Knip-Puzzle.
BRIDGEN.
6
-
Vr-
-
DE KERSTTAFEL.
Hat „Stüle Nacht, Hailige
Nacht".
De wereldbekende filmmaatschappij Metro
Goldwyn Mayer heelt als speciale Kerst-at
tractie een legpnzzle laten maken van de
foto's harer meest beroemde artlsten. Wij
kregen er hiervan de bovenstaande toege
zonden en laten het nn als aardige tijds-
passeering met de Kerstdagen, aan onze le
zers over om deze nit te knippen, aan elkaar
te passen en dan te zergen wie of de „ster"
is. Dit laatste zal niet moeilijk zijn, daar
iedereen de sterren van Metro Goldwyn wel
kent. In ons volgend Zaterdagnummer zul
len we de namen geven.
9
A., 8
Vr.,
Vr.
Ruiten is troef; 5 van de 6 slagen voor O.W.
Er moet begonnen worden raetSS, welke Z. neemt Z. speelt H.H.,
waarina O. aan den slag komt, deze kan nakomen in 3 verschillende
kleuren. H. R. K., waarvan we het verloop zullen nagaan.
N.
O.
S9
1. S8!
2. H4 HJL
3.
Svr.
H.H.
VV.
S6
H5
N.
0.
z.
W.
3. RH!
Kvr.!
R6!
K7
4. H10
H8
S2
H7
5. H9
R8
R10
Sb.
6. H6
Rvr.
RA.
R9
3b.
3c.
N.
0. Z.
W.
N.
0.
Z.
w.
3.
RH.
R8 R6
R9
3.
H10
H8
S2
H7
4.
H10
H8 S2
H7
4.
RH.
R8
R6
R9
5.
H9
Kvr. R10
Sb
5.
H9
Kvr.
R10
Sb.
6.
H6
Rvr. RA.
K7
6.
H6
Rvr.
RA.
K7
Probleem No. 27.
4 Vr., 10, 8, 4
4» Vp-<
z
-
0 w
b. 10, i
5.32
N
4 8, 6, 2
4» b., 10, 9, 7
b.
6, 2
9, 3
N. Komt uit, harten is troef: hoe maken Z.N. 6 van de 7 slagen
tegen iedere verdediging van O.W.
In een land, twaalf
dagreizen hier vandaan,
'I woonde een man. die
7 jjt- Partanos Heette. Vroeger
was hij heel rijk ge-
jfff' weest, maar een aarribe*
ving vernielde zijn lan
derijen, storm verwoest
te zijn vloot en vijande*
lijke soldaten ontroofden hem het laat
ste dat hij nog bezat.
En zoo was hij er eindelijk, toe geko
men om geheel alleen te gaan wonen in
de donkere diepte van een heel oud bosch,
heel alleen met de dieren, de boomen en
de vogeltjes.
Een holle boom was zijn woning en
zijn meubelen had hij zelf gemaakt van
ruw hout.
Maar eens per jaar. als het Kerstmis
werd, dan voelde hij zijn eenzaamheid en
dan snakte hij naar iets, dat hem kon
herinneren aan vroegere, blijde dagen.
En 't scheen dat er iemand was mis
schien was het wel een geheimzinnig too-
venaar die zijn stillen wensch ver
hoorde en in vervulling deed gaan, want
toen voor Partanos het derde Kerstfeest
in het bosch was aangebroken, stond er
's morgens vroeg niet ver van den hollen
boom een zwaarbeladen Kerstboom, met
allerlei lekkernijen er aan. Er waren
pasteitjes bij en roombroodjes en groote
doozen chocolade en onder den boom
stond een pot met een gebraden haas en
daarnaast lag een heele hoop van het
geurigste fruit
Partanos begreep er niets van, maar
lang dacht hij niet over het geval na en
hij besloot maar het heele zaakje op te
eten.
Vóór het donker werd, was de heele
Kerstboom al leeggeplunderd. Den vol
genden ochtend echter was
de boom wéér heelemaal vol
geladen met allerlei lekkers,
maar dezen keer lag er een
briefje.
En op dat briefje was het
volgende geschreven:
„Beste Partanos. lederen
morgen opnieuw zal de boom
lekkernijen voortbrengen. Je
moogt daarvan eten zooveel als je maar
wilt, maar je moet beloven om datgene,
wat je juist het lekkerste vindt, te laten
hangen en dat weg te geven aan een
bedelaar, die voortaan iederen morgen
langs je woning zal komen."
Eerst dacht Partanos, dat het héél ge
makkelijk zou zijn die voorwaarde te ver
vullen, maar op den duur viel het hem
allesbehalve mee om telkens het lekker
ste weg te moeten geven.
En zoo kwam het dat hij op een goeden
dag zoo dom was om ©en beetje te smok
kelen.
