Arrondissementsrechtbank te Alkmaar, Een Huwelijk Zeven fietsen gestolen. Heil o. Helder, Schapen. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 21 April. Egmond aan Zee. JANTJE DE KNEUT ALS REVOLVERHELD. De Egmonder visscher Jan D., 'n lid uit het gezin, waarvan de mannelijke leden bekend staan als de „kneutjes", is een broeder van den jongeman, die in een Novembernacht van 1932. gedurende een stroop tocht in de duinen, in een conflict met een jacht opziener Joop v. d. Berg, werd neergeschoten. Ook Jan D. is een hartstochtelijk strooper, een hartstocht, die door den treurigen toestand in het \isschershedrijf nog wordt aangewakkerd en hij is dan ook een haoittieelen klant van den kantonrech ter. Ook in den nacht van 8 Februari bevond Jan zich met zijn broer Kees op het strooperspad in de Berger duinen en werden de heeren alstoen door den rijksveldwachter v. d. Leeghte en zijn collega W. Mol betrapt en nagezeten. Onder deze achtervol ging loste Jan D. een revolverschot, waardoor de politiehond van Mol. die ook aan de achtervolging deelnam, aan zijn poot werd getroffen. Aanvankelijk werd vermoed, dat de kneut het op de veldwachters had voorzien, en werd hij gearresteerd en in voor arrest gesteld. .Tan beweerde evenwel te hebben ge schoten. om zich tegen de aanvallen van den hond te verdedigen en werd hij na eenigen tijd te hebben gebromd, uit de voorarrest ontslagen. Hedenmorgen stond hij terecht en was de revolver als stuk van overtuiging aanwezig. Aan Jan D. was bij dagvaarding ten laste gelegd dat hij op S Februari, me» honden op konijnen stroo- pende. geen aandacht had geschonken aan het bevel van v. d. Leeghte om te blijven staan en voorts dat hij op den hond van W. Mol een schot uit een met scherp geladen browning loste, waardoor de hond werd verwond. V. d. Leeghte had onder de achtervolging duidelijk opgemerkt, dat verdachte zich omdraaide en op den hond schoot, ook schoot Jan D. later op den hond van zijn collega Mol, met gevolg dat het dier in den linkervoorpoot werd gewond, aan welke verwonding deze hond later is gestorven. Deze hond was geen gedresseerde rijkspolitiehond en had lang niet zoo veel waarde als de hond van v. d. Leeghte, die f 80 van aankoop kostte, waarbij nog kwamen de onkos ten van africhting. Door Jan D. werd beweerd, dat hij het bevel om te blijven staan niet had gehoord. Hij had op een zwar te hond geschoten, omdat deze hein aanviel. Door v. d. Leeghte werd getoond het door een schot getroffen linkerpoot-voorbeen van den gestorven hond. v. d. Leeghte had de persoonlijke meening, dat het laatste schot eigenlijk was bestemd voor de veld wachters. Dat is hem niet ten laste gelegd, vermeende presi- il<mt mr. Ledeboer. In ieder geval was de aanval van den hond niet zoodanig, dat het schot gewettigd was, zei v. d. Leeghte. De verdachte toonde een rooden halsdoek, waar van een reep was afgescheurd, zoo hij beweerde door den zwarten, hond, die hem aanviel. Hij had niet de bedoeling den hond te raken, meer om hem af te schrikken. Mr. Judel, de raadsman en verdediger van ver dachte, richtte met betrekking tot het schieten door zijn cliënt eenige vragen aan getuige v. d. Leeghte cn informeerde ook naar den kogel, die echter niet is gevonden. De rijksveldwachter Mol, als tweede getuige ge- in'crpellcerd, onderschreef de verklaringen van zijn j collega, die op een afstand van 25 a 30 meter dui- idelijk had gesommeerd. Getuige had niet gezien, [dat .Tan D. op zijn hond had geschoten. Later be- merkte getuige, die de schoten wel had gehóórd, dat zijn hond gewond was. De hond viel niet aan, omdat hij daartoe niet het bevel „vast" had gekre gen; wel sprong hij om Jan D. heen. De veldwachter reclameerde voorts f 80 voor den hond en f 25 voor geneeskundige behandeling, scha devergoeding. Verdachte verklaarde dat het voor hem geen kunst zou geweest zijn, om den hond dood te schieten. De prijs voor den hond vond verdachte zeer hoog. Pleiter betwijfelde of verdachte, een werklooze visscher, 'n dergelijk bedrag wel zou kunnen opbren gen. De president bracht