Installatie Burgemeester Loggers.
Dinsdag 16 Januari 1934.
SCHAGER COURANT.
Tweede blad. No. 9415
De gemeente in feest-tooL - Bezoek
aan de lagere scholen. - Een bij
zondere raadszitting. - Drukbe
zochte receptie.
Het was gisteren voor de gemeente Barsingerhorn
al een heel bijzondere en blijde dag. Toen immers
werd de nieuw benoemde burgemeester, de heer G. G.
Loggers officieel als zoodanig geïnstalleerd.
Reeds in de vroegte wapperde van do openbare ge
houwen alsook van vele particuliere huizen de Ne-
derlandscho driekleur, terwijl aan alles merkbaar was,
dat er iets bijzonders aan de hand was.
Was er reeds vreugde in de gemeente, toen het be
richt af kwam, dat het H. M. de Koningin had be
haagd den heer Loggers. Secretaris der gemeente tot
hoofd van Rnrsingerhorn te benoemen, dezen dag is
wel op ondubbelzinnige wijze bewezen, hoe de benoem
de de algemecne sympathie der burgerij had verwor
ven.
Bezoek aan de lagere scholen.
De feestdag werd ingezet met een bezoek van den
nieuwbenoemde!) burgemeester aan de lagere scholen
tc Barsingerhorn. Kolhorn en Haringbuizen. Het ge
meentebestuur vergezelde Burgemeester op dezen
tocht door de gemeente.
Aan de scholen ontvingen de kinderen het nieuwe
gemeentehoofd met eenige toepasselijke liederen, ter
wijl de hoofden der scholen uiting gaven aan hunne
gevoelens in kernachtige toespraken.
De installatie.
Reeds ver voor het uur waarop de bijzondere raads
zitting zou aanvangen, maakten vele gemeentenaren
zich op om hij deze plechtigheid tegenwoordig te zijn.
Toen om half drb de zitting werd geopend, was er
zeer veel belangstelling ten raadhuize. We merkten
o.m. op: oud burgemeester K. Brccbaart en echtge
noot e, burgemeester J. Koster uit Winkel, burge
meester F. Fluister van Nieuwe Niedorp, burgemeester
Haringhuizen van Wieringerwaard en echtgenoote,
Burgemeester Mr. D. Breebaart van Callantsoog en
echtgenoote, de heer A. de Ridder, secretaris der gem.
Winkel, de heer Ilaringhuizen, secretaris der gem.
N. Niedorp, Ds. v. een. Dr. Werner. alsmede hoofden
van scholen en onderwijzend personeel en echtgenoo-
ten van raadsleden.
Om half drie naderde onder hoefgotrappel een de
putatie van de Landelijke Itijvereeniging Bucephalus
uit Barsingerhorn, alle rijders keurig in uniform, het
vaandel voorop.
Daar achter volgde de auto waarin burgemeester
Loggers cn echtgenoote hadden plaats genomen.
Aanbieding van bloemen.
Voordat de heer en mevrouw Loggers de stoep van
het oude, maar vriendelijke raadhuis bestegen, wer
den aan mevrouw bloemen overhandigd door Annic
en Fietje Kaper, welke bloemen mevrouw met een
vriendelijk dankwoord aanvaardde.
Door den waarnemenden Secretaris, den heer A.
Vader, werden de heer en mevrouw Loggers naar
hun zetels geleid en na een oogenbtik wachtens
opende de heer Engel, wethouder der gemeente, de
vergadering. r- -i - -
Rede ven den heer Er.gel.
Leden ven don Raad,atfnbtenaroii dor gemeente cu«
allen die hier tegenwoordig zijn. ik heet U hartelijk
welkom. Toen ik de vorige openbare cergadering
van onzen raad, die eveneens een bijzonder karak
ter droeg, presideerde, sprak ik daar, omdat de heer
Smit, do oudste wethouder, ongesteld was. Hij als
oudste wethouder had de plicht gehad dit te doen,
maar zijn ongesteldheid maakte dal niet m.'gelijk.
