Installatie Burgemeester Loggers. Dinsdag 16 Januari 1934. SCHAGER COURANT. Tweede blad. No. 9415 De gemeente in feest-tooL - Bezoek aan de lagere scholen. - Een bij zondere raadszitting. - Drukbe zochte receptie. Het was gisteren voor de gemeente Barsingerhorn al een heel bijzondere en blijde dag. Toen immers werd de nieuw benoemde burgemeester, de heer G. G. Loggers officieel als zoodanig geïnstalleerd. Reeds in de vroegte wapperde van do openbare ge houwen alsook van vele particuliere huizen de Ne- derlandscho driekleur, terwijl aan alles merkbaar was, dat er iets bijzonders aan de hand was. Was er reeds vreugde in de gemeente, toen het be richt af kwam, dat het H. M. de Koningin had be haagd den heer Loggers. Secretaris der gemeente tot hoofd van Rnrsingerhorn te benoemen, dezen dag is wel op ondubbelzinnige wijze bewezen, hoe de benoem de de algemecne sympathie der burgerij had verwor ven. Bezoek aan de lagere scholen. De feestdag werd ingezet met een bezoek van den nieuwbenoemde!) burgemeester aan de lagere scholen tc Barsingerhorn. Kolhorn en Haringbuizen. Het ge meentebestuur vergezelde Burgemeester op dezen tocht door de gemeente. Aan de scholen ontvingen de kinderen het nieuwe gemeentehoofd met eenige toepasselijke liederen, ter wijl de hoofden der scholen uiting gaven aan hunne gevoelens in kernachtige toespraken. De installatie. Reeds ver voor het uur waarop de bijzondere raads zitting zou aanvangen, maakten vele gemeentenaren zich op om hij deze plechtigheid tegenwoordig te zijn. Toen om half drb de zitting werd geopend, was er zeer veel belangstelling ten raadhuize. We merkten o.m. op: oud burgemeester K. Brccbaart en echtge noot e, burgemeester J. Koster uit Winkel, burge meester F. Fluister van Nieuwe Niedorp, burgemeester Haringhuizen van Wieringerwaard en echtgenoote, Burgemeester Mr. D. Breebaart van Callantsoog en echtgenoote, de heer A. de Ridder, secretaris der gem. Winkel, de heer Ilaringhuizen, secretaris der gem. N. Niedorp, Ds. v. een. Dr. Werner. alsmede hoofden van scholen en onderwijzend personeel en echtgenoo- ten van raadsleden. Om half drie naderde onder hoefgotrappel een de putatie van de Landelijke Itijvereeniging Bucephalus uit Barsingerhorn, alle rijders keurig in uniform, het vaandel voorop. Daar achter volgde de auto waarin burgemeester Loggers cn echtgenoote hadden plaats genomen. Aanbieding van bloemen. Voordat de heer en mevrouw Loggers de stoep van het oude, maar vriendelijke raadhuis bestegen, wer den aan mevrouw bloemen overhandigd door Annic en Fietje Kaper, welke bloemen mevrouw met een vriendelijk dankwoord aanvaardde. Door den waarnemenden Secretaris, den heer A. Vader, werden de heer en mevrouw Loggers naar hun zetels geleid en na een oogenbtik wachtens opende de heer Engel, wethouder der gemeente, de vergadering. r- -i - - Rede ven den heer Er.gel. Leden ven don Raad,atfnbtenaroii dor gemeente cu« allen die hier tegenwoordig zijn. ik heet U hartelijk welkom. Toen ik de vorige openbare cergadering van onzen raad, die eveneens een bijzonder karak ter droeg, presideerde, sprak ik daar, omdat de heer Smit, do oudste wethouder, ongesteld was. Hij als oudste wethouder had de plicht gehad dit te doen, maar zijn ongesteldheid maakte dal niet m.'gelijk. Ik heb toen de wensch uitgesproken dat hij spoedig mocht herstellen en zijn taak weer op zich kon ne men. Dit is helaas nog niet het geval, wel is hij her stellende, maar hij is nog niet sterk genoeg om on zen nieuwen burgemeester te installeeren. En zoo rust dan op mij de taak om den heer G. G. Loggers die met ingang van heden tot burgemeester onzer ge meente is benoemd, te installeeren. Hij heeft de be loften afgelegd, aan de wettelijke cischen is voldaan en kan ik tot de installatie overgaan. Ik vind dat echter geen gemakkelijke taak. moeilijker