Kerkdiefstallen in den Achterhoek.
De ontloffing te Rotterdam.
MACHINE-GEBRUIK IN DE
WIERINGERMEER.
Brieven over
Engeland-
EEN BRUTAAL COMPLOT
ONTMASKERD.
Schoenenfabriek in brand gestoken.
Tweede Kamer.
EEN N00D0FFER
dat moet worden verlengd.
Het gevaarlijke Overschie.
Buitengewoon goede vangst der politie te
Deventer. Ze liepen met kerksleutels in
den zak.
Men meldt uit Doetinchem aan de „Msb":
Met de gisteren vermelde arrestatie te Deventer
van ten H. uit Doetinchem. thans wonende te Deven
ter, zekeren D. J. uit Amsterdam en een vriendin van
ten H„ mej. F. B. uit Assen, heeft de politie een goe
de vangst gedaan. Het is n 1. gebleken, dat dit drietal
bovendien nog verschillende andere diefstallen ge
pleegd heeft o.a. de kerkdiefstallen to Zelhem en Gen-
dringen.
Ten H. had voorts van de kerk te Zeddam de groote
sleutels in zijn zak. Bovendien zijn zij schuldig aan
diefstal van belastingplaatjes en dameshandschoenen
uit het gebouw Irene te Doetinchem.
Op de kamer van de vriendin van ten H. werd
een koffer aangetroffen met ongeveer 100.000 koperen
centen. Na langdurig verhoor heeft ten H. hekend
den diefstal in de kath. kerk te Doetinchem te heb
ben gepleegd met J. J. D. uit Amsterdam, die op ver
zoek van de Doetinchemsche politie door do Amster-
damsche recherche naar Doetinchem is overgebracht.
Verder zijn aangehouden E. en van J. uit Doetin
chem in verband met diefstal met braak in het ge
bouw de boerenleenbank te Brummen.
Beiden hebben ook den offerbussendiefstal in het
gehucht Sierdekker (gemeente Warnsveld) gepleegd.
Zij zijn aan de politie in Brummen overgeleverd.
Verwacht mag worden dat thans de rust en veilig
heid in deze omgeving zal zijn hersteld.
Alle verdachten worden naar het huis van bewa-
ringring te Arnhem overgebracht.
Gewonde chauffeur overleden.
Gisternacht ls de 38-jarige chauffeur A. Nijmans,
gewoond hebbende aan de Immobiliastraat te Rotter
dam, die bij de ontploffing in een wasscherij aan dien
dijk Dinsdagmorgen ernstig werd gewond, in het zie
kenhuis aan den Coolsingcl aan de gevolgen overle
den.
De man laat een vrouw en drie kinderen achter.
Omtrent de oorzaak van de ontploffing wordt nog
gemeld, dat men aanneemt, dat hier van een of an
dere constructiefout sprake moet zijn, omdat op an
dere wijze geen verklaring is te vinden. De ketel is
echter zóó vernield, dat met stelligheid over een der
gelijke fout niets valt te zeggen. Het onderzoek wordt
echter nog voortgezet.
B O E R D E R IJ.
EEN OVERZICHT VAN DE TOT DUSVER
VERKREGEN ERVARINGEN.
Voor de Groningsche My. v. Landbouw heeft ir. F.
Mesu. lid van de directie van den Wierlngermeerpolder,
een rede gehouden over:
Ervaringen, opgedaan bü het gebruik van diverse
machines in den Wierlngermeerpolder.
Spr. betoogde, aldus ontleenen we aan een verslag in
•het „Hsbl.", dat het gebruik van machines in de Wle-
ringermeer wordt bevorderd door verschillende facto
ren: le. de exploitatie is in één hand. zoodat groote
oppervlakten met eenzelfde gewas beteeld kunnen wor
den; 2e. de polder is doorsneden met breede -wegen; 3e
de schitterende rechthoekige verkaveling met kavels
van gewoonlijk 800 x 25 m.
