Rijkssteun voor Werkloozenzorg.
Het Rijksdagproces
Auto door trein
gegrepen.
„SCHANDELIJK GEDOE".
Dinsdag 7 November 1933.
SCHAGER COURANT.
Derde blad. No. 9377
Een waarschuwing.
DOOR DE REGEERING VERLAAGD.
Gemeenten mogen er niet
meer voor leenen.
Heftig incident tusschen
Göring en Dimitrof.
Kloppartij in sneltrein.
Amerikaansche boerenstaking.
Chauffeur en twee kinderen
gedood.
Het rijk zal in 1933 in totaal ongeveer l 75
millioen, in 1934 echter f 46 millioen
voor dit doel uitkeeren.
De minister van binnenlandsche zaken heeft met be
trekking tot de Rijksbijdrage in de gemeentelijke kos
ten van -werkloozenzorg. onder dagteekcning van 4 No-
ivember het volgend schrijven aan de gemeentebesturen
gericht:
Ik heb de eer uw college, mede namens mijn ambtge-
tnooten van sociale zaken en van financiën, het vol
gende mede te deelen.
Bij beschikking van 23 October hebben mijn ambtge-
jiooten van sociale zaken en van financiën en ik voor
het jaar 1933 voorschriften vastgesteld, betreffende de
Rijksbijdrage in do gemeentelijke kosten van werkloos-
heidszorg.
MINISTER DE WILDE.
Deze voorschriften hebben ten doel de groote onge
lijkheid in den druk van de werkloosheidslasten op de
budgetten der gemeenten welke bij de toeneming
jde werkloosheid steeds tastbaarder wordt en tot klei
nere afmetingen terug te brengen. Met het oog hierop
is aan factoren grootte van den last en
draagkracht der gemeente een
overwegende invloed op de hoogte van de rijksbijdrage
toegekend.
In het bijzonder voor de gemeenten, waarvan, de fi
nanciën door de crisislastcn zijn of dreigen te worden
ontwricht, zal de Rijksbijdrage volgens deze voorschrif
ten een aanmerkelijke verlichting kunnen beteekenen.
Op grond van deze voorschriften aan de ge
meenten uit te keeren bedragen zullen vermoe
delijk in totaal een som van f 75^ millioen be-
loopen.
In welke zorgvolle omstandigheden de Rijks»
financiën zich bevinden en hoe uiterst bezwaar
lijk zich dekking voor zulk een uitgave ook laat
vinden, de regeering heeft desondanks termen
aanwezig geacht tot beschikbaarstelling van dit
bedrag over te gaan, uit overweging, dat de vast
stelling van algemeene voorschriften door ver
schillende omstandigheden eerst kon plaats
hebben op een tijdstip, dat het jaar 1933 voor
het grootste gedeelte was verstreken, dat zij
over het jaar 1933 een Rijksbijdrage zouden
ontvangen, welke, in procenten van de desbe
treffende uitgaven aangeduid, hooger of ten
minste van een gelijke hoogte zou zijn als over
het jaar 1932 door hen is genoten.
Teneinde echter voor het vei-volg tot een f 1-
nanciering van deze uitgavente
geraken, welke in verband met
de nog beschikbare middelen
verantwoord i s acht de regeering zich
verplicht reeds thans ter kennis van de ge
meentebesturen te brengen, dat de Rijksbijdrage
voor het jaar 1934 in totaal op een belangrijk
lager niveau zal moeten worden gebracht.
Op de rijksbegrootlng voor het
dienstjaar 1934 is voor dit doel eer.
bedrag van f 46 millioen uitge
trokken.
Tot dit bedrag dat niet voor verhooging vatbaar is,
zal derhalve noodgedrongen in 1934 het totaal der Rijks
[.bijdragen aan de gemeenten in de kosten der werkloos
heidsbestrijding beperkt moeten blijven. Aangezien het
'in de bedoeling ligt ook voor 1934 de verdeeling van dit
Ibedrag tusschen de gemeenten te doen plaats hebben,
[volgens algemeene normen in den geest, als thans voor
1933 zijn vastgesteld (met uitzondering alleen van de
garantiebepaling), zullen aan de hand van de boven
genoemde cijfers de gemeentebesturen in staat zijn het
bedrag der Rijksbijdrage, waarop zij bij gelijkblijvende
werkloosheidsuitgaven zullen kunnen rekenen, ten
naastebij te becijferen. Zij zouden n.1. als subsidiebedrag
voorloopig in de begrooting voor 1934 moeten ramen met
46/75e gedeelte van de Rijksbijdrage, die zij over 1933
zullen ontvangen, na aftrek van het gedeelte van die
bijdrage, dat wegens de garantiebepaling wordt ont
vangen..
