Eeuwenoude Indianen-cultuur.
Zaterdag 14 October 1933.
SCHAGER COURANT.
Vijfde blad. No. 9364
HET GRAF VAN DEN LAATSTEN
AZTEKEN-KONING
GEVONDEN?
BELANGRIJKE ARCHEOLOGISCHE
VONDSTEN IN MEXICO.
Eens een hoogontwikkeld volk,
thans achterlijke dwergen.
HET GEVAARLIJKSTE DIER
TER WERELD.
HET GEHEIM VAN
ZONNEVLEKKEN.
WAAR BLIJFT HET GOUD?
I dooi'
Dr. E. CRAMER.
UÏT een land van druipend natte
oerwouden en eenmaal bloeien
de, doch thans doodsche, verla
ten steden, heeft de ontdekkingsreiziger
Graaf de Prorok materiaal meegebracht
dat betrekking heeft op twee interessan
te ontdekkingen. De graaf, die zich
reeds onderscheiden had door opgravin
gen op de plaats van het oude Carthago
en ontdekkingsreizen in de Sahara, be
gaf zich ditmaal in een onbekend ge
bied van geheel anderen aard en wel in
het land der Lacandone-Indianen, in de
Mexicaans,che staten Ghiapas en Tabas
co. Deze streek wordt wel eens het Con-
gogebied van Mexico genoemd, en de
verspreid wonende half-nomadiscbe La
candone-Indianen met: hun lellen haat
tegen de blanken, moeten beschouwd
worden als.de overblijfselen van een
machtig volk, dat eens tot in Midden-
Amevika heerschte.
De eerste ontdekking van Graaf de
Prorok betreft verscheidene vindplaat
sen van fossiele menschen- en dieren-
beenderen, benevens groote werktuigen,
die door de expeditie gevonden zijn in
moeilijk toegankelijke grotten.
Men vond er ook vele inscripties in
steen bij. De graaf is van meening, dat
hieruit, de aanwezigheid blijkt van men
scben op het Amerikaansche vasteland
in het paleolithische tijdperk. De vaak
geuite veronderstelling, dat de eerste be
woners van Amrika van elders daar
heen waren geëmigreerd, zou daardoor
overbodig worden. Deze grotten bevon
den zich in de oerwouden van Chiapas.
Het graf van den laafsten
Azlekenkoning.
In den staat Tabasco deed graaf de
Prorok zijn tweede ontdekking van be-
teekenis. Zij beslaat uit een reusachtige
grafheuvel, waar de inboorlingen nog
steeds godsdienstige handelingen ver
richten en onophoudelijk Avierook bran
den. Zij weten te vertellen, dat dit het
tot dusver onbekende graf is van Cuauh-
teraoc, de laatste groote Aztekenvorst en
een opvolger van den vermoorde Monte-
zuma. Deze jeugdige keizer verdween op
een reis door Zuid-Mexico, waarop hij
was meegenomen door leden van Her
man Cortes' gezelschap. Volgens de
overlevering had de reis ten doel, hem te
dwingen om de plaats van een fabelach
tig rijke goudmijn aan <c wijzen. Uit de
ze mijn moesten o.a. de rijke gouden
versierselen afkomstig zijn, welke ge
vonden werden te Tenochtitlan, het te
genwoordige Mexico City. Cuauhtemoc
deze naam beteekent „dalende ade
laar" in de taal der Azteken werd
door de Spanjaarden tenslotte gemar
teld; de Indianen vereeren hem om zijn
standvastigheid daarbij en eenige jaren
geleden werd hij zelfs officieel erkend
als een der nationale belden van Mexico
doordat er een groot bronzen standbeeld
voor hem werd opgericht in Mexico Ci
ty. Hij was een schoonzoon van Monte-
zuma en een zoon van Ahuizotl („de
bouwer en dooder"); hij besteeg den
troon in 1520 na den dood van zijn oom
Cuitlahuac.
Herinneringen aan Cuauh
temoc.
