Alieitti Nimws-
Aiïcrttitit- LnMIit
Kijken is Koopen bijCLOECK
Geestelijk L,evIn
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
PERSOONLIJKHEID.
VERGROOTINGEN w
Engelsche ingenieurs
op Wieringen.
Groote bewondering voor de
Zuiderzeewerken.
Voor het Oogstfeest.
Zaterdag 30 September 1933.
SCHAGER
76ste Jaargang No. 9356
CODRtlllT.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330 INT TEEEF. No 20
Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f0.85, iedere regel meer 15 cent (bewijsno.
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
EERSTE BLAD
DIT NUMMER BESTAAT UIT VIJF BLADEN
door Astor.
Het hoogst geluk der aarde-kinderen
Is slechts de persoonlijkheid.
GOETHE.
..De mensch is kwaad" zoo zeiden mij
tot troost alle wijssten. Ach, als het nu
slechts nog waar is.' Want 't kwade is des
menschen beste kraoht.
„De mensch moet beter en kwader wor
den" zoo leer i k. Het kwaadste is noo-
dig voor des Boven-menschen beste-
Dat mag goed geweest zijn voor dien
prediker des kleine lieden, dat hij leed en
droeg des menschen zonde.
Ik echter verheug mij over de grootste
zonde als over mijn grootste troost.
Zoo iets is echter niet voor lange ooren
gezegd. Ieder woord past dan ook niet in
lederen mond. Dat zijn fijne, verre dingen:
daarnaar zullen geen schaaps-klauwen
grijpen!
NTETSZCÖTE.
DAAR is een vraag, welke zich den laatsten
tijd telkens weer aan mij opdringt. Het is
deze: in welke .richting gaat de naaste ont
wikkeling der menschheid.' En mij dunkt, dal het
huidige wereldgebeuren niet alleen m ij, maar
ieder denkend mensch tot. deze vraag moet bren
gen. Want wat zien wij gebeuren? Wij kunnen over
de heele wereld waarnemen een opkomend streven
om den groei der persoonlijkheid te remmen niet al
leen, maar zelfs om haar geheel cn al te doen op
gaan fh de totaliteit, d.i. in de kudde. Nergens zien
wij dit op het oogenblik sterker dan in Duitschland.
Het gansche Duitsche volk wordt steeds meer ge
dwongen tot een leven van grauwe uniformiteit. De
staat wordt gedurig meer de alregelaar; dit betee-
kent, dat zij, die de staatsmacht in handen hebben,
het leven der menschen geheel trachten te beheer-
schen. Tot in de kleinste bijzonderheden! Er wordt
voorgeschreven, dat in de scholen op een bepaalde
wijze moet onderwezen worden; bepaald wat de do-
miné's en pastoors mogen verkondigen; er wordt
een verpliche manier van groeten vastgesteld. In het
kort kan men zeggen, dat het streven van de macht
hebbers in het „derde rijk", d.i. in het nationaal-
cocialistische Duitschland er op is gericht alle D'iit-
schers te vervormen naar één model. Vrije meenings-
uiting wordt niet toegestaan, kritiek op wat de regee
ring doet is ten strengste verboden. Het Duitsche
kind moet worden opgevoed tot een nationaal-soci-
alistisch burger, tot een onderdeel van den staat,
waarvan Adolf Hitier de geest vertegenwoordigt. Ge
dachtig aan de oude opvatting, welke zegt: „geef mij
de jeugd cn ik heb de toekomst in handen", heeft dan
ook de rijksminister Frick de richtsnoeren voor de
onderwijspolitiek vastgesteld. Daarbij heeft hij o.a.
den eisch gesteld, dat den kinderen rassenkunde
moest worden bijgebracht en hun blik voor rasver
schillen gescherpt en dat hun moest worden gewe
zen op het gevaar van vermenging van Duitsch
bloed met vreemd bloed, in de eerste plaats met
joodsch bloed.
