Het Lmdbergh-drama.
Chineesche jonk vergaan.
Fruit en omzetbelasting.
De positie der Katholieken
in Duitschland.
BRIDGEN.
-
-
4 b.
H-
1
Een 20-tal Berlijnsche Jongens van 6 tot 14 jaar'hebben een muziekcorps gevormd. Hier
boven. zien we ze repeteeren voor een a.s. weldadiheidsfeest. De dirigent is de 12-jarige
Hans Wolf.
Chef-boekhouder aangehouden. Hij liet
patroon zijn belasting betalen.
De politie te Groningen heeft aangehouden den 49-
jarigen M. y. d. V., chef-boekhouder van een groote
zaak te Groningen. Het was den belastingambtenaren
opgevallen, dat deze boekhouder zijn belasting betaal
de per girorekening van zijn patroon. De manipulaties
werden onderzocht en toen bleek, dat hij de bedra
gen als uitgaaf boekte op de privérekening van zijn
patroon. Ontslag volgde en er kwamen toen meer ver
duisteringen aan den dag. Het geld spaarde hij en hij
kocht o.a. voor f3000 aandeelen in de zaak van zijn
patroon om wat meer rente te maken. v. d. V. heeft
nog geen volledige bekentenis afgelegd, maar hij
wordt ter beschikking van de justitie gesteld.
De oplossing aanstaande. Verklaring
van ofiicieele zijde.
Naar Reuter uit Buffalo meldt, schijnt het, dat men
er binnenkort in zal slagen meer licht te brengen in
de ontvoerings- en moordzaak van Lindbergh's zoon
tje, welke, zooals bekend, nooit werd opgehelderd.
Naar de assistent van den minister van Justitie,
Keenan, namelijk heeft medegedeeld, nadert deze zaak
thans binnenkort haar ontknooping. Of er tot arresta
tie van een of meer daders over gegaan zal kunnen
worden, is verder niet medegedeeld.
Bijna 200 Chineezen om het leven gekomen.
Reuter meldt uit Singapóre. Een vermetele po
ging van 200 Chineezen om aan boord van een over
laden jonk heimelijk in Singapore binnen te komen,
had een noodlottig einde. Uit Hainan vertrokken wer
den zij door een hevigen storm gegrepen en 48 der
opvarenden vonden den verstikkingsdood en werden
in zee geworpen. Tenslotte strandde de jonk op de
kust van Cheribon. Zestien Chineezen werden gear
resteerd, doch zij weten niet wat er met de 156 ande
ren is gebeurd.
Een nader bericht meldt, dat de gestikte Chineezen
voor den storm in de kleine ruimen onder het dek
een schuilplaats hadden gezocht.
Oogst 1933 niet vrijgesteld.
Naar aanleiding van het bericht in de N. Rott Ct.
van 10 Januari heeft het Verbond van Ned. Werkge
geven» zich tot hel departement van Financiën ge
wend met de vraag, of het inderdaad juist is, dat de
fruitoogst 1933, voor zoover nog in handen van de
telers, van omzetbelasting is vrijgesteld.
Op het departement had men met verwondering van
t bedoelde bericht kennis genomen, aangezien geen
erlei beslissing of toezegging in dien geest is ge
geven.
Er is dus niets veranderd, zoodat ook de voorra
den. die bij deze „fabrikanten" (fruittelers) bij de in
werkingtreding der omzetbelasting op 1 Januari 1934
aanwezig waren, evengoed in de 1 lasting vallen als
de voorraden bij de industrie.
Ingezonden stukken
OPEN BRIEF AAN ZIJNE EXCELLENTIE
MINISTER Dr. H. COLIJN.
Exoellentie!
De reden dat ondergeteekende zich per open brief
tot uwe Excellentie wendt, is naar aanleiding van het
door uw gesproken woord in de buitengewone Deputa-
ten-vergadering der Anti-Rev. Partij, gehouden te
Utrecht.
Zeventig jaar lang zegt u. heeft het Nederlandsche
volk geleefd onder een stelsel dat ons volk een groote
mate van welvaart schonk.