De toppen van eventueel spits toeloopende kavels
worden met houtgewas beplant, omdat de exploitatie
daarvan te bezwaarlijk is en de toekomstige landbou
wer behoefte zal hebben aan geriefhout. Ten slotte om
vat de Wieringermeer de exploitatie van een grootbe
drijf, waardoor het mogelijk is groote en kostbare ma
chines voldoende bedrijfsuren te verschaffen en de kos
ten per 100 Kg. geproduceerd graan kunnen worden ge
bruikt
De factoren die het gebruik van groote machines en
werktuigen belemmeren zijn le. de zachte slikachtigo
grond, waarin de machines en werktuigen meermalen
wegzakken met breuk- en bedrijfsstoornissen als gevolg,
2e. de aanwezigheid van greppels.Daar aan rechtstreek
sohe drainage der slappe gronden voorspoedige ontzil-
ting verschillende bezwaren kleefden, werden de gron
den aanvankelijk in hoofdzaak begreppeld. De greppels
werden op afstand van plm. 10plm. 15 M. gegraven,
van sloot tot sloot, met aan weerszijden een wandak-
ker van 10 M. breedte. Deze greppels zijn een zeer
groot bezwaar voor machinale exploitatie en een bron
van breuk en bedrijfsstoornissen. Daar de lengte der
perceeltjes slechts 250 M. bedraagt, wordt te veel tijd
verloren met draaien; bewerking in lengterichting is
niet mogelijk, zoodat „cross-cultlvatlon" niet kan wor
den toegepast Ofschoon door speciale voorzieningen aan
ploegen getracht wordt de moeilijkheden van de eerste
voor en het afploegen der kanten zooveel mogelijk te
vermijden, kan toch niet voorkomen worden, dat grond
in de greppels komt, met als gevolg onvoldoende func
tioneering en kostbaar onderhoud der greppels. De ex
ploitatie van een groote begreppelde oppervlakte- ver
toont noodgedwongen dan ook meer overeenkomst met
die van een „klein bedrijf" in het groot dan met die
van een werkelijk grootbedrijf.
In de derde plaats beletten maatschappelijke overwe
gingen machinatie tot het uiterste. Bschrijvingen van
overzeesche gebieden, waar de graanfabrieken tot vol
ledige ontwikkeling zijn gekomen, maken een navol
ging daarvan in ons land al is het slechts tijdelijk, al
zeer weinig aanlokkelijk.
Ter bestrijding van de heerechende werkloosheid zijn in
de Wieringermeer bij de exploitatie daarom vaak
werkzaamheden uitgevoerd, dat bij strenge oalculatie
niet loonend zouden blijken of goedkooper met machi
nes hadden kunnen geschieden.
Spr. gaf hierna enkele voorbeelden van belangrijke
besparingen door mechanisatie en waar dit niet het
geval is geweest. Ten eerste besprak de heer Mesu de
greppelmachines.
Er werden twee systemen beproefd, een greppel-
ploeg agregaat van ir. Van D\jk in Den Haag en een
installatie van prof. Visser te Wageningen. Beide sys
temen hebben, nadat de kinderziekten overwonnen
waren, zeer goede resultaten gegeven. Ten slotte .werd
met éen agregaat een capaciteit verkregen als die van
ruim 200 arbeiders.
Ten tweede behandelde spreker de dralneermachines
Er werden vier verschillende systemen beproefd,
waarvan dat van Matthijse te Vaassen tot nu de beste
kansen schijnt te bieden, omdat hierbij de gewone
wijze van drainage wordt nagebootst.
Ten derde werden behandeld de kunstmeststrooiers.
Daarbij gaf spr. eenige cijfers, waaruit blijkt dat ult-
stooien met de hand, dus zonder gebruikmaking van
eenige machine, de goedkoopste methode is, zelfs bij
het voor het landbouwbedrijf hooge uurloon van f 0-40.
Het ongunstigste resultaat van motortractie Is in dit
geval hoofdzakelijk het gevolg van de begreppeling.
waardoor het niet mogelijk is meer dan twee machines
naast elkaar te koppelen en dus de kracht van den
moto? onvoldoende wordt benut,
(Van onzen Engelschcn Brief-schrijver).
11 November 1033.
Bezuinigen!