Ik heb toen de wensch uitgesproken dat hij spoedig
mocht herstellen en zijn taak weer op zich kon ne
men. Dit is helaas nog niet het geval, wel is hij her
stellende, maar hij is nog niet sterk genoeg om on
zen nieuwen burgemeester te installeeren. En zoo
rust dan op mij de taak om den heer G. G. Loggers
die met ingang van heden tot burgemeester onzer ge
meente is benoemd, te installeeren. Hij heeft de be
loften afgelegd, aan de wettelijke cischen is voldaan
en kan ik tot de installatie overgaan. Ik vind dat
echter geen gemakkelijke taak. moeilijker dan bij
het afscheid van onzen vorigen burgemeester, ik be
doel hiermee niet dat jo maar zegt die gaat
weg en dal je er dan af bent, maar alleen uit hot
feit dal je bij bet eene hebt een verleden, een ver
leden waaraan ik zelf een deel heb meegewerkt cn
dan is het niet zoo moeilijk om daaruit het een en
ander te inemorecrcn.
Als iemand een taak aanvaard, is dat anders, al
Is die iemand een persoon die hier al eenige jaren
als secretaris is werkzaam geweest, omdat, al is het
ambt van secretaris en burgemeester nauw aan el
kaar verbonden, dit laatste ambt toch heel anders is.
Toch wil ik den lieer Loggers met zijne benoeming
als Burgemeester feliciteeren. in de eerste plaats om
dat hij iets heeft bereikt wat hij gaarne heeft ge
wild, anders had hij niet gesolliciteerd; en ook omdat
de meerderheid v. d. Raad het heeft gewild, dus heeft
ook die meerderheid haar zin Ik behoor niet tot die
meerderheid, ik heb aan deze benoeming niet mee
gewerkt. Ik stel er prijs op dit hier te zeggen.
De heer Loggers weet, dat dit niet ging om persoon
lijke redenen, maar ik had in lijden als thans er be
zwaar tegen dat het ambt van Burgemeester en Se
cretaris in één persoon werd vereenigd. Als do
Burgemeester er nu niet is, is ook üc Secretaris af
wezig en als de Secretaris niet present is, is ook de
Burgemeester weg. Dat acht ik, vooral met het oog
op de moeilijke tijdsomstandigheden niet gewenschL
Ook niet uit dit oogpunt, dat nu de werkloosheid
zich uitbreidt ook over de kringen der intellectueelen,
dat één persoon twee functies vervult. Tevens ook
dat twee personen beter leiding kunnen geven dan
één.
Maar het Is nu alles anders geloopen en ik ben er
zeker van dat wij iemand tot burgemeester hebben
gekregen die zijn beste krachten aan de gemeente
zal geven en wiens werk goed zal slagen.
Behalve de schaduwzijde die ik li opnoemde, is
er een voordeel, dat wij nu Burgemeester cn Secre
taris in één persoon hebben. Als men met den Se
cretaris ergens over sprak, was het: ik zal er met
den Burgemeester over spreken: Nu heeft i en ze bei
den tegelijk.
pe meerderheid van den Raad zag in deze benoe
ming ook finanlieel voordeel voor de gemeente. Al
staat het nog niet vast, dat het nu met hetzelfde per
soneel ter secretarie zal kunnen worden gered.
Maar hoe het ook zij. ik heb mij tegen dit alles
niet willen verzetten, omdat ik ervan overtuigd was
dat do heer Loggers in de vervulling van deze beide
ambten volkomen zal slagen.
Zijn taak is zeer moeilijk, omdat het is een twee
ledige taak. Do Burgemeester vertegenwoordigd in
de eerste plaats de regeering ei het gezag en daar
naast als voorzitter van den Raad, de burgerij- Ln
nu bebeurt het vooral in deze tijden dat beider mee
rlingen niet steeds dezelfde zij.n niet parallel loopen.
