Barbara Worth
Raad Callawtsoog.
Brieven over
Engeland. -
2 September 1633.
HET kwam door den groenboer. We waren
gaan winkelen in Bicester en vóór we aan
Sheepstreet, de Biscestersche winkelstraat,
gekomen waren, hadden we een stalknecht gezien
met een paar paarden.
N'u is Bicester geen beroemdheid. Het is niet de
grootste stad van het graafschap Oxfordshire, niet
de oudste, niet de rijkste, of armste. Volgens een
vriendin van mijn vrouw is het de slaperigste, maar
dan niet alleen van Oxfordshire. Die vriendin van
mijn vrouw was nooit in Bicester geweest, toen ze
haar oordeel te kennen gaf, maar vrouwen hebben
vaak zonderlinge juiste intuïties. Hoe het ook zij, ik
durf niet zeggen, of Bicester d e slaperigste stad van
Engeland is, want ik ben nog niet in alle andere
geweest Maar 't maakt een goede kans.
En toch is er iets, waardoor het een zekere be
kendheid geniet. Elke encyclopedie zal het U ver
tellen. Het is natuurlijk waar, dat U niet elke ency
clopedie m^et gelooven, want zonder uitzondering
vertelt ze U ook, dat Bicester een marktplaats is. En
dat Vrijdag de marktdag is. Het is mogelijk op
sommige Vrijdagen, in sommige gedeelten van
het jaar. Maar ik kan U uit eigen ondervinding ver
tellen, dat er Vrijdagen zijn, waarop het Bicester-
sche marktplein volkomen beantwoordt aan Uw en
mijn voorstelling van de Sahara. Een leege ruimte,
zonder een enkelen kooper of verkooper. En min
stens zoo warm.
Maar er is nog iets anders, dat de encyclopedieën
beweren. Bicester is een jachtcentrum. Nu kan een
encyclopedie zich in onbeteekenende kleinigheden
natuurlijk wel eens vergissen. Wat is nu een markt?
Maar wanneer het op hoofdzaken aankomt, op le
venskwesties, op, laten we zeggen voetbal, of bok
sen en vooral op de jacht, welnu, dan maakt een
boek, dat zich zelf en zijn lezers respecteert, geen ver
gissingen. Het stond dus voor ons als een paal bo
ven water, dat Bicester een jachtcentrum moest zijn.
En op weg naar Sheepstraat zagen we een stal
knecht met twee paarden. Dat deed ons aan de
Bicestersche jachtvelden denken.
We hadden de opdracht gekregen twee ronde sla's
te koopen. Een Engelsche groenboer verkoopt ronde
sla's en lange sla's. Dat wil zeggen, meestal ver
koopt hij ze niet, omdat hij ze verleden week pas
verkocht heeft,m aar ik bedoel, als hij ze verkoopt,
verkoopt hij twee soortén sla: ronde en lange. De
ronde is onze kropsla, of zou het onder gunstige om
standighrden bij verdere ontwikkeling misschien
hebben kunnen worden. De lange is, nou ja, die is
lang. Je eet hem als andijvie., en hij smaakt als Chi-
neesche kool. Ten minste, dat beweert mijn dochter.
Onze groenboer keek droevig-peinzend, toen ik
hem verzocht zorg te dragen voor de levering van
twee ronde sla's. Moesten het beslist ronde sla's
zijn? Nee, lange was ook goed, als hij die had. Nee,
maar hij had prachtige bieten. Wat dacht ik van
bieten? Hij had dien morgen al tientallen, twintig
tallen, honderdtallen bieten verkocht. Mochten het
geen bieten zijn? Morgen had hij beslist ronde sla's,
en ook vierkante, ik bedoel lange. Nu, ik heb de ble
ten maar genomen. Het was de eenige groente, die hij
had en hoewel we geen van allen veel van bieten
houden, vonden we het toch wel een prettig idéé
dien middag te weten, dat we aten, wat de rest van
Bicester at.