Het wordt een afgezaagd thema. Het Is het woord,
dat we vreezen te booren. wanneer onze buurman ons
goeden morgen wenscht, en een zekere blik in zijn
oogen ons doet vermoeden, dat hij nog iets meer op
zijn hart heeft, dan dien vriendelijken ochtendgroet-
Het is het woord, dat we vreezen te lezen, wanneer we
onze krant openen. Het is het onderwerp van ons ern
stig en goed bedoeld betoog, wanneer we op waardige
wijze onze echtgenoote trachten te overtuigen van de
noodzakelijkheid hare huishoudelijke uitgaven te vermin
deren. Het ls het onderwerp van haar. wel is waar
goed bedoeld, maar in ons geval natuurlijk totaal over-
bodig, vertoog, wanneer zij ons wil overtuigen van de
noodzakelijkheid onze uitgaven voor tabak en sigaren
te verminderen. Het is het hoofdthema van de troon
rede. De ministers, in hun vaderlijke zorg voor ons.
hun trouwe mede-onderdanen, wijden er op gezette tij
den een hartig woordje aan. Onze gemeentebesturen
kunnen niet rustig gaan slapen, voor ze hun dagtaak
afgerond hebben met een vriendelijke maar desalniet
temin ernstige vermaning aan ons, gemeentenaren, om
toch vooral te bezuinigen. En wij zitten peinzend neer
op onzen, voor zwaar denken méést geschikten, zetel,
en snijden, zuiver in gedachten, het puntje van een si
gaar af. Ruw worden we in onze reeds beginnende
overpeinzingen gestoord door de zachte vraag: „Je
hoeveelste ls dat nu vandaag? Ik dachtW« leg
gen de sigaar neer, een oogenblikje en 'eggen op onze
vriendelijkste manier uit, dat we de sigaar noodig
hebben om te denken. Dat ons denken eigenlijk wer
ken ls voor ons gezin, want we staan op het punt onze
gedachten te wijden aan het in evenwicht brengen van
het huishoudelijk budget Zooiets maakt indruk, of
tenminste, het hoorde indruk te maken. We willen nog
«eggen dat het beter ls, wanneer we niet gestoord
worden, en wenschen juist In overweging te geven de
schuifdeuren te sluiten, wanneer onze echtgenoote op
helaas veel te luchthartigen toon voor zulk een ernsti
ge aanpeleger.held opmerkt: „Wacht even, dan kom ik
je helpen." En ze gaat zitten in den gemakkelijken
leunstoel tegenover je, een zetel, die voor denker, ten
eerenmale ongeschikt ls. en steekt, met een peinzende
glans in haar oogen. haar hand uit naar een doosle
met bonbons. Heel goedkoope, maar bonbons. Wij
schudden afkeurend het hoofd. Die handbeweging doet
ons leed. Terwijl zacht verdriet uit onze oogen straalt,
raken wij weer geheel in gedachten verzonker\ Wij we
ten zelf niet hoe die lucifer komt te branden en met
verbazing constateeren we na eenige ooger-blikken dat
blauwe rookkringetjes omhoog dwarrelen. We hebben
er spilt van, maar het ls nu te laat. De bonbon is ver-
dwenen en een van zijn makkers heeft reeds zijn lot
gedeeld. Wij der-ken!
Bezuinigen! Waarop?
Onze oudste zoon heeft tot nu toe de bezuiniging
met bewonderenswaardige gelatenheid gedragen.
Trouw heeft hij zijn aandeel bijgedragen, door met ge
paste meewarigheid te kijken, wanneer wjj met hem
over den ernst der tijden spraken Maar hedenmiddag
heeft hij voor de eerste maal actief meegedaan aan de
conversatie. Dat was, toen wy betoogden, dat het
noodzakelijk zou zijn zijn abonnement bü de roelver-
eenlging op te zeggen. Zijn oordeel was zeer beslist,
maar lag, tot onze verbazing, niet geheel in de rlch-
tig van bezuiniging. De Jongen leest beslist niet ge
noeg kranten.
Maar waarop te bezuinigen?