Cuauhtemoc beeft het tegenwoordige
Mexico City verdedigd tegen de over-
Een groep der thans dwergachtige
Lancandones.
macht van de Spanjaarden en hun tal
rijke Indiaansche bondgenooten; hij was
ook degene, die zich heftig verzette te
gen Montezuma's besluit om de vreemde
indringers in het land toe te laten. On
danks de grootste ontberingen hield Cu
auhtemoc de belegering door de Span
jaarden uit met een klein groepje trou
we volgelingen. Tenslotte werd hij ech
ter gevangen genomen en na e&rsl
met alle onderscheiding te zijn behan
deld meegenomen op de bovenge
noemde noodlottige reis.
Nadooi\wS-mHoSwijzwgscago.BLooS
Na door gloeiende kolen gepijnigd te
zijn, werd hij gewurgd. Zijn onderdanen
vervoerden zijn lijk naar de tegenwoor
dige grafplaats, waar zij volgens som
migen tevens de schat begraven zouden
hebben. In Mexico is het volgend voor
val uit de laatste uren van Cuauhtemoc
van algemeene bekendheid.
Tegelijk met den jeugdigen vorst werd
ook een van zijn hovelingen gemarteld
op dezelfde wijze. Deze kermde en kreun
de, beklaagde zich over zijn helsche pij
nen en smeekte den keizer om toestem
ming, te mogen spreken. Hierop sprak
Cuauhtemoc do historisch geworden
woorden: „Denk je soms, dat ik op een
bed van rozen rust?"
Een der primitieve tempels van de La
candone-Indianenwaar zij nog steeds
zon en maan aanbidden volgens de
oude riten.
Zelfs het stamhoofd van het eens zoo
machtige en beschaafde volk is achter
lijk van geest.
Wat eens een machtig volk
was..:..
Het was voor de expeditie geen ge
makkelijke taak om het gebied der La
candone-Indianen te bereiken. Zij be-
hooren tot de weinige Mcxicaansche vol
keren, die nog geheel heidensch zijn en
van het Christendom niets afweten
ook niets willen weten in verband met
hun haat jegens de blanken. Hun voor
ouders hebben zich met verbeten energie
tegen de Spanjaarden verzet en hen
s^elfs eens verslagen. Toen zij tenslotte
werden overwonnen, werden er slechts
weinigen gevangen genomen, omdat de
meesten mannen, vrouwen en kinde
ren zich stortten in de Usumacinta.
de rivier, die door de Indianen de Groo
te Moeder wordt genoemd en door een
ontdekkingsreiziger eens is betiteld als
de Nijl van Amerika. Bij deze rivier be
vindt zich ook het graf van Cuauhtemoc.
Sindsdien hebben de overlevenden van
het oude volk zich niet met Mexicanen
of anderen vermengd. Door steeds on
der elkaar tc trouwen, degenereerden
zij volkomen. Zij leven nog steeds van de
jacht. Het is nu een dwergvolk gewor
den, achterlijk naar lichaam en geest.
Dit is des te tragischer, waar uit de ge
vonden beenderen, zoowel als uit de
groote afmetingen der werktuigen blijkt,
dat deze streek eenmaal door bijzonder
groote en krachtige menschen bewoond
is geweest, om niet te zeggen door reu
zen.
Interessante reis der expe
ditie.
Toen de ontdekkingsreizigers gedu
rende zeven weken hun weg door de
oerwouden hadden gekapt om dit volk
te bereiken en eindelijk de primitieve
hutten binnentraden, vluchtten de Indi
anen in het dichte bosch. Merkwaardig
is ook, dat gedurende die zeven weken
de leden der expeditie geen enkele maal
de zon hebben gezien; zoo hoog waren
de hoornen en zoo dicht het warnet van
lianen en parasieten daartusschen. Zij
liepen ook niet over aarde, doch over
mos en allerlei lage planten, die den
grond geheel aan het oog onttrokken.
