Anna Paulowna.
De Langendijker
Groentenveiiingen.
PERSONEELE BELASTING.
Moet het Burgerlijk Armbestuur plaats
maken voor een instelling van
Maatschappelijk Hulpbetoon?
De verkiezingen voor het Hoogheemraad
schap Noordhollands Noorderkwartier.
Adres van de Kamer van Koophandel in
Hollands Noorderkwartier aan de
gemeenteraden.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken in Hol
lands Noorderkwartier heeft aan de gemeenteraden
in onze omgeving het volgende schrijven gericht:
Nu de Wet van den 28sten Juli 1933, tot wijziging
en aanvulling van de artikelen 31bis, 31 duodecies
en 63 der Wet op de Personeele Belasting 1896
(Stbl. 388) is tot stand gekomen en luidens art. 4
dezer wet plaatselijke verordeningen, gegrond op het
•bij art. 1 vastgestelde tweede lid van paragr. 2 van
art. 31 duodecies der Wet op de Personeele Belasting
vóór 1 Januari 1934 kunnen worden vastgesteld en
goedgekeurd en met ingang van 1 Januari 1934 in
werking kunnen treden, wendt onze Kamer zich tot
Uw College met het verzoek te willen bevorderen, dat
van de door de Wet van 28 Juli j.1. geboden gelegen
heid in Uwe Gemeente zal worden gebruik gemaakt.
Met dien verstande, dat naar de huurwaarde het
bedrijfsgcdeelte van bedoelde perceelon slechts voor
1/3 zal worden belast in plaats van, zooals thans ge
schiedt, ten volle.
Waar er verschillende der betrokken bedrijven zijn,
voor welke de aanslag in de Personeele Belasting
onder de tegenwoordige omstandigheden een veel te
zware last is, zoodanig zelfs, dat zij deze verplichting
niet of ternauwernood kunnen nakomen is er
naar de meening onzer Kamer voor de Gemeentebe
sturen zeer zeker aanleiding deze bedrijven tegemoet
te komen, nu de Wet daartoe uitdrukkelijk de mo
gelijkheid heeft geschapen. Temeer waar het hier niet
geldt het brengen in eene uitzonderingspositie van
eene bepaalde groep bedrijven, doch een streven van
de Rijksregeering om door deze Wet een einde te ma
ken aan een reeds sedert te langen tijd heerschende
ongelijke toepassing.
Waar deze groep bedrijven zooals gezegd den na-
deeligen invloed van de tijdsomstandigheden zeer
sterk gevoelt, is er een reden temeer om den be
lastingdruk op deze bedrijven, voor zoover deze op
een minder billijke maatstaf berust, te verlichten. In
dit verband willen wij tevens wijzen op de mogelijk
heid om ook ten aanzien van den grondslag „biljar
ten". krachtens art. 31 duodecies paragr. 2 eerste lid,
geen of een zeer bescheiden aanslag op te leggen, zij
het dan met ingang van 1935, teneinde de rentabili-
teitskansen dezer bedrijven tegemoet te komen.
Het geldt hier een middenstandsbelang, waarbij de
Rijksregeering is voorgegaan om daaraan tegemoet
te komen en onze Kamer vertrouwt, dat Uw College
In dezen zijn medewerking ook wel zal willen ver-
leenen.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Hollands Noorderkwartier:
De Voorzitter:
(w.g.) S. W. ARNTZ.
De Secretaris:
(w.g.) D. J. SCHEFFEL.
Blijkens de agenda voor de raadsvergadering die op
morgen Woensdag 25 October 1933 zal worden gehou
den. komt o.m. ook aan de orde een voorstel van de So
ciaal-democratische Raadsfractie om te besluiten tot 't
vaststellen van een reglement voor de gemeentelijke in
stelling van Maatschappelijk Hulpbetoon.
In de toelichting op dit voorstel lezen we:
De directe redenen, die ons tot indiening van dit
voorstel hebben geleid, zijn in de eerste plaats de wijze
van voordracht en benoeming van de leden van het
Burgerlijk Armbestuur, waarbij bij het tegenwoordig
reglement de Raad o.i. zeer weinig invloed op de sa
menstelling van het Burgerlijk Armbestuur kan uitoefe
nen. In ieder geval veel minder, dan met zijn verant
woordelijkheid gewenscht is.