Onze jongste zoon vindt, dat we gerust kunnen op
houden melk te drinken, er^ onze oudste ziet minstens
een kwartje besparing per week In afschaffing van
ZICH VERVOLGENS AAN VALSCHHEID IN GE
SCHRIFTE, BEDRIEGELIJKE BANKBREUK,
MEINEED EN OPLICHTING SCHULDIG
GEMAAKT. SCHOENFABRIKANT,
ZIJN ZOON EN EEN ZAAK
WAARNEMER GEAR
RESTEERD.
In den nacht van 7 Juni j.1. brandde de schoenfabriek
van de firma S. te Kaatsheuvel tot den grond af. Hoe
wel een oogenblik aan misdrijf werd gedacht, viel dit
niet te bewijzen en de twee firmanten, de 51-jarige J.
M. S. en zijn 19-jarige zoon F. G. S. gingen dan ook vrij
uit. Kort na den brand werden zij in staat van faillis
sement verklaard en vestigden zij zich te Rotterdam.
De recherche aldaar ls er dezer dagen achter geko
men dat zij hun fabriek in brand hebben gestoken en
zich voorts aan tal van andere misdrijven, namelijk
valschheid in geschrifte, bedriegelijke bankbreuk, mein
eed en poging tot oplichting hebben schuldig gemaakt
Vader en zoon zijn gearresteerd en hebben een vol
ledige bekentenis afgelegd. Tevens Is een zaakwaarne
mer, zekere B. M., aangehouden, die verdacht wordt
medeplichtig aan al de bovengenoemde misdrijven te
zijn.
Het drietal zal heden ter beschikking van de Bos-
sche justitie worden gesteld.
Uit het verhaal van de verdachten bleek het volgende:
Reeds geruimen tijd was de schoenfabriek zeer slecht
gegaan en herhaaldelijk werden vader en zoon lastig
gevallen door een groot aantal schuldeisehers. Teneinde
raad hebben zij den zaakwaarnemer B. M. om advies
gevraagd en al pratende is het denkbeeld ontstaan, om
de fabriek in brand te steken.
Men is toen begonnen successievelijk de voornaam
ste goederen uit de fabriek weg te halen en naar Rot
terdam te vervoeren. Zoogenaamd zou B. M. de kooper
zijn. In werkelijkheid zou hü trachten de goederen voor
hen te verkoopen. Het is met het ten uitvoer brengen
van die opdracht nog al geheimzinnig te werk gegaan,
en juist dit heeft de opmerkzaamheid van de Rotter-
damsche politie getrokken!
Toen de goederen, die de meeste waarden hadden en
het grootste gedeelte van de administratie in veillgheii
waren, besloot men de fabriek in brand te steken, op
een dag, waarop de oude S afwezig zou zijn. Er was n.1.
al eens brand In de fabriek geweest en om alle achter
docht te vermijden, oordeelde men het veiliger, dat de
oude S. er dien nacht niet zou zijn.
En zoo vertrok op den 27sten Juni de schoenenfabri
kant S. naar Rotterdam, terwijl de zaakwaarnemer van
Rotterdam naar Kaatsheuvel reisde. B. M. maakte dien
dag, tijdens het schaftuur een rondgang door de fabriek
teneinde te overleggen, op welke wijze de fabriek op de
meest afdoende wijze in brand te krijgen zou zijn en
de keus viel op een zolder, waar een groote party lin
nen zolen lag opgeslagen. Deze zolen zUn sterk gelijmd
en kunnen daardoor makkeiyk branden. B. M. keerd9
daaina naar Rotterdam terug en des nachts om één
uur ls de zoon naar de fabriek gegaan. Een kwartier la
ter stond het heele complex in lichte laaie.
Merkwaardigerwijze heeft dien nacht de Rotterdam-
sche politie, op verzoek van haar collega's te Kaats
heuvel, den schoenenfabrikant S in zijn hotel opge-
havermout aan het ontbijt. Maar ik moet tot mijn spijt
opmerker., dat dit niets is, dan het meest ruwe ego
ïsme. Ze houden nu eenmaal niet van melk en haver
mout. Nee, ik zou willen voorstellen geen soep meer
te gebruiken aan het middagmaal. Het ls waar, dat ik
geen liefhebber ben van soep, maar dat staat natuur-
lijk geheel bulten de aangelegenheid. Egoisme ls iets,
dat aan myn karakter geheel vreemd is. Hoe vaak
heb ik dat al niet verteld!