Terwijl mijn groenboer zijn bieten woog, of telde,
of mat, (wat doet een groenboer eigenlijk met bie
ten?) vroeg ik hem, eigenlijk alleen maar om iets te
vragen, wanneer do jacht in Bïcester begon. Dat
kwam door dien stalknecht met zijn twee paarden.
En ineens leefde onze groenboer op. De jaiht? Maar
die was juist van de week begonnen. Cubbunting.
Wat zegt U? Cubbunting. En toen, omdat ik vragend
keek, met luider stemme: Cubbunting.
Plotseling begreep ik, wat hij bedoelde. Hij sloeg
de h in het tweede gedeelte van het woord over,
een kwaal, waaronder 90 van het Engelsche volk
gebukt gaat. Cub-hunting was wat hij bedoelde, de
FEUILLETON
Door
HAROLD BELL WRIGBT
6S.
acht op cubs, op de jonge vossen. Of ik die zou
willen zien? Dan moest ik dien avond maar eens
in het plaatselijk blad kijken: The Bicester Adver-
tiser and Sfid-Oxon Chronicle with which are in-
corporated the Bicester Herald and the Brackley
Observer. Ik was letterlijk buiten adem. toen ik
dien middag een exemplaar ging koopen, maar je
kunt den naam ook eenigszins bekurten. Dan zeg
gewoon: de peeper. Het resultaat is hetzelfde. Vier
pagina's voor een dubbeltje, grootendeels adverten
ties.
's Avonds hebben we onze krant afgezocht. Eerst
zonder resultaat. Er waren nog zooveel andere be
langrijke dingen te zien. En krant lezen met zijn
vieren gaat toch meestal met moeilijkheden ge
paard.
„Wat is dat? Vader, kijk ers, wat is dat? Luister
naar deze advertentie:
Gevraagd bekwaam Generaal, niet ouder dan 25
jaar. Intern. Eenvoudige pot. Moet uniform dragen.
Moet veel van honden houden. Eén maal per wer"
uit en op Zondag van 4 tot half twaalf. Loon twaalf
gulden per week.
De advertentie was ter wille van een logéetje in het
Hollandsch voorgelezen, waarbij onze oudste zoon
over het hoofd had gezien, dat het Engelsche woord
..general' twee beteekenissen heeft: generaal en
dienstbode-alleen, 't Kwam ook nog zoo aardig uit
met dat „uniform", wat in deze omstandigheden
beter met dienstbodenjaponnen vertaald had kun
nen worden.
Er waren nog veel meer belangwekkende adver
tenties in de, afin, U weet wel. in „de peeper."
Elk kuiken wordt een kip. Zoo sterk als een
kleine leeuw. Geen hangende veeren. Geen slap-
pooterigheid, wanneer je ze.... geeft opgelost in wa
ter. Zeven en een halven stuiver per flesch.
Of:
Een dubbeltje per week kost het ie, wanneer je je
varkens de ....poeders geeft, waardoor je zes weken
voer uitspaart, omdat je beestje zes weken eerder
vet is. Twaalf poeders voor een shilling.
Vergadering van den Raad op Dinsdag 5 September
1933, des morgens 10 uur.
Alle leden zijn aanwezig.
Voorzitter de heer Mr. D. Breebaart Kz-, burge
meester, tevens secretaris.
Na opening door den Voorzitter wordt goedgevonden
aan de agenda toe te voegen: behandeling van de be
grooting van den Vleeschkeurlngsdienst. kring Barsin-
gerhorn en wijziging van de verordening op de heffing
van keurloonen van dezen dienst.
De notulen worden goedgekeurd.
Van de ingekomen stukken vermelden we, dat het
uitbreidingsplan is geodgekeurd, dat door den Inspec
teur der Directe belastingen nadere opgave was gedaan
van de opbrengst der belastingen, welke opbrengst
eenlgermate afweek van de aanvankelijke raming.