U is heusch de eenigste niet, welke deze meening is
toegedaan, ook in onzen tegenwoordigen tijd gaan er
stemmen op dat er in Nederland, dank zij de maatre
gelen der regeering, geen gebrek wordt geleden; jam
mer echter, dat deze theorie of meening, in strijd is
met de werkelijkheid.
Mijn wensch is dan ook in de eerste plaats, dat deze
brief, u en meerderen met u, tokandere gedachten zal
brengen; wat goed is moet goed blijven, maar wat
niet goed is en niet juist is, mogen wij ook niet goed
trachten te praten.
Ik wensch Uw Excellentie beleefd mij even te willen
volgen en gaan wij terug naar het jaar 1898. Het was
ergens in een dorp waar ik en meerderen met mij ter
school gingen.
Het schoolgeld werd dan des Maandags door de kin
deren aan den betrokken hoofdonderwijzer betaald, en
zoo gebeurde het menigmaal dat kinderen welke per
week 2Vz cent schoolgeld moesten afdragen, hieraan
meermalen niet voldeden, omreden moeder dit bedrag
niet rijk was.
Het was in het jaar 1901 dat wij van den onder
wijzer in het schrift moesten schrijven: een arbeider
verdient zoo wat f 300 per jaar.
Gaan wij nu enkele jaren verder, om staan te blij
ven bij de jaren 1910—1914.
In deze korte periode konden wij bemerken dat de
toestanden op het platteland zich voo. hen ten gunste
eenigszins gingen wijzigen, men had het weliswaar
Iedereen verkeert in een. groote onzeker,
heid; niemand weet, wat den katholiek
morgen wacht.
Een redacteur van de Nieuwe Koerier, te Roer
mond. heeft een studiereis door Duitschland gedaan,
om er de positie van het katholieke gemeenschaps
leven na te gaan. Aan een der artikelen is de voi-
gende passage ontleend:
Iedereen verkeert in een groote onzekerheid. Nio-
mand weet, wat den katholiek morgen wacht. Het
is deze onzekerheid, dit lusteloos toezien, dat den
ernstigen katholiek met een beangstigende zorg lam
slaat. Hij is midden in een kultuurstrijd geworpen,
niet als een groot strijder, doch als een werkloos
slachtoffer.
De Nederlandsche pers schrijft de laatste mtan-
den geregeld het groote woord „Kulturkampf". Men
tracht dan ook nog blijk te geven van historische
kennis en noemt daarbij den naam van Bismarck.
Wie de huidige tragische geschiedenis van het ka
tholieke volk in Duitschland in verband wil bren
gen met den kultuurstrijd ten tijde van von Bis-
marek, legt getuigenis af van een onvoldoende in
zicht.
De strijd, die de katholieken van thans doorma
ken kan niet vergeleken worden met den kultjur-
strijd uit den Bismarck-tijd.
Do inhoud van den nieuwen strijd is veel grooter
en van wijdere strekking.
Bovendien is er nog een grondig verschil in de
omstandigheden.
Ten tijde van Bismarck waren er nog zekere al
gemeen erkende rechten waarop zich voor- en tegen
partijen konden beroepen
Het Ilitler-regiem kent echter geen recht meer,
omdat het een geweldstaat heelt gevestigd.
Dit is de sterk tragische zijde in den kultuurstrijd
van de Duitscbe katholieken.
Het is eenvoudig niet toegestaan naast den Hitler-
wil een andere oprechte overtuiging te plaatsen.
Reeds het uitspreken van zoon eerlijke overtuiging
zij het ook in eng besloten kring, wordt onmiddel
lijk gestraft.
Een geweldstaat, die alles en iedereen aan zich
ondergeschikt wil maken, zal ook door eigen geweid
vergaan.
Maar vóór het zoover komt, zal dc politiek-staat-
kundige strijd van de Nazi's zich verschoven heb
ben naar het terrein van het zuiver geestelijk den
ken en leven.
Daarvoor zorgen een Baldur von Schieraeh, een
Fuchs e.a., die het nationaal-socialisme een „geloof'
willen schenken, dat dienstig is aan de nieuwste op
vattingen van een nieuw Deutschtum.