En wij. hebben kunnen lezen, hoe b.v. een onder
wijzer (let wel: een mensch dus die kinderen moet
opvoeden, d.i. tot menschen vormen!) den treurigen
moed heeft gehad om een joodsch meisje voor de
klas te plaatsen om aanschouwelijk onderwijs te ge
ven. En hij toonde zijn leerlingen aan wat de spe
ciale kenmerken waren, waaraan men den jood van
den niet-jood kon herkennen.
Ileel het volk moet doordrenkt worden van de
'edachte, dat er maar één volk bestaat, hetwelk
door God is uitverkoren (een zuiver Joodsche ge
dachte, die wij bij de verdwaasde nationaal-socialis-
tische jodenhaters telkens terugvinden!) en dat dit
het Duitsche volk is.
De Beicrsche minister van binnenlandsche zaken
Wagencr eindigde een bluffende redevoering dan ook
met deze woorden: „Zelfs indien de geheele wereld
tegen ons is, zal God de Almachtige ons volk, dat
het welslagen verdient, het succes schen
ken. Wij Duitschers zullen, indien wij maar vast in
ons zelf vertrouwen en dienovereenkomstig hande
len, het eerste volk zijn, dat de economische crisis te
boven komt. Wij Duitschers zullen tenslotte de wer
kelijke overwinnaars zijn uit den Grooten Oorlog.
Wij zullen aan onze medemenschen bewijzen, dat de
wereld zal worden gered door Duitsche methoden."
Het vertrouwen op God is evenwel bij de nationaal-
socialistcn niet zóó groot, dat zij het zonder terreur,
zonder geweld, alleen in vol vertrouwen op de waar
heid der door hen gepredikte idéé met hunne metho
den aandurven. Vandaar dan ook, dat zij zooveel mo
gelijk den ouden militairen geest weer opwekken en
aanwakkeren. Of zou hun God' zijn plan verwezenlij
ken door legers, door kanonnen cn gifgassen Erger
lijker heiligschennis is moeilijk denkbaar dan dit te
veronderstellen en daarmede wordt wel op infame
wijze gespot met het bekende woord, dat toch ook de
Duitsche christenen niet onbekend zal wezen: „wie
het zwaard trekt, zal door het zwaard vergaan".
Maar genoeg over het rampzalige Duitsche volk,
dat aangegrepen is door een tijdelijke massawaanzin,
waarvan het eens wel zal genezen.
Het was mij alleen maar te doen om te wijzen op
het groote gevaar misschien wel het allergrootste,
dat de wereld in dit tijdperk der geschiedenis be
dreigt, n.1. de ondergang der persoonlijk-
h i d. (Mussolini zeidc eens: In den fascistischen
staat mag men alleen denken als de staat!!)
Niet zonder opzet heb ik twee motto's boven dit
artikel geplaatst. Beide zijn ze afkomstig van twee
groote Duitsche denkers!
Alles schijnt er evenwel op tc wijzen dattin alle
landen, óók in Nederland, een strooming is, welke
lijnrecht gaat tegen de erkenning van de persoon
lijkheid en naar dc uitwissching der persoonlijk
heid door haar geheel on al tc doen opgaan in de
staatskudde.
En het meestverhazingwekkende hierbij is, dat zelfs
zü, die zich christenen noemen niet krachtig daarte
gen in verzet komen. Want als ik iets van het
christendom heb begrepen, dan is het dit, dat het
komt met de prediking dat iedere menscl^enziel waar
de heeft en dat het tot eiken mensch zich richt met
den grooten en verheven eisch, die is geformuleerd
in het bekende woord: „weest dan gij lieden vol
maakt, gelijk uw Vader in de hemelen volmaakt is"
En wat wil dit in de taal van heden uitgedrukt an
ders beteekenen dan: ontwikkelt u in overeenstem
ming met de u geschonken gaven? Of anders ge
zegd: woekert met uwe talenten?
Hierin ligt opgesloten, wat wij onder persoonlijk
heid hebben te verstaan.