De regeering ontveinst zich geenszins, dat bij een
dergelijke verlaging der rijksbijdrage de gemeentefinan-
ciën, indien de uitgaven gelijk zouden blijven, geheel
zouden vastloopen. Zij is er zich dan ook van bewust,
dat deze noodzakelijke verlaging van de rijksbijdrage
gepaard moet gaan met een zoodanige verlaging der
uitgaven, dat het aandeel der crisisuitgaven hetwelk per
saldo ten laste der gemeente blijft, ook op de gemeente-
begrooting gedekt zal kunnen worden.
De gemeentebesturen zullen daar
toe bij het vaststellen der gemeen
te begrootingen voor 1934 d e z e 1 f d e
gedragslijn moeten volgen, welke de
regeering bij het opmaken d e r r ij k s-
begroot! n g voor dat jaar heeft toe
gepast. Zy zullen de uitgaven voor
steunverleening en werkverschaffing
(de laatste, voor zoover deze naar hun aard niet
op den kapitaaldienst behooren voor te komén) moe
ten brengen ten laste van den gewo-
he.n dienst der gemeentebegroo*
11 n g en er desondanks voor moeten zorgdragen, dat
het evenwicht tusschen inkomsten en uitgaven wat den
gewonen dienst betreft, gehandhaafd blijft.
Teneinde dit te bereiken zullen zij, vooreerst wat de
inkomsten betreft, voorzoover een voorzichtig beleid
zulks gedoogt en rekening houdende met de realiteit,
er naar moeten streven de middelen te vinden-, welke
tot dekking der gewone uitgaven noodig zijn.
Biijft daarna een tekort op den gewonen dierst be
staan, dan zal dit gedekt moeten worden door verla
ging der uitgaven; deze verlaging is noodzakelijk en
onvermijdelijk, omdat het doen van uitgaven, welke
niet door de inkomsten zijn gedekt, veel grootere na-
deelen na zich zou sleepen dan aan de meest drasti
sche verlaging van uitgaven verbonden kunnen zijn,
terwijl een overheveling van een grooter deel der ge
meenteuitgaven naar het rijksbudget momenteel uitge
sloten is te achten.
Ook voor de bestrijding van de werkloosheid zullen
dus op het gemeentebudget geen hoogere uitgaven ge
raamd kunnen worden dan met inachtneming van de
bovenstaande beginselen op dat budget uit gewone
middelen kunnen worden gedekt. Wanneer bij toepas
sing van bovenstaande methode, op het gewone bud
get voor de werkloosheidsbestrijding een bedrag moet
worden uitgetrokken, dat naar het oordeel van het
gemeentebestuur ontoereikend is om de uitgaven in 't
jaar 1934, geraamd op de basis van 1933. te bestrijden,
zal de ondergeteekende gaarne, zoo spoedig mogelijk,
een gemotiveerde berekening tegemoet zien van het
bedrag, dat het op het budget uitgetrokken uitgaven-
cijfer wegens kosten der werkloosheidsbestrijding naar
het oordeel van het gemeentebestuur te laag is te ach
ten. Deze berekening en de daarbij te voegen toelich
ting zullen moeter. aantoonen, dat inderdaad het
budget geen gelegenheid biedt om een grooter bedrag
aan werkloosheidslasten te dragen, dan waarmede de
begrooting voor 1934 werd bezwaard.
Aan deze voorwaarde zal niet zijn voldaan, wanneer
uit de stukken niet blijkt, dat de heffingen in de ge
meente zoo hoog als voor de gemeente practisch moge
lijk is. zijn opgevoerd en dat op verschillende catego
rieën van uitgaven als jaarwedden er. loonen, onder
houd gemeente-eigendommen en werken, subsidies, on
verplicht onderwijs, armenzorg, enz. een zoodanig be
drag is bezuinigd als in verband met de crisismoei-
lykheden noodzakelijk is.