Reeds heeft men in Berlijn de redeneering zoover
doorgetrokken, dat het Christendom in het alge-neen
en het katholiscisme in het bijzonder een element
bevat dat een beletsel vormt om een goed Duitscher
te kunnen zijn.
VOOR DE AMERIKAANSCHE REIS, Karl Schil
fer en de 10-jarige Hedi Stenuf, beiden ware kunste
naars op de schaats, oefenen ijverig op de Weensche
Engelmand-ijsbaan voor zij aan de wdstrijden ln
Amerika gaan deelnemen.
nipt breed, maar omdat men niet veel gewoon was,
leefde men gelukkig en tevreden.
Toen dan in Augustus 1914 de regeering de jonge
mannen opriep om onze grenzen te bewaken, heeft
bijna niemand er aan gedacht hieraan geen gevolg te
geven, men voelde zich Nederlander; en na vier jaar
konden wij gelukkig weer naar huis terugkeeren, zon-
der in den oorlog te zijn geweest.
Dat er na 1918 voor velen een moeilijke tijd zou
aanbreken, was wel te voorzien, want na eiken oor
log volgens de historie, komt een periode van laag-
conjunctuur; de vraag rijst nu echter, heeft de Over-
heid voor die mannen als bovengenoemd gedaan, wat
ze moreel verplicht was om te doen? Dan is Excellen
tie. mijn antwoord: „neen."
Naar ik meen staat er in het beginsel- en actie
program der A.-R. Partij, dit, waar het particulier
initiatief tekort schiet, treedt de Overheid toe.
Vanaf 1920 tot nu toe is de Overheid tegenover dui
zenden haar plicht niet nagekomen, men heeft aan
honderden werk geweigerd, terwijl voldoende bekend
was, dat velen nergens aan werk konden komen; ik
denk hier in het bijzonder aan de ongehuwden. Er is
geen eerbied meer voor het Gezag, Excellentie, de
werkeloosheid is oorzaak dat de massa den Overheid
den rug toe keert.
Er is zooveel in ons klein Nederlandje dat zonder
dat het de schatkist een cent behoeft te kosten, ver
holpen kon worden; helaas het vertrouwen en de noo-
dige samenwerking is zoek.
Het was in Maart 1926, dat er door ons verschil
lende klachten en grieven bij de regeering mondeling
zijn ingediend, veel had toen kunnen worden verhol-
pen, zonder dat het 't Rijk ook maar iets behoefde te
kosten, ook toen was de nood bij velen al zeer groot,
het antwoord dat wij toen kregen was dit: het was
heusch zoo erg niet als wij het lieten voorkomen.
Excellentie, ik vraag U thans, is men vandaag in Den
Haag misschien ook van meening veranderd? Zijn wij
misschien nog dezelfde leugenaars van toen?
Zijn wij misschien al zoover gevorderd, dat het
Christelijk deel van Nederland elkaar op sociial-eco-
nomisch terrein niet meer onder de oogen durit te
komen? Als Kuiper en Talma zagen en wisten wat
thans geschiedt, zij zouden zich zeker in hun graf
omdraaien.
De A.-R. ministers zijn machteloos, zegt U, als zij
zich niet weten gedragen te worden door de ziele-
sympathie van de volksgroep, waaruit ze zijn voort
gekomen.
Ik geef U echter de positieve verzekering, ook van
hen, welke niet tot Uw Partij behooren, krijgt U ook
de volle medewerking, mits. deze ook tot de bur
gers van Nederland gerekend kunnen worden. Het
spijt mij inderdaad, dat ik dezen zin moet plaatsen,
doch bij velen leeft dc meening, dat men alleen nog
wordt geduld. Mocht ik naar Uw oordeel in mijn be
schouwingen niet juist zijn, u zou mij dan ten zeer
ste verplichten mij hiermede in kennis te willen stel
len.
Op verschillende dingen zou ik gaarne dieper op in
gegaan zijn, doch niet alles is voor publicatie geschikt
Heb ik mij hier in een enkel geval misschien wat
scherp uitgedrukt, U houde mij d.t ten goede, ik zeg
gaarne zooals ik denk.
Wieringen, 15 Januari 1934.