Het ls vreemd, maar we worden het over dat bezui
nigen niet eens, geloof ik. En toch is het zoo een
voudig. Soep, bonbons, japonnen, roei abonnement, speel
goed. Drie van de vier fietsen konden we afschaffen.
Abonnementen op modebladen, kindertijdschriften, voet
balschoenen, tennisrackets. Och. het huishouden zou op
zulk een eenvoudigen leest geschoeid kunnen worden.
Wanneer mijn raad maar werd opgevolgd, en we al
leen namen, wat noodzakelijk is.
Dat is het brandpunt van de zaak. Het noodzakelijke
moet gekocht worden, en de rest onverbiddellyk over
boord geworpen.
Als nu de anderen maar Inzagen,, dat ik als hoofd
des gezins, natuurlijk weet, wat noodzakelijk ia Dat
myn oordeel daarin onfeilbaar is. Om te beginnen met
sigaren.
Maar laat ik van een pynlijk onderwerp afstappen.
Eenige maanden geleden, het was in Maart, vroeg het
Londensche blad „Observer" aan zijn trouwe lezers, wal
zy de zes meest noodzakeiyke dingen in het leven von
den. Ik heb de antwoorden over deze actueele vraag
toen ter tijd met de grootst mogeiyke belangstelling ge
lezen. Ook al zijn we overtuigd, dat we den julsten
weg bewandelen, willen we toch wel eens zien, welk pad
onze medemenschen inslaan. Het schenkt voldoening,
al stemt het vaak tot medeiyden.
Ik zal U de lyst geven van de vgf dingen, die de En-
gelschman het meest onmiöbaar vindt voor zijn be
staan. By de keuze van nummer zes staakten de stem
men. De ..big flve" zyn:
L tabak.
2. krant
3. bioscoop.
4. auto,
5. radio.
En dan staakten de stemmen tusschen cosmetiek
(daarby inbegrepen lipstick, rouge, en al de overlgo
poespas) en vacantie. Stemmen, maar niet genoeg om
by de eerste 6 gerekend te kunnen worden, werden ook
uitgebracht op den bybel, boeken, sport, telefoon, dan
sen. lekkers, wedden en een naaimachine. En een heol
interessant antwoord was het volgende:
L Een tuin, voor bloemen en groenten, waar men
tydelyk zijn ongelukkig lot kan vergeten, en waar men
lichaamsoefeningen kan vereenigen met nuttige ont
spanning. terwyi men den grond bewerkt en op goed
koope wijze voedsel en bloemen voortbrengt voor zyn
gezin of voor den verkoop.
2. Tabak. Vaker nog belangrijker dam voedsel voor
een werkelooze, zooals ik ben. Vaak koop lk geen voed
sel. om tabak te kunnen bekostigen.
3. Lectuur. Goede boeken en kranten, die ontspanning
geven en oefening voor den geest
4. Radio of gramophoon, om naar muziek te kunnen
luisteren en den duivel van neersl&ohtlgheid te verban
nen, die altijd klaar staat zloh meester te maken van
den werklooze. Zonder radio of gramophoon ls ieder
mensch heden ten dage. maar voornameiyk de werk
looze, slechts half in leven.
5. Een fiets, of een ander middel van transport, om
af en toe aan de stad te ontsnappen, en naar buiten
te gaan of naar de zee, voor de geesteiyke verfrissching
die contact met de natuur brengt en voor de lichaams
oefening, die zoo noodzakeiyk ls om gezond te blijven en
geschikt voor den arbeid wanneer die komt
Af en toe een bezoek aan bioscoop of schouwburg
wanneer de bovenstaande noodzakeiykheden nog niet
voldoende zyn om ons aan het leven en de werkeiykheid
te onttrekken.