In de oerwouden zijn tientallen ver
laten steden ontdekt, die nu alweer ge
heel door de plantengroei waren over
woekerd. Men kon echter zien, dat in
dertijd het oerwoud in een omtrek van
eenige honderden meters verwijderd was
geweest. Er kwamen 'prachtige tempels
in voor met schilderingen, die veeal nog-
de oorspronkelijke levendige kleuren
bezaten, zoowel als zeer artistiek snij
werk in steen. Daar aanbaden de voor
ouders van de tegenwoordige Lacando
ne-Indianen zon en maan volgens ri
ten, welke thans nog worden gevolgd.
Zoo spoedig mogelijk zal graaf de Pro
rok terugkeeren naar het terrein van
zijn ontdekkingen, waar hij vele groote
steenen beeldhouwwerken heeft achter
gelaten, zoowel als andere voorwerpen,-
welke gevonden werden in de betrekke
lijk toevallig ontdekte grotten. Hij wil
ook terugkeeren naar het graf van Cu
auhtemoc, waar hij door opgravingen
belangrijk wetenschappelijk materiaal
hoopt te verzamelen, ook al zou hij de
kostbare Aztekenschat niet aantreffen.
Als men een circulaire zou willen
verzenden, waarin gevraagd werd, wat
wel het gevaarlijkste dier ter wereld is,
zou men verschillende antwoorden krij
gen.
De een zal slangen noemen, omdat
talrijke menschen jaarlijks hieraan ten
offer vallerf, anderen zullen meenen dat
erger dan slangen zijn de muskieten, de
dragers van gevaarlijke ziekten. Ook
Leeuwen en tijgers of andere roofdieren
zullen genoemd worden; inderdaad ech
ter staat de schadelijkheid al dezer die
ren in geen verhouding tol; de ratten.
De rat heeft werkelijk geen enkele goede
eigenschap, zij is alleen schadelijk en
lastig. Als men ze uit zou kunnen roeien,
zou ieder land reusachtige sommen be-,
sparen. Bovendien zou de gezondheids
toestand in de heele wereld zich verbe-
teren. Want de rat is niet alleen een
knaagdier dat alles eet, waar maar aan
te knagen valt, maar ook een wandelen
de bacillenhaard. Nergens echter zijn
de ratten zoo schadelijk en gevaarlijk als
in Australië. Eenige weken geleden
kwam de Adelaide-Express 's nachts
plotseling tot staan, omdat hij op- een
stapeltje weeks stootte, wat een zwervend
leger ratten bleek te zijn, dat voor de lo
comotief gekomen was. De ratten over
stroomden de hoven en de landbouwers
moesten een volledige oorlog tegen de
zwervende landplaag voeren. Maar zelfs
als in een nacht honderden ratten ge
vangen werden, was het resultaat toch
nog zeer gering. Zoo nu en dan worden
de schuren en stallen met gifgas gerei
nigd, evenwel blijven in zoo'n geval dan
toch nog een paar duizend ratten ach
ter .Een werkelijke verbetering blijkt dus
ook dit niet te zijn.
De Australiërs hebben ook reeds sinds
lang den moed opgegeven, ooit van de
ratten plaag bevrijd te worden. Onlangs
echter heeft de Overheid zich deze zaak
aangetrokken, en nu wil men door een
heel leger van rattenvangers, die met
chemicaliën en spuiten zijn uitgerust,
hulp verschaffen. Men heeft in Australië
opgemerkt, dat de plaag ieder zevende
jaar bijzonder groot is, en ook buiten
gewoon érg voor de groote steden, waar
de strijd niet zoo ver doorgevoerd kan
worden als op het land.
Een grafheuvel van hetzelfde typeals diewaarin vólgens de overlevering
Cuauhtemoc begraven is.
Zooals bekend, heeft men sedert den
tijd der telescopen voor hemel waarne
mingen al vroeg geconstateerd, dat de
bovenzijde van de zon zoogenaamde zon
nevlekken vertoont, wier ontstaan, groei
en verdwijning onregelmatig geschiedt.