Bovendien heeft zich de Overheidstaak op het gebied
van steunverleening aan hulpbehoevenden in den loop
der jaren belangrijk gewijzigd.
De omstandigheden dringen de Overheid zich het lot
van steeds breeder kringen der samenleving aan te
trekken, zoowel op het gebied der gewone steunverlee
ning, als op het zooveel breedere terrein der volkshuis
vesting, volkshygiëne. enz.
Ook overigens achten wij het gewenscht de steunver
leening der Overheid aan hulpbehoevenden op anderen
voet dan tot dusverre te organiseeren.
Wanneer men in aanmerking neemt, dat belangrijke
en steeds toenemende bedragen uit de Gemeentekas
daaraan moeten worden ten koste gelegd, dan is het
naar ons voorkomt redelijk, dat de Raad op eenigerlei
wijze bij de besteding der gelden wordt betrokken.
Thans bestaat de taak van den Raad enkel uit het
goedkeuren van den begrootingspost en het naaien der
rekening.
Vervolgens meenen wij te moeten voorstellen aan het
Orgaan niet langer den naam te geven van Burgerlijk
Armbestuur. Deze naam herinnert te zeer aan een ver
leden, waarin andere opvattingen werden gehuldigd
over de taak der Overheid op dit gebied. Een steeds toe
nemend aantal Gemeenten gaat er dan ook toe over om
den naam Burgerlijk Armbestuur te veranderen in
Maatschappelijk Hulpbetoon.
Redenen, waarom wij den Raad voorstellen, te beslui
ten vast te stellen een reglement voor de Gemeentelijke
Instelling van Maatschappelijk Hulpbetoon als in bij
gaand ontwerp aangegeven, en het Reglement voor het
Burgerlijk Armbestuur vastgesteld in de vergadering
van 12 Augustus 1913 in te trekken.
De wenschen van de S.D.A.P.-fractie.
Uit het ontwerp reglement voor de verlangde instel
ling van Maatschappelijk Hulpbetoon blijkt dan,, dat
wordt voorgesteld het bestuur uit 13 leden ingezetenen
der gemeente Anna Paulowna te doen bestaan en wel:
1. één lid. tevens voorzitter, door B. en W. uit hun
midden aan te wijzen;
2. vier leden, te benoemen door den Raad uit zijn
midden;
3. vier leden, behoorende tot de arbeidersbevolking
der gemeente;
4. vier leden uit andere groepen der bevolking dan
die, waartoe de sub 3 bedoelde leden behooren.
De benoeming geschiedt door den Gemeenteraad op
voordracht van B. en W. De Raad is aan dezevoordracht
niet gebonden.
Met inachtneming van het in het le lid bepaalde,
dient er zooveel mogelijk rekening mee gehouden te
worden, dat de leden over verschillénde deelen der ge
meente zijn verspreid.
De leden genieten voor het bijwonen der vergaderin
gen een presentiegeld, hetwelk door den Gemeenteraad
wordt vastgesteld.
De benoeming van de leden van het bestuur geschiedt,
voor den tijd van 4 jaren; op 1 Januari van elk jaar
treden 3 leden af, van iedere categorie één.
De Voorzitter wordt niet bij de groepen ingedeeld.
De leden blijven hun functie waarnemen tot hunne
opvolgers hun taak hebben aanvaard. Eindigt evenwel
de hoedanigheid waaraan het lid zijne benoeming ont
leent, dan houdt hij terstond op lid van het Bestuur te
zijn.
Waar in het bestaande reglement de woorden „Bur
gerlijk Armbestuur" „onderstand", „bedeeling", „arme"
voorkomen, staan in het ontwerp-reglement resp. ver
meld de woorden „Bestuur", ondersteuning en hulpbe
hoevende.
Het oordeel van het Burgerlijk Armbestuur.
Over het voorstel van de S.D.A.P.-fractie is door B.
en W. advies gevraagd van het Burgerlijk Armbestuur.