Laten we ons verheugen, dat de Inzender van het bo
venstaande een prys behaalde voor zyn ontboezeming.
En nu, stop! Ik moet nog na gaan denken over bezui
nigen.
spoord, teneinde hem op tactische wijze in kennis te
stellen met het feit, dat dien acht zyn fabriek volledig
in de asch was gelegd. Men kan zich begrijpen, hoezeer
deze S. toen ls geschrokken-
Biykbaar vertrouwde de politie te Kaatsheuvel het
zaakje al dadeiyk niet ten volle, want den volgenden
morgen reeds belde zy weer de Rotterdamsche politie
op, om te informeeren, of het Inderdaad Juist was,
dat S. te dezer stede vertoefde.
S. is dien dag niet naar Kaatsheuvel teruggekeerd,
maar hy ls naar B. M. gegaan, om hem te vertellen,
dat hij er nog lang niet was, want, zoodra hy de assu
rantiepenningen zou hebben ontvangen, dan zouden de
schuldeisehers wel van alle kanten op hem af komen
en als hy allen betaalde, zou de opbrengst van de»
verkoop van het achtergehouden leer er zeker ook nog
aan gaan.
De zaakwaanemer wist raad. Op diens advies had
de zoon reeds op den avond vóór den brand een adml-
nistratieboek In het kantoor klaar gelegd, om uit den
brand te kunnen „redden". De zoon heeft dit inder
daad gedaan. De rest van de administratie heette ver
brand te zyn, maar lag in werkeiykheid in het pakhuis
in de Mauritsstraat te Rotterdam.
B. M. en de oude S. hebben vervolgens een schuld
bekentenis opgemaakt, ten name van een Engelschman
Deze schuldbekentenis was f 5000 groot Zij wend ge
antedateerd en gecedeerd aan B. M. Hiervan is een
acte van cessie opgemaakt, welke acte by de assuran-
tiemaatschappy werd gedeponeerd.
Al deze manipulaties hebben echter niet kunen ver
hinderen, dat de firma kort daarna toch failliet werd
verklaard.
Curatrice In het faillissement wend mr- E. Lion. Aan
haar werd het uit den brand „geredde" boek ter hand
gesteld, maar inmiddels had men ln dit boek een post
gemaakt om de schuldbekentenis te kunnen staven.
Voor den rechter-commissaris in het faillissement heb
ben vader en zoon onder eede verklaard, dat de schuld
werkeiyk bestond.
Toen de politie de rest van de administratie vond,
heeft zy deze al dadelyk doorgezondennaar de curatrice
en toen bleek, dat in deze bescheiden in het geheel
niets over de schuld te vinden was. Toen de beide ver
dachten hiernaar nog eens werden gevraagd, erkenden
zy, dat de post gefingeerd was en dat zy voor den
rechter-commissaris een meineed hadden afgelegd.
Gistermorgen ls de Rotterdamsche politie erin ge
slaagd den zaakwaarnemer B- M. te dier stede op te
sporen. Hy is eveneens aagehouden.
Hoe de politie op het spoor kwam.
De politie is op het spoor van deze zaak gekomen,
toen te Rotterdam een groote party leer op verdachte
wijze werd aangeboden. Dit leer de party was 4000
vierkante voet groot lag opgeslagen op een zolder
van een schrynwerker ln de Oleanderstraat. Deze zeide
de party in bewaring te hebben gekregen van bovenbe
doelden zaakwaarnemer, die voortdurend van woon
plaats wisselt.
Verder onderzoek wees uit, dat het leer was afge
haald uit een pakhuis aan de Mauritsstraat en Zater
dagmorgen werd ln dit pakhuiseen inval gedaan. Men
vond daar in de eerste plaats een groot aantal doozen
met schoen-fournlturen, leer en een groot gedeelte van
de boekhouding van de schoenenfabriek te Kaatsheu
vel. In het pakhuis stond een kapstok en daarbü vond
de politie een actentasch, welke de volledige co#respon-
dentie bleek te bevatten tusschen den zaakwaarnemer
den directeur van de bedoelde fabriek en diens zoon.
Deze correspondentie werd den mannen noodlottig.