De Burgemeester moet veelal togenover de regeering
de gevoelens van den Raad verdedigen, dus tegenover
het gezag dat hem heeft aangesteld Onze oud-Bur
gemeester heeft in deze nooit gefaald en steeds ken
baar gemaakt de gevoelens cn opvattingen
van den Raad. En vooral r.u met het oog op
Buxuoniefesler LOGGERS.
werkloozenzorg en werkverschaffing, opheffing school
te Ilaringhuizen was het noodig dat er op werd ge
wezen, dat de inzichten van djn Raad niet dezelfde
waren als die der regeering Maar ik twijfel er niet
aan of ook de nieuwe burgemeester zal dat doen.
Hij toch is voldoende op de hoogte van die taak cn
heeft als secretaris aan dat alles reeds meegewerkt
en er vorm aan gegeven en ik twijfel niet of hij zal
beide functies in één geheel weten samen te dringen.
En al zijn de omstandigheden voor de gemeente
vooral met het oog op de finantiën veel moeilijker en
zal hij als gemeente ontvanger daarmee niet meer noo
dig hebben, als burgemeester-secretaris zal hij zijn
beste krachten daaraan wijden. Vroeger was het
't kruiswoordenraadsel dat moeilijk cn lastig oplos
baar werd geacht, maar dat is een poulcschillctje bij
het sluitend maken van een gemecntebcgrooting. Do
uitgaven steeds hoogcr, de ontvangsten steeds min
der, het wordt ondoenlijk. Maar hoe moeilijk ook, ben
ik er zeker van. dat onze nieuwe burgemeester, als hij
werkt met hetzelfde enthousiasme en dezelfde werk
kracht als wij die van hem kennen, in die taak zal
slagen, en wel in samenwerking met de mcnschcn om
hem heen.
Ik herinner mij. aldus gaat spr. voort, het gezegde
van iemand die zeide Wij tc zijn over den oogst, maar
bovenal over den arbeid die daaraan verbonden was,
niet bid over hot snijden van do paddi dus. maar
blijdschap over de oogst van de paddi, die men zelf
had geptpnt.
En ate-dan tik deze slechte tijden betere komen, en
die zullen komen, omdat de menschelijko geest steeds
zegeviert over de materie, dan hoop ik, zoo eindigt
spr., dat er voor u burgemeester vreugde zal zijn, niet
alleen over de paddi die ge zult kunnen oogsten, maar
dat deze vreugde dan zal worden veroorzaakt over
het snijden van de paddi. die go zelf hebt geplant.
En hiermee verklaar ik U bij overhandiging van den
voorzittershamer en het ambtslint, als burgemeester
geïnstalleerd. (Applaus.)
Rede van den Burgemeester.
De nieuwe burgemeester, de heer G. G. Loggers, zei-
de daarna het volgende:
Mijnheer de Voorzitter,
Heeren Leden van den Raad,
Op het punt staande de leiding dezer vergade
ring over te nemen, past mij een woord van eerbie
digen dank aan H.M. de Koningin, wie het behaagd
beeft mij te willen benoemen tot Burgemeester der
gemeente Barsingerhorn, alsmede aan de Raadslie
den der Kroon. t.w. Zijne Excellentie den Minister
van Binnenlandsche Zaken en den heer Commissa
ris der Koningin in deze Provincie, die mij voor
deze benoeming hebben willen voordragen.
Bovendien dank aan allen, die aan mijne sollicita
tie, op welke wijze ook, steun verleenden.
Het was met blijdschap, dat ik kennis nam van
deze onderscheiding. Met blijdschap, omdat ik daar
door in de gelegenheid ben gesteld, in meerdere mate
dan tot heden het geval was, mijn beste krachten te
geven aan het welzijn eener gemeente, welke mij
in de 5 jaren, dat wij er woonden, lief geworden is.
Der gewoonte getrouw zou ik een uiteenzetting
behooren te geven omtrent mijn toekomstplannen;
zou ik een soort werkprogram moeten ontvouwen.