In dat advies wordt over de voorgestelde verdeeling
van het bestuur gezegd:
1. Wanneer het voorstel van genoemde fractie zake
lijk wordt bekeken, dan achten wij als een groot be
zwaar, dat hiermede niet is te vereenigen het stelsel der
armenwijken, waarop de armenzorg door het burger
lijk armbestuur thans is gebaseerd. De gemeente is n.1.
verdeeld in 12 armenwijken (art, 2 reglement). Voor
elke wijk wordt een lid van het bestuur aangewezen.
Hoewel niet uitdrukkelijk voorgeschreven, geldt toch
als regel, dat dit lid ook in die wijk moet wonen.
Indien bij de benoeming evenwel rekening moet
worden gehouden met de verschillende categorieën,
waartoe de leden moeten behooren zooals de S.D.
A-P.-fractie voorstelt dan zal aan het stelsel der
armenwijken zeer zeker niet langer de hand gehouden
kunnen worden. Wel bepaalt het ontwerp-reglement
dier fractie, dat bij de benoeming der leden er zooveel
mogelijk rekening mee moet worden gehouden, dat de
leden over de verschillende deelen der gemeente zijn
verspreid. De wenschelijkheid hiervan wordt dus wel
gevolgd. Wij achten dit evenwel niet alleen wensche-
lijk doch noodzakelijk en wel een regelmatige ver
deeling, welke alleen met het bestaande stelsel verze
kerd is: Voor als regel in elke wijk één arm
voogd. Een juiste verdeeling van de taak der burger
lijke armenverzorging tusscben de leden van 't bestuur
onderling wordt alleen hierdoor bereikt. Deze taakver-
deeling is in de praktijk der armenverzorging ook on
misbaar gebleken.
Wij willen hier ook eens wijzen op het feit, dat de
leden van het B- A. hun werkzaamheden geheel gratis
ter wille van de goede zaak verrichten, wat alleen van
hen gevergd kan worden, als zij dit in eene hun zeer
bekende omgeving kunnen doen. Werden de leden ge
kozen op de wijze, door de S-D_\P.-fractle voorgesteld,
dan zou daarvan het gevolg zijn dat om behoorlijk op
de hoogte te zijn van den toestand der ondersteunden,
de leden van „Maatschappelk Hulpbetoon" zeer dikwijls
zouden moeten vergaderen, wat natuurlijk aanmerke
lijk meer kosten zou veroorzaken. Wij hbefoen zelfs de
overtuiging dat de praktijk dan niettemin zal uitwij
zen, dat aanstelling van een bezoldigd armenbezoeker
onvermijdelijk is.
Een verdeeling van de leden van het burgerlijk arm
bestuur in categorieën maakt dus het stelsel der wijk-
indeeling onmogelijk en is daarom reeds om die reden
naar onze meening voor een goede armenzorg in een
nogal uitgebreide gemeent als de onze hoogst onge-
wenscht, afgezien nog van de hoogere uitgaven, welke
daarmede gepaard zouden gaan.
2. Krachtens het bestaande reglement wordt het
voorzitterschap van het B. A, opgedragen aan den
Burgemeester, terwijl volgens het ontwerp-reglement
der fractie het voorzitterschap moet worden bekleed
door een lid van het College van B. en W., door dat
College zelf aan te wijzen. Daardoor wordt niet verze
kerd, dat de Burgemeester steeds Voorzitter is. Naar
onze meening is in een gemeente als de onze niemand
meer geroepen tot het bekleeden van het voorzitter
schap van het B. A. dan juist de Burgemeester.