Uitdrukkingen als „kom als het donker is" en „ons leed
ls niet te overzien als de zaak uitkomt" gaven maar al
te zeer aanleiding tot bedenkeiyke vermoedens. En
bij verdere lezing bleek dan ook. dat de drie mannen
den brand in de fabriek zorgvuldig hadden voorbereid,
om de assurantlepenningen te bemachtigen.
Het slot der algemeene beschouwingen.
De Kamer is met de algemeene beschouwingen
over de Staatsbegrooting ten einde gekomen.
Het was de heer Fleskens (r.k.) die betoogde dat
de continueering der 20 suikeropcenten niet is over
een te brengen met de politieke trouw Dc kinderaf
trek is ver beneden het redeiyke gebleven en hier
mee is de Roomsch-Katholieke Kamerfractie niet te
vreden. De welwillendheid tegenover dit kabinet
heeft zijn grenzen. Het oogenblik is denkbaar waar
op de R.K. fractie den minister van finantiën niet
langer zon kucaen steunen. Spr. boopi intusschen
nog op een bevredigende oplossing.
Eindelijk kwam at minister-president Coltjn weer
aan het woord en voelde geen behoefte aan een uit
voerig antwoord. Spr. zoowei ais de regoering meent
dat grondwetswijziging niet nood'g is. Grondwet en
wet geven nog voldoende ruimte om zich aan to pas
sen aan de veranderde omstandigheden. De minister
erkent dat men de Nat. öoc. en fascistische beweging
in ons land niet cn bagatel mag behandelen, nen
uadere overweging tegenover de N.S.Ü. wijst de mi
nister niet ai. Andere fascistische voreenigingen
nadden zich wei schuldig gemaakt aan de overire-
dng van de objectieve normen der regcering; daar
om zijn deze in tegenstelling tol de N>.B. thans
eeds voor ambtenaren verboden.
'legen de 6.D.A.K wordt geenszins eenzijdig op
getreden. De S.Ü.A.P, keumerat zicb door een groote
tweeslachtigheid: ook de rede van den heer Albar-
ua van gisteren was er niet vrij van
De reae des neereu Alharda was weer een mengsel
van reformisme en revolutie, üe deur bijjft eenter
voor de S.D.A P. open en de kozijnnoogie is voor
de S.Ü.A.P niet lager don voor andeie partijen.
In 1922 en ly&j is eea Kinderfonds finantieel niet
mogelijh genieken. Hoe zou net dan nu kunnen? Het
ingrijpen in civieirechlernjae verhoudingen is ge-
\uarujk en dit zou verlaging van hypotheekrente
toch zijn. Dén ding wilde de minister belooven, til.
bij de ïege.ing van het executie-recht nagaan of de
rechter ue bevoegdheid is te geven onredelijk hooge
renten te verminderen in bej>aalde gevallen.
De bezuiuiging ten opzicüte van cumulatie kan
niet groot zyn. Spr erkent de billijkheid er daar
om komt er ook een outwerp-wet.
De vergelijking die de ueer Bierema had gemaakt
tusschen Engeland en Nederland gaat niet op. En
geland toch exporteert in hoofdzaak naar landen, nl.
^ngelsche bezittingen enz, die hun valuta hebben
losgelaten. Nederland doei het in hoofdzaak naar
België, Frankrijk, Duitschiand en Engeland, waarbij
drie goudlanden.
Afschaffing van de sociale verzekering en van de
crisismaatregelen, zooals de heer Kersten aanprees,
wil de minister niet.
Tot slot gaf de minister-president de verzekering
dat het kabinet alle krachten zal Inspannen om ons
volk door de crisis heen te helpen
o
Minister Oud voegde nog enkele finantieelo opmer
kingen aan bet gesprokene toe en b-critiseerde
^cherp de opvattingen des heeren Albarda over het
crisi6fonds. Een heffing ineens is thans een nationale
ramp. Korting van heter gesitueerde gemeenten ten
•>ate der noodlijdenden zou te veel onzekeneid schep
pen.