In den boom namelijk hing ook een
busje leverpastei, waar hij juist erg veel
trek in had.
„Kom, kom", dacht hij, ,,'t zal zoo'n
vaart niet loopen. Ik vind op 't oogenblik
de leverpastei het allerlekkerste, die neem
ik en ik geef den bedelaar er een dubbele
portie van iets anders voor in de plaats."
Maar nauwelijks had hij 't busje open
gemaakt, of alle andere spijzen aan den
Kerstboom veranderen óók m leverpastei.
En den volgenden dag, toen Partanos
ging kijken, hing de boom wéér heelemaal
vol met leverpastei en -oo ging het iederen
dag opnieuw. De bedelaar echter kwam
nooit meer te voorschijn.
Jullie begrijpt, dat Partanos zijn vroe-
geren misstap betreurde. Jaren achter
elkaar hing de Kerstboom vol met busjes
leverpastei en t' werd zoo erg,
dat de eenzame grijsaard geen
leverpastei meer kon zien.
Eerst na het vijfde Kerst
feest, dat daarop volgde,
scheen hij voldoende voor
zijn daad geboet te hebben,
daar er van dien dag af ver
andering in kwam en er
naast de leverpastein ook
weer aardbeienjam aan
den Kerstboom groeide.
Voor de versiering van de-kersttafel ge
bruikt men bij voorkeu/ dennengroen, dat
bovendien nog opgevroolijkt wordt door
glinsterend engelenhaar, roodwangige ap
peltjes, noten, fondant en chocoladekrans
jes.
Het donkere dennengroen, veelal in bet
midden der tafel tot een krans gevormd,
die met rood .int bijeen gehouden woidt,
doet zoo goed aan tegen het blanke tafel
linnen. Al naar gelang van de lengte der
tafel kunnen meer takken hier en daar
verspreid worden. Bijzonder aardig staat
ook de tot een krans gevormde dennen
takken, die men even boven de tafel laat
zweven en die met roode linten aan de
lamp bevestigd worden. Zilveren draden
worden om het dennengroen gewonden,
waarin zoo mogelijk enkele kaarsenhou
ders met kaarsjes worden geplaatst
Is er geen mogelijkheid, de krans aan
O, heerlijke boom, met je stralende pracht
Je vroolijke kaarsjesgeflonker,
Wat sta je daar rustig, als toonbeeld
van kracht,
Fèl afstekend tegen het donker.
Jij brengt bij de menschen, hoè slecht ze
ook zijn,
Het goede toch altijd naar boven,
Door jou wordt de mensch in een
stemming gebracht,
Van rustig en vredig geloovcn.
O, heerlijke boom, met je kleurige tooi,
Vol prachtige siers'len beladen,
Je takken .met sneeuwige vlokken bedekt,
Omslingerd door zilveren draden
En als dan de Kerstklok te luiden begint:
„Er werd eens een kindje geboren
Dan voelen we het heilige „Vrede op
aard'
Weer sterker dan ooit nog te voren.
GUUS BETLEM Jr.
De kerstliederen-literatuur is zeer om
vangrijk, het aantal kerstliederen loopt in
de duizenden. En toch is er van al deze
kerstliederen één, dat het meeste gezon
gen wordt, dat in schier a te talen is over
gezet. Het is't eenvoudige maar innige en
gevoelvolle „Stille Nacht, Heilige Nacht".
Het lied en de compositie ontstonden in
het jaar 1818. Het werd gedicht door den
pastoor Franz Xaver Gruber en getoonzet
door zijn kapelaan Joseph Mohr. Op Kerst
avond van het jaar 1818 werd het in de
kleine kerk van Oberndorf bij Salzburg
voor de eerste maal gezongen door den
dichter, terwijl de componist hem bege
leidde.
Weinig zullen beiden toen vermoed heb
ben dat hun lied eens de geheele wereld
zou veroveren.
de lamp te bevestigen, dan hecht men aan
de laatste lange einden rood lint, die naar
de vier hoeken van de tafel gaan, hetgeen
mèt de versiering van dennengroen een
aardig geheel geeft.
Kleine aardappelen worden uitgehold
en aan de onderzijde plat afgesneden, zoo
dat ze stevig kunnen staan; hieronder
komt een klein cartonnen rondje, om te
voorkomen dat er vlekken in het tafellin
nen komen. Van rood vloeipapier worden
vierkantjes geknipt van ongeveer 15 c M.;
in het midden wordt het cartonnetje ge
plaatst, hierop de aardappel, waarna het
witte kaarsje in de opening komt en hot
vloei aan den bovenkant van den aard
appel met een rooden draad bijeen wordt
gehouden, zoodat om de kaars vier roode
punten komen, heigeen een heel aardig
effect geeft, vooral als hoven elk bord
zoo'n versiering geplaatst wordt.