3. De fractie wenscht den naam ,3urgerlijk Arm
bestuur" veranderd in „Gemeentelijke instelling van
Maatschappelijk Hulpbetoon", omdat eerstgenoemde
naam „te zeer herinnert aan een verleden waarin an
dere opvattingen werden gehuldigd over de taak der
overheid op dit gebied'.' Of deze „herinnering" steeds
de drijfveer is geweest tot het veranderen van den
naam Burgerlijk Armbestuur betwijfelen wij. O.i. moet
de oorzaak meer gezocht worden in het feit, dat de
taak van het B.A. in de grootere gemeenten niet meer
uitsluitend die is van de eigenlijke armenverzorging,
maar zich geleidelijk heeft uitgebreid ook tot andere
bemoeiingen. De vlag ,3urgerlijk Armbestuur" zou
daar de lading niet meer kunnen dekken. In die ge
meenten heeft men daarom een Instelling of Dienst
van Maatschappelijk Hulpbetoon in het leven geroepen
om te komen tot centralisatie van verschillende dien
sten voor maatschappelijke hulp, zooals armenverzor
ging, werkloosheidsbestrijding, steuning van crisis-
werkloozen, enz. Noch de werkloosheidsbestrijding noch
de algemeene ondersteuning van crisiswerkloozen heeft
tot dusverre tot de taak van het Burgerlijk Armbestuur
De wlnterkoolcampagne staat
voor de deur. - Slechte vooruit
zichten. - Een sterke organisatie
noodzakelijk. - Het tegendeel is het
geval. - Vrij groot aanvoer van
aardappels. - Lage prijzen. - Roo-
de kool slechte prijzen. - Gele kool
buitengewoon slecht. - Witte kool
laat ook weer te wenschen over. -
Bloemkool kon beter. - Uien sta-
tionnalr. - Goede prijzen voor sla-
boonen. - Geringere aanvoeren. -
Bieten laag. - Voor groote peen vrij
redelijke prijzen. - Kleine laag. -
Andijvie zoo goed als onverkoop
baar. - Tomaten en druiven iets
beter.
De tuinbouwers zitten op het oogenblik In de cam
pagne van den kooloogst of anders gezegd, het is voor
hen koolhaalderstijd. Maar deze kooliiaalderstijd
wordt onder heel andere omstandigheden en met veel
somberder vooruitzichten doorgemaakt dan dat veel
al het geval was. Zelfs verleden jaar zat er nog iets
in van optimisme, durfde men de hoop nog koesteren,
dat de winterkoolcampagno nog wel kon meevallen.
Alle hoop op een uitvoer van onze jtapelproducten
naar Duitschland was toen nog niet vervlogen en men
durfde nog beterschap verwachten. Daar is nu onge
twijfeld wel niemand meer, die van de winterkool
gunstige uitkomsten verwacht, De conlingenteerin-
gen, de invoerrechten en andere belemmeringen van
het vrije ruilverkeer zijn het laatste jaar dermate ge
meengoed van verschillende landen geworden, waar
heen onze stapelgroenten vroeger plachten geëxpor
teerd te worden, dat er menschelijkerwijze gedacht
geen verbetering te verwachten is in dien toestand
van autarkie en zelfgenoegzaamheid. Toch zijn er al
tijd nog, die zich aan den zwaksten stroohalm vast
houden en met veronderstellingen werken. A 1 s het
eens een bijzonder strenge winter mocht worden, en
a 1 s er dan in Duitschland eens honger kwam, dan
zou men daar toch niet buiten onze winterkool kun
nen en dan zouden er toch wel goede prijzen worden
besteed. Het is in den tegenvvoordigen tijd in het al
gemeen al onvoorzichtig op veronderstellingen een
conclusie op te bouwen, doch ten aanzien van
Duitschland zou het aan roekeloosheid grenzen. Af-
dezer geemente gehoord. Wij geven daarom vooralsnog
aan den naam „Burgerlijk Armbestuur" voor een ge
meente als de onze de voorkeur.
4. De toelichting van de S.D.AP.-fractie op haar
voorstel wat betreft de medezeggenschap van den Raad
ten aanzien van de financiën van het Burgerlijk Arm
bestuur is niet geheel volledig, want het behoort niet
alleen tot de taak van den Raad den begrootingspost
goed te keuren, maar de geheele begrooting van het
B. A, is ingevolge artikel 182 der gemeentewet aan de
goedkeuring van den Raad onderworpen.