Het op de begrooting voor 1934 netto ten laste der
gemeente blijvende bedrag wegens uitgaven voor
werkloosheidszorg zal dan in het algemeen aldus zijn
te berekenen, dat het bedrag, hetwelk in 1933 voor dit
doel netto ten laste van het gemeentebudget komt.
wordt verhoogd met het resultaat van de evengenoem-
de verhooging van inkomsten en verlaging van uitga
ven, en daarna wordt verminderd met het bedrag, dat
desondanks per saldo niet op den gewonen dienst van
die begrooting kan worden gedekt.
Inzending der opgave laatstbedoeld, van het bulten
de begrooting te houden bedrag behoort aan mij te
geschieden, zoodra de gemeentebegrooting volgens de
boven toegelichte beginselen door den gemeenteraad is
vastgesteld. Aan Gedeputeerde Staten behoort deze op
gave tegelijkertijd met de gemeentebegrooting voor
1934 te worden aangeboden.
Van den ernstigen wil der gemeentebesturen, om met
de regeering op de aangeduide wijze spontaan mede te
werken tot de handhaving of het herstel van het even
wicht in de budgetten van de gemeenten houd ik mij
by voorbaat overtuigd.
De minister van binnenlandsche zaken,
(w.g.) J. A. de Wilde-
Geëindigd met de verwijdering van
Dimitrof.
Een van de politieke hoogtepunten heeft het Rijks
dagproces te Berlijn Zaterdag bereikt, met het ver
hoor van den Pruisischen Minister-President, Göring.
Tc meer is dit een hoogtepunt in het proces gewor
den, omdat de Senaat gemeend heeft, den beklaagde
Dimitrof, die den dag van te voren weer voor een
paar dagen van de zitting was uitgesloten, toch bij dit
verhoor toe te laten. m
Göring zal zich in de eerste plaats tegen de be
schuldiging van het bruinboek hebben te verdedigen,
maar, zegt hij, zulk een verdediging is bijna over
bodig. Dit boek is vervaardigd door minderwaardige
menschcn, die geld noodig hadden.
In de tweede afdeeling van zijn rede behandelt
Göring nu den eigenlijken brandnacht. Hij spreekt
vlot en over het algemeen duidelijk. Alleen als hij
zijn stem al te zeer verheft, wordt hij minder goed
verstaanbaar. Hoe langer spreker aan het woord was
en hij spreekt zeer lang hoe meer men het ge
voel krijgt een verkiezingsredevoering aan te hooren.
Een deel van de rechters luistert met zichtbare in
stemming. De vertegenwoordiger van het O.M. Pari-
sius en rechter Coenders toonen bij deze gelegenheid
voor het eerst, dat zij ook vriendelijk kunnen kijken.
Dimitrof grijnst en maakt aanteckeningen. Torgler zit
met een gezicht als een steencn standbeeld en maakt
eveneens aanteckeningen.
Uitvoerig beschrijft Göring dan, welke maatregelen
er genomen zijn oji welke besprekingen gevoerd zijn.
Het is de taak van het gerecht, de schuld van de ver
dachten te bewijzen. Mijn taak echter is bet, vast te
stellen, wie aan de touwtjes trokken bij deze gewel
dige hetzpropaganda. Het proces mag afloopen zoo
als het wil, de schuldigen zal ik vinden en zij zullen
hun gerechte straf niet ontkomen.
Onder algemeene spanning gaat Dimitrof dan staan
om Göring eenige vragen te stellen. Hij vraagt: Heeft
toen ter tijd graaf Helldorf met den heer Göring de
maatregelen in verband met den brand besproken of
niet?
Göring: Die vraag is eigenlijk reeds door mij be
antwoord. Toen Helldorf van den brand hoorde, was
het hem evenals ons duidelijk, dat dit het werk der
comm. partij geweest moest zijn. Wij kwamen over
een, dat alle leiders gearresteerd moesten worden,
waarop hij mij zeide: Dat heb ik voor een deel reeds
bevolen.
De president verzoekt Dimitrof verschillende malen
zijn vragen meer te preciseeren en er niet steeds om
heen te praten.
