Arrondissementsrechtbank te Alkmaar
De Zwarte Monnik
HONIG'S
GROENTESOEP 6 borden voor 20 ets.
VARIA.
Hel ruit van burgemeester Breebaart
vermorseld!
DE EERSTE PRESIDENT DER
DUITSCHE REPUBLIEK/
Als een natuurlijk gevolg van het
uitbreken van den wereldoorlog was
ln Duitschland de revolutie uitgebro
ken. De matrozen te Kiel, aangesto
ken door bolsjewistische denkbeelden
kwamen reeds in de eerste dagen van
November 1918 ln opstand. Vóór alles
elschten zij de erkenning van de sol-
datenraden, die zij hadden gekozen,
voorts betere behandeling van de
manschappen en gelijkstelling met de
officieren, wat de behandeling en ver
zorging betreft
Al spoedig kwam het tot uitbarstin
gen. De positie van de regeering was
onmogelijk geworden, de Keizer
vluchtte naar Nederland, waar hij een
formeele acte van zijn troonsafstand
onderteekende. Ook de kroonprins
zag van alle aanspraken af en alom
in het Dultsche rijk werden de kleine
dynastieën omvergeworpen, republi
keinse!) getint was de nieuwe regee
ring. Onder deze woelige omtandig-
heden kwam begin Februari 1919 de
nationale vergadering bijeen in het
kleine Welmar.de stad van Goethe.
Ijverig werd aan de totstandkoming
van de constructie gewerkt Reeds 10
Februari was men zoover gevorderd,
dat men een voorlooplge grondwet kon
aannemen, die van kracht zou zijn,
totdat de eigenlijke oonstltutie was
uitgewerkt en goedgekeurd. Op 11 F e
bruari 1919 werd Frledrich Ebert
tot eersten president van het Dultsche
rijk gekozen. Hij was afkomstig uit
Heidelberg, waar zijn vader kleerma
ker was; zelf was Ebert zadelmaker
geweest Al spoedig echter had hij de
zen werkkring opgegeven, daar hij
zich door zijn peroonltjke kwaliteiten
den eenen post van vertrouwen na den
anderen In de sociaal-democratische
partij verwierf. Op den revolutiedag
(9 Nov.) had hU de waardigheid van
rtijkskanseller aanvaard, doch reeds
den volgenden dag gaf bU die op.
om deel uit te maken van de voor
looplge regeering. Een paar dagen
na zUn presidentsverkiezing was de
-amenstelling geregeld van de nieuwe
regeering met Scheldemann aan
het hoofd.
MUZTEK-ANECDOTEN.
GOLDMARK trof op reis van Bu-
dapest naar Weenen een jongedame,
die hem noga) aantrok. Zy raakten
aan 't praten en elndeiyk stelde de
kunstenaar zich voor:
Ik ben Karl Goldmark"
De dame, een gravin, bleek den
naam niet heel goed te kennen.
Daarom voegde Goldmark er bij..Ik
ben de oomponlst van De Koningin
van Saba."
„O." zei de gravin. Dat is zeker
een heel mooie positie?"
BRAHMS en Bernhard Scholz wa
ren Jeugdvrienden, en de vriend
schap duurde voort, toen Brahms
Scholz ver achter zich liet. Eens leg
de Scholz hem een trio voor, dat hij
pas gecomponeerd had en wou er *en
oordeel over hooren. Brahms keek
de partituur aandachtig door en
knikte een paar maal; elndeiyk nam
hy het laatste blad tusschen duim
en wysvlnger, wreef eena en vroeg
toen. „Zeg. Bernhard. waar haal je
dat prachtigs muzlekpapler?"
Een zangleeraar te Weenen, die
voor zyn plelzler violoncel speelde,
droeg ln besloten kring met
BRAHMS, die aan den vleugel zat,
diens laatste cellosonate voor.
Brahms behandelde het klavier
nogal krachtig, de cellist voelde zich
miskend en zei een beetje prikkelig:
„Maar beste Brahms, speel toch niet
zoo hard. Ik kan mezelf niet eens
hooren." B aarop Brahms met diep
gevoel verzuchtte: „Bóf jy even!"