Wat de opcentenheffing betreft is de heer Fleskens
inderdaad volkomen vrij, evenals alle Kameneden
want zij zijn voor 1 jaar geheven. Wat het suiker-
tarief betreft, acht de minister het zeer onpractisch
om dit met 30 te verhoogen aan den vooravond
van een tariefsherziening. Hij gelooft wel dat deze
zaak is op te lossen, zonder dat de heer Fleskens een
verlenging van de 20 opcenten me< 5 jaar zal moe
ten accepteeren. De kinderaftrek zal ter gelegener
tijd onder de oogeo worden gezien.
En hiermee waren de algemeene beschouwingen
ten einde en werden de verschillende hoofdstukken
oehandeld.
o
De Kamer heeft haar beschouwingen over de bo-
grooting van Defensie voortgezet
D« opcenten op de gemeentefondsbelastingen en
de vermogensbelasting.
De Commissie van Voorbereiding, in wier handen
het wetsontwerp tot heffing van opcenten op de ge
meentefondsbelasting en de vermogensbelasting over
het belastingjaar 19341935 werd gesteld, heeft aan
den Minister van Financiën een verslag doen toeko
men, houdende de opmerkingen waartoe het afdee-
lingsonderzoek haar aanleiding had gegeven. De Mi
nister beantwoordde dat verslag schriftelijk.
Aan den inhoud der gewisselde stukken, waarvan
aan de Kamer mededeeling wordt gedaan, ontleent
het „Hdbld." het volgende:
Verscheidene leden konden niet nalaten te doen
blijken van hun teleurstelling over het feit, dat deze
opcentenheffing, welke verleden jaar als een soort
noodoffer werd voorgesteld, dat slechts één keer zou
worden geëischt, thans moet worden verlengd. Deze
heffing toch beduidt een groote verzwaring van den
belastingdruk. Vooral heeft zij een niet onbedenkelijk
karakter, voor zoover zij de vermogensbelasting be
treft. Immers, die belasting moet toch reeds bij ge
breke van elk rendement van vele vermogensbestand-
deelen, veelal uit kaptaal worden betaald. Deze hef
fing verergert dat nog.
In zijn antwoord betreurde ook de Minister, dat de
omstandigheden het noodzakelijk maken deze opcen
tenheffing te verlengen. Het zeer belangrijke tekort in
het Gemeentefonds, welk tekort door die heffing nog
allerminst geheel wordt opgeheven, is daarvan de
oorzaak. Daarnaast maakt de zeer aanzienlijke ver
sterking der verbruiksbelastingen men denke hier
vooral aan de omzetbelasting, waarvan een opbrengst
van niet minder dan 85 millioen wordt verwacht
het uit een oogpunt eener rechtvaardige verdeeling
van den belastingdruk hoogst gewenscht, dat van het
inkomen en het vermogen een zwaardere bijdrage
blijft gevraagd dan volgens de tot op 1 Mei 1933 be
staande tarieven het geval is geweest.
Hoezeer overtuigd, dat aan deze heffing een einde
zal moeten worden gemaakt zoodra dit eenigszins mo
gelijk is, meent de Minister er derhalve op te moeten
wijzen, dat een algeheele afschaffing van die heffing,
zonder dat op het stuk van de verbruiksbelastingen
eenige verlichting wordt aangebracht, niet met de
billijkheid in overeenstemming zou zijn.
Vragen van Let Kamerlid Duljs.
Het tweede Kamerlid Duijs heeft den minister van
waterstaat de volgende vragen gesteld:
Is de minister bekend met het onrustbarend aan
tal auto-ongevallen, dat plaats vindt op den nieuw
aangelegden verkeersweg tusschen Rotterdam en
Delft, speciaal in de buurt van Overschie?
Is de minister op de hoogte van het feit, dat. vol
gens vele deskundigen, deze ongevallen voor een
groot deel mede moeten worden geweten aan onvol
doende verlichting? Zoo ja, is de minister bereid ten
spoedigste een onderzoek naar een en ander in te
stellen en de maatregelen ter verbetering te nemen
die noodig zullen blijken, desnoods na overleg met de
leiding der Kon. Ned. Automobiel Club?.