De onzekerheid, waarin wij echter le en. doen mij
daarvan afzien. Het heden is zoo zorgelijk en zoo
moeilijk, dat het mij beter voorkomt ons niet over te
geven, aan bespiegelingen omtrent hetgeen wij wen-
schen, doch ons geheel te concentreeren op het bewa
ren van hetgeen wij nog hebbon. Dus kcrnpolitiek en
geen perspectiefpolitiek.
Wij hebben hierdoor onze taak beperkt. Deson
danks blijft ze in de hoogste mate moeilijk.
De vraagstukken waarvoor wij ons heden ten dage
geplaatst zien. zijn zoo talrijk en de oplossing, aange
nomen dat daarvan sprake kan zijn, vergt zoovele
offers, dat inspanning van alle krachten geboden is.
Daar is in de eerste plaats het helaas ook voor
onze gemeente belangrijke vraagstuk der werkloos-
beid. Moeilijk omdat eenerzijds voor de dwingende
noodzakelijkheid plaatst alles te doen wat in ons
vermogen is om, zoowel de materiecle als de geeste
lijke nood. waarin de door werkloosheid getroffenen
verkeeren, te lenigen, terwijl het anderzijds finan-
tieele offers vraagt van een gemeenschap, wier draag
kracht op onrustbarende wijze slinkt.
Wij denken aan den treurigen toestand waarin
zich veehouderij en landbouw, de twee hoofdbronnen
van bestaan in deze gemeente, bevinden, alsmede aan
den druk waaronder als gevolg van een en ander
ook onze middenstand leeft.
Laatstgenoemde categorie heeft bovendien nog te
kampen met een niets-ontziencle concurrentie van de
z.g. groote ondernemingen. Haar s'rijd is misschien
wel het zwaartst.
Dit alles drukt zijn stempel op den toestand der
gemeentefinantiën, en wij vragen ons met bezorgd
heid af: „wat brengt ons ae toekomst?"
Het behoeft niet gezegd te worden, dat dit somber
beeld het enthouisiasme. waarmede ik mijn benoe
ming ontving, aanzienlijk tempert. Ik ben er mij vol
komen van bewust, dat het mijn verantwoordelijk
heid verzwaart.
Doch er is ook een lichtzijde, gelegen in de over
tuiging, dat ik bij de uitoefening van mijn moeilijk
ambt peen beroep behoef te doen op do medewerking
van U, leden van den Raad. Van die medewerking
voel ik mij gelukkig verzekerd. Doch dat niet alleen,
ik acht het een voorrecht en ik prijs mij gelukkig lei
ding te mogen geven aan, samen te mogen werken
met een raad waarin steeds een geest van weder-
zijdsche achting, waardccring cn vertrouwen heerscht
cn immer het streven tot uiting komt door ••ensge-
zinden arbeid de belangen der gemeente te dienen.
Nauwer zal het contact zijn met de heeren Wet
houders. Met hen zal ik meer geregeld moeten wer
ken. Een schaduw wordt op dezen dig geworpen
door de ongesteldheid van den heer Smit, die zich
ondanks zijn ziekte toch belastte met de waarneming
van het burgemeestersambt Voor deze toewijding
vanaf deze plaats mijn hartelijken dank. Het was
voor mij een teleurstelling, dat de heer Smit om die
reden niet in staat was mij te installeeren. Ik wil
de hoop uitspreken, dat een spoedig herstel hem in
staat zal stellen zijn arbeid weer te hervatten en dat
hij mij op dezelfde trouwe wijze waaroo htj dat mijn
voorganger heeft gedaan, steeds met raid en daad
zal willen terzijde staan.
U, wethouder Engel, dank ik hartelijk voor de
wijze waarop U mij zooeven hebt toegesproken. Het
moet mij van het hart, dat ik het bejammer dat onze
samenwerking, wegens l:w aanstaand vertrek uit
de gemeente, van korten duur zal zijn. Uw oordeel,
steeds na ernstige overweging en studie gevormd en
altijd op principieele basis rusende, zal ik als richt
snoer van hetgeen er leeft onder een groot gedeelte
der burgerij, slechts noode missen.