ADELINE PATTI vroeg eens voor
een serie van vyftlg concerten twee
honderdduizend dollars, de Impree-
sarlo protesteerde ontzet: „Maar
u vraagt precies viermaal zooveel als
de president der Vereenigde Staten
per jaar ontvangt!"
„I aai ae president dor Vereenigde
Staten dan voor mo zingen", ant
woordde PattL
HUMOR.
Bedenkelijk.
Mary: „Denk je, dat Harry nog
meer van me zal houden, als we
eenmaal getrouwd zyn?"
Molly: „Natuuriyk, lieve; hy ls
aol op getrouwde vrouwen."
Ook een reden.
„Maar waarom bent u toch ver
huisd? U had toch zoo'n mooie wo
ning!"
„Ja, dit wel, maar weet u: wij
woonden naast het belastingkantoor
en daar hebben onze kinderen de
vreeseiykste vloeken geleerd!"
Welkom binnen.
Uit een reisgids: „By het binnenko
men in het museum zal den bezoe-
ke een massale bronzen buste ln 1
oog vallen..."
Meervoudige Strafkamer.
Zitting van Dinsdag 6 Februari
ONTEVREDEN KANTONG ER ECHTSCLIëNT.
De 28-jarige chauffeur Abram H., wonende te Alk
maar, was door den Kantonrechter aldaar veroor
deeld tot f 15 boete of 15 dagen, ter zake overtreding
art. 22 van de Motor- en Rijwiehvet, zulks naar aan
leiding van het feit dat hij met de door hem bestuur
de ankauto op den Frieschenweg een voor hem
plotseling vaartverminderende luxe auto was gepas
seerd, zonder er nota van te nemen, dat van de an
dere zijde de Langendyker autobus naderde, zoodat
de chauffeur v.-^i de bus, L. Tromp, alleen door krach
tig remmen, een aanrijding had kunnen voorkomen.
Dvï veroordeelde vermeende evenwel geen schuld te
hebben en was van dit vonnis in appèl gekomen,
waarbij hij juridisch werd ter zijde gestaan door Mr.
Prins Jr. en werd deze appelzaak üeden als aan-
vangsnummer behandeid. De meest bezwarende ge
tuige was de lijnwerker Zeeman uit Uudorp, Deze
bevond zich op pl.m 40 M. van de plek des onheils
en werd ook thans gehoord. Ook nu legde hy een ge
lijke verklaring als voor den i.antunreeüter af.
Getuige Tromp, die ook in eerste instantie voor
appellant een niet ongunstige verklaring aflegde,
bleef ook thans by die Houding volharden. Hij nad
de Shelwagen niet kunnen zien., dus vermoedelijk
had appellant evenmin de bus kunnen zien. Door
krachtig remmen van Bus en Shelwagen was een
ongeluk voorkomen, t is daar een gevaarlijk punt.
Waar het feitelijk meer ging om het »pelrecht dan
om de knikkers en wij reeds vroeger dit voorval op
den verkeersweg meer uitvoerig releveerden, zullen
we volstaan met den eisch van den heer Officier,
die zeer terecht in een geestige vergelijking vernie
tiging van het gewezen vonnis en vrijsuraak requi-
reerde. liet stond vast, dat Mr. Prins na een voor
bereidend betoog, zich gaarne bij den Officier aan
sloot.
Een achtergebleven presentkaasje, uit Drenthe, naar
Westfriesland gewaaid door onze drjjgleggingsuto-
piën, de arbeider Hielke Dr., had op 4 November ter
gelegenheid van een miniatuur oproer ter verkrij
ging van meer steungeld, te Kolhorn in de woning
van den toenmaligen burgemeester den heer K. Bree
baart, een glasruit verbrijzeld. De ontevreden steun
trekkers maakten zoon spectakel, dat burgemees
ter Breebaart, die al werd geiracleerd op een steen
tegen het hoofd, uit voorzorg een vuurwapen haalde
en daarmede den troep opscneppers bedreigde.