Gelezen worden de verslagen van de vergaderingen
op 19 en. 30 Augustus van de Commissie van den
Vleeschkeurlngsdienst.
Het bericht namens deze commissie, dat de bijdrage
voor 1933 bepaald was op 27 cent per inwoner, ontlokte
den Voorzitter de opmerking, dat deze mededeeling bij
B. en W. thuisbehooide en niet bij den raad, omdat
het hir betrof een uitvoering door B. en W.
De gemeente heeft een 3-tal foto's doen vervaardigen,
die in de Nationale en Internationale gidsen voor de
zeebadplaatsen zullen worden opgenomen.
Diverse verslagen zullen cirouleeren.
Subsidie-aanvragen van het fanfarecorps, van Va-
cantiekolonles en van de Voetbalvereeniging zullen bij
de begrooting aan de orde worden gesteld, terwijl de
Voetbalvereeniging zal worden gevraagd, alsnog de re
kening over het laatste boekjaar en de statuten over
te leggen.
Van de afdeeling Schagen e. o. van den Ned. Bond
van Koffiehuis-, Restauranthouders en Slijters, was een
verzoek ingekomen om wijziging te brengen in de hef
fing van personeele belasting ten aanzien van koffie
huizen, enz.
Door den Voorzitter werd opgemerkt, dat het adres
met het oog op de begrooting te laat was ingekomen
en ook omdat wijziging van de verordening voor 1
September dient te geschieden.
B. en W. merken voorts op, dat in deze gemeente
geen 200 ópcenten op de personeele belasting worden
geheven, ja, in 't geheel geen opcenten, doch bij om
rekening van de belastng die geheven wordt, een hef
fing van ongeveer 100 opcenten plaats vindt. Om een
Greenfield af in de tent van den hoofdingenieur van de
Maatschappij.
Een weinig ter zijde van Jefferson Worth en zijn
beide reisgenooten. stond Willard Holmes, alleen, aan
den rand van den doorgebroken dijk en hij zag omlaag
in het kolkende modderige water. Hij wist dat zijn tijd
gekomen was. Hij wist dat de spoorwegmannen op dit
oogenblik bezig waren een overeenkomst aan te gaan
met de Koningsdal-maatschappij, waarbij de Southwes-
tern de leiding in handen zou nemen en alles beproe
ven om het ontginningswerk te redden. Zijn patroon
had hem geraden zich gereed te houden. En hij was ge
reed.
Bij het spoorwegstation van Rubio City en verder op
elk bruikbaar zijspoor, stonden treinladingen gereed
met werktuigen, gereedschappen en materialen. Met de
slagvaardigheid van een volmaakt toegerust en geor
ganiseerd leger stond de macht van de Southwestern
gereed en wachtte slechts op het commando. Elke mi
nuut bracht het gevaar nader... Willard Holmes zag
naar de tent... Waarom draalden zij zoo lang?
Daar kwam de particuliere secretaris van den hoofd
directeur op hem af en het gelaat van Holmes klaarde
op.
„De heeren zouden u graag willen spreken, mijnheer
Holmes", zeide de jonkman en Holmes voldeed onmid
dellijk aan het verzoek.
Toen hij in de tent binnentrad^ wendden allen zich
tot hem. ..Holmes" zeide zijn chef tot hein, „wij
willen zien of wij de doorbraak de baas kunnen wor
den. Je kunt dadelijk met het werk beginnen."
Een uur daarna waren de arbeiders van de Konings
dalmaatschappij aan het werk onder de leiding van
den ingenieur.
De spoorweg-directeur en zijn gezelschap keerden te
rug naar hun trein en de zorgvuldig beraamde arbeid
nam een aanvang. Rustig, zeker en nauwkeurig, werden
de bevelen bij monde van honderde tikkende telegraaf
toestellen verspreid over het district dat door het werk
bespreken werd. Bijzondere treinen vervoerden de
spoorweg-arbeiders van Jefferson Worth naar het punt
waar de krachten geconcentreerd moesten worden.