Het is niet alleen de steun c-n bijstand van Raad en
B. en W., welke mij mijn taak zullen verlichten. Een
ernstig beroep moet ik eveneens doen op de mede
werking van allen, die. in dienst der gemeente zijn
de, in het bijzonder en bij uitstek geroepen zijn hun
geheele werkkracht te geven aan het welzijn der ge
meente. Ook voor hen gelden Vondels woorden;
„Indien 'Gemeen U roept,
„Bezorght het als Uw eigen!"
Indien naar nauwgezette plichtsbetrachting wordt
gestreefd, zullen zij steeds op mij kunnen rekenen.
Tenslotte mag en wil ik niet nalaten de medewer
king in te roepen van do Fers. welke in dit tijdsge
wricht een groote verantwoordelijkheid heeft te dra
gen. Ik van mijn kant wil gaarne do toezegging doen,
dat wij ook iu de toekomst haar taak zooveel moge
lijk willen helpen verlichten.
En zoo sta ik dan mijne Heeren op hot punt mijn
ambt officieel te aanvaarden, en is het moment aan
gebroken waarop ik de plaats in niuet nomen welke
gedurende bijna 22 jaren door mijn geachten voor
ganger don heer Breebaart, die ik tot irnjn genoegen
onder de toeschouwers aanwezig zie, werd bekleed.
Ik kan mij voorstellen dat hexn heden gemengde ge
voclens bekruipen. Onwillekeurig komt bij heru de
vraag op: „hoe zal mijn jeugdigen opvolger het ma
ken?
Ik hoop van harte, mijnheer Breebaart. dat U zich
daarover niet al te zeer zult hoeven te beklagen. Uw
gemoedelijkheid. Uw democratische opvattingen, zoo
als de heer Engel iiet bij Uw afscheid uitdrukte, zul
len niij een voorbeeld zijn.
Mijne heeren. het is mij een grooten steun mij ge
dragen te welen door de sympathie cn toegenegen
heid van zeer velen. Het is aan mij, deze sympathie
door de wijze van mijn ambtsvervulling, voor zoover
mogelijk, te behouden.
Ik wil daartoe van ganscher harte de belofte af
leggen, dat ik met inspanning van al mijn krachten
er naar streven zal voor ieder, ongeacht rang, stand
of partij, een goede burgemeester te zijn. Voorzoo
ver mijn ambtsbezigheden mij niet naar elders roepen
zal ik dagelijks ten raadhuize voor een ieder die mijn
steun, raad of voorlichting behoeft, beschikbaar zijn.
Dat ik het niet een ieder naar den zin zal Kunnen
maken begrijp ik. Doch ik zal tot richtsnoer nemen de
oud-llollandsche spreuk:
„Trekt U niet aan wat ieder zegt,
Maar doet wat billijk is en recht."
liet zij mij vergund mijne gedachten samen te vat
ten in den wopsch, dat de eensgezindheid, welke Uw
arbeid steeds kenmerkte, ook in de toekomst zal blij
ven bestaan.
Want, zoo werd oen dezer dagen geschreven, niet
door de kracht van partijleuzen en scheidsmuren,
noch door het geweld van allen, die slechts eigen
ik ten troon willen verheffen, maar door den Geest
van dienstvaardigheid op elk gebied, zullen wij weer
kunnen opstijgen, weer gaan bouwen aan een betere
gemeenschap.
M.a.w. S a m e n w e r k i ng!
Laat dit woord de basis zijn waarop onzen arbeid
rust.
Want staat hier de mensch alleen
Zijn schoonste kracht gaat heen.
Wat hij ook poog.
Door trouw en eendracht sterk,
Volbrengt hij t schoonste werk.
Hiermede aanvaard ik, mijne heeren, mijn ambt
en dus ook de leiding dezer vergadering.
(Applaus.)