Toen de heer Breebaart zich weer naar binnen De-
gaf, hoorde hij het gerinkel van glas en bleek een
ruit te zijn gesneuveld. Als dader van dit kinderacn-
tig optreden werd nu verdacht bedoelde Drentenaar,
die echter ontkende, doch wel toegaf bedoeld ruit
maar niet met opzet, te hebben stuugedruKL Me
vrouw Breebaart zag de ruit met een steen inwerpen,
zij kende den dader niet, doch herkende hem bij con
frontatie als deze verdachte. Mej de Vries, echtge-
noote van zekeren heer Waller, scheen als tweede
getuige gemobiliseerd, behoorde ook bij de dames
demonstranten. Deze „onverdachte' getuige had dui
delijk waargenomen dat verdachte N. met steentjes
in de richting van de ruiten wierp. Tot tweemaal toe
had zij N. zien bukken om steenen op te rapen. Door
mevrouw Breebaart werd bevestigd dat de in de voor
kamer gevonden steenen klein waren.
De heer Officier stelde voorop, dat het feit op zich
zelf genomen, niet zoo ernstig was, doch de onder
grond van deze gebeurtenis te Koiuorn gaf door net
uitgeoefende terrorisme daaraan een veel meer ern
stig aanzien. Dergelijk optreden kon niet werden
getolereerd en moest met kracht worden onderdrukt,
reden waarom de officier in dit geval niet een boe
te. doch een gevangenisstraf voor den tyd van 3
maanden vorderde.
Mr. Prins, verdediger van den verdachten steenen-
werper, richtte het snelvuur van zijn verdediging
voornamelijk op de strafmaat, achtte deze in ver
band met de omstandigheden, veel te hoog en ver
zocht het opleggen van een merkelijk mindere straf.
S c h o o r 1.
EEN ONTEVREDENE UIT MINESOTA.
De te Mineso.a U.S. geboren en te Amsterdam wo
nend electro monteur G. B. S., had op den Duinweg te
SchoorI met zijn mo'or een wielrijder, die met zijn
meisje op het spatbord, in den Duinweg naderde, aan
gereden en was door den Alkmaarschen Kantonrech
ter veroordeeld tot f20 boete of 20 dagen en vergoe
ding der toegebrachte schade aan den fietser, den hr.
v. Koningsveld uit Leeuwarden tot een bedrag van
13.10 wegens kosten geneeskundige behandeling en
beschadiging van zijn karretje. De man uit Minesota
nam met deze beslissing, die hem wat al te onvoor-
deelig voorkwam, geen genoegen en waagde een kans
FEUILLETON
DOOR
EDGAR WAÏ.T.ACE
41.
Wel wist hy. dat zij hem van niet veel nut zou kun
nen zijn, maar zoolang zij nog hier was. maakte hy zich
róó ongerust over haar. dat hij haar liever niet uit het
gezicht verlcor. Het was zeer goed mogelijk, dat zij
hem eenigszins doorzag, maar zy nam het aanbod dank
baar aan.
„Ala je rijden gaat", waarschuwde hy haar. houd Jo
dan aan de hoofdwegen en de oorijlaan. Laat je door
niemand staande houden, hoe goed je hem ot haar ook
kent en sla er geen acht op, wanneer je je door iemand
hoort roepen."
In weerwil van haar vrees lachte zy. „Hoe vreeseiyk
onrustbarend klinkt dat!"
Na zijn vertrek hield z!j zich met huishoudelijke aan
gelegenheden bezig, bemcelde zich met het diner van
dien avond en was op het punt van uitgaan, toen er aan
de voordeur gescheld werd. Toen haar dienstbode bin
nenkwam. was zy bezig met voor de spiegel haar hoed
op te zetten.