Door het geheele Dal weerklonk de oproeping van
man en paard en de pioniers snelden toe naar de plaat
sen waar zij treinladingen van gereedschappen vonden
die er slechts op wachtten door hen ter hand te wor
den genomen. En elk uur bracht opnieuw versterkin
gen. Tot in de zeehavens werden arbeiders aangewor
ven door den vertegenwoordiger van de spoorwegmaat
schappij. De treinen die met materialen geladen waren,
begonnen teeken van leven te geven, er kwam be-
En na de advertenties kwam het nieuws, dat we
toch nauwgezet dienden door te lezen, als we wilden
weten, waar de Cubbunting zou plaats vinden. Zoo
merkten we, dat het Parlementslid voor Bicester,
vergezeld van zijn vrouw, de een of andere bad
plaats had verlaten, en naar Schotland was vertrok
ken, Ook, dat het koor van do Methodistenkerk den
vorigen dag in autos naar den dierentuin in Whipsna
de was getogen. (Waarschijnlijk voor tijdelijk, maar
het stond er niet bij). Eveneens, dat een andere club
een uitje naar Blackpool had gemaakt, en heel, heel
laat in den nacht was thuis gekomen. Dat de winter-
dienst voor de treinen op 11 September zou begin
nen en dat het dus zeer verstandig zou zijn een
spoorboekje te koopen bij den uitgever van „de Bi
cester U weet wel." Dat een' aantal Bicestersche
kinderen het Bicestersche zwembad in de lengte had
afgezwommen, en daarvoor een medalje had ver
diend. Dat een aantal Bicestersche kinderen het
zwembad in de breedte had afgezwommen, en daar
voor een medalje had verdiend. Bij cleze laatste ver
tooning moet de verdienste meer in het remmen dan
in het zwemmen hebben gelegen, aangezien de breed
te van het Biscestersche zwembad zeker niet meer
dan drie meter geweest kan zijn. Maar deze breed
tezwemmers, Norah, Evelyn, Joan, Vivienne en Ken-
neth, waren ook maar kindertjes van nog geen
twaalf jaar.
En eindelijk, en eindelijk, nadat we bijna de hoop
al hadden opgegeven, vonden we onze Cub-hunting,
plaats en tijd. Plaats: Stoke Wood. Tijd: 6 uur in
den morgen.
We werden er stil van Wie jaagt er nu om zes uur
in den morgen? 't Is niet'netjes tegenover de vos
sen. En dan bovendien in Stoke Wood, meer dan een
half uur fietsen van Bicester. Maar we waren on
versaagd, dachten aan Michiel Adriaanszoon de
Ruyter, Maarten Harpertszoon Tromp. Jan Pieters
zoon Koen, en meer van die lange namen, en beslo
ten, met drie stemmen voor en één stem tegen, den
volgenden dag de jacht bij te wonen.
Wordt vervolgd.
goed inzicht te verkrijgen, zou de raad inzicht dienen
te hebben van de aanslagen der koffiehuien. Een en
ander is oorzaak, dat B. en W. geen aanleiding kun
nen vinden aan het verzoek te voldoen.
Het adres wordt zonder bespreking voor kennisge
ving aangenomen.
Tot nader onderzoek wordt in handen van B. en W.
gesteld een verzoek van P. Portegies om reductie van
pacht voor een perceel stortgrond over het jaar 1932,
door adressant overgenomen van C. Bakker.
Aan A. ten Boekei wordt voor een half jaar onthef
fing van betaling hondenbelasting verleend, terwijl op
grond van de toegepaste regeling afwijzend wordt be
schikt op een dergelijk verzoek van A. Kruit.
Door den heer P. Vos was verzocht om ruiling van
grond, omdat op het door hem gehuurde perceel een
weg is geprojecteerd.