Toespraken der heeren Burger en
Kistemaker.
Hierna vroeg de heer Burger het woord, die het vol
gende. zeide:
Mijnheer de Voorzitter! Burgemeester!
Bij deze heet ik u als oudste lid van den Raad, van
harte welkom in ons midden. Was u steeds anders
als ambtenaar bij onze raadsvergaderingen aanwezig,
nu is u voortaan onze voorzitter, alzoo burgemeester
onzer gemeente Barsingerhorn. Mijnheer de burge
meester, ik feliciteer u ook dan, bij de aanv tarding
uwer ambtsbezigheden en ik hoop, dat de samenwer
king die ik steeds van u heb mogen ondervinden ge
durende de onceveer vijf jaar dat u hier als secretaris
in den Raad aanwezig was, in den vervolge ook zoo
moge zijn. En daar twijfel ik dan ook geen oogenblik
aan. Daarom was ik ook bereid, toen wij met vier
raadsleden op adiëntie bij Zijne Excellentie den Com
missaris der provincie zijn geweest orti uwe sollicitatie
aan te bevelen, daar wij wisten dat u de persoon was
die de belangen onzer gemeentenaren hier en elders
zal weten te behartigen En ik spreek don wensch uit,
dat het u gogoven moge zijn, om onze gemeente in
deze moeilijke tijdsomstandigheden heen te leiden
naar een betere toekomst, waar geluk, arbeid en brood
voor een ieder aanwezig zij.
Mevrouw Loggers, ook u feliciteer ik met de aan
vaarding van uw man van het burgemeestersambt en
spreek den wensch uit dat dat in lengte van jaren
en in goede gezondheid moge geschieden.
(Applaus.)
De heer Jb. Kistemaker zeide vervolgens namens
den Raad het volgende:
Door de nieuwe sociale wetgeving, is het burge
meesterschap niet meer zooals vroeger, hoofdzakelijk
een eerebaantje, doch een ambt op zichzelf geworden.
Het gevolg is geweest, dat het salaris van den bur
gemeester, zelfs boven het salaris van den secretaris
werd gesteld en dit is voor de kleine plattelandsge
meenten allerminst gewenscht. Omreden het burge
meesterschap van een kleine gemeente, maar een
gedeelte van do arbeidsprestatie van den geheelen
persoon vraagt. Bijgevolg onbillijk, tegenover al het.
werk, wat een secretaris er voor moet doen en duur
gekocht voor rijk cn gemeente.
Deze gelijkstelling van hoogerhand, van stad en
platteland, had clan ook geenszins onze sympathie.
Ons standpunt in dezen tijd van bezuiniging was dan
ook, dat het wenschelijk zou zijn, dat bij eventueele
vacature of overlijden, die beide functies vereenigd
moesten worden. Dit geeft voor iedere gemeente, eene
niet onbelangrijke besparing-
Wij hadden echter niet venvacht, dat onze gemeente
zelf, zoo spoedig voor dit vraagstuk zou komen te
staan. Want het gevolg was, toen burgemeester Bree
baart ons, in de vergadering van 29 November met
zijn voornemen, oni ontslag aan te vragen, bekend
maakte, wij onze krachten gingen concentreeren, om
nu onzen secretaris tot burgemeester van Barsinger-
hom benoemd to krijgen.
Nietwaar, hiermede was niet alleen onze wensch
naar bezuiniging vervuld, maar bovendien steunden
wij de sollicitatie van iemand, dio wij door en door
kenden en bij ons allen heel hoog stond aangeschrc-
ven.
In de vijf jaren dat de heer Loggers secretaris is
geweest, hebben wij hem om de groote kennis leeren
waardeeren en om de. hooge levensopvatting leeren
respecteeren. Kortom, wij waren er van overtuigd,
wanneer wij den heer Loggere als burgemeester-secre
taris konden krijgen, wij garant waren voor onze ge
meente. Wij feliciteeren dan ook onze gemeente Bar
singerhorn met deze benoeming.