„Mies Wenner?" riep Leslle onthutst, en eerst dan
herinnerde zij zich haar op verzoek van Arthur gedane
tiltnoodiglng. dat Marv Wenner een week-end by hen
zou komen doorbrengen
Hier deed zich een verwikkeling voor. welke zij niet
voorzien had. En toch. terwyl zij van haar kamer naar da
hal ein». kwam trt het lnz'nht. dat hetgeen waaraan
zy op het oogenblik het meest behoefte had. het gezel
schap van een vrouw was.
Mary Wenner stond in de hal en groette haar met een
warmte, alsof zy de grootste boezemvriendinnen waren,
hoe—cl Leriie haar fcltelPk nauwelijks kende.
- „O, lieve wat ben ik biy weer in deze verrukkelijko
streek terug te zijn," riep zij. .Toen ik voorbij dat dier
bare oude Fossaway Manor reed, kon ik niet nalaten
te denken hoe vreedzaam hier alles ls!"
Leslie had het kunnen uitgillen! Vreedzaam!
„Mleschlen ls het toch niet zoo vreedzaam als het
ïykt, Miss Wenner," merkte zy droogjes op.
je in hooger beroep. Echter tot dusver met minimum
succes, aangezien de officier het vonnis met veel
enthousiasme bevestigd wenschte te zien.
Egmond aan Zee.
CAN'DIDATEN VOOR DE LAATSTE GALG.
Poonemepper in ruste, Lecndert BI., in de country
bekend als Leen van Leentje van Sus, had de ge-
moedsvrode van Jhr. Six van Hillegom weer danig
verontrust, door met behulp van een enorme carbid-
lantaarn, het leek wel een zoeklicht van de Pelikaan
en 'n paar goed getrainde honden, rond te scharrelen
in de duinen naar konijntjes. Maar de jachtopzieners
waren paraat en Lecndert schoot er ook nog zijn lan
taarn bij in en werd bovendien door den Kantonrech
ter gecorrigeerd met f20 boete of 10 dagen. Een gelijk
lot trof ook zijn broer Willem, die echter blijkbaar
meer berusting bezat dan Leen en diens voorbeeld, om
in appèl te gaan, niet had gevolgd. Feitelijk had hij
gelijk, want Lecndert, die niet verschenen was, kon
geen enkel bevredigend resultaat noteeren.
De heer Hendrik Gr. Hz., meer amicaal Henk van
Jek, was voor een dergelijk feit getrakteerd op 25
gulden boete of 15 dagen en had ook de stoute s'ap
maar gewaagd. Hij is thans weer in de vaart, dus de
konijnen krijgen rust. Het eenige succes wat hij tot
dusver met zijn appèl bereikte is misschiien het be
houd van zijn zaklamp, die volgens meening van den
Officier ton onrechte voor vernietiging was voorgedra
gen. Overigens werd bevestiging gerequireerd. Henk
verdient nu 18 a 20 pop per week en krijgt 4 gulden
zakgeld, 'n gratificatie, die den president geheel \an
streek maakte bij de gedachte dat Henk de kostwinner
is van zijn ruim 60-jarige ouders.
„OPRUIMERS" VAN PALEN EN BALKEN.
ZIJ KREGEN DE VINGER EN NAMEN DE HAND.
Twee gedelegeerden uit Opperdoes, de hecren
Klaas Dr. en Jacob R., waren ten kwart voor elven
uitgenoodigd op de zondaarsbank te verschijnen om
de rechtbank eens nader in te lichten omtrent de
mysterieuze verdwijning op 22 September van een
collectie palen en balken, behoorende tot de Zuiderzee
werken. alsmede nog 2 palen, het eigendom van een
particulier. Aan deze invitatie had alleen gevolg ge
geven de landbouwer Klaas Dr. en had zijn compag
non Jacob R. geen bericht van verhindering gezonden.
Door den aanwezigen heer Klaas Dr. werd een uit
gebreid betoog gehouden, waarmede hij wilde aantoo-
nen dat hij absoluut niets strafbaars had verricht. Dus
was het meer clan noodig om dienaangaande de 5
gedagvaarde getuigen te hooren.