Een persoonlijkheid noemen wij den mensch, die op
houdt slechts een deel der kudde,, een rad in de staats
machine, een onderdeel van het productieproces te
zijn, omdat hij zich wil laten leiden door zijn diepste
verlangens, omdat hij luisteren wil naar de Rede,
omdat hij zijn hoogste strevingen wil gehoorzamen,
zonder zich te laten overheerschen door anderen.
Een persoonlijkheid is in het kort: een zèlflevend
mensch. En hoe meer de behoefte om zélf te leven
in hem zich doet gevoelen, hoe meer hij. tot een vrije
persoonlijkheid zal uitgroeien.
Het is een biologische (biologie noemt men de leer,
die zich bezighoudt met het leven en de oorzaken der
levensverschijnselen tracht op te sporen) wet die zegt
dat ieder levend wezen in zich heeft den drang om
naar zijn aard zich te verwezenlijken.
Dit geldt ook voor het levende wezen, dat mensch
wordt genoemd. En nu is de mensch niet alleen een
stoffelijk, maar ook een geestelijk wezen. Daarom
kan hij nooit tevreden zijn als hij slechts licha
melijk wèl vaart. Hij wil ook geestelijk tot een Ik
heid worden, d.i. tot een bewuste persoonlijkheid.
Daartoe wil hij zijn krachten ontplooien, daarom is
hij denker, zoeker; daarom vormt hij zich begrippen
over rechtvaardigheid, trouw, eerlijkheid, liefde;
daarom schept hij zich persoonlijke en gemeenschaps
idealen.
Als wij dit voor oogen houden, zal 't ons duidelijk
worden, dat met dit streven naar persoonlijkheid
nooit in overeenstemming is te brengen de erken
ning van de staatsalmacht. Met nadruk herhaal ik
nog eens, waarop ik in het begin reeds doelde, dat
staatsalmacht nooit "Tets anders kan beteekenen dan
de almacht, van de grootere of kleinere groep, welke
den staat beheerscht en welke het geweldsapparaat
van den staat gebruikt om elke uiting van de zich
bevrijdende persoonlijkheid te onderdrukken.
Staatsmacht is staatsterreur en zij kan niet anders
wezen dan dit.
Daarom is het opkomend fascisme (of nationaal-
socialisme, wat in wezen daaraan gelijk is) een ge
vaar voor de menschheid.
Het is de brutale ontkenning van de groote biolo
gische wet, die ik zooevcn noemde.
Hiermede is niet gezegd, dat het fascisme geen
kans zou hebben tijdelijk te zegevieren. Duitschland,
Italië, Oostenrijk bewijzen het tegendeel. Maar het
zal nooit anders kunnen wezen dan een t ij d e 1 ij k
zegevieren. Want nimmer hebben wij uit het oog te
verliezen, dat de evolutie voortgaat en door alles
heen haar eeuvyige wetten verwerkelijkt en, wat be
treft de menschheid, stuwt naar de wording van per
soonlijkheden
Do toekomst der menschheid kèn niet zijn dat zij
wordt tot verschillende kudden, die den herder vol
gen en gehoorzamen, die denken zooals de herder
voorschrijft en gelooven wat. hij beveelt en doen wat
hij gebiedt. Die toekomst moet wezen: de vrije per
soonlijkheid in de vrije maatschappij.
Eerst dan zal zuivere levensvreugde het hart van
den mensch kunnen doorgloeien, wanneer hij zich
zelf kan zijn niet te midden van zielige siaven, maar
temidden van vrije menschen.
O, ik weet wel, dat velen dit als een utopie be
schouwen. Er zijn nog zoo vele menschen, die hun
persoonlijkheid gemakkelijk vergooien voor een
stuk brood, voor een positie, voor een i'ijk bestaan.
Hun zou ik willen aanraden de aanhaling van
Nietszsche eens met aandacht te lezen en te over
denken.
