Kerstfeest in het verre land
De Zwarte Monnik
Zaterdag 20 Januari 1934.
SCHAGER COURANT.
Derde blad. No. 9418
De mislukte berooring op den
Stadionweg te Amsterdam.
De vinder van den reuzen-diamant.
A«]>irin zonJer omzelLelaslinó-voorU
kerstfeest in een mohamedaansche
stad. - NAGEMAAKTE KERSTBOOMEN.
ZOMER EN WINTER BINNEN ééN ET-
MAAL. HET ONTHAAL VAN
VLUCHTELINGEN.
(Van onzen reizenden correspondent.)
Bagdad, 28 December.
OOK hier in (loze verre stroken, is de Kerst
mis gevierd, want ook hier waren Christe
nen, al vrfrmcn ze dan een minderheid, Ar
meniërs, Assyriërs (Chaldeeërs), om van de
Europeanen te zwijgen.
Een deel dezer Christenen hebben het Kerstfeest
celiik met ons gevierd, anderen, de Orthodoxen en
een deel der Assyriërs. komen met dit kerkelijke
feest dertien dazen later. L'c Mohamedanen kennen
natuurlijk ons Kerstfeest niet (al erkennen ze Jezus
wel als een der profeten, een voorlooper van Moha
med) en zij hebben daarvoor den geboortedag van
hun grooten profeet Mohamed.
Enkele door Christenen gehouden winkels hadden
Kerstuitstallingen gemaakt en ik heb ergens zelfs
een Kerstboom gezien. De Kerstboomcn hier zijn
zeldzaam en men vindt ze alleen "bij Engels^hen en
Duitschers. voor wie dan deze boom in de eerste
plaats is een uiting van heimwee naar het vader
land. Bovendien, deze Kerstboomen zijn niet echt,
maar nagemaakt met gewoonlijk heel valscn groen,
want dennen ontbreken hier en palmen kan men
nu eenmaal niet als Kerstboom gebruiken.
De Mohamedanen kijken deze Kerstmisvreugde
aan zonder er zicb erover op te winden De gevech
ten tusschen Assyrische Christenen en Mohame-
daansche Koerden nabij Mossel zouden don indruk
hebben kunnen wekke n alsof er in Irak hevige on
verdraagzaamheid bestaat, maar dat is onjuist. Te
Bagdad vindt men Christelijke kerken van verschil
lende gezindten en 's Zondags kan men ook nier de
klokken hooren luiden. Herhaaldelijk ziet men
Christelijke priesters over straat gaan. zonder dat
aan hen of aan nonnen en monniken de Mohame-
daansehe bevolking aanstoot schijnt te nemen. De
bevolking van Irak is vrijwel uitsluitend Mohame-
daansch, maar andere godsdiensten worden vrij ge
laten. Indien er al onder de Mohamedanen een zeke
ren tegenzin tegen de Joden hecrscht. dan ligt de
oorzaak daarvan niet in de eerste plaats in geloofs
verschil, maar houdt verhand met do gebeurtenissen
in Palestina. In hoeverre Duitsche propaganda steekt
achter deze anti-Joodscne stemming onder de Ara
bieren. ontgaat mijn oordeel. Vel© Joden hier bewe
ren evenwel, dat zoo'n Duitsche anti-Joodsche pro
paganda in deze streken bestaat.
De Christenen hier vormen allerminst een een
heid. Om te beginnen is er natuurlijk het verschil
tusschen Katholieken en Protestanten, maar dan zijn
er nog de Orthodoxen en bovendien zijn de Katholie
ken te verdeelen in Artneensch-Katholieken, Assy-
risch Katholieken en Hoomsch Katholieken Deze
laatsten noemt men hier gewoonlijk de ..Latijnen
Elk dezer groepen heeft een of meer eigen kerkge
bouwen, soms heel kleine, onaanzienlijke, niet meer
dan een huisje met onder een afdukjo gewo-»nlijk
een'klok. die vaak niet veel no'cr dan een bel is. Te
herkennen zij'n deze kerkgebouwtjes aan de opschrif
ten, want zoowel A'rmeriiërA als Assyriërs hebben niet
alleen een eigen taal. maar ook een eigen sterk van
het onze afwijkende alphabet. Trouwens, ook cie Mo
hamedanen, vormen hier geen volkomen eenheid,
want er zijn Sunniten en Sjlïien, waarvan laatstge
noemden veel minder verdraagzaam zijn dan dc Sun
niten, die door de Sjlïten als halve ougcloovigen,
ais min of meer afvalligen worden beschouwd.