Er werd alzoo in de eerste plaats geïnterpelleerd
de conciërge C. J. v. Dartelen, in dienst van de Zuider
zeewerken, die aanvankelijk eedschuw scheen, doch
na bespreking met den president, afzag van zijn be
zwaren en zeer rad van tong, toegaf dat alleen waar-
deloozo stukjes hout waren aangewezen om te mogen
worden meegenomen als brandhout. Hierop volgde
alsnog de verschijning van den heer Jacob R., los
werkman te Opperdoes, die door „oneenigheid" met
zijn fiets verhinderd was geweest op tijd te comparee-
ren.
Door ingenieur v. d. Bom werd verklaard dat het
de bedoeling was om permissie te geven, brandhout
toe te staan, maar hil liet zich overigens zeer vaag
uit. Er ligt in den YVieringermeerpolder veel door
verdwenen aannemers verlaten materiaal.
Een meer positieve getuige was Brig. T. A. Brouwer,
die bij de twee verdachten palen van 4 tot zelfs 10
meter in beslag had genomen, bij Klaas Dr. werden
gevonden 2 palen van 15 M., ook alweer brandhout!
alles brandhout!
De landbouwer Pieter de Leeuw te Opperdoes, die
op 22 September zich per schuit naar de Medemblik-
ker veiling begaf, had van de heeren, die hem tege
moet voeren met een schuit vol „brandhout", een
partij balken en palen, waaronder exemplaren van
6—7 meter gekocht voor 15 gulden. Dit geld was aan
Jaap R. betaald en zij hadden samen de „poet" ge
deeld.
De aannemer Leemburg uit Leeuwarden, had op
het erf van Klaas Dr. zien liggen 'n paal, die het ei
gendom was van den aannemer Fokkes. Deze paal
was geringd en dus zeer zeker geen „brandhout".
De verdachten, die stonden te draaien dat het een
liefhebberij was. trachtten zich zooveel mogelijk te ver
schuilen achter den ingenieur v. d. Bom en den con
ciërge v. Dartelen.
De officier weer er echter op in zijn requisitoir, dat
uit niets was gebleken, dat het de bedoeling was
van deze heeren. om alles maar op te ruimen voor
brandhout, wat nog aanwezig was. in casu palen van
vele meters lengte en duidelijk kenbare heipalen.
Aangenomen werd dus het oogmerk van wederrech'-e-
„Noem my Mary." verzocht de andere. Ik heb zoo het
land aan vormeiykheld en styfheid! Het zou zoo gek
staan, als Arthur my by myn voornaam noemt en jy zegt
miss lk bedoel
„Welnu, ik zal Je me genegen Mary noemen" zei Les
lie. „En myn naam weet je ook?"
„Zoo'n lieve naam." zei de opgetogen Miss Wenner.
..Het eenige wat hij tegen heeft Is dat je ooit weet of Je
het tegen 'n Jongen of een meisje hebt. Vind je dat
somti'-ds n'et erg hinderiyk???
„Dat heb lk nog nooit ondervonden", zei Leslie; de
an-Vre n?~- haar kamer voorgaande.
Zy wachtte tot Mary haar hoed afgezet had, voor zy
met haar nieuwtjes voor den dag kwam.
„Arthur is naar Londen, maar komt vanavond thuis,'
begon zij. .Heb je de couranten gelezen?"
Miss V/enne- schudde energiek het hoofd. „Ik lees
nooit kranten", zei ze verachteiyk. „Ze staan vol leu
"ensNeen. lk lees nooit couranten, Leslie. Na van
de Daily Megaphcne den veeg uit de pan gekregen te
hebben, dat lk er een eigenaardige mentaliteit op na
hield Ik zal die woorden nooit vergeten hebben
couranten by my afgedaan."
„Dan heb Je dus niet vernomen, wat er op Fossaway
Manor gebeurd is?'
Het andere meisje luisterde, haar mond een O van
afschuw en verbazing.