verdachte.in herinnering, dat hij door het Hof te Amsterdam *vas veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf wegens mishandeling van een ambtenaar, het viel dus te betwijfelen, of hij aan een bevel van een ambtenaar om te blijven staan, zou voldoen. Verdachte repliceerde, dat geen enkelen strooper aan 'n dergelijk bevel, op 25 of 30 meter afstand ge geven, zal gehoorzamen, bovendien had verdachte dit bevel niet gehoord. Ben je doof?, vroeg de president. Nau, oewel 'n beetje, antwoordde Jan, tot alge- mecne hilariteit der supporters in den engelenbak. FEUILLETON. DOOR ETHEL M. DELL. Vertaald door Dicky Wafelbakker. 20. HOOFDSTUK VI. Plannen. „Nu heeft Everard bereikt wat hij bereiken wilde," merkte zijn zuster met een zeker sarcasme op. „Ik wist wel dat het hem zou lukken. Dat gebeurt altijd wanneer hij eenmaal zijn zinnen ergens op heeft gezet. Het is echter heel eigenaardig dat hij het de moeite waard heeft gevonden." „Beste kind, een adellijke titel," protesteerde Lady Barrowdale. „Die komen tegenwoordig heusch niet meer zoo veelvuldig als vroeger voor. Gelukkig dat hij een zoon heeft. Wat zal Marcia trotsch wezen." „Ze heeft zich uiterst bescheiden terug getrokken," merkte Lillith op. „Ik kan het haar waarlijk niet kwalijk nemen. Die menschen van de Pers kunnen geweldig hinderlijk wezen. Vanmorgen is er nota- bene een van die heeren bij me geweest om te vra gen hoe lang zij in de oorlogsjaren verpleegster is geweest. Alsof men tegenwoordig nog aan dien tijd zou terug denken. Hij wilde een portret van haar in do uniform van het Iloodc Kruis hebben. Ik gaf hem te kennen niet te gcloovcn dat er een bestond, en ik voegde er aan toe. dat het verpleegsterscostuum vermoedelijk verbrand was." „Oh, nee, dat zal die lieve Marcia nooit gedaan hebben. Ze is met hart en ziel liefdezuster geweest," verklaarde de oude dame. „Ik heb haar nooit in die uniform gezien, maar ik ben er zeker van dat ze daarin verrukkelijk moet zijn geweest." „Ze is altijd bijzonder knap." merkte Lillith zon der eenig enthousiasme op. „Het is mij een raadsel hoe zo zoo slank blijft, en het is me opgevallen dat zo er den laatsten tijd ook weer wat beter uitziet. Wellicht heeft de titel die haar boven het hoofd 1 Jaar pev. gevorderd! De Officier, requisitoir houdende, nam niet aan, dat verdachte, zooals hij ook had beweerd, de veld wachters voor andere stroopers hield en hij toen aan den haal zou zijn geennn. Zoo hard loopen stroopers niet weg voor collega's. Voorts hesprak de Officier de kwestie van het waarschuwingsschot, nota bene. een waarschuwings schot door een strooper! De rollen werden hier om gekeerd en wel door n man. die niet eens een re volver in zijn bezit mocht hebben! De Officier zon trachten aan dergelijke praktijken een einde te maken, dat zon aan het slot van zijn requisitoir wel blijken. Het was nog in het voordeel van verdachte, dat de hond van Mol geen afgerichte politiehond was, want ware dit- wel zoo geweest, dan zou de daad van verdachte -worden aangemerkt als verzet tegen de politie zelf! De Officier wenschte verdachte, die zich reeds vroeger tegen het wettig gezag keerde, met gestreng heid te behandelen en requireerde hij tegen verdach te 1 jaar gevangenisstraf. Mr. Juriel wilde den Officier de door hem uitge sproken illusie, dnf hij de zaak zwak vond. direct ontnemen. Integendeel achtte pleiter zijn zaak zeer sterk. Door pleiter werd voorts aangevallen de dag vaarding en vermeende dat het geenszins vaststond, dat verdachte -zich schuldig had gemaakt aan stroo- perij of ecnigc andore jachtwotovortrcding. Fn daarom was er voor verdachte en zijn metgezellen geen motief om op een politicbevel te blijven staan. Voorts trachtte pleiter aan te toonen. dat van op heeterdaad betrappen geen sprake was. tot welk einde door pleiter eenige desbetreffende arresten van den Hoogen Rand werden geciteerd. Een cn ander in verhand met de toepassing van art. 81 weth. van strafrecht. Dat de hond van Mo! niet zon aanvallen, kon verdachte niet worden gegarandeerd, znoals pleiter illustreerde door een