dan bij het afscheid van onzen vorigen burgemeester, ik be doel hiermee niet dat jo maar zegt die gaat weg en dal je er dan af bent, maar alleen uit hot feit dal je bij bet eene hebt een verleden, een ver leden waaraan ik zelf een deel heb meegewerkt cn dan is het niet zoo moeilijk om daaruit het een en ander te inemorecrcn. Als iemand een taak aanvaard, is dat anders, al Is die iemand een persoon die hier al eenige jaren als secretaris is werkzaam geweest, omdat, al is het ambt van secretaris en burgemeester nauw aan el kaar verbonden, dit laatste ambt toch heel anders is. Toch wil ik den lieer Loggers met zijne benoeming als Burgemeester feliciteeren. in de eerste plaats om dat hij iets heeft bereikt wat hij gaarne heeft ge wild, anders had hij niet gesolliciteerd; en ook omdat de meerderheid v. d. Raad het heeft gewild, dus heeft ook die meerderheid haar zin Ik behoor niet tot die meerderheid, ik heb aan deze benoeming niet mee gewerkt. Ik stel er prijs op dit hier te zeggen. De heer Loggers weet, dat dit niet ging om persoon lijke redenen, maar ik had in lijden als thans er be zwaar tegen dat het ambt van Burgemeester en Se cretaris in één persoon werd vereenigd. Als do Burgemeester er nu niet is, is ook üc Secretaris af wezig en als de Secretaris niet present is, is ook de Burgemeester weg. Dat acht ik, vooral met het oog op de moeilijke tijdsomstandigheden niet gewenschL Ook niet uit dit oogpunt, dat nu de werkloosheid zich uitbreidt ook over de kringen der intellectueelen, dat één persoon twee functies vervult. Tevens ook dat twee personen beter leiding kunnen geven dan één. Maar het Is nu alles anders geloopen en ik ben er zeker van dat wij iemand tot burgemeester hebben gekregen die zijn beste krachten aan de gemeente zal geven en wiens werk goed zal slagen. Behalve de schaduwzijde die ik li opnoemde, is er een voordeel, dat wij nu Burgemeester cn Secre taris in één persoon hebben. Als men met den Se cretaris ergens over sprak, was het: ik zal er met den Burgemeester over spreken: Nu heeft i en ze bei den tegelijk. pe meerderheid van den Raad zag in deze benoe ming ook finanlieel voordeel voor de gemeente. Al staat het nog niet vast, dat het nu met hetzelfde per soneel ter secretarie zal kunnen worden gered. Maar hoe het ook zij. ik heb mij tegen dit alles niet willen verzetten, omdat ik ervan overtuigd was dat do heer Loggers in de vervulling van deze beide ambten volkomen zal slagen. Zijn taak is zeer moeilijk, omdat het is een twee ledige taak. Do Burgemeester vertegenwoordigd in de eerste plaats de regeering ei het gezag en daar naast als voorzitter van den Raad, de burgerij- Ln nu bebeurt het vooral in deze tijden dat beider mee rlingen niet steeds dezelfde zij.n niet parallel loopen. De Burgemeester moet veelal togenover de regeering de gevoelens van den Raad verdedigen, dus tegenover het gezag dat hem heeft aangesteld Onze oud-Bur gemeester heeft in deze nooit gefaald en steeds ken baar gemaakt de gevoelens cn opvattingen van den Raad. En vooral r.u met het oog op Buxuoniefesler LOGGERS. werkloozenzorg en werkverschaffing, opheffing school te Ilaringhuizen was het noodig dat er op werd ge wezen, dat de inzichten van djn Raad niet dezelfde waren als die der regeering Maar ik twijfel er niet aan of ook de nieuwe burgemeester zal dat doen. Hij toch is voldoende op de hoogte van die taak cn heeft als secretaris aan dat alles reeds meegewerkt en er vorm aan gegeven en ik twijfel niet of hij zal beide functies in één geheel weten samen te dringen. En al zijn de omstandigheden voor de gemeente vooral met het oog op de finantiën veel moeilijker en zal hij als gemeente ontvanger daarmee niet meer noo dig hebben, als burgemeester-secretaris zal hij zijn beste krachten daaraan wijden. Vroeger was het 't kruiswoordenraadsel