„Thomas? Wat Je zegt! En lk had hem daags te vo
ren neg esproken? Zou je denken dat ze Hary ook ver-
moord hebben?"
Leslie schudde het hoofd. „Ik weet niet wat lk den
ken moet. Mr. Alfcrd ls vol vertrouwen, dat hy nog
leeft en er is zooeven een zonderlinge boodschap ont
vangen. die daarep scfcijr.t te wijzen."
Mary zweeg even, en toen: „Ik schijn op een vrij on
gelegen tijd hier gekomen te zijn Miss eh Leslle.
Heb je liever dat ik naar Londen terugkeer?'
„Wacht even. zcl haar gastvrouw en naar beneden
gaande belde zy Dick op. Hy was juist thuisgekomen.
„Natuurlijk," zei hy. ,Kcm met haar hier. Dat denk
beeld ls neg zoo kwaad n!et. En Leslle het ls misschien
beter dat Jullie vannacht hier slapen. Arthur kan ooi:
komen Je zou 'n briefje voor hem kunnen achter laten
of he*n tele?r?freren."
Dat voorstel lachte haar zoodanig toe. dat zy geen
enkel bezwaar opwierp, en Dlcks ultnoodlglng aan
haar logé overbracht. Mary Wenner ging er op ln met
een blijdschap, die bijna onbeleefd was.
..Misschien kan ik daar van eenigen dienst zyn". zei
zy. ..Ik weet hoe het daar in huls toegaat, Leslie! Hii
had het altyd over dat idiote Levenswater, en het zou
lijke toeëigening en gerequireerd tegen elk dezer vrij
postige Opperdoesers f30 boete of 15 dagen hech
tenis.
H e i I o o.
MAN MET EEN HANDKAR DOODGEREDEN.
De 38 jarige koopman Jan Albrecht Tj., uit Wijk
aan Zee., had zich in de middagzitting te verantwoor
den ter zake het hem ten laste gelegde misdrijf:
Dood door schuld, naar aanleiding van het fei\ dat
hij te Heiloo op omstreeks 8 October op een rijks
straatweg, door onvoldoende verlichting van zijn au.o
in verband mot de weersomstandigheden had aan
gereden do persoon van P. W. van Kessel. die rechts
van den weg een handkar voortduwde. Tengevolge
van deze aanrijding bekwam genoemde v. Kessel
zwaar lichamelijk letsel, namelijk diverse been- en
ook schedelbreuken en andere verwondingen, tenge
volge waarvan hij in het St. Elisabeth Ziekenhuis aan
die hekomen verwondingen overleed. Na het overlij
den werd door Dr. Hulst op last der justitie de sectie
verricht en gaf deze deskundige heden verslag van
zijn bevindingen.
In het verhoor den verdachte afgenomen, door den
pres. Mr. Ledeboer, verklaarde dc heer Tj., dat hij
dien avond eenige glazen bier in Alkmaar had go
consumeerd. reed met een snelheid van pl.m. 40 a 45
K M. en had ontstoken de stadslichten en een berm
lamp, wat volgens zijn meening voldoende was. Plot
seling kwam van tusschen de hoornen een man met
een handkar te voorschijn. Hij probeerde nog een
aanrijding te voorkomen door uit te wijken, docli dat
lukte niet meer.Vast stond dat de handkar geen reflec
tor noch achterlicht had.
Luitenant Van Hulst, de militaire deskundige op
motorisch gebied, had de auto van den verdachte
onderzocht. De auto bezat 2 stadslampen, 'n koplamp
cn 'n hermlamp. Dc verlichting die dc verdach e zou
hebben gevoerd was. volgens meening van luitenant
v. Hulst bij een snelheid van pl.m. 40 a 45 K M. on
voldoende, zooals hij proefneming was gebleken. Voor
zoover wij de geheimzinnige conferentie bij de groene
tafel tusschen college, deskundige, verdachte en ver-
my niet verwonderen, indien hy in slechte handen ge
vallen was."
„Maar Harry zette nooit een voet buiten de deur.'