Hier in het oosten is alles nu eenmaal ingewikkeld
en verward en als men eindelijk begint te gelooven,
dat men de toestanden en verhoudingen langzamer-
handen kent. ontdekt men plotseling dat men er nog
niets van weet.
Enkele dagen vóór Kerstmis adverteerde een on
dernemende Christelijke koopman, dat hij uil Enge
land aangevoerde varkens had laten slachten en dat
bij hem ook ham en spek verkrijgbaar waren. Deze
koopman weet natuurlijk volkomen zeker, dat geen
Mohamedaan meer bij hem zal koopen en uil den
aard der zaak stalde hij dat varkensvleesch niet voor
zijn venster uit, daar dit aanstoot zou hebben ge
geven. Met zulke gevoeligheden moot men rekening
houden.
De Mohamedanen mogen namelijk geen varkens
vleesch eten. Hun godsdienst verbiedt dat m dit
verbod is zoo sterk in hen doorgedrongen, dat var
kensvleesch voor hen iets walgelijks, weerzinwek
kends is geworden.
FEUILLETON
DOOR
EDGAR WA IJ ACE.
Nu reeds weder jaren geleden, toen ik voor een der
eerste rnalen door een Mohamedaansch land reisde,
heb ik daardoor eens een ernstige fout gemaakt.
Ik reisde per trein door Anatolië (Aziatisch Tur
kije) en kwam er in gesprek met een zeer welwil-
lenden, beschaafden „hodsja" (schriftgeleerde). Zon
der er bij te denken haalde ik, toen ik wilde eten,
brood met ham voor den dag Dit maakte den
hodzja niet boos, maar ziek. Zóó walgingwak-
kend scheen hein het eten van varkensvleesch, dat
hij ongesteld werd. Hij sprak ook niet meer met
me en bij het eerstvolgende station steeg hij uit om
in een andere afdeeling plaats te nemen.
Trouwens, deze afkeer van varkensvleesch is zelfs
op vele Oostersche Christenen overgegaan.
Mijn makker had ham gekocht en we wilden spie
geleieren eten. In ons toch Christelijk hotel wilde
men die voor ons niet bereiden, wat tenslotte niet
zoo onbegrijpelijk was. Ze zouden al hun Mohame-
doanschc klanten er door kunnen verliezen. Wij ech
ter bedachten er iets anders op. We kochten een
pan om zelf boven ons petroleumkacheltje te bak
ken. De Christelijke, maar hier geboren kelner keek
met een bedenkelijk gelaat toe. Op geen wijze was
hij er toe te bewegen eens een stukje te proeven en
blijkbaar was hij verbaasd, dat wij na den eersten
hap niet dood neervielen.
Den avond vóór Kerstmis had men zich in een ge
heel Christelijke stad kunnen wanen. De Mohame-
daansche bevolking legt zich. vooral in den winter,
<roeg te slapen, maar dc Christenen bezochten el
kander, in enkele door Christenen gehouden restau
rants was een Kerstfeest georganiseerd en op straat
bleef het levendig en druk, maar het publiek be
stond bijna uitsluitend uit Chritenen, Assyriërs, Ar
meniërs, en Europeanen I)e weinige Christelijke
banketbakkers verkochten duizenden prachtig opge
maakte taarten.
Te middernacht luidden de klokken en de Christe
nen stroomden ter kerke, om enkele uren later het
feest thuis weder voort te zetten.
Dien avond vóór Kerstmis was als een zomer
avond bij ons, zóó zoel, zóó aangenaam, maar
's morgens kwam er weder oen snijdende kilte opzet
ten. De wind was gedraaid en bracht koude mede
van de sneeuw der Perzische bergen en van de Kas
pische Zee, die immers niet meer dan ongeveer ze
venhonderd kilometer van Bagdad verwijderd is. De
Kerstdagen zaten we verkleumd op onze ka ner. We
konden het met ons petroleumkacheltje niet vol
doende warm stoken.
Er hadden in ons hotel drie Duitsche vluchtelingen
hun intrek genomen, een sociaaldemocraat, die was
weggevlucht, nadat hij eenige nazi's had aangeval
len; een jonge man. die zich „internationalist"
noemde en wel communist zal zijn geweest en een
Joodje. Deze laatste hadgeldelijke ondersteuning
van zijn gcloofsgenooten gekregen en met de twee an
deren gedeeld. De kelner had ons dit verteld en
daarop hebben wij de drie bij ons uitgenoodigd en
onthaald op wijn en gebak.
„Het is weer een zonderling Kerstfeest lachte mijn
makker.