Namens den Baad heet ik UEd. Achtbare dan ook
hartelijk welkom in ons midden. Wij twijfelen niet,
maar onder uwe leiding gaat den Baad aangenaino
discussies cn vruchtdragend werk tegemoet.
Door de verschillende bevolking in onze gemeente,
wacht UEd. den eersten tijd geen gemakkelijke taak,
doch door uwe kennis, van onze inwoners, van de
wet, van gemeentezaken, van staathuishoudkunde, en
gezond oordeel, zal het slechts een kwestie van tijd
zijn, om te kunnen zeggen: „Dat is de man op do
rechte plaats."
Dan. burgemeester, is uw Raad tevreden en kun
nen wij met voldoening op uwe benoeming terug zien
tot heil van de gemeente Barsingerhorn.
Tot besluit onze hartelijke felicitatie met uwe be
noeming.
Hierna sloot Burgemeester Loggere de vergadering
op verzoek, hieraan de mededeeling verbindend, dat
allen verzocht werden zich te begeven naar de feest
zaal van „Het Fortuin".
De receptie.
Daarop volgde een druk bezochte receptie in café
„De Fortuin" van den heer De Graaf.
Op het toonecl waren diverse bloemstukken opge
steld, o.a. van den gemeenteraad, het plaatselijk
brandweercorps, den heer A. Wiedijk en echtgenoote,
de N.V. v.h. Trapman cn Co. te Schagcn.
Toen allen waren gezeten in de rijk versierde zaal,
nam het raadslid Blaauboer het woord, die namens
den geheelen Raad een schitterend bloemstuk aan
bood met eenige toepasselijke woorden. Daarop bood
de raad de eerewijn aan. Een heildronk werd uitge
bracht op den burgemeester en diens echtgenoote.
t Eerst klonken de afgetreden burgemeester, de
heer K. Breebaart en den jongen burgemeester. Daar
op nam de heer F. Kater het woord, die namens
Burgerlijk Armbestuur en Weezenbestuur een mooi
tegeltableau gaf, de wensch uitsprekend, dat deze
een blijvende plaats zou mogen vinden in het huis
van den burgemeester.
De heer A. Vader bracht, mede namens den ge
meente-veldwachter Kaper een bloemenhulde. Spre
ker hoopte, dat de samenwerking zoo aangenaam
mocht blijven als het in de achter ons liggende 5
jaren is geweest.
De heer Dekker bood met toepasselijke woorden
namens het jonge brandweercorps ce:i bloemstuk,
aan, den burgemeester toewcnschend een reeks van
jaren aan het hoofd der gemeente te mogen staan.
Daarop nam de heer Van der Kuil het woord om
namens de afd. Barsingerhorn van de Ned. Ver. „Het
Witte Kruis", namens Wijkverpleging en T.B.C.-be-
strijding de gelukwenschen over te brengen. De
wensch werd geuit, dat de belangstelling voor het
werken van deze vereemgingen onverflauwd zou
voortgaan en dat voor hulp cn raad nimmer vore
geefsch een beroep zou worden gedaan. Dezelfde spre
ker schonk namens het onderwijzend personeel uit da
gemeente een boekwerk op het gebied van het Ge
meenterecht, een geschenk, dat door den Burge
meester op hoogen prijs werd gesteld.
Burgemeester Haringbuizen sprak namens de vere
ccniging van Burgemeesters en Secretarissen uit het
kanton. Schagen en als collega welgemeende woor
den van felicitatie, er op wijzend, dat de gemeente
Barsingerhorn heeft gekregen een alom gchoogacht
man als burgemeester. Spreker hield zich er van
overtuigd, dat de samenwerking met de collega's
goed zou zijn en de. vriendschap groot.
Burgemeester Haringbuizen hoopte, dat de heer
Loggers een even goed lid der vereeniging zou zijn
als zijn ambtsvoorganger, die zijn hart aan de ver
eeniging, waarvan hij oprichter is, had verpand.