Het is de laatste jaren steeds de gewoonte geweest,
dat de leden van den Raad bij deze begrooting een
uitvoerige toelichting ontvangen, waarin opgenomen
wordt een lijst van de vaste bedeelden en van de be
dragen, welke hun per week zijn toegekend. De Raad
kan zich (naar onze meening uit die stukken wel een
inzicht vormen of de besteding der gelden van de ge
meente op de juiste wijze geschiedt, en is het o.i. niet
noodig, dat daarenboven leden van den Raad in die
kwaliteit in ons bestuur zitting hebben om zich van een
juiste besteding der gelden te vergewissen.
De bevoegdheden, welke de Raad thans bezit, komen
genoemde fractie blijkbaar niet voldoende voor, omdat
zij schrijft: „Wanneer men in aanmerking neemt dat
belangrijke en steeds toenemende bedragen uit de Ge
meentekas daaraan moeten worden ten koste gelegd,
dan is naar het ons voorkomt redelijk, dat de Raad op
eenigerlei wijze bij de besteding der gelden wordt be
trokken". Wanneer de Raad evenwel naast de bevoegd
heden, welke hy thans bezit, vertrouwen wil stellen in
ons bestuur, dan is er naar onze meening geen enkele
reden de bezorgdheid van de S.D.A.P.-fractie te deelen
en in ons bestuur een viertal raadsleden op te nemen
om acht te slaan op een goeden gang van zaken.
Bovendien is daar altijd nog de Voorzitter van ons
bestuur, die als Burgemeester steeds in de gelegenheid
is den Raad alle gewenschte inlichtingen te verschaffen.
5. Mocht de Raad van meening zijn te weinig Invloed
te bezitten op de samenstelling van ons bestuur, omdat
hij gebonden is aan een voordracht van B. en W., dan
bestaat er onzerzijds geen bezwaar het reglement zoo
danig te wijzigen, dat B. en W. in plaats van een voor
dracht een aanbeveling inzenden, na over de samenstel
ling van die aanbeveling het Burgerlijk Armbestuur te
hebben gehoord. De Raad dient daarbij dan wel in acht
te nemen, dat buiten de aanbeveling geen personen be
hooren te worden benoemd, die niet In de wijk, waar
voor de benoeming geldt, woonachtig zijn. Aangezien
het niet uitgesloten moet worden geacht, dat hierdoor
moeilijkheden zouden kunnen ontstaan, ware het ge
wenscht dan tevens in het reglement voor te schrijven,
dat het lid, die voor een bepaalde wijk wordt benoemd,
bij de benoeming ook in die wijk moet wonen.
Zooals reeds medegedeeld, kan de meerderheid van
B. en W. zich met het advies van het Burgerlijk Arm
bestuur vereenigen.
De Algemeene Kiesvereenlging voor het Hoogheem
raadschap Noordh. Noorderkwartier vergaderde In café
Centra] te Alkmaar.
De wnd. Voorzitter, de heer G. J. de Goede, deelde
mee, dat de Voorzitter, de heer K. Breebaart tot zijn
spijt verhinderd was, de vergadering te leiden, wegens
andere werkzaamheden.
Hij deelt mede, dat de volgende heeren voor hun can-
didatuur hebben bedankt: N. Groot te Enkhuizen, J.
Commandeur te Wognum, J. Valkering te Limmen en
Mr. J. Belonje te Alkmaar, de laatste, omdat zijn schoon
vader, de heer Verfaille, reeds in het Dag. Bestuur van
het Hoogh. zitting heeft, zoodat bestaande verwant
schap dit niet toelaat.
Van verschillende leden is voorts bericht van verhin
dering ingekomen.
Na lezing der notulen wordt aan de orde gesteld da
verkiezing van een candidaat voor Hoofdingeland en
een voor Hoofdingeland plaatsvervanger, wegens be
danken van resp. de heeren Groot en Commandeur. Na
eenige bespreking wordt goedgevonden, een der in de
vorige vergadering gekozen candidaten voor plaatsv.
Hoofdingeland, tot candidaat voor Hoofdingeland ta
kiezen en als zoodanig wordt aangewezen de heer C.
Schouten te Wester Blokker, van wien de vergadering
meende, dat hij als R.K. en geheel het doel en streven
der Alg. Kiesvereen. aanvaardende, de meeste kans van
slagen zou hebben.