toepasselijke anecdote. Ten slotte achte pleiter beide feiten. .Tan D. ten laste gelegd, niet bewezen of niet strafbaar en con cludeerde pleiter vrijspraak en ontslag van rechts vervolging. De Officier verdedigde hierop nog nader zijn dag vaarding en de daarmede verband houdende hoogo eisch cn werd vervolgens door pleiter beantwoord, waarop de behandeling werd besloten en de uit spraak bepaald op a.s. week. EgmondaanZee. DE PROTESTEERF.NDE STROOPER BOFTE NIET. De visscher Aldert Zw. uit F.gmond aan Zee, ont haald op een boete van f 15 of 15 dagen, benevens verbeurdverklaring van zijn strikken, was ook in ap pèl gekomen met een minimum succes. Bevestiging werd gevorderd, maar dank zij z'n onverstandig ge leuter, ditmaal te noteeren op f25 boete of 25 dagen. ONRECHTMATIGE ONTEVREDENE. De landarbeider Gerrit St. uit Egmond aan Zee was veroordeeld omdat hij, rijdende op een fiets, zich aan een auto had laten voorttrekken. Voorts had hij op een verboden rijweg gefietst De straffen waren hem ook te hoog, maar de Officier was zulks abso luut niet met hem eens en vorderde bevestiging. K [8 V, hing, haar nieuwe levenskrachten gegeven," eindig de ze spottend. „Niets voor haar, beste kind," zei haar schoonmoe der verwijtend. „Ze geeft totaal niets om zulke din gen. Daarvoor is ze veel te eenvoudig." „Ze is volmaakt," lachte Lillith. „Ik begin het heusch te gelooven. Ze vertelde me dat ze de vol gende week end naar Gravbourne naar Dennis' school zou gaan. Ze is ook een model-moeder, dat kan niet ontkend worden." „De kinderen zijn bijzonder aardig." oordeelde Lady Barrowdale, volgens wier opvattingen alles wat jong was, lief moest zijn. Haar schoondochter antwoordde niet. Ze kon toch moeilijk voortgaan met hatelijke antwoorden te ge ven: er waren heusch belangrijker dingen te doen. Met een eenigszins ongeduldig gebaar keerde ze zich om. „Everard is naar de Westkust getrokken om die Coulson-zaak te behandelen, en hij vertelde me ver der zijn vacantie in het gerechtshof of in zijn stu deerkamer te zullen doorbrengen. In ieder geval zullen we hem dus niet dikwijls te zien krijgen." „Groote goedheid. Ik hoop dat hij een paar dagen vrij zal kunnen maken om met Marcia op reis te gaan," zei de oude dame verschrikt. „Ze heeft heusch wel waf afleiding noodig." Lillith lachte weer. „Ik denk dat ze zich best al leen kan redden. Is U dan heelcmaal vergeten dat ze de oorlogsjaren in Frankrijk doorbracht? Toen was er ook niemand bij haar om haar to chapc- ronneeren." Om het een of andere motief had Lillith die nim mer neiging had gevoeld als verpleegster op te tre den, zich hierover geërgerd, en meermalen had ze haar broer dan ook te kennen gegeven dat het on verantwoordelijk van hem was geweest zijn vrouw al dien tijd van huis te laten blijven. Lady Barrowdale vond het blijkbaar niet noodig hierover te argumenteeren. Dit verhinderde echter niet hoe voor de zooveelste maal het verlangen bij haar opkwam dat Marcia de vrouw van den tegen- woordigon Lord Barrowdale had mogen worden, in- nlaats van die van don thans in den adelstand ver heven Sir Everard Templeton. Ze twijfelde er niet aan of Marcia had op het oogenblik iemands hulp en steun hoogrioodig. Op een bijna onmerkbare wijze had de oorlog de jonge vrouwen veranderd, oordeelde ze, gelijk dit met zoo veel menschen geschied was. Of was het door den vrede gekomen? Het viel De rechtzaal was voor de variatie weer eens ver anderd in een rijwiel magazijn. Niet minder dan 7 rijwielen stonden tegen de baliehank geëtaleerd. Rij wielen van diversen bouw en strekking en niet min der dan 11 getuigen waren opgeroepen om tot de ex plicatie mee te werken. In deze omvangrijke zaak verscheen als hoofdpersoon de 46-jarige rijwielhan delaar Gerrit R. uit Heiloo sinJs 5 maanden logé in het Huis van Bewaring alhier. Deze heer moest thans terecht staan als verdacht van diefstal van verschillende rijwielen, alsmede 'n damestaschje, gepleegd te Alkmaar. Helder en Schagen. Althans dat hij bedoelde rijwielen, wetendo dat zij van diefstal afkomstig waren, had gekocht uit winