Het noodlot van
Herman Sloomduik.
Uit grootmoeders tijd?
De Avontuurlijke Lotgevallen van Miep Muizenschrik en Bul Krakebeen
Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 18 November 1933. No. 9384.
ZATKRDAr.AVONnSI 'HF.TS
Vrij bewerkt naai- het Engelsch,
door SIROLF.
.(Nadruk verboden
Alle rechten voorbehouden).
ZOODIRA ik dien avond het kleine
restaurant binnenkwam, waar ik
gewoon ben mijn eenvoudige
avondmaaltijd in te nemen, zag ik dat er
iets niet in orde was met Mibetje. de eeu
wig jeugdige jongedame, die mij altijd be
diende. Er was iets bijzonders aan haar.
Ze had namelijk een schoon schort voor
en ik kon duidelijk sporen ontdekken van
schoencrême op den rand van mijn soep
bord. Waaruit dus overtuigend bleek, dat
Mibetje dien dag, al leek het ook nog
zoo onwaarschijnlijk, haar schoenen ge
poetst had.
Ze zat als gewoonlijk bij de toonbank
van het kleine buffetje achter in de eet
zaal en begroef af en toe haar gelaat in
de groote steenen kroes. Van vroegere
gelegenheden wis ik. dat dit een beproefd
middel was om haar verdriet te verdrin
ken. Mibetje placht dan te zeggen, dat ze
een slokje water dronk voor haar droge
keel. Doch ik heb nog nooit in mijn leven
van water gehoord, dat schuimt. Doch ter
zake.
Wel Mibetje, zei ik, wat scheelt
er aan?
Ach, meneer, zuchtte ze, en staarde
naar de groote steenen kroes, ik heb
een ellendige dag gehad vandaag. Ik ben
naar Haarlem geweest die arme Her
man SloomduikHet was zoo'n aardige
vent! U kent hem toch wel?
Ik dacht een oogenblik na. Ik meen
wel eens meer gehoord te hebben van de
verloofde van Mibetje. Zoolang ik mij kon
herinneren en dat was minstens twintig
jaar, was Mibetje verloofd geweest met 'n
geheimzinige persoonlijkheid, die Herman
Sloomduik heette en die er klaarblijkelijk
In al die twintig jaar nog steeds niet toe
had kunnen besluiten Mibetje in den hu-
welijkschen staat te verheffen.
Een beste vent, mompelde Mibetje en
wreef met de punt van haar witte schort
over haar oogen. Een man met een
groot hart! Maar het noodlot zat hem
altijd op de hielen. Hij kon maar geen
vast werk krijgen en nuMibetje snik
te. Ik zweeg uit eerbied voor haar smart
over het klaarblijkelijk verscheiden van
den ridder van haar hart, waarna ze
voortging: Verleden jaar kreeg hij een
aardig baantje. En niet zwaar ook. Maar
hij kon het er toch niet uithouden! Hij
werd gewoonweg een zenuwwrak en daar
om gaf hij het na een week op. Geen
kw-aad baantje was het anders. Hij was
een soort van deurwaarder, ziet U! Dat
wil zeggen, een gerechtelijke bewaarder.
Had niets te doen dan ergens te zitten en
te kijken, dat er niemand met iets van
door ging. als er ergens beslag was ge
legd. Maar toch was het te veel voor hem.
Ja, de eerste zaak waar hij heenging was
een comestibleswinkel en dat was goeie!
Er was genoeg te eten en een halve kel
der vol met bier. Ja. dat was in orde! Maa*
bij de tweede zaak had het noodlot hem
al te pakkeq. Het bracht den armer, kerel
heelemaal van streek. Dat was een circus,
moet U weten. Een soort van menagerie,
en een paardenspel. Ergens hier in de
buurt. De eigenaar ging failliet en laten
ze nu mijn arme Herman Sloomduik daar
in dat circus zetten om op den boel te
passen! Daar moest hij naar luipaarden
kijken en wilde leeuwen en verscheurende
panters en een kooi met bavianen en al
dat gedierte zat me te schreeuwen en te
brullen van jewelste. En bij al dat helsche
rumoer moest die arme Herman probee-
ren zijn krant te lezen. En niet alleen wa
ren daar de leeuwen, die brulden en de
apen die eikaars staarten probeerden uit
te trekken, maar bovendien was daar nog
de dikste vrouw ter wereld, die zich de
oogen uit haar hoofd huilde, omdat de
zaak failliet was gegaan en ze eiken dag
in gewicht afnam, waardoor haar brood
winning gewoonweg naar de maan ging-
Nou die arme Herman kreeg natuurlijk
geen oogenblik behoorlijke nachtrust!
Mibetje dook in haar verdachte steenen
kroes onder, bleef een heelen tijd onder en
kwam dan weer aan de oppervlakte om te
vervolgen: Ja, die arme stumper van
een Herman, van alles heeft hij geprobeèrd
Maar hij had nu nooit eens geluk. Hij was
een beetje verstrooid, ziet U! Een droo-
mer en dat deed het hem! Daarna kreeg
hij een baantje bij een timmerman en
metselaar. Maar dat duurde maar twee
dagen en toen moest hij het baantje er al
weer bij neer leggen. Ze waren bezig een
dak te repareeren, ergens drie hoog. De
baas en hij. En terwijl 7e daar zoo boven
op het dak zijn, hoort die arme Herman
ergens eer. fluit gaan. Ha, dacht hij, het
is zeker tijd om af te knocken. Hij gaat
dus de ladder af naar beneden, neemt de
ladder op zijn schouder en gaat terug
naar de werkplaats. Hij had zijn baas
glad vergeten! En doordat het een Zater
dag was. moest zijn baas den heeler. mid
dag bijna tot het donker werd toe, op dat
dak blijven. Hij ging te keer als een
krankzinnige en schreeuwde den heelen
middag naar beneden, naar de voorbij
gangers, die dachten, dat hij een pretje
maakte. Eindelijk is de brandweer geko
men om hem naar beneden te halen. Ja.
en wat het ergste was, die arme Herman
heeft nooit zijn geld gekregen van dien
baas. Hij durfde er niet goed weer heen
gaan. omdat hij bang was, dat de baas
misschien een beetje kwaad zou zijn en de
hamer op zijn hoofd zou laten vallen.
Ja. zoo was die brave kerel nu altijd.
Trad nooit op den voorgrond, hij had een
hart van goud en dat werd ook weer zijn
ongeluk bij zijn vorig baantje. Hij kwam
teen aan de film Hjj moest op het trot
toir heer. en weer loopen en strooibilletten
uitreiken en aldoor maar schreeuwen:
„Voor de kwartjesplaatsen dezen kant
uit!" Maar zijn baas was een echte ge-
meene kerel! Terwijl Herman eer. hart
van goud had. Op een avond liet hy zijn
zuster naar binnen gaan met haar kinde
ren. Op goed vertrouwen, begrijpt U wel,
zonder kaartje! Ik geloof, dat ze m«t
zijn vijven waren, maar het kan ook we
zen, dat er een paar buurmeisjes bij wa
ren en dan waren ze allicht met zijn
twaalven. Maar hy, met zijn goede hart,
schoof ze allemaal naar binnen, op de
achterste rij. Hij was zoo goed, die Her
man en dol op kinderen! O jé, ja! Maar
Men zou het inderdaad willen ge-
looven, dat het bovenstaand plaatje
dateerde uit grootmoeders tijd.
Toch is dit geenszins het geval. Het
is nl. de nieuwste mode-creatie uit
tule met garneering van veeren.
toen de baas van zijn goede hart hoorde,
kreeg hij gedaan en hij moest de plaatsen
van zijn loon betalen. Toen het Vrijdag
avond was. was hij aan de bioscoop nog
f 3.75 schuldig.
Het is heel treurig, Mibetje, wierp ik
er tusschen, om ook iets te zeggen, en
waar heb je hem nu begraven?
Begraven? vroeg Mibetje, Wie is
er begraven?
Nou, Herman Sloomduik natuurlijk, je
verloofde. Je bent immers in het zwart?
O. maar Heman Sloomduik Is niet
begraven. Hij is alleen maar ergens opge
borgen. Vanwege zijn vergeetachtigheid!
En daarom heb ik vanmiddag mijn beste
kleefen aangetrokken en ber. naar Haar
lem geweest om te kijken, hoe hij het
maakte, want hij heeft het nogal eenzaam,
ziet U!"
De kwestie is, dat zjfli laatste baan
tje bij een glazenwasscher was. Toen hy
een halve week by die firma was geweest
vergat hij om de kar met ladders terug te
brengen. Hij had het eenvoudig schoon
vergeten. Hij dacht eenvoudig, dat die
kar en die ladders en die emmer van hem
zelf waren en daarom ging hij natuur
lijk heen en verkocht ze voor eer. paar
tientjes. Nou en toen gaven ze hem drie
maanden!"
Wetenswaardigheden
Is het U bekend:
dat asperges de oudste planten zijn.
waarvan bekend is, dat ze voor voedsel
werden gebruikt?
dat er geen enkel insect is, zóó klein,
dat het niet met het bloote oog kan wor
den waargenomen?
dat er in Alaska visschen worden ge
vonden, die in gedroogden toestand uit
stekende kaarsen vormen?
d at alleen de vrouwelijke mug ons steekt,
terwijl het mannetje zich nooit aan men-
scher.vleesch bezondigt?
dat een muis eiken dag een derde deel
van zijn eigen gewicht aan voedsel opeet
dat, als een muis van 500 Meter hoogte
zou vallen, zij alleen met een plof neer
zou komen .zich even schudden en dan
wegloopen?
d at een rat bij zoo'n val zijn beenderen
zou breken, terwijl er van een mensch
of een paard by een dergelyk geval
slechts een vormelooze massa zou over-
blijven?
dat de buitenlandsche aangelegenheden
van IJsland behandeld worden door de
Deensche regeering, terwijl de binnenland-
sche zaken door de eigen IJslandsche re
geering worden behandeld?
Bij de opgravingen van het oude Zisterzie-
nerklooster te Blackburne Lanes in Enge
land stieten de arbeiders op de gewelven
van een oud Kapittelhuis, die, zooals na-
vprschingen aantoonden, stamden uit de
14de eeuw.
Humor.
Wat, ben» je nu toch weer hier?
vraagt de gevangenisdirecteur, ik dacht,
dat je na. je laatste verblijf hier, je leven
gebeterd had
Heb ik ook, meneer de directeur,
maar ik wil nóg beter worden!
Kapper: Uw haren worden erg dun van
boven, meneer. Hebt U dat al gezien?
Mag ik U mijn haarwater aanbieden?
Klant: Neen, dank je Maar, als je wilt,
kun je voor een zacht prijsje mijn haar
borstels overnemen!
DE GEWONE WEKKER.
„Heeft U ook een bijzondere wekker?"
vroeg een dame, ,.Wat ik wilde hebben is
een wekker, waardoor vader wakker wordt
zonder dat de heele familie uit haar slaap
gehaald wordt."
„Zoo'n wekker ken ik niet, Mevrouw!''
antwoordde de winkelier, ,We hebben al
leen maar de gewone soort wekker, die de
heele familie wakker maakt, zonder dat
vader gewekt wordt!"
Abram, als je moeder f30.aan den
huisbaas moet betalen en f 40.aan den
bakker en f 16.aan den melkboer, hoe
veel betaalt ze dan tezamen?
Heelemaal niets, meneer, dan verhui
zen wij!
181. Nog vele avonden hoorde de
koning mooie muziek, maar toen
kwam de tijd, dat Bul en z'n vrien
dinnen de reislust weer in zich op
voelden komen. De Noordpool, hoe
graag zouden ze daar eens heen wil
len gaan. Bul had steeds het verlan
gen, daar nog eens de vlag van
Grootestad te planten.
182. Ze bespraken hun plannen met
den Koning. Deze vond het wel erg
jammer, dat zijn gezellige vric::dcn
weer weggingen, maar hij kon zich
toch wel begrijpen, dat ze naar iets
anders verlangden Het is daar vree-
selijk koud en daarom zal ik jullie
elk een warme jas met kap en een
paar flinke laarzen meegeven.
183. Ze waren er geweldig mee in
hun schik, vcoral Knipstaart, die
voor 't eerst een mooi pakje kreeg-
Ook gaf de koning hen zaad van
alle mooie en nuttige planten uit
tooverland. Dit kan nog wel eens te
pas komen, zei de Koning. Den dag
voordat ze zouden vertrekken, zei
Bul, wat zouden jullie er van den
ken, als we een huisje maakten op
de autoped? Dat vonden ze prachtig
Echt iets voor Bul om daaraan te
denken, zeiden ze.
184. Ieder was bereid m eraan mee
te werken. Er werden planken aan
gedragen. Bul maakte het zelf in el
kaar. Aan den voorkant kwamen
glasruiten, waardoor ze naar buiten
konden zien, achteraan kwam een
uitlaatpijpje. 't Kwam prachtig in
orde. Van binnen was het ook best
ingericht. Toen alles klaar was,
ging Bul vol trots naar den Koning
om te vragen, of hij ook eens kwam
kijken.
185. Alles werd nu ingeladen, want
die goede beste Koning gaf hen heel
wat mondvoorraad mee en flesschen
melk en limonade. Ook kregen ze
nog een stel flinke dekens, voor de
koude. De keukenprinsessen hadden
gezorgd voor een paar tulbanden,
uit dankbaarheid voor de goede eet
lust, die ze aan den dag gelegd
hadden.