De heer Schouten nam deze candidatuur aan. Tenge
volge hiervan moesten nu 2 Hoofdingelanden-plaats
vervangers worden gekozen. Door enkele leden wordt
de heer Mr. Winkel te Hoorn aanbevolen, secretaris van
Drechterland, die verschillende artikelen over water
schapsrecht als anderszins, heeft geschreven en uitste
kend op de hoogte is van waterschapszaken.
Verder werden aanbevolen de heeren Jos. Sjerps te
Hem, bestuurslid van den L.T.B., en A. Schermer, voor
zitter van den Neutralen Bond van Boeren, Land- en
Tuinbouwers te Hoogkarspel.
De heer Winkel werd bij meerderheid van stemmen
gekozen, terwijl herstemming moest plaats hebben tus-
schen de heeren Sjerps en Schermer, die weer even
veel stemmen verkregen, zoodat de heer Sjerps als oud
ste in jaren gekozen was. De gekozene was evenwel niet
aanwezig, zoodat hem bericht van zijn benoeming zal
worden gezonden.
Alvorens tot verkiezing van een candidaat voor
Hoofdingeland en een voor plv. Hoofdingeland in het
district Alkmaar over te gaan, deelde de Voorzitter
mee, dat de Middenstandsvereeniging te Alkmaar voor
nemens is, ook candidaten te stellen. H\j zou, ter voor
koming van verdere verbrokkeling, samenwerking toe
juichen.
De heer Peereboom had met den secretaris van d«
Middenstandsvereen. gesproken, en ook deze voelds
daar wel voor. Hij kon echter geen beslissing nemen,
zonder zijn medebestuurders daarin te kennen.
De heer Du Burck grijpt deze gelegenheid aan (ds
opengevallen candidatuur door het bedanken van Mr.
Belonje) om de vergadering mee te deelen, dat Mr. Be
lonje heden promoveert tot Doctor in de rechtsweten
schap op proefschrift „De Zijpe en Hazepolder". Ds
heer B. is een der oprichters dezer kiesvereeniging en
heeft bij de vorige verkiezingen, toen hij secretaris was,
veel en nuttig werk verricht. Vooral nu hij promoveert
op een proefschrift, dat zoo nauw verband houdt met
de waterschappen, is er, meent hij, alle aanleiding om
den heer Mr. Dr. Belonje een gelukwensch-telegram t«
zenden namens deze vergadering.
Onder algemeen applaus wordt daartoe besloten.
Bij de verdere besprekingen over samenwerking met
de Middenstandsvereen. wordt er op gewezen, dat er in
Alkmaar veel huiseigenaren zijn, die belanghebbende
zijn bij deze verkiezingen en alzoo wel recht hebben op
een of meer zetels. Besloten wordt om de vacatures,
een voor Hoofdingeland en een voor plaatsvervanger,
voor haar ter beschikking te houden en mocht het ten
slotte toch niet tot samenwerking komen, dan krijgt het
bestuur machtiging, de lijst aan te vullen en daarvoor
in de eerste plaats te nemen den heer J. P. Kraakman
te Akersloot
De secretaris houdt daarna een inleiding ter toelich
ting van het beginselprogram en na verschillende be
sprekingen wordt het volgende beginselprogram In den
vorm van een motie met algemeene stemmen aange
nomen:
De Alg. Verg. van de Alg. Kierver. voor het Hoogh.
Noordh. Noorderkwartier,
bekend met den noodtoestand, waarin land- en tuin
bouw en het zuivelbedrijf verkeer en,
van oordeel dat alles behoort te worden gedaan, om
de lasten, welke op deze bedrijven drukken, zooveel mo
gelijk te verlichten,
canstateerende, dat ook voor het. Hoogheemraadschap
lasten moeten worden betaald, die moeilijk zijn op te
brengen,
stelt vast de noodzakelijkheid, om bij de a.s. verkie
zingen voor Hoofdingelanden en Hoofdingelanden
plaatsvervangers, slechts die afgevaardigden te kiezen,
welke doordrongen zijn van het besef, er met al hun
krachten aan te moeten meewerken, dat de Hoogheem-
raadslasten worden verlaagd,
is van oordeel, dat dit slechts bereikt kan worden
door het kiezen van de candidaten der Alg. Kiesvereen.