De Voorzitter licht toe, dat opmeting nog niet heeft
kunnen plaats vinden, maar dat wel gebleken was
dat het perceel dat de heer Vos van de gemeente zou
willen hebben, tweemaal zoo groot is als het perceel
dat de heer Vos dan zou afstaan. Vos zou op dat nieu
we perceel een zomerwoning kunnen bouwden. B. en
W. zijn wel genegeneen gedeelte van het..perceel af
te. staan, maar oordeelen het voorts gewenscht dat na
der overleg plaats -vindt, nadat de gemeente-opzichter
de opmeting heeft verricht. Aldus wordt besloten.
Het bonwen van zomerwoningen.
Besloten wordt tot uitgifte in erfpacht van een per
ceel grond aan P. Vos voor f 19-20 per jaar. idem aan
S. Zijp Jz. voor f 19.36, idem aan P. H. Smit, Leeuwar-
den voor f 18.36. idem C. de Leeuw, voor f 17.
Deze perceelen zijn bestemd voor het bouwen van
houten zomerwoningen. De geheele nieuwe straat zal
daardoor zijn volgebouwd.
Voorloopige aanvragen zijn voorts nog Ingekomen
voor 2 perceelen,. terwijl er ook is een voorloopige aan
vrage voor den bouw van een steenen villa.
De hierboven vermelde uitgiften In erfpacht gaan
in 1 Januari 1934.
Goedgekeurd wordt de rekening 1932 van de Gezond
heidscommissie, gezeteld te Schagen, sluitende in ont
vangst op f 1899-19, in uitgaaf op f 1071.73, batig saldo
f 827.46. De begrooting voor 1934 van deze Commissie
sluit in ontvangst en uitgaaf op f 1203.93. waarbij de
bijdrage per inwoner op 1 cent is geraamd.
Rekeningen 1932.
Volgt de vaststelling van de rekeningen 1932.
Door den heer Weij wordt gerapporteerd, dat alles
ln goede orde ls bevonden.
De gemeenterekening wordt voorloopig vastgesteld,
weging in. De arbeiders van het bouwvak volgden die
van het grondwerk op den voet. De rails waren gelegd
en de hijgende machines brachten den eersten trein met
al wat noodig was voor het leggen van den dam.
Het eene uur na het andere, zonder oponthoud en
zonder rust, werkten nu de mannen onder Willard Hol
mes. Het was een worsteling met den Rio Colorado en
de landen van het Koningsdal waren de inzet In de
hitte des daags, in den nacht bij het licht van de loco
motief werden de takkebossen opgestapeld ln de diepte
van dien dwarrelenden stroom, die zich in een krank
zinnige woede verzette tegen allen die aan haar ver
nielzucht paal en perk wilden stellen, terwijl Inmiddels
de waterval steeds nader en nader kwam. Het was
niet alleen de grootschheid van de taak die aan dezen
arbeid een heldhaftig karakter verleende, daar kwam
nog bij dat dit schijnbaar onmogelijke werk aan tijd en
uur gebonden was. In zijn worsteling met de rivier
werd de ingenieur bovendien bestookt door een ver
nielende macht, die slechts het tooneel van den strijd
te betreden had. vóórdat de overwinning bevochten
was, om de nederlaag onvermijdelijk te maken en .aan
den Colorado de oppermacht te verzekeren, gevrijwaard
van alle aanvechtingen van ontginning.