„O, Jawel", luidde het verrassende antwoord. „Hy
maakte dlkwdjls een gllppertje naar Londen, wanneer
Mr. Alford afwezig was. En daar kwam iets by dat niet
zuiver was. want Harry liet mU beloven om er nooit
Iets van te vertellen aan Mr. Rlchard, zooals hy hem
noemde."
„En hoe dikwijls gebeurde dat?" vroeg Leslle.
„Soms eens in de maand, dan weer twee- of driemaal
per maand. Hy reed nooit de groote oprijlaan af. maar
volgde het pad over den akker, voorbij den hollen weg
en lk bestelde voor hem ln Horsham een auto. om hem
daar op te pikken. Hy vertrok op dezelfde manier u t
Horsham en keerde vandaar terug, en het ls dikwijls
voorgekomen dat hij my daar eerst opbelde, om te via-
gen of Mr. Rlchard thuis gekomen was."
Leslle was benieuwd of Dick dit wist
„Het is wel gebeurd dat hy driemaal per week ging
terwyi Mr. Rlchard in Yorkshlre was. om inspectie over
het landgoed by Doncaster te houden." liet Mary vol
gen, en toen zeer zedig: „Ik hoop niet, dat lk uit
•school geklapt heb; alle jonge mannen willen de bloe
metjes wel eens bulten zetten.'
HOOFDSTUK XLVL
Het aanpassingsvermogen van Miss Wenner kwam
nooit sterker aan het licht dan by haar verwelkoming
van Dick Alford. In haar blik lag een schuchterhn.d.
een bedeesde toeschleteiykheid, die bij een oningewijde
den indruk gewekt zou hebben, dat zij vroeger een
minnend paartje geweest waren, door do omstnndighe-
den wreed gescheiden, en dat elkaar na een tusschon-
ruimte van Jaren ontmoette. Welk een zwaar getroffen
en gebroken man Dick ook was, vond hij ln haar d«>
eerste bron tot Inwendig vermaak, die hy in vierentwin
tig uren tegengekomen was.
Hy liet in den oostelijken vleugel kamers voor do
Jongedames in gereedheid brengen, ln den anderen dus
waar zyn kamer en die van Harry lagen. Het waren
twee kleine vertrekken met een tusschendeur. dio hij
met opzet voor hen belden bestemde. De kamer daar
naast werd voor Arthur gereed gehouden.
„Ik heb Puttier ook naar dien vleugel laten verhul
zen. merkte hy op, „hoewel de arme kerel do eerste
paar nachten niet veel gelegenheid tot slapen zal kry-
gen."
Na hun de kamer getoond te hebben, liet hij hen
alleen, maar Leslie volgde hem over de gang en haalde
hem bij de trap in.
„Is er werkelijk niets dat lk doen kan, Dlok?" vroeg
dediger konden volgen, was de stuurinrichting van
de auto in orde.
Dr. Cohen. arts te Heiloo, reed in den noodlotticen
avond met zijn auto in de richting Limmen en vond
aldaar op de rechterhelft van den rijweg een donkero
massa liggen, die bleek van Kessel te zijn. Hij lag
met zijn linkerarm uitgestrekt en gaf weinig levens-
teekencn. Dr. Cohen heeft hem het linker onderbeen
geamputeerd, doch verklaardo bezwaren te hebben te-
ccn het roppartecren van nadere medische bijzonder
heden; 'n handwagen had getuigo niet gezien.
De Heilooër brigade commandant majoor Harm-
steen had zoowel de handkar als de auto van verdach
te in beslag genomen en later een proefrit gehouden
met Luitenant van Hulst. Voorts had de majoor de
lijkkist verzegeld en vrijgegeven.
Brigadier de Koekkoek had de verslagene. Petrus v.
Kessel kort voor het ongeluk achter zijn handkar zien
loopen. de aanrijding had getuige niet gezien.