die niet gehonden zijn aan een politieke partij en dus
uitsluitend de belangen der ingelanden zullen beharti
gen,
spreekt de wenschelijkheid uit. dat haar eventueel ge
kozen candidaten met alle'kracht zullen streven naar
de noodzakelijke bezuiniging, niet onbeproefd zullen la
ten, om een lastenverdeeling te verkrijgen, die al de
genen er In betrekt, welke op billijkheidsgronden in die
lasten behooren bij te dragen, en te voorkomen, dat het
Hoogheemraadschap risico's op zich neemt van andere
lichamen,
verder overwegende, dat velen van oordeel zijn, dat
het Hoogheemraadschap te duur is, draagt haar even
tueel gekozen afgevaardigden op het initiatief te nemen
tot een nauwkeurig onderzoek naar de gegrondheid van
dit oordeel en als resultaat daarvan al of niet, afhanke
lijk van de uitkomsten van dat onderzoek, mee te wer
ken aan voorstellen, of zelf voorstellen aanhangig t«
maken tot opheffing van of een andere werkwijze te
verkrijgen voor het Hoogheemraadschap.
wachten in lijdzaamheid blijft voorloopig de bood
schap en maar hopen op het in vervulling gaan van
de verwachting der Commissie van Vijf, uit de 50
Westfriesche gemeenten, dat er aan de Noordholland-
sche tuinbouwers een extra-steun zal worden verleend
boven die, bij de Tuinbouwsteunwetten vastgesteld.
Als de tuinbouwers zich dan stevig organiseeren en
met feiten toonen, hoe noodzakelijk, het is, dat die
buitengewone steun wordt gegeven, dan is dit voor-
loopig alles, wat ze doen kunnen. Die stevige orga
nisatie zal voorshands nog wel een beetje uitblijven
trouwens ze is nooit stevig geweest, verdeeld als ze
is naar politiek en godsdienst. De Neutralen kunnen
trouwens de weelde van hun neutraliteit ook al niet
meer dragen, wat de debatten op de laatste verga
dering van den N. Bond hebben uitgewezen. Men
spreekt er nu al van, dat er naast den Neutralen
Bond nog een nieuwe Bond zal worden gesticht. De
ze N. B. is al zwak en zou d is nog zwakker worden.
Maar die eventueel nieuwe Bond richt natuurlijk ook
niets uit. Hij moet als consequentie van zijn uittre
den zijn actie voeren langs onwettigen weg. Wat zal
dat uitwerken? Om dit te beantwoorden is het vol
doende, een nieuwe vraag op te werpen en wel: Wel
ke tastbare resultaten heeft de actie van het Boeren-
comité reeds opgeleverd? Gezien de ellende, waarin de
tuinbouwers verkeeren, mag wel worden vastgesteld,
dat deze resultaten nihil zijn geweest en dat dit van
zelf ook zoo zal zijn met den eventueel nieuw op te
richten Bond. Laat de N. B. wat actiever zijn, dat kan
heusch geen kwaad.
De herfstcampagne, die nu ten einde loopt, heeft
allerbedroevendste resultaten ougeleverd en de laat
ste week was er geen enkele aanwijzing, die uitzicht
gaf op een betere toekomst. De aardappels, die voor
dezen tijd nog in vrij groote hoeveelheden werden
aangevoerd, brachten weer een beetje op. Er kwa
men heel wat Schotsche muizen, de voorraden poot-
aardappelen, die men hoopte aan het buitenland te
kunnen verkoopen, doelt waarvoor de koopers schit
terden door afwezigheid. Als consumpti3-aardappelen
worden ze thans niet meer gezocht, zoodat de heele
week door de noteeringen lagen tusschen 40 en 60 ct.
per 100 K.G.! Een enkel partijtje bracht iets meer op.
De drielingen gingen voor 40 en 50 cent van de hand.
De verkochte Friso's brachten f150 tot fl.60 op,
Eigenheimers gingen niet boven den prijs van f2
en blauwe Eigenheimers brachten het tot f2 f2.40.
Voor blauwe aardappels kon f3 worden bedongen.
We hoorden, dat de consumenten er f9 voor betalen,
dank zij der boeren geregelde instelling der Ned.
Aardappelen Centrale!
Het leek er op sommige dagen naar, of de roode
kool een gunstiger markt zou krijgen. Er kwam
meer kooplust, zoodat ook de groote kool verkoop
baar werd. Het vleugje van opleviug ging echter weer.
gauw liggen en zoo is ook deze week voor de aan
voerders van roode kool een ongunstige geweest; de
hoogste prijs was fl.70, terwijl een groot deel voor
den minimumprijs werd verhandeld en een ander ge
deelte onverkoopbaar was. De aanvoer aan beide vei
lingen beliep bij de 50 spoorwagens-
Met de gele kool liep het bijna nog slechter dan
voorafgaande weken. Een groot gedeelte was onver
koopbaar en zoo nu en dan bracht een partijtje f 1.10
op. Zoo goed als al het aangevoerde, 35 spoorwagens,
heeft de bouwers f 100 per spoorwagen opgeleverd!
Voor vroege witte kool is de belangstelling wel
beter geweest. Het schijnt met den verkoop van zuur
kool nog niet naar wensch te gaan, zoodat de zuur
koolfabrikanten voorzichtig zijn met den inmaak. Ge
volg daarvan is, dat de fabrieken niet zooveel opne
men, wat van nadeeligen invloed is op den prijs. Het
kwam maar zelden voor, dat een partij meer dan
11.25 opbracht, d.i. de minimumprijs. Overigens werd
er heel wat voor 40 cent of iets meer verkocht. De
zelfde tendenz viel ook waar te nemen bij de Deen-
sche witte kool, waarvoor gemiddeld niet meer dan
f 1 is betaald. Aanvoer aan beide veilingen 55 spoor
wagens..
Hoewel uit andere streken vrij gunstige berichten
kwamen voor de prijzen van bloemkool, was er hier
maar weinig van te bemerken. De mooiste Leccrf
bracht van f5f7 op; kleinere f2.80— f 4. Voor Reu
zen konden deze prijzen nog niet worden bedongen,
zoodat de mooiste f4—f 5.80, kleinere of ecnigszins af-
kende f2.50—f3.90 opbrachten. Voor tweede soort la
gen de prijzen tusschen f 0.75 en f 1.50.
In den uienhandel komt ook maar geen opleving
en ongetwijfeld zijn het de contingenteeringsmaat-
regelen van importeerende landen welke een ople
ving in den weg staan. Grove uien brachten 12.20—
f2.30 op, gewone uien fl.70—f2.40. Vooi drielingen
bleef de belangstelling beneden het redelijke en kon
nauwelijks fl.worden gemaakt.. Nep werd ver
kocht voor fl.70—f2.90, al naar gelang van de quali-
teit. Aanvoer 16 spoorwagens.
De aanvoer van slaboonen neemt sterk af. De prijs
voor mooie boonen is echter stijgende, doch er zijn
maar weinig mooie meer. Er zijn er nog voor 120.—
verkocht. Ook N achten sommige partijen f 12—f 15
op. Boonen, die afweken in qualiteit, brachten f4.50
tot f7.op.
De mooist bieten brachten het tot f 1.20; de minst
gewenschte soorten golden 6090 cent.
Voor mooie, groote peen werd f2f2.70 betaald,
kleine golden f0.6011.
Rammenas was weer goedkooper dan vorige weken
n.1. fl.70. Voor andijvie bestond geen interesse. De
prijzen lagen tusschen 25 en 26 cent. Het meeste
bracht echter 25 cent op.
Druiven waren iets duurder: voor Alicante werd
bij de f25.besteed, voor Frankenthaler f30f31.
Ook voor tomaten waren de prijzen iets minder
slecht. Toch werd voor A nog iets minder dan f5.50
betaald en voor B bij de f7. C.C. bracht gemiddeld
f 4.50 op en CC. ruim 12, zoodat alles nog kon wor
den verkocht.