Terwijl de ingenieur daar op de damkisting stond en
In de diepte het water zag dwarrelen, regeerde hij het
werk van zijn mannen die hun best deden den bodem
te bereiken van dien dertigvoet diepen draaikolk waar
zooals een hunner zeide men de molenwieken van
de hel kon zien draaien. En het was hem, alsof hij bo
ven de dreunende donderslagen van de rivier tegen den
daar aangebrachten bouw. boven het stootende geluid
van het heiblok, het gerammel van kabel en ketting,
het knarsen en piepen van de houten balken, ook bo
ven de kreten van de menschen uit, het dreigende
dreunen hoorde van dien voortkruipenden waterval op
een afstand van slechts enkele mijlen. Terwijl hij langs
den oever liep en de waterverplaatsing gadesloeg en
de berichten raadpleegde van den waterstand in Rubio
City, of soms met zijn ondergeschikten overlegde, tel
kens weer keerde hij onwillekeurig zijn hoöfd naar de
richting waar de waterval was.
Wanneer zijn uitgeput lichaam en zijn afgetobd hoofd
dreigden hem den dienst te weigeren, legde hij zich.
geheel gekleed, voor niet langer dan een uur op een
rustbed ln zijn tent. Zijn aangezicht was verwrongen
en gerimpeld door zorg en angst, zijn hol staande
oogen waren rood dooraderd en brandden in hun kas
sen. Hij gaf zijn bevelen kortaf, met een heesche ver
moeide stem. waarin de overspanning van de zenuwen
duidelijk hoorbaar was. In de beslissende oogenblikken
wat den gewonen dienst betreft in ontvangst op
f 46.159-02, in uitgaaf op f 43 403.31, batig saldo
f 2755.17; wat den kapitaaldlenst betreft in ontvangst
en uitgaaf op f 2543.31.
De rekening van het algemeen armbestuur wordt
vastgesteld In ontvangst op f 4616.24, in uitgaaf op
f4331.17, batig saldo f 285.07.
De Voorzitter dankt de Commissie voor haar onder
zoek.
Volgt behandeling van de begrooting van den
Vleeschkeuringsdienst, Kring Barsingerborn, waarbij
de bijdrage per inwoner is geraamd op 20 cent.
De Voorzitter merkt op, dat de begrooting in de
raden der aangesloten gemeenten kan worden bespro
ken, maar goedkeuring of niet-goedkeuring niet tot
hun bevoegdheid behoort, wel tot die van de centrum
gemeente gemeente Barsingeriiorn. De raad kan zich
ventueel wel tot Ged. Staten richten met bezwaren.
De begrooting wordt voor kennisgeving aangenomen.
Do keurloonen
De Commissie voor den Vleeschkeuringsdienst, kring
Barslngerhorn, verzoekt de verordening tot heffing
van keurloonen, Ingaande 1 Januari 1934, te wijzigen,
door de keurloonen te verhoogen tot bedragen in ons
nummer van Zaterdag j.1. vermeld.
De heer Vries begrijpt niet, dat de commissie in de
zen tijd de keurloonen wil verhoogen. Spr. noemt als
voorbeeld de verkoopprijs van een schaap, waarvoor
dan fondsgeld van een halven gulden moet worden
betaald en dan het keurloon. Spr. vindt dat ordinair
en had eerder verlaging van keurloon verwacht.
De Voorzitter wijst er op, dat tot verlaging van
keurloonen geen reden zou zijn, want bijna overal el
ders zijn de keurloonen hooger. Als de keurloonen ge
handhaafd werden, zou de bijdrage per inwoner sterk
verhoogd moeten worden n.1. tot 35 cent En de com
missie van uitvoering oordeelde het dan beter dat zij
die vleesch eten en voor wie de dienst er is dan de
meerdere kosten betaalden. De commissie doet noodge
dwongen het voorstel, want in vele gemeenten is de
begrooting der gemeente moeilijk sluitend te maken.
De heer Vries zou het niet zoo erg vinden als de
slagers dan maar niet gerechtigd woren het hoogere
keurloon op de verbruikers te verhalen. Er komt weer
gauw 2 4 3 centen op den vleeschprijs en dat is voor
de hulsvrouw niet prettig.
De Voorzitter zegt dat de dienst er tenslotte ls in
het belang van de hulsvrouw. Als de gemeenten geen
uniforme keurloonregeling hebben, komt de dienst in
gevaar.