Dimitrof vraagt dan verder, of de minister niet
reeds van oordeel was, dat. de comm. de brandstich
ters waren, vóór er een politie- of justitieel onderzoek
had plaats gehad.
Ter gelegenheid van den 16en verjaardag
van de Octoberrevolutle in Rusland.
Uit Moskou: Ter gelegenheid van den zestienden ver
jaardag van de Octoberrevolutie heeft de Revolution-
naire Oorlogsraad een legerorder uitgevaardigd, waar
in naar voren gebacht wordt, dat het Roode Leger de
zen herdenkingsdag viert, terwijl het zich nog mach
tiger en nog onoverwinnelijker voelt.
De order wijst op de provocaties die, tegen het land
der Sowjets gericht, in het Verre Oosten werden geor
ganiseerd. Het Roode Leger was altijd, is nog en zal in
de toekomst blijven een trouwe wachter des vredes,
maar, wee den avonturiers, den oorlogsbrandstichters,
die mochten pogen de URSS aan te vallen.
Tusschen Joden en anti-semieten.
In den sneltrein Czernowitz—Boekarest raakten een
elftal leden van de anti-semitisrhe organisatie der
('uzisten en eenige Joodsrhc reizigers met elkaar in
twist. De Joden werden door de Cuzisten, die in dc
meerderheid waren, mishandeld en moesten zich in
«'e achterste bagagewagen redden. Bij aankomst op
bet station Adjoed was dc politie reeds op de hoogte,
doch wenschte niet tegen de Cuzisten op te treden.
EEN SPEELZAAL GEPLUNDERD.
Brutaal optreden van een roover.
Uit Parijs vernemen we:
Nabij Montpellier drong een gemaskerde roover een
speelzaal binnen, waar een 20-tal personen rondom een
roulette-tafel zat. Onder bedreiging met een revolver
maakte hij zich van de kas en van het op tafel liggende
speelgeld meester en nadat hij een schot in de lucht had
gelost, wist hij te ontvluchten.De gendarmerie heeft
naderhand een verdacht persoon gearresteerd. doch
kon nog niet vaststellen of deze inderdaad de dader is.
Het plegen van gewelddaden.
De voorzitter van dc Farmers Association in Ame
rika, Reno, heeft telegrafisch aan 21 staatsleiders van
zijn beweging instructies gezonden om zich voor te
bereiden om „de staking voor alle landbouwproduct
ten volledig in te zetten", indien Roosevelt de eischen
van de Association ten aanzien van de productie
kosten mocht verwerpen.
Inmiddels zetten de boeren, aldus luidt een Reu-
ter-bericht, in de staten van liet midden-westen hun
stakingsactie voort, die zij gepaard doen gaan met
bet werpen van bommen, met schietpartijen, het ver
woesten van kaasfabrieken en het loslaten van vee. In
vijf staten hebben zij de groote wegen versperd, in
Alabania hebben de melkboeren de staking afge
kondigd
Ofschoon gekant tegen bet handhaven van vaste
hrijzen, daar dit onuitvoerbaar is, wenscht Roosevelt
de boeren tegemoet te komen. Dc minister van land
bouw en de gouverneurs der staten werken een plan
daartoe uit.
Get.: De politie gaat alle sporen na, weest u maar
gerust. Ik echter dien vast te stellen, of het hier gaat
om een politieke misdaad. Het was een politieke mis
daad en op hetzelfde oogenblik was het mij duidelijk,
dat de daders leden van *w partij zijn.
Dimitrof: (boonend): Dc partij, die, zooals get. zegt,
zulke misdadige wereldbeschouwingen heeft, regeert
echter een zesde gedeelte der wereld. De Sowjct-Unie
heeft diplomatieke, politieke en economische betrek
kingen met Duitschland. Door haar bestellingen krij
gen Duitsche arbeiders werk. Is u dat bekend?
Göring: Dat is mij bekend. Wat er in Rusland ge
beurt is mij onverschililig. Ik heb alleen met de
comm. partij in Duitschland te maken. (Op scher
pen toon.)
Ook hier heeft Dimitrof weer wat tegen. Hij vindt,
dat de minister nat.-soc. propaganda maakt. Hij ver
klaart dan verder: Deze bolsjewistische wereldbe
schouwing regeert de Sovjet-Unie, het. grootste en het
beste land van de wereld. Weet U dat wel?