De eenige regelmatigheid, die waarge
nomen is, is een tijd van 11 jaar, die
door de eeuwenlange waarnemingen
duidelijk te constateeren is en gedurende
Avelkc door een of andere geheimzinnige
oorzaak de zonnevlekken in alle regel
maat van een maximum tot een mini
mum teruggebracht worden.
Dank zij de vorderingen van onze mo
derne plivsica kon de Parijscke Profes
sor Deslandres nu een reeks van gege
vens van andere onderzoekers van deze
geheimzinnige zonnevlekken en haar
periodieke veelvuldigheid, verklaren.
Een. lichaam, dat aan een verhoogde
temperatuur blootgesteld wórdt, geeft,
electriciteit af. Zulk een uitstraling gaat
natuurlijk ook van de zon uit, daar de
temperatuur van de zon op een 6000
graden geschal wordt. De temperatuur
in het inwendige van het reusachtige
zonnelichaam moet zelfs nog veel groo-
tor zijn. Van deze stralen komt maar een
klein deel als zonnestraal op aarde, alle
overigen worden geabsorbeerd.
„Ik ben de opvatting toegedaan," zegt
Deslandres, „dat in dit geabsorbeerde
deel van de zonne-straling de oorzaak
van de geheimzinnige op de zon waar
genomen zonnevlekken moet worden ge
zocht.
Professor Deslandres is tol de overtui
ging gekomen, dat deze ook de bron zijn
voor de electromagnelischo verschijnse
len op aarde,
In het binnenste van de zon bestaan
in haast regelmatige verdeeling zes.
twaalf of vier en twintig vulkanen, die
precies hetzelfde als de vulkanen op aar
de werken en die de radio-actieve li
chaampjes uitstralen. Zij zijn het ook.
die de zonnevlekken vormen, die dan op
hun beurt de electrische deeltjes uitstoo-
ten.
Ongeveer de helft van hel goud, 'dat
jaarlijks in de wereld gedolven wordt,
komt uit Transvaal, van de kolossale
Vankett, Flosz, dat het strand van een
voorwereldlijke zee geweest moet zijn.
Wij maken ons er zelden een voorstel
ling van, hoe zwaar goud is, maar door
het hooge gewicht kan men het zoo een
voudig slijpen. Goud is zeven maal zoo
zwaar als kiezel. Als de goudslijper de
kiezel in water schudt, dan zinkt het
goud op den bodem van het vat.
Tegenwoordig zijn er nog in Nieuw-
Guinea, in Oost-Afrika en in Britsch
Guyana stroomen, waarin het goudzoe-
ken een goed loonendo arbeid is. Een
groote goudstroom als in Transvaal is
tot nu toe nog nergens ontdekt. Men
schat dat deze tot nu toe nog ongeveer
voor 550 millioen goudbevattende stee
nen bevat.
Een der groeven is zoo diep, dat do
hitte er zoo groot is, dat de lucht, kunst
matig moet afgekoeld worden, zoodat de
arbeiders werken kunnen. Waar blijven
echter de reusachtige goudmassa's, die
jaarlijks in de wereld gewonnen wor
den? Deze vragen hebben wij allemaal
wel eens gedaan. Men moet echter be
denken, dat reusachtige massa's door
juwelieren, beeldhouwers en tandartsen
gebruikt en daarmede het verkeer ont
trokken worden. Bij branden gaat even
eens een deel van de goudvoorraden van
de wereld verloren, vele schipbreuken
beteekenen een verlies aan goud. Daar
bij komt dat zuiver goud zeer week is,
en dus betrekkelijk snel slijt. Daarom
wordt het meestal met belangrijke hoe
veelheden koper, of zilver, ja zelfs met
ijzer vermengd. De verschillende toevoe
gingen geven het goud zijn kleur, het
roodachtige goud is door kopermenging
ontstaan, het groene door zilver en het
blauwe, dat als buitengewoon mooi be
kend is, door ijzer.