Men moet doordringen in den zin dezer woorden
om ze goed te verstaan. Zoo op 't eerste gezicht lijkt
het op orakeltaal. Wie echter meer van Nietszche
heeft gelezen, beseft wat hij bedoelt Wij hebben er
rekening mede te houden dat Nietszche en vooral
in zijn Zarathustra, waarin ik het citaat ontleende
gaarne in dichterlijke beeldspraak zich uitdrukt.
Daarom wil ik er hier den uitleg aan toevoegen.
Nietszche komt op tegen wat „men" gewoonlijk
kwaad noemt. Kwaad wordt immers alles geheeten,
wat ingaat, tegen de heerschendn opvattingen. Daar
om schuilt voor hem in het kwade juist de kracht
van den mensch, de kracht nl. om zich uit de con
venties, uit de leugen der bestaande moraal los te
breken en zich daar boven te stellen. Daarom zegt
hij en het s c h ij n t een tegenstrijdigheid dat de
ménsch beter en kwader moet worden. Dit wil zeg
gen, dat hij, stijgend tot hoogere levenshouding voor
het oog der wereld kwader wordt, immers in strijd
met de geijkte zedelijkheidsbegrippen. Voor Nietszche
b^teekent hier dus het kwade als noodzakelijk voor
wat hij noemt den bovenmensch, d.w.z. den hoogeren
mensch, die niet meer kuddedier, maar zelfstandige
persoonlijkheid wil zijn.
Hoe juist Nietszche hier oordeelt kunnen wij eiken
dag ervaren. Misschien thans méér dan ooit. Want
voor hen, die de menschheid weer terug willen voe
ren tot het kuddebestaan, die den staat maken tol
een almachtigen, strengen God, schijnt dit wel de
grootste zonde te zijn dat men denkt en voelt en
Het VERTROUWDE ADRES voor gfc
Fotografisch Atelier
ARPAD MOLDOVAN
Nieuwe Niedorp
DAGELIJKS GEOPEND, ook Zondags
handelt als een vrij mensch. Hoe zou een mensch als
Nietszche wel gereageerd hebben op wat in het te
genwoordige Duitschland geschiedt, waar iedere vrije
meeningsuiting wordt gestraft als zij als staatsge
vaarlijk wordt beschouwd door de heerschers en
waar daarom de huichelarij wel hoogtij moet vieren?
Daarom zegt hij het kwaadste is noodig, opdat de
sterke mensch zich zal openbaren.
En hij komt dan tevens op tegen de leer van het
plaatsvervangend lijden van Christus, dat hij be
schouwt als goed slechts voor kleine menschen, wien
het ontbreekt aan den durf om zelf te leven en het
,kwafle" te doen.
Voor hem is zóó gezien de grootste zonde de groot
ste troost. D.w.z. dat er nog zijn die met de bestaande
moraal durven breken, geeft hem vertrouwen op de
toekomst, op de geboorte van den nieuwen, den hoo
geren mensch.
Nietszche begrijpt zeer goed, dat juist deze uit
spraak kan worden misverstaan. Daarom laat hij
volgen: zoo iets is echter niet voor lange ooren ge
zegd. Hij bedoelt daarmede niet voor ezels, voor dom-
men. Deze kunnen immers daarvan niets vatten.
Voor. de ezels is alleen maar goed wat „men" goed
vindt.
Hetzelfde herhaalt hij op andere wijze in den laat
sten zin.
Hierom hebben nóch de misdadigers, nóch de pret
makers het recht om zich te beroepen op het woord
van Nietszche. Het is bestemd voor hen, die den
diepen zin daarvan verstaan.
Deze diepe zin is: de verhevenheid der menschclij-
ke persoonlijkheid.
Haar hebben wij hoog te houden, te verheffen
daarom staan wij tegenover alle knechting en ver
slaving, tegenover elk streven om het vrije denken
en de vrije geestelijke ontwikkeling te verhinderen.
ASTOR.