Tenslotte volgde nog verhoor van den zwager van
den verdachte, den handelsreiziger J. C v. d. Sluijs
te Wijk aan Zee. die eveneens in de auto zat en
'con verklaren, dat zijn zwager in Alkmaar 4 glnas-
•es bier had gebruikt. Voorts gaf hij verslag van het
geen hem van het ongeval bekend was. Ook werd
nog gehoord zekere heer Geldermans als getuige a
decharge.
De officier ontzenuwde de desculpecrende opgaven
van den verdachte, die hij aanvechtbaar achtte. do"h
de moeilijkheid ontstond in de omstandigheid, dal Dr.
Cohen had verklaard over iets zachts ter plaatse te
gijn heengereden en daardoor de mogelijkheid was
geschapen, dat Dr. Cohen was gereden over het
lichaam van den overredene. waardoor niet meer
was te bewijzen de schuld van den verdachte aan den
dood van v. Kessel cn do officier dus verplicht was,
vrijspraak te requireeren.
Mr. van Gelder had nu bij deze berg. dio slechts
een muis baarde, met zijn verdediging een lichte laak
en zich slechts aan te sluiten bij het requisitoir van
den officier.
Sluiting der behandeling.
Uitspraak in alle zaken a.s. week.
zy, want zy had het „noodzakelijke" rangschikken van
zijn correspondentie beschouwd als een uitvlucht om
haar naar Fossaway Manor te krygen.
Tot haar verbazing antwoordde hy „Ja" en nam haar
mee naar zyn kantoor.
„Hier heb Je de rekeningen. Ik heb ze de laatste drie,
vier dagen niet ingekeken. Heb Je eenlgszlns verstand
van cyfers?"
Zij knikte wijs.
„Wil Je dan beginnen met deze loonstaten te ver-
geiykcn? De boeken staan op die plank, en Je zult myn
eenvoudig boekhoud-systeem vlug begrepen hebben."
Hy wees haar hoe zy aan moest met de rekeningen,
die zich opgestapeld hadden, en liet haar ln ©en Teer
tevreden stemming achter. Eerst na een half uur her
innerde zy zich. dat zij Mary Wenner ln haar kam«r
achtergelaten had. en zy snelde naar boven om haar
verontschuldigingen te maken. Mary zou haar kosteiyic
kunnen helpen, want zy was niet alleen bekwaam voor
haar werk. maar kende alle huishoudeiyke geheimen
van Fossaway Manor.
De twee meisjes lunchten alleen, want Dick had een
boodschap gezonden, dat by niet bytyds terug kon zijn.
„Dit huis bezorgt my kippevel". zei Mary huiverende,
en haar zenuwachtigheid was niet geveinsd. „Alles, ia
zoo afschuwelijk! Dio arme Thomas vermoord, en Harry
weggevoerd, de hemel weet waarheen o!" Zy sprong
op. en haar gezicht was zeer bleek. „Ik weet waar Har
ry is! riep zij opgewonden. .„Ik weet waar Harry is!'
„Waar dan?" vroeg de verbUsterde Leslie:
Mary snelde de hal in. „Waar ia Mr. Alford?" vroeg
zy neg haastig aan Leslie. „Ik moet hem spreken."
„Hij telefoneerde uit Red Farm", zei Leslle. die op
gestaan was om haar te volgen. „Misschien is hy daar
neg".
Zy belde op en kreeg antwoord. „Ben jy het, Dick?
Wat een tref!"
„Ik dacht wel dat jy het was", zei hy. „Ia er Iets?"
vroeg hij met bezorgdheid.
„Neen, maar Mary Wenner heeft je Iets te zeggen."
En met een daling in haar stem: „Zy meent te weten
waar Harry ls."
Het bleef aan het andere einde stil. Toen: „Zy zal
toch niet..."
„Neen, neen". Waar Mary er by stond, kon zy Dick
onmogeiyk geruststellen, dat de jonge vrouw niet oan
hallucinaties leed.
„Ik kom dadeiyk by Jullie", riep hy.
Zij liepen hem door de laan tegemoet, en Mary ver
klaarde zich nader.
Wordt vervolgd.