dat moeilijk cn lastig oplos baar werd geacht, maar dat is een poulcschillctje bij het sluitend maken van een gemecntebcgrooting. Do uitgaven steeds hoogcr, de ontvangsten steeds min der, het wordt ondoenlijk. Maar hoe moeilijk ook, ben ik er zeker van. dat onze nieuwe burgemeester, als hij werkt met hetzelfde enthousiasme en dezelfde werk kracht als wij die van hem kennen, in die taak zal slagen, en wel in samenwerking met de mcnschcn om hem heen. Ik herinner mij. aldus gaat spr. voort, het gezegde van iemand die zeide Wij tc zijn over den oogst, maar bovenal over den arbeid die daaraan verbonden was, niet bid over hot snijden van do paddi dus. maar blijdschap over de oogst van de paddi, die men zelf had geptpnt. En ate-dan tik deze slechte tijden betere komen, en die zullen komen, omdat de menschelijko geest steeds zegeviert over de materie, dan hoop ik, zoo eindigt spr., dat er voor u burgemeester vreugde zal zijn, niet alleen over de paddi die ge zult kunnen oogsten, maar dat deze vreugde dan zal worden veroorzaakt over het snijden van de paddi. die go zelf hebt geplant. En hiermee verklaar ik U bij overhandiging van den voorzittershamer en het ambtslint, als burgemeester geïnstalleerd. (Applaus.) Rede van den Burgemeester. De nieuwe burgemeester, de heer G. G. Loggers, zei- de daarna het volgende: Mijnheer de Voorzitter, Heeren Leden van den Raad, Op het punt staande de leiding dezer vergade ring over te nemen, past mij een woord van eerbie digen dank aan H.M. de Koningin, wie het behaagd beeft mij te willen benoemen tot Burgemeester der gemeente Barsingerhorn, alsmede aan de Raadslie den der Kroon. t.w. Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken en den heer Commissa ris der Koningin in deze Provincie, die mij voor deze benoeming hebben willen voordragen. Bovendien dank aan allen, die aan mijne sollicita tie, op welke wijze ook, steun verleenden. Het was met blijdschap, dat ik kennis nam van deze onderscheiding. Met blijdschap, omdat ik daar door in de gelegenheid ben gesteld, in meerdere mate dan tot heden het geval was, mijn beste krachten te geven aan het welzijn eener gemeente, welke mij in de 5 jaren, dat wij er woonden, lief geworden is. Der gewoonte getrouw zou ik een uiteenzetting behooren te geven omtrent mijn toekomstplannen; zou ik een soort werkprogram moeten ontvouwen. De onzekerheid, waarin wij echter le en. doen mij daarvan afzien. Het heden is zoo zorgelijk en zoo moeilijk, dat het mij beter voorkomt ons niet over te geven, aan bespiegelingen omtrent hetgeen wij wen- schen, doch ons geheel te concentreeren op het bewa ren van hetgeen wij nog hebbon. Dus kcrnpolitiek en geen perspectiefpolitiek. Wij hebben hierdoor onze taak beperkt. Deson danks blijft ze in de hoogste mate moeilijk. De vraagstukken waarvoor wij ons heden ten dage geplaatst zien. zijn zoo talrijk en de oplossing, aange nomen dat daarvan sprake kan zijn, vergt zoovele offers, dat inspanning van alle krachten geboden is. Daar is in de eerste plaats het helaas ook voor onze gemeente belangrijke vraagstuk der werkloos- beid. Moeilijk omdat eenerzijds voor de dwingende noodzakelijkheid plaatst alles te doen wat in ons vermogen is om, zoowel de materiecle als de geeste lijke nood. waarin de door werkloosheid getroffenen verkeeren, te lenigen, terwijl het anderzijds finan- tieele offers vraagt van een gemeenschap, wier draag kracht op onrustbarende wijze slinkt. Wij denken aan den treurigen toestand waarin zich veehouderij en landbouw, de twee hoofdbronnen van bestaan in deze gemeente, bevinden, alsmede aan den druk waaronder als gevolg van een en ander ook onze middenstand leeft. Laatstgenoemde categorie heeft bovendien nog te kampen met een niets-ontziencle concurrentie van de z.g. groote ondernemingen. Haar s'rijd is misschien wel