In een drietal touringcars arriveerde alhier uit
Leeuwarden via den afsluitdijk het uit oirca 60 personen
bestaande gezelschap Engelsche ingenieurs en water
bouwkundigen, hetwelk 26 dezer in Hoek van Holland
aankwam voor een 5-daagschen tour naar Holland's wa
terwerken.
Nadat den eersten dag een bezoek was gebracht aan
den Nieuwen Waterweg, het pompstation Delfland en
de nieuwe Parksluizen te Rotterdam, werd des avonds
naar Zwolle gereisd, waar door dc heeren Jhr. Ir. C.
E. W. van Panhuys, Directeur van het Rijksbureau
voor Ontwatering en R. E. Verloren van Themaat, in
leidingen werden gehouden over een den volgenden dag
te brengen bezoek aam den Vollenhoven polder.
Na Woensdag dezen polder, verschillende gemalen
en boerderijen te hebben bezocht werd in Amicitia te
Leeuwarden des avonds door den Directeur-generaal der
Zuiderzeewerken. Ir. V. J. P. de Blocq van Kuffeler een
verhandeling gehouden over het heden aan de Zuider
zeewerken te brengen bezoek, zijnde dit voor de Engel
sche gasten het voornaamste punt op hun reisprogram
ma. In aansluiting aan de toespraak van Ir de Blocq
van Kuffeler werd de film over de Zuiderzeewerken,
afgestaan door de M.U.Z., gedraaid, welke veel bijval
oogstte. Begunstigd door het fraaist denkbare weer
hebben de gasten Dondrdag de werken tot afsluiting en
gedeeltelijke droogmaking der Zuiderzee persoonlijk
aanschouwd en de rit over den afsluitdijk was voor hen
een sprookje. Wij vonden den leider van het gezelschap
bereid, ons enkele indrukken weer te geven, welke de
gasten tot dusverre over de werken, afsluitdijk en de
zich daarin bevindende uitwaterings- en schutsluizen
hadden opgedaan. Toen wij daaruit vernamen dat de
Engelsche taal, hoe woordenrijk deze overigens ook
moge zijn, nauwelijks woorden bevatte om weer te ge
ven tot welke grootsche prestaties een klein landje als
Holalnd in staat was, toen beheofde voor ons nationaal
gevoel daaraan niets meer te worden toegevoegd. Op
getogen als de gasten in hun indruken waren, bleek de
uitroep „marvellous" slechts zwak weer te geven, wat
men tot dusverre had ondervonden.
In het Sociëteitsgebouw der M.U.Z., hebben Ir. Lely,
directeur-hoofduitvoerder en Ir. Vetter, secretaris der
M.U.Z., het gezelschap ontvangen en werden wederzijds
hartelijke woorden gewisseld. De tocht leidde vervol
gens naar den Wieringermeerpolder, waar de gasten
in de boerenhoeve „De Eerste" door Ir. Smeding van
de W.-meerdirectie werden ontvangen. Slootdorp en da
Terp werden bezocht, alsook onder leiding van Ir. van
der Bom Jr. het electrisch gemaal „De Lely" te Medem-
blik, waarna naar Alkmaar werd gereden, om vandaar
per trein zich te begeven naar Den Haag. Hier werd
in Tiet hotel „Wittebrug" als gasten van the Drainage
Dredging en Construction Co. Ltd. een diner aangebo
den. Als de gasten straks weer naar hun vader
land scheep zullen gaan, dan doen zij dit in het bezit
van rijke ervaringen en machtige indrukken van het
kunnen der Nederlandsche ingenieurs, waterbouwkun
digen en aannemers.
In Duitschland wordt dit jaar op den lsten October
een oogstfeest gehouden, waarbij groote boeren-be-
toogingen zullen worden gehouden. Wij zien hierbo.
ven de laatste voorbereidingen treffen voor het feest
op den Bückeberg bij Hameln. 20 K.M. electrische
kabel zijn noodig voor de verlichting en de radio
uitzending.