De heer Vries geeft toe, dat het geld ergens vandaan
moet komen maar spr. vindt het een misplaatste grap
om ln dezen tijd te verhoogen.
De Voorzitter atnwoordt, dat het geen grap is.
De heer Vries wijst erop, dat de salarisvermin
dering niet toegepast wordt op de eerste 25 pet. Als het
nu zoo noodig was, waarom dan de salarisverlaging
niet toegepast op de volle 100 pet.?
De Voorzitter zegt .dat gemeend is. dat de salaris-
regeling diende aan te sluiten bij de prov. regeling
De heer Vries: Het is echter geen provinciale instel
ling.
De Voorzirter merkt op, dat de regeling de goedkeu
ring behoeft van de provincie en als de regeling aan
sluit bij die der provincie, zal daartoe de meeste kans
bestaan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten tot de
voorgestelde wijziging over te gaan.
De begrootingen voor 1934,
Aangeboden wordt de begrooting der gemeente voor
1934, sluitende voor den gewonen dienst in ontvangst
en uitgaaf op f 42471.98, voor den kapitaalsdlenst op
f 10.000. De post onvoorzien bedraagt f 1139.19. Gere
kend is op een bijdrage van het rijk ln de kosten der
werkverschaffing- Er zijn redelijke vermoedens dat een
bijdrage zal worden verleend.
De begTOotlng van. het algemeen armbestuur wordt
aangeboden, in ontvangst en uitgaaf sluitende op f 4615.
De raxlsleden, met uitzondering van de wethouder»,
zullen de begrootingen onderzoeken.
De rondvraag.
De heer Kruit vraagt of B. en W. reeds hebben
overwogen of een steunregeling noodzakelijk ls.
De Voorzitter zegt dat B. en W. reeds een complete
steunregeling hebben behandeld, maar dat eerst de
onderhandelingen omtrent een rijksbijdrage voor de
werkverschaffing zal worden afgewacht. Er is vol
doende werkgelegenheid en het is beter te werken, dan
een uitkeering zonder te werken. Als er een steunrege
ling in 't leven wordt geroepen, moet er Ingevolge do
rijksvoorschriften nauwkeurig toezicht worden gehou
den, geval" voor geval worden beschouwd, enz. Spr.
meent verder dat er meer kans ls op een hoogere rijks
subsidie bij werkverschaffing dan bij een steunregeling.
De steunregeling ligt klaar, maar het is de vraag of ze
goedgekeurd zal worden als er werk is. Het Is voor de
gemeente voordeellger werk in de gemeente te doen
uitvoeren dan dat de menschen naar de Wierlngermeer
worden gezonden.
De heer Welj kan zich met een dergelijke regeling
heel goed vereenigen, de meeste menschen werken er
liever voor. Maar met het oog- op mogelijke stagnatie
wanneer het scheen dat de rivier hun werk tot een
wrak zou vermorzelen, was de ingenieur, zooals hij
daar op de onvaste houtblokken stond of zich aan den
heil paal vastklemde, voor allen die onder zijn beveien
stonden, het inbegrip van menschelijken moed en kracht
De Profeet en Abe Lee. die zich hem herinnerden,
toen hij nauwelijks in het land was aangekomen, wa
ren hoogst verbaasd over de verandering. In die dagen
was Willard Holmes de dienaar van het kapitaal dat
de menschen voor zijn eigen winstbejag gebruikt. Hij
zag in de onderneming niets anders dan een middel
voor zijn Maatschappij om winst te maken. Ook nu
nog stond hij in dienst van een groot lichaam, maar
tegelijk was hij een meester die de macht waarover hij
beschikt, in het belang van zijn werkvolk aanwendt.
Hij had geleerd zijn werk te beschouwen als een dienst
dien hij aan de wereld bewees en alleen langs dien w.^g
diénde hij zijn werkgever. Het scheen dat in dezen
man, in wiens aderen het beste bloed van zijn volk
stroomde, ook de beste elementen van zijn volk tot
uiting kwamen.