het zwaartst. Dit alles drukt zijn stempel op den toestand der gemeentefinantiën, en wij vragen ons met bezorgd heid af: „wat brengt ons ae toekomst?" Het behoeft niet gezegd te worden, dat dit somber beeld het enthouisiasme. waarmede ik mijn benoe ming ontving, aanzienlijk tempert. Ik ben er mij vol komen van bewust, dat het mijn verantwoordelijk heid verzwaart. Doch er is ook een lichtzijde, gelegen in de over tuiging, dat ik bij de uitoefening van mijn moeilijk ambt peen beroep behoef te doen op do medewerking van U, leden van den Raad. Van die medewerking voel ik mij gelukkig verzekerd. Doch dat niet alleen, ik acht het een voorrecht en ik prijs mij gelukkig lei ding te mogen geven aan, samen te mogen werken met een raad waarin steeds een geest van weder- zijdsche achting, waardccring cn vertrouwen heerscht cn immer het streven tot uiting komt door ••ensge- zinden arbeid de belangen der gemeente te dienen. Nauwer zal het contact zijn met de heeren Wet houders. Met hen zal ik meer geregeld moeten wer ken. Een schaduw wordt op dezen dig geworpen door de ongesteldheid van den heer Smit, die zich ondanks zijn ziekte toch belastte met de waarneming van het burgemeestersambt Voor deze toewijding vanaf deze plaats mijn hartelijken dank. Het was voor mij een teleurstelling, dat de heer Smit om die reden niet in staat was mij te installeeren. Ik wil de hoop uitspreken, dat een spoedig herstel hem in staat zal stellen zijn arbeid weer te hervatten en dat hij mij op dezelfde trouwe wijze waaroo htj dat mijn voorganger heeft gedaan, steeds met raid en daad zal willen terzijde staan. U, wethouder Engel, dank ik hartelijk voor de wijze waarop U mij zooeven hebt toegesproken. Het moet mij van het hart, dat ik het bejammer dat onze samenwerking, wegens l:w aanstaand vertrek uit de gemeente, van korten duur zal zijn. Uw oordeel, steeds na ernstige overweging en studie gevormd en altijd op principieele basis rusende, zal ik als richt snoer van hetgeen er leeft onder een groot gedeelte der burgerij, slechts noode missen. Het is niet alleen de steun c-n bijstand van Raad en B. en W., welke mij mijn taak zullen verlichten. Een ernstig beroep moet ik eveneens doen op de mede werking van allen, die. in dienst der gemeente zijn de, in het bijzonder en bij uitstek geroepen zijn hun geheele werkkracht te geven aan het welzijn der ge meente. Ook voor hen gelden Vondels woorden; „Indien 'Gemeen U roept, „Bezorght het als Uw eigen!" Indien naar nauwgezette plichtsbetrachting wordt gestreefd, zullen zij steeds op mij kunnen rekenen. Tenslotte mag en wil ik niet nalaten de medewer king in te roepen van do Fers. welke in dit tijdsge wricht een groote verantwoordelijkheid heeft te dra gen. Ik van mijn kant wil gaarne do toezegging doen, dat wij ook iu de toekomst haar taak zooveel moge lijk willen helpen verlichten. En zoo sta ik dan mijne Heeren op hot punt mijn ambt officieel te aanvaarden, en is het moment aan gebroken waarop ik de plaats in niuet nomen welke gedurende bijna 22 jaren door mijn geachten voor ganger don heer Breebaart, die ik tot irnjn genoegen onder de toeschouwers aanwezig zie, werd bekleed. Ik kan mij voorstellen dat hexn heden gemengde ge voclens bekruipen. Onwillekeurig komt bij heru de vraag op: „hoe zal mijn jeugdigen opvolger het ma ken? Ik hoop van harte, mijnheer Breebaart. dat U zich daarover niet al te zeer zult hoeven te beklagen. Uw gemoedelijkheid. Uw democratische opvattingen, zoo als de heer Engel iiet bij Uw afscheid uitdrukte, zul len niij een voorbeeld zijn. Mijne heeren. het is mij een grooten steun mij ge dragen te welen door de sympathie cn toegenegen heid van zeer velen. Het is aan mij, deze sympathie door de wijze van mijn ambtsvervulling, voor zoover mogelijk, te behouden. Ik wil daartoe van ganscher harte de belofte