Jawel, maar dat waren onze vorige Kerstfeesten
ook: een laar geleden in Noord Afrika tusschen
zwaar beschonken Spanjaarden; twee jaar geleden
aan boord van een schip in de Middeilandsche Zee;
drie jaar guleden in een hut in de bergen van Ana
toliè vAziatisch Turkije) en gedurende het feest werd
:vóór onze hut een man met revolverschoten ver
moord.
Het waren vreemde herinnerigen.
De Duitschers vierden voor de eerste maal hun
Kerstfeest in den vreemde en zo bleven stil en droef
geestig.
J. K. BREDERODE.
Opnieuw twee arrestaties.
Amsterdam. Naar wij vernemen zijn er !n de
zaak van de mislukte berooving, welke Zaterdag jl.
in den vroegen morgen op den Stadionweg bij de
Diseusstraat is geschied, opnieuw twee mannen
aangehouden. Naar de politie aanneemt heeft zij
met een van hen den man in handen, die het plan
van de berooving heeft uitgedacht.
Zooals men zich herinneren zal, was het slacht
offer een bezoldigd penningmeester van een metaal-
bewerkersorganisatiu. die een koffertje, waarin zich
een bedrag van f5000 bevond, bij zich droeg. Deze
man is onverwachts door eenige personen aangeval
len en slechts door liet feit, dat hij luid om hulp
begon te schreeuwen, waardoor zijn aanvallers en
een paar anderen, die met een auto in de nabijheid
op post hadden gestaan, op dc vlucht sloegen, bleef
het geld in zijn handen.
Nog denzelfden dag had de politie van het bureau
Overtoom, welke met het onderzoek in deze zaak
belast is. de eigenaar van een taxi-onderneming ge
arresteerd. doch deze moest bij gebrek aan bewijs
van zijn schuld worden vrijgelaten.. Daarna werden
een chauffeur en een kellner gearresteerd; naar wij
vernemen zal ook d" laatste nog vandaag op vrije
voeten worden gesteld.
Dc nieuwe arrestaties betreffen een 37-jarige sjou
werman en diens zwager, een 28-jarige metaalbe
werker. Vermoedelijk is eerstgenoemde do persoon
geweest, die het plan heeft uitgedacht en het bespro
ken heeft met den chauffeur, den metaalbewerker
en nog een ander persoon, die zich mot de uitvoe
ring hebben belast. Naar laatstgenoemden persoon
wordt nog gezocht
Voor de rest van zijn leven geborgen.
Bijna 70 000 pond sterling heelt de steen
opgebracht.
De diamant van 726 karaat, welke zooals gemeld,
dezer dagen gevonden is in de Zuid-Afrikaansche
mijnen, is verkocht aan Si** Ernest Oppcnheimer,
voor een bedrag van bijna 70.000 pond sterling. In
onbewerkten staat wordt do diamant geschat op een
waarde van 100 000 pond. Jacobus Jonkheer, op
wiens landerijen d cdinmant is gevonden, is voor
nemens zijn hcerenherijf thans op ruimer schaal in
tde richten. Aan den negerjongen Johannes, die den
diamant heeft gevonden, is toegezegd, dat hij zijn
heele leven op de boredcrij mag blijven wonen en
als mag doen waar hij zin in heeft
HERINNERING AAN DEN OORLOG.
Weer een vondst op de slagvelden bij
Verdnn.
In .het slagvelden gebied rondom Verdun hebben
arbeiders nabij 'Etang dê Vaux een tot nog toe niet
ontdekte Duitsche loopgraaf gevonden, vermoedelijk
aangelegd" in 1916 en bestemd om de forten Vaux
en Douaurnont tot zeer dichtbij te benaderen. In een
gedeelte van deze loopgraaf vond men een onder
stand waarin zich nog groote hoeveelheden geweren,
munitie, stalen helmen, gasmaskers en ander mate
riaal bevonden.
Ondanks de nleu^^omiJBlMUn\blijft de prijs van
de oranje-band bij
en van de oranje
in1 2(| tabletten 70 cent
abletten 10 cent.
30.
„Maar waarom juist vanmorgen?" vroeg Gil-
der.
„Dat wou ik juist vertellen", antwoordde de
ander ongeduldig. „Chelford bewaart in zijn bi
bliotheek een geldt rommel in de tweede lade
links, en daar zitten in den regel een hoop duiten
in. Op het punt van geld is hij slordig. Ik dacht,
dat als ik met mijn klauwen eens in den inhoud
kon graaien, ik voldoende zou kunnen opstrij
ken om c-en tijdje binnen te zijn, mits ik voldoende
het liggen, opdat Chelford niet wist of er meer in
geweest was of niet. Ik verschafte mij vanmor
gen, zoowat om vier uur, toegang tot de biblio
theek, en wou juist de trap weer opgaan, toen
Alford mij snapte, en mij naar boven joeg om mij
aan te kleeden en de laan uit te gaan. wat ik
deed. Er spookt dien kerel iets door het hoofd,
hij slaapt, nóóit.'1
„Betrapte hij je met het geld?" vroeg Gilder
vol afgrazen.