Eindelijk was de kisting gelegd en het moeilijke werk
was nu aan de beurt: het water te richten naat h*t
kanaal. In iedere steengroef die ln het bereik van de
Southwestern lag. over een uitgestrektheid van twee
honderd vijftig mijlen, waren de mannen bezig voor het
werk in het Koningsdal. Men was er in geslaagd aan
de treinen met de rotsblokken overal den vrijen door
gang te verzekeren en getroostte zich daarvoor de ver»
wenschingen van kooplieden en fabrikanten wier zen
dingen vertraagd werden. Passagiers die urenlang aan
het station moesten wachten, klaagden, protesteerden,
dreigden... Het was een schande! riepen de tourisien
in hun weelderige slaapwagens... Maar ondanks al Git
verzet renden de treinen met rotssteen en materiaal
naar het tooneel van de worsteling. Gedurende dag en
nacht, en telkens weer na afloop van vijf minuten, werd
een wagonlading met rotsgesteente uitgestort in den
waterstroom bij de doorbraak.
De taak was volbracht en de slag gewonnen. De Co
lorado was verlamd in zijn vernielingswerk, en in zijn
oude bedding teruggedrongen. De duizende bunders van
het Koningsdal die door de schuld van het eene lichaam
bijna voor altijd verloren waren gegaan, werden door
het andere lichaam voor de menschheld behouden. En
de man die ter wille van het voordeel van zijn patroons
de ontoereikende inrichtingen had gebouwd, die het
bestaan van de pioniers hadden bedreigd, had nu .de
strijdmacht aangevoerd, die de overwinning bevochten
had.
Wordt vervolgd.
Met ieder uur naderde de ramp steeds m^er het purt
waar het Koningsdal voor altijd buiten het bereik van
menschelijke pogingen tot ontginning geplaatst zou zijn.
Wanhopende smeekbeden om hulp werden tot de regee
ring gericht, maar eer de ingewikkelde staatsmachine
iets tastbaars kon voortbrengen, zou het werk van de
pioniers geen hulp van menschen meer behoeven.
Ingevolge een telegram van Jefferson Worth aan den
grooten man van de Southwestern kwam in die dagen
een extra-trein in het Dal, die uitsluitend uit personen
wagens bestond. Bij het knooppunt van Deep Well
stapten Jefferson Worth, Abe Lee, de Profeet en Wil
lard Holmes in den trein. Zij begaven zich naar het
rijtuig van den hoofd-directeur, waar zij de voornaam
ste gezaghebbenden van het spoorwegwezen aantroffen
die hen wenschten te raadplegen.
In Gemeenebest voegde de voorzitter van de Ko
ningsdalmaatschappij met zijn directeur en zijn hoofd
ingenieur zich bij hen en de trein reed door. totdat op
order van Holmes, de conducteur het sein gaf tot stop
pen. Door de ramen van het rijtuig kon het gezelschap
zien hoe het water zich naar het zuiden en het westen
uitbreidde en in de verte zagen zij de watervallen en.
hoog daarboven uitstekende, de klommen van schuim.
Niet ver van de plaats waar Kingston gestaan had,
stopte de trein. In gemakkelijke rijtuigen reed het ge
zelschap naar het tooneel van de nederlaag van de
Maatschappij.
Daar aanschouwden zij het kampement van de arbei
ders, de booten, de heipalen, de gereedschappen van
hun werk, maar van dat werk zelf was geen spoor
meer zichtbaar. En door de doorbraak die nu reeds
de breedte van een kwart mijl had, stuwde de groote
rivier het modderkleurige water met duizelingwekken
de snelheid en onweerstaanbare kracht.
Toen het gezelschap den toestand in oogenschcuw
genomen had, zonderden de spoorwegmannen zich met