af leggen, dat ik met inspanning van al mijn krachten er naar streven zal voor ieder, ongeacht rang, stand of partij, een goede burgemeester te zijn. Voorzoo ver mijn ambtsbezigheden mij niet naar elders roepen zal ik dagelijks ten raadhuize voor een ieder die mijn steun, raad of voorlichting behoeft, beschikbaar zijn. Dat ik het niet een ieder naar den zin zal Kunnen maken begrijp ik. Doch ik zal tot richtsnoer nemen de oud-llollandsche spreuk: „Trekt U niet aan wat ieder zegt, Maar doet wat billijk is en recht." liet zij mij vergund mijne gedachten samen te vat ten in den wopsch, dat de eensgezindheid, welke Uw arbeid steeds kenmerkte, ook in de toekomst zal blij ven bestaan. Want, zoo werd oen dezer dagen geschreven, niet door de kracht van partijleuzen en scheidsmuren, noch door het geweld van allen, die slechts eigen ik ten troon willen verheffen, maar door den Geest van dienstvaardigheid op elk gebied, zullen wij weer kunnen opstijgen, weer gaan bouwen aan een betere gemeenschap. M.a.w. S a m e n w e r k i ng! Laat dit woord de basis zijn waarop onzen arbeid rust. Want staat hier de mensch alleen Zijn schoonste kracht gaat heen. Wat hij ook poog. Door trouw en eendracht sterk, Volbrengt hij t schoonste werk. Hiermede aanvaard ik, mijne heeren, mijn ambt en dus ook de leiding dezer vergadering. (Applaus.) Toespraken der heeren Burger en Kistemaker. Hierna vroeg de heer Burger het woord, die het vol gende. zeide: Mijnheer de Voorzitter! Burgemeester! Bij deze heet ik u als oudste lid van den Raad, van harte welkom in ons midden. Was u steeds anders als ambtenaar bij onze raadsvergaderingen aanwezig, nu is u voortaan onze voorzitter, alzoo burgemeester onzer gemeente Barsingerhorn. Mijnheer de burge meester, ik feliciteer u ook dan, bij de aanv tarding uwer ambtsbezigheden en ik hoop, dat de samenwer king die ik steeds van u heb mogen ondervinden ge durende de onceveer vijf jaar dat u hier als secretaris in den Raad aanwezig was, in den vervolge ook zoo moge zijn. En daar twijfel ik dan ook geen oogenblik aan. Daarom was ik ook bereid, toen wij met vier raadsleden op adiëntie bij Zijne Excellentie den Com missaris der provincie zijn geweest orti uwe sollicitatie aan te bevelen, daar wij wisten dat u de persoon was die de belangen onzer gemeentenaren hier en elders zal weten te behartigen En ik spreek don wensch uit, dat het u gogoven moge zijn, om onze gemeente in deze moeilijke tijdsomstandigheden heen te leiden naar een betere toekomst, waar geluk, arbeid en brood voor een ieder aanwezig zij. Mevrouw Loggers, ook u feliciteer ik met de aan vaarding van uw man van het burgemeestersambt en spreek den wensch uit dat dat in lengte van jaren en in goede gezondheid moge geschieden. (Applaus.) De heer Jb. Kistemaker zeide vervolgens namens den Raad het volgende: Door de nieuwe sociale wetgeving, is het burge meesterschap niet meer zooals vroeger, hoofdzakelijk een eerebaantje, doch een ambt op zichzelf geworden. Het gevolg is geweest, dat het salaris van den bur gemeester, zelfs boven het salaris van den secretaris werd gesteld en dit is voor de kleine plattelandsge meenten allerminst gewenscht. Omreden het burge meesterschap van een kleine gemeente, maar een gedeelte van do arbeidsprestatie van den geheelen persoon vraagt. Bijgevolg onbillijk, tegenover al het. werk, wat een secretaris er voor moet doen en duur gekocht voor rijk cn gemeente. Deze gelijkstelling van hoogerhand, van stad en platteland, had clan ook geenszins onze sympathie. Ons standpunt in dezen tijd van bezuiniging was dan ook, dat het wenschelijk zou zijn, dat bij eventueele vacature of overlijden, die beide functies vereenigd moesten worden. Dit geeft voor iedere gemeente, eene niet onbelangrijke besparing- Wij hadden echter niet venvacht, dat onze gemeente