„Dat denk je maar ik gooide het door de
tuindeur van de bibliotheek naar buiten, zoodra
ik het te pakken had. Ik ging het later oprapen."
„En wat deed Mr. Alford, om op zulk een laat
uur nog door het huis te zwerven?"
De man trok een grijns. „Je weet nooit waar je
met dien vent aan toe bent", zei hij. „Hij is geen
mensch, hij heeft totaal geen behoefte aan slaap!
Hoewel Gilder overtuigd was dat de man de
waarheid sprak, was hij even zeker dat hij nog
iets achterbaks hield. Er schenen in zijn verhaal
gapingen te bestaan, die hij gemakkelijk kon
overbruggen. Hij kwam wijselijk tot de overwe
ging. dat dit niet het oogenblik was om hem aan
een kruisverhoor te onderwerpen. Op één punt
was hij vastbesloten. Hun wegen moesten voor
taan uiteenloopen, en liefst gauw.
„Waarom kwam je naar hier?"
„Ik wist niet beter of u was in Londen", ant
woordde de ander koeltjes. „Ik heb u hier al
eerder bezocht, en ik meende dat u er niets te
gen zoudt hebben, wanneer ik voor een dag of
twee of misschien een week of twee beslag
op uw huis legde." Hij keek den ander daarbij
sluw in de oogen.
Gilder krabde zich peinzend over de kin. „Wat
een koopje voor mij zou kunnen worden als be
kend werd dat jij in het tuchthuis gezeten hebt!"
„Dat behoeven ze niet te weten. Waarvoor?"
zei de ander.
„Bracht jij mijn auto naar hier?"
Thomas knikte. „Ik wou eerst naar Red Farm
gaan; daar dient een knecht, die een vriend van
me is. Toen zag ik uw auto staan en, dacht dat
u iets overkomen was. Ik wachtte een tijdje, en
toen u niet kwam opdagen, reed ik den auto
naar huis."
„Werd je door iemand gezien?"
„Door niemand. Het was nog donker."
Wat hiekl de man achter? De indruk, dien
Gilder ontving en hij was een bekwaam ge-
dachtenlezer was, dat een inlichting van ko
lossaal gewicht Thomas op de tong brandde.
„Je kunt hier blijven als je wilt: ik ga naar
Londen. Wanneer de plaatselijke politie mij be
richt, dat je hier verblijf houdt, schrijf ik terug,
dat je daartoe liet recht, niet hebt. Je begrijpt,
dat ik mij moet. dekken?"
„Dat snap ik best, meneertje."
Zijn lippen bewogen zich opnieuw tot spreken,
maar hij bedwong zich.
„Wat wou je me toch vertellen?"
,,'t Is veel te mooi om verteld te worden. Ik
houd het voor me. Als u hier weer terugkomt,
doe ik misschien een verhaaltje, dat een millioen
dollars waa d is."
Thomas had ook twaalf maanden in een ver
beterhuis in Canada doorgebracht, en had er
liefhebberij in om als Amerikaansch bandiet te
poseeren.
„Een millioen dollars hoepla!"
HOOFDSTUK XXXII.
Gilder schonk zich thee in, nam een paar bis
cuits, en ging, na zijn honger te hebben gesteld,
naar zijn kamer, waar hij een compleet stel an
dere kleeren uit een kast nam. Het water was te
koud voor een bad, zoodat hij zich inplaats daar
van met een ruwen handdoek afwreef. Na zich
geschoren, gewassen en verwarmd te hebben,
voelde hij zich een ander mensch. Hij voegde
zich weer bij Thomas, die bij den haard uit een
kort pijpje zat te rooken.
„Zoodra je het met je zelf eens bent om te
spreken, zendt mij dan een telegram niet uit
Chelfordbury, maar uit Horsham."
Hij schreef zijn adres op een blaadje uit zijn
opschrijfboek, dat hij den man overhandigde;
toen reed hij. na aan de kruk van zijn auto ge
draaid te hebben, door de kille morgenlucht naar
Londen.
Om tien uur werd hij door de telefoonschel uit
een zwaren slaap wakker gemaakt. Het was Ma-
ry Wenner. en hij vloekte binnensmonds.