Namens alle plaatselijke vereenigingen sprak ver
volgens de heer Wiedijk, die de gelukwenschen deed
vergezeld gaan van een magnifieke houtsnede, welke
naar spreker hoopte een goed plaatsje zou mogen
vinden in het huis van den heer en mevrouw Loggers.
Burgemeester D. Breebaart van Callantsoog
wensch te namens de onderafdeeling „het Noorden**
van den bond van gemeente-ambtenaren Burgemees
ter Loggers met zijne benoeming van harte geluk, er
op wijzend dat de bekwaamheid van den Burgc-<
meester vooral in deze moeilijke tijden slechts kon
wezen tot heil en voordcel der gemeente.
Als buurman sprak Ds. v. d. Veen den heer en me
vrouw Loggers toe. Ds. v. d. Veen wees er op, hoe de
heer Loggers bij al zijn ambtsbezigheden tijd heeft
willen vinden voor de studie. Zijn economische ken-<
nis zal, nu het bestuur der gemeente in zijn handen
is gelegd, zeker vrucht afwerpen.
Zich tot mevrouw Loggers wendend, zei Ds. v. d.
Veen, dat hij niet twijfelde of ze zou voortgaan haar
echtgenoot tot steun tc zijn in zijn lang niet gemak*
kelijke taak.
Namens den Vleeschkeuringsdienst sprak Burge
meester J. Koster van Winkel, die niet twijfelde of de
heer Loggers zou de belangen van dezen dienst met
evenveel liefde en toewijding voorstaan, indien hij
werd geroepen om de functie van voorzitter te ver
vuilen, als zijn ambtsvoorganger dat deed.
Dijkgraaf Waiboer sprak namens den polder
Waard en Groet zijn gelukwenschen uit, vertrou
wend, op prettige samenwerking.
Burgemeester P. Fluister van Nieuwe Niedorp
hoopte, dat de zware taak door burgemeester Loggers
met opgewektheid zou worden vervuld en gaf de ver
zekerdheid, dat de gemeenteraad van Nieuwo Nie
dorp op goede samenwerking prijs stelde.
De heer v. d. Oord wenschto namens de tooncel-
vereeniging Liefdadigheid geluk, de belangen der
vereeniging bij den burgemeester aanbevelend, als
ook namens Hooglands- en Schrinkaagpoldcr.
Tenslotte voerde nog wethouder Engel het woord,
meer in het bijzonder namens de S.D.A P.-raacLs-
fractie en die personen, welke door deze worden
vertegenwoordigd.
Spreker had reeds ondervonden, dat de belangen"
van de minst met aardsche goederen gezegenden door
burgemeester Loggere werden begrepen en de heer
Engel was hem dankbaar voor al wat hij reeds voor
hen' deed. Spreker hoopte, dat dit bij voortduring zoo
het geval zou mogen zijn.
Daarop nam burgemeester Loggers het woord, die
alle sprekers dank zegde, mede namens zijn echtge
noote voor de gesproken woorden, de geuite wenschen
en do stoffelijke blijken van gelukwenschen en sym
pathie. In het bijzonder aldus spreker, hoeft me getrof
fen de bloemenhulde uit het Armenhuis cn een spe
ciaal dankwoord richtte spreker tot deze gevers.
De belangen van de plaatselijke vereenigingen zal
ik, aldus de burgemeester, niet uit het oog verlie
zen.
Aan do collega's vroeg spreker steun cn vriendschap
en aan de polderbesturen werd steun cn raad toege
zegd.
Alle belangstellenden werd tenslotte dank gebracht,
alsook de Ruitervereeniglng Bucephalus voor de ge
vormde eere-escorte op dezen zoo belangrijken feest
dag.
Op ondubelzinnige wijze is tot uiting gekomen hoe
zeer men te Barsingerhorn met de benoeming van den
heer Loggers als burgemeester is ingenomen, over
tuigd als men is dat hij zal willen werkzaam zijn ili
het waarachtig belang van zijne gemeentenaren.