw nam Met onmiskenbaar genoegen nam hü mijn uitnoodiglng aan. Zün vertrouwen verteerde mü- Hoe kon de brave man ook vermoeden dat ik zoo noodig klaar stond, ter wille van zijn schatten, een moord aan hem te begaan! Toen hij heen was ge gaan, sloot ik de deur en... ik... ik nam er twee. Hol mes, Ik durfde ze niet allen nemen, want... zooals ik je zei. het was een groote, zware kerel. Maar ik kon niet denken dat iemand die zoo rijk was, het gemis van een deel daarvan zou voelen." „Maar je zeide toch. dat je er twee hebt opgegeten," zeide de ingenieur, op een verwijtenden toon, terwül hij zich aan zün appel te goed deed. „Dat is ook de waarheid", antwoordde de directeur ontzaggelük plechtig, „toen die argelooze landbouwer zich bü mij vervoegde om zijn eigendom in ontvangst te nemen, toen dankte hij mij tallooze malen over mijn vriendelijkheid, terwijl ik beefde in het bewustzün van myn zware schuld. Ik heb hem wel honderd maal ge zegd, dat hg mij hoegenaamd geen overlast bezorgd had. Ea juist toen hü op het punt stond heen te gaan en ik

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1933 | | pagina 22