„Ben jij daar, Fabe? Ik heb den heelen nacht
zoo vreeselijk over je in angst gezeten, lieverd.
Je bent toch niet naar die afgrijselijke plaats te
ruggegaan?"
TEGEN HET AARDBEVINGSGEVAAR. Los Angc
les behoort mede tot de gebieden op aarde, die nogal
eens door een heftige beweging in de aardkorst worden
bezocht. Hoe veelal de steenen gebouwen daarbij met
den grond gelijk gemaakt worden, hebben we nu weer
kunnen zien bU de laatste ramp In Brltsch-Indië. Vooral
in de scholen vallen soms talrijke slachtoffers. Om dat
nu tot een minimum te beperken, zijn te Los Angel es
de scholen zoo licht mogelijk gebouwd, zoodat ze veel
weg hebben van tenten. Behalve dat deze schoolge
bouwen vrijwel geen ongelukken veroorzaken bij een
aardbeving, hebben ze ook nog het voordeel, dat de
bouwkosten zeer laag zijn. We zien hierboven zoo'n
scholen-complex met op do onderste helft van het
plaatje het Inwendige van een klas. Naar onze begrip
pen voor het moderne Amerika nogal vrij primitief
Ingericht.
NIET MEER BILJARTEN.
Oldenzaalsche café-houders nemen kras
se maatregelen.
Naar aanleiding van de verhooging der biljart
belasting in de gemeente Oldenzaal. waarbij deze
belasting is verhoogd van f 40 op 170 per biljart,
heeft do vcreoniging van Caféhouders bosloien de
biljarten uit hun lokaliteiten (e verwijderen. Aan
dit besluit is. naar het „Ccntr." meldt, met ingang
van Maandag 15 Januari door de leden uitvoering
gegeven.
VERKEERSONGELUKKEN IN GROOT-
BRITTANNIë.
Gemiddeld 19 dooden per dag.
Volgens een voorloopige statistiek van het mi
nisterie van binnenlandsche zaken zijn er in 1933
in Groot-Brittannië bij verkeersongelukken 712a
menschen gedood en 216.401 gewond Voor 1932 wa
ren deze cijfers onderscheidenlijk 6667 en 206.450.
DE TREINRAMP BIJ STALINGRAD.
Een dementi uit Moskou.
Moskou. Naar het telegraafagentschap van de
sovjet-unie mededeelt, zijn do van Riga uit ver*
spreide berichten over een ernstig spoorwegongeluk*
bij Stalingrad. waarbij talrijko personen om het le
ven zouden zijn gekomen, volkomen uit de lutht
gegrepen.
„Ik kom je vanmiddag opzoeken", zei hij*
„Niet verder spreken door de telefoon; men zou
ons gesprek kunnen afluisteren."
„Fabe, lieveling..." haar stem verried een.
duideiijken angst „je bent immers niet terug
gegaan om dat goud weg te brengen, wel? Je
bent buitengewoon moedig, dat weet ik, maar ik
wou voor geen geld, dat je leven gevaar liep."
„Neen, er viel geen goud weg te brengen'^
zei hij.
„O!" antwoordde zij, en in dien uitroep lag
zoowel teleurstelling als ergernis. „Achteraf be
schouwd, was het voor jou, een man, niet zoo
erg," ging zij met eenige scherpte in haar stern
voort. „Maar ik heb don heelen nacht in bed aan
jou liggen denken, maakte mij over jou onge
rust..."
„Ik kom je vanmiddag opzoeken", zeide hij en
hing op.
Hij was volstrekt niet voornemens om haar
dien middag, of welken middag ook, te gaan op
zoeken, maar in deze kwestie had niet hij het
voor het zeggen. Kort na de thee, juist toen hij
wilde uitgaan, kwam zij onaangediend zijn eet
kamer binnen. Hij rilde bij de gedachte, wat hij
tegen zijn dienstboden had kunnen zeggen. Zij
trippelde vlug op hem toe, bukte zich. drukte ze
dig een kus op zijn voorhoofd, en ging bedaard
naast hem zitten.
„Lieveling," begon zij. en hij sloot lijdzaam
zijn oogen, „zou het je hinderen, indien ik iets
doe, dat een héél klein tikje onoprecht lijkt?"
„Het kan mij geen lor schelen..." begon hij.
„Maar dit is iets waar je eer mee gemoeid is.
lieverd." Zij keek hem met zedige oogen aan. „Je
mag nooit denken dat ik je ontrouw ben en zoo,
maar hij heeft mij zulk een lieven brief geschre
ven..."
„Wie heeft je geschreven?" vroeg hij met plot
selinge belangstelling.