Uw dw. dm,
B. v. HOUTEN.
(Verzoeke andere bladen dit te willen overnemen.)
„Zij en haar spiegelbeeld".
Oplossing probleem No. 28.
V H., 5, 3
5.4
7
N
4
ff 8, 7, 4
W O
ff vr„ b., 10, 9
4 9, 8, 3
4 io
z
Oplossing.
A., 2
4 vr., 3
8,6,4
hoe maken N.Z.
van de
7 sla
N.
Z.
W.
1.
H3
H9
HA.
H4
2.
H.H.
H10
H2
H7
3.
H5
Hb
K4
H8
4.
R4
Rb.
Rvr.
R3
5.
K7
K.H.
K6
KI0
6.
Kb.
S.H.
R6
R8
7.
R5
Hvr.
K8
R9
We kunnen nu wel aannemen,
dat de lezers voldoen le op de hoog
te zijn van het spelen, want het is
ontegenzeggelijk een feit. dat, met
deze z.g. „doublé dummy" proble
men, een grootere speelroutine
wordt aangekweekt. Voor de afwis
selmg heb ik gemeend. U ook eens
op een ander terrein te moeten la
ten komen, en wel het bieden en het
uitkomen, etc Ik heb voor dit doel
eenige aardige gevallen opgetee
kend. zooals deze in de praktijk
zijn voorgekomen.
Natuurlijk zullen we zorgen voor
afwisseling en daarom ook zoo nu
en dan eeu gewoon probleem
plaatsen Ik hoop. dat deze rpgeling
bij U in den smaak zal vallen.
Voorbeeld no 1.
Zuid is gever, geen der partijen kwetsbaar. O. W. passen steeds.
Hoe zal het bieden moeten ver-
loopen?
4 H., 9, 7, 4
ff 6, 5
4 b., 10, 6, 2
4 H., 10, 5
N
W
Z
O
Z.
Ir 1
3k 8
3S.A.8
2r.2
3r.4
4 A"5
ff 10, 8, 2
4 A-, vr., 7, 3
4 A., vr., 7, 4.
Van 2 biedbare kleuren neemt Z. eerst zijn hoogste.
N. heeft ruiten steun, geeft deze te kennen, dit bod Is beter dan bijv.
1 S. A., aangezien dit bod niet inhoudt dat N. ruitensteun bezit.
Zuid iaat zijn 2de biedbare kleur hoo -en.
N. heeft meer sleun in ruiten, dan in kla e.
Na deze gegevens, acht Z. de aans aanwezig 3 S A. te spelen. Hef
bod is eenigszins riskant, maar N. dient er aan te denken dat
bridge niet z mder risico is te spelen. De kans is 1 om 3 dat iiet
spel vast geraakt.
Voorbeeld no. 2.
Het bieden:
Z. W.
N.
O.
4h. pas
pas
pas
West heeft:
Sch. H.
R.
K.
H.9 3 Vr.7 3
A. 10 3
9 7 65
Waarmee zal West uitkomen? K. 5. De kaart bezit 2 zekere sla
gen en 1 waarschijnlijke slag. De klaverkleur is waardeloc» en 1.: r«
mee wordt itg«.':omen, niet met het Idéé een vrije klaver te krijgen,
maar alleen uit nood, om niet n verdedigende kra van de kaart
te verzwakken.
U mo t nu zelf eens trachten de volgende 2 op te lossen.
Bieden: beide partijen kwetsbaar:
W.
West heeft:
Sch. 9, 7, 5, 4
Z.
1 h.
2 kl
3 S.A.
H. vr.. 10, 4
pas
pas
pas
N.
1 sch.
2 r.
pas
R. 10. 2
pas
pas
pas
Kl. H., vr., 9, 8.
Waarmee moet West uitkomen?
No. 2. Beide partijen kwetsbaar. Zuid is gever. Oost en West pas
sen steeds:
V b., 7, 5
9, 5
Jf, A., H., b„ 10, 9, 6, Z
N
W
Z
O
4 A., vr.
9 A„ H., vr., 10, 8,
4 A-» vr., b.
4 S.5
Hoe moeten Zuid en Noord bieden?
BRIDGE-REDACTEUR,