zelf, zoo spoedig voor dit vraagstuk zou komen te staan. Want het gevolg was, toen burgemeester Bree baart ons, in de vergadering van 29 November met zijn voornemen, oni ontslag aan te vragen, bekend maakte, wij onze krachten gingen concentreeren, om nu onzen secretaris tot burgemeester van Barsinger- hom benoemd to krijgen. Nietwaar, hiermede was niet alleen onze wensch naar bezuiniging vervuld, maar bovendien steunden wij de sollicitatie van iemand, dio wij door en door kenden en bij ons allen heel hoog stond aangeschrc- ven. In de vijf jaren dat de heer Loggers secretaris is geweest, hebben wij hem om de groote kennis leeren waardeeren en om de. hooge levensopvatting leeren respecteeren. Kortom, wij waren er van overtuigd, wanneer wij den heer Loggere als burgemeester-secre taris konden krijgen, wij garant waren voor onze ge meente. Wij feliciteeren dan ook onze gemeente Bar singerhorn met deze benoeming. Namens den Baad heet ik UEd. Achtbare dan ook hartelijk welkom in ons midden. Wij twijfelen niet, maar onder uwe leiding gaat den Baad aangenaino discussies cn vruchtdragend werk tegemoet. Door de verschillende bevolking in onze gemeente, wacht UEd. den eersten tijd geen gemakkelijke taak, doch door uwe kennis, van onze inwoners, van de wet, van gemeentezaken, van staathuishoudkunde, en gezond oordeel, zal het slechts een kwestie van tijd zijn, om te kunnen zeggen: „Dat is de man op do rechte plaats." Dan. burgemeester, is uw Raad tevreden en kun nen wij met voldoening op uwe benoeming terug zien tot heil van de gemeente Barsingerhorn. Tot besluit onze hartelijke felicitatie met uwe be noeming. Hierna sloot Burgemeester Loggere de vergadering op verzoek, hieraan de mededeeling verbindend, dat allen verzocht werden zich te begeven naar de feest zaal van „Het Fortuin". De receptie. Daarop volgde een druk bezochte receptie in café „De Fortuin" van den heer De Graaf. Op het toonecl waren diverse bloemstukken opge steld, o.a. van den gemeenteraad, het plaatselijk brandweercorps, den heer A. Wiedijk en echtgenoote, de N.V. v.h. Trapman cn Co. te Schagcn. Toen allen waren gezeten in de rijk versierde zaal, nam het raadslid Blaauboer het woord, die namens den geheelen Raad een schitterend bloemstuk aan bood met eenige toepasselijke woorden. Daarop bood de raad de eerewijn aan. Een heildronk werd uitge bracht op den burgemeester en diens echtgenoote. t Eerst klonken de afgetreden burgemeester, de heer K. Breebaart en den jongen burgemeester. Daar op nam de heer F. Kater het woord, die namens Burgerlijk Armbestuur en Weezenbestuur een mooi tegeltableau gaf, de wensch uitsprekend, dat deze een blijvende plaats zou mogen vinden in het huis van den burgemeester. De heer A. Vader bracht, mede namens den ge meente-veldwachter Kaper een bloemenhulde. Spre ker hoopte, dat de samenwerking zoo aangenaam mocht blijven als het in de achter ons liggende 5 jaren is geweest. De heer Dekker bood met toepasselijke woorden namens het jonge brandweercorps ce:i bloemstuk, aan, den burgemeester toewcnschend een reeks van jaren aan het hoofd der gemeente te mogen staan. Daarop nam de heer Van der Kuil het woord om namens de afd. Barsingerhorn van de Ned. Ver. „Het Witte Kruis", namens Wijkverpleging en T.B.C.