Goering (scherp): Het is het Duitsche volk bekend,
dat II zich onbeschaamd gedraagt en dat U hier
heen bent gekomen om het Rijksdaggebouw in brand
te steken. En dan veroorlooft U zich nog dergelijke
brutaliteiten tegenover het Duitsche volk. Ik ben
hier echter niet om mij door U te laten uitvragen.
U bent ook een van die schurken, die aan den galg
hoort te bengelen! (Bravogeroep van het publiek).
Als D. weer op zijn cynische wijze begint tc vra
gen en zegt, dat hij zeer tevreden is met de verkla
ringen van getuige, ontneemt de president hem het
woord. In weerwil hiervan praat D door en hij wordt
weggeleid. Dc dramatische scène wordt hierdoor be
sloten, dat Goering Dimitrof nog met luide stem toe
roept: U zult nog in angst zitten, dat ik U laat op
pakken, wanneer U uit de gevangenis komt, schurk!
Dimitrof wordt dan uit de zaal geleid.
Nog een lezing van het incident.
Reuter geeft dc volgende lezing van het incident
tusschen Göring en Dimitrof:
Toen Dimitrof aan Goering vroeg, of hij wist dat
zij, die hij misdadigers noemt, een zesde deel van de
wereld regeeren, kwam dc president tusschenbcide
en verbood Dimitrof comrnunitische propaganda te
maken.
Dimitrof antwoordde, dat hij niets anders deed dan
Goering zoo juist gedaan had, die nat.-soc. propa
ganda maakte.
Terwijl Dimitrof zijn vraag herhaalde sprong Goe
ring woedend op; hij schudde zijn vuisten en een
stortvloed van woorden kwam van zijn lippen.
Dimitrof bepaalde er zich toe om ironisch te glim
lachen; Goering schreeuwde daarop nog woedender:
.,Ik heb lak aan Rusland; ik heb alleen tc maken
met dc communistische misdadigers, die den Rijks
dag hebben aangestoken."
Terwijl Dimitroff daarop een andere vraag wilde
stellen, schreeuwde Goering plotseling: „Brengt dien
communistischen misdadiger weg."
Dc politie leidde daarop Dimitiof. die luid protes
teerde, weg, terwijl de president zich haastte om de
uitsluiting van Dimitrof af te kondigen. Goering riep
daarbij: Wacht maar, tot wij jou buiten de macïn
van dit gorechtshof hebben!
Ontzettend ongeluk op een onbewaakten
overweg.
Amersfoort. Zondagochtend te omstreeks tien
minuten voor elf heeft op den onbewaakten spoor
wegovergang op den Licndenscheweg, onder dc ge
meente Hoogland, even voorbij de splitsing van de
lijnen Amersfoort-Zwolle en Amersfoort-Apeldoorn,
een ontzettend ongeluk plaats gehad, waarbij drie
personen op slag zijn gedood.
Een auto, een z.g. Gooitax, welke op dc rails stond
to wachten om den trein, welke om 10.53 uur uit
Apeldoorn te Amersfoort moet aankomen, tc laten
passeeren, werd gegrepen door trein 159, welke om
10.47 uit Amersfoort naar Apeldoorn vertrekt.
Het wagentje werd ongeveer 150 meter meege
sleurd en gehele vernield, waarbij van de inzitten
den, dc chauffeur en twee kinderen, meisjes van
resp. twee en vijf jaar, direct werden gedood, terwijl
de moeder van de kinderen in hoogst ernstigen toe
stand werd opgenomen. Dc vrouw is naar het zie
kenhuis Lichtenberg te Amersfoort overgebracht.
De ouders van de vrouw, wier vader voorman bij
de spoorwegen is en die vlak bij den overweg woont,
zouden haar met haar man en kinderen op bezoek
ontvangen.
Dc man was uitgestapt om te zien of de weg vrij
was.
De familie, Sijberden gehceten, is woonachtig te
Baarn, waar de man tuinman is. De chauffeur, de
28-jarige Willem Bastiaan Bakker, afkomstig uit
Hilversum, was werkzaam bij de garage van de
Gooitax in Baarn, waar hij omstreeks vijf maanden
in dienst was.