-be- strijding de gelukwenschen over te brengen. De wensch werd geuit, dat de belangstelling voor het werken van deze vereemgingen onverflauwd zou voortgaan en dat voor hulp cn raad nimmer vore geefsch een beroep zou worden gedaan. Dezelfde spre ker schonk namens het onderwijzend personeel uit da gemeente een boekwerk op het gebied van het Ge meenterecht, een geschenk, dat door den Burge meester op hoogen prijs werd gesteld. Burgemeester Haringbuizen sprak namens de vere ccniging van Burgemeesters en Secretarissen uit het kanton. Schagen en als collega welgemeende woor den van felicitatie, er op wijzend, dat de gemeente Barsingerhorn heeft gekregen een alom gchoogacht man als burgemeester. Spreker hield zich er van overtuigd, dat de samenwerking met de collega's goed zou zijn en de. vriendschap groot. Burgemeester Haringbuizen hoopte, dat de heer Loggers een even goed lid der vereeniging zou zijn als zijn ambtsvoorganger, die zijn hart aan de ver eeniging, waarvan hij oprichter is, had verpand. Namens alle plaatselijke vereenigingen sprak ver volgens de heer Wiedijk, die de gelukwenschen deed vergezeld gaan van een magnifieke houtsnede, welke naar spreker hoopte een goed plaatsje zou mogen vinden in het huis van den heer en mevrouw Loggers. Burgemeester D. Breebaart van Callantsoog wensch te namens de onderafdeeling „het Noorden** van den bond van gemeente-ambtenaren Burgemees ter Loggers met zijne benoeming van harte geluk, er op wijzend dat de bekwaamheid van den Burgc-< meester vooral in deze moeilijke tijden slechts kon wezen tot heil en voordcel der gemeente. Als buurman sprak Ds. v. d. Veen den heer en me vrouw Loggers toe. Ds. v. d. Veen wees er op, hoe de heer Loggers bij al zijn ambtsbezigheden tijd heeft willen vinden voor de studie. Zijn economische ken-< nis zal, nu het bestuur der gemeente in zijn handen is gelegd, zeker vrucht afwerpen. Zich tot mevrouw Loggers wendend, zei Ds. v. d. Veen, dat hij niet twijfelde of ze zou voortgaan haar echtgenoot tot steun tc zijn in zijn lang niet gemak* kelijke taak. Namens den Vleeschkeuringsdienst sprak Burge meester J. Koster van Winkel, die niet twijfelde of de heer Loggers zou de belangen van dezen dienst met evenveel liefde en toewijding voorstaan, indien hij werd geroepen om de functie van voorzitter te ver vuilen, als zijn ambtsvoorganger dat deed. Dijkgraaf Waiboer sprak namens den polder Waard en Groet zijn gelukwenschen uit, vertrou wend, op prettige samenwerking. Burgemeester P. Fluister van Nieuwe Niedorp hoopte, dat de zware taak door burgemeester Loggers met opgewektheid zou worden vervuld en gaf de ver zekerdheid, dat de gemeenteraad van Nieuwo Nie dorp op goede samenwerking prijs stelde. De heer v. d. Oord wenschto namens de tooncel- vereeniging Liefdadigheid geluk, de belangen der vereeniging bij den burgemeester aanbevelend, als ook namens Hooglands- en Schrinkaagpoldcr. Tenslotte voerde nog wethouder Engel het woord, meer in het bijzonder namens de S.D.A P.-raacLs- fractie en die personen, welke door deze worden vertegenwoordigd. Spreker had reeds ondervonden, dat de belangen" van de minst met aardsche goederen gezegenden door burgemeester Loggere werden begrepen en de heer Engel was hem dankbaar voor al wat hij reeds voor hen' deed. Spreker hoopte, dat dit bij voortduring zoo het geval zou mogen zijn. Daarop nam burgemeester Loggers het woord, die alle sprekers dank zegde, mede namens zijn echtge noote voor de gesproken woorden, de geuite wenschen en do stoffelijke blijken van gelukwenschen en sym pathie. In het bijzonder aldus spreker, hoeft me getrof fen de bloemenhulde uit het Armenhuis cn een spe ciaal dankwoord richtte spreker tot deze gevers. De belangen van de plaatselijke vereenigingen zal ik, aldus de burgemeester, niet uit het oog verlie zen. Aan do collega's vroeg spreker steun cn vriendschap en aan de polderbesturen werd steun cn raad toege zegd. Alle belangstellenden werd tenslotte dank gebracht, alsook de Ruitervereeniglng Bucephalus voor de ge vormde eere-escorte op dezen zoo belangrijken feest dag. Op ondubelzinnige wijze is tot uiting gekomen hoe zeer men te Barsingerhorn met de benoeming van den heer Loggers als burgemeester is ingenomen, over tuigd als men is dat hij zal willen werkzaam zijn ili het waarachtig belang van zijne gemeentenaren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 5