Het ongeluk is toe te schrijven aan een zeer zware
mist, welke het ziekt uiterst bemoeilijkte, zoodat de
machinist van den trein, hoewel hij uit alle macht
remde, het ongeluk niet vermocht te voorkomen!
De toestand van mej. Sijberden-Sprey is levens
gevaarlijk. Zij heeft ernstige inwendige kneuzingen
opgeloopen.
Dc trein heeft door het vreeselijk gebeuren, dat in
de omgeving groote consternatie heeft verwekt, meer
dan een half uur vertraging ondervonden.
De lijken zijn door de politie in beslag genomen
en overgebracht naar het lijkenhuisje tc Hoogland.
Klachten in zake slachting van crisisrund*
vee.
In verband met ingekomen klachten over minder
goede behandeling van het af te slachten rundvee,
aongekocht vanwege de Nedcrlandsche Rundvee-
Centrale, is heden door de afd. Deventer van de Ned.
Vereeniging tot Berscherming van Dieren aan de di
rectie van dc Ned. Rundvee-Centrale een tweetal te
legrammen verzonden, waarin verzocht wordt te wil
len bevorderen dat het af te slachten rundvee een
goede verzorging zal ten deel -vallen.
Vanwege de afdeeling worden alle klachten be
treffende een minder goede behandeling grondig on
derzocht en overweegt men een voortdurende con
trole voor cn tijdens de afslachting van bedoeld vee.
Hoe er met de dieren wordt omgesprongen.
In verband met het bovenstaande laten we hier
onder nog volgen wat een lezer van de N.R.Ct. on
der het opschrift „Schandelijk gedoe" aan dat
blad inzendt.
Het laatste nummer van Dc Vee- en Vleeschhandel
gedateerd 31 October jl., wijdt een hoofdartikel aan
„de Regeeringsbemociing met den rundveestapel",
waarin o.a het volgende voorkomt:
„Verleden week werden ongeveer 9500 runderen
overgenomen, dat is meer dan het dubbele van de
taxatie van 4000 per week. De vlceschwarenfabrieken
kunnen het kwantum niet verwerken zoo gauw. Er
zijn weiden met vee volgedrongen, in afwachting van.
de slachting der dieren, die onderwijl soms hun kal
veren werpen, welke verkleumen en vertrapt wor
den. Het is een wreed proces, dat zich thans bij de
rundvcebeperking onder leiding der Regeering vol
trekt. Bij de overname kunnen hoogdrachtige dieren
geweigerd worden, maar de practijk leert dat ze wel
woeden genomen en het gebeurt, dat ze hun kalf wer-
pen op de reis naar hnn onverdiende en tegenna
tuurlijke bestemming: de slachtplaats der vlcesch
warenfabrieken. En dat gebeurt, terwijl deskundigen
in dc zuivelorganisatie reeds spreken van een cfttide-
iijk aantoonbaar botergebrek.''
Nu behoeft men geen overdreven „dierenvriend" te
zijn, om het bovenstaande ontzettend. God- en
menschonteerend te noemen. Denk u even het lijden
in: drachtig vee, vervoerd in dc bekende, bekrompen
transportgelegcnheden, opgepropt, werpt zijn kalf.
Datzelfde geschiedt*in overvolle weiden, in het weer,
zooals wij dit dc laatste dagen kennen.
Is het teveel gezegd dit God- en menschonteerend
te noemen? Mag een Rcgcenng maatregelen nemen,
die voor dieren zoo n ontzettende ellende veroorza
ken?
Slagers zijn over het algemeen geen hyper-gevoe
lige mensehen, maar van ouds her vergreep slechts
een enkeling zich aan het ongeboren leven. Ik hoop,
dat van Regeeringswege aan dit schandelijk gedoe
spoedig een einde wordt gemaakt.
MOORD OP EEN SHERIFF.
Een gevangene de dader.
bit Winsboro in Noord-Carolina wordt gemeld, dat
een neger, die door den Sheriff Raymond Leaster naar
"e Staatsgevangenis moest worden overgebracht, eriu
daagde den Sheriff te ontwapenen en neer te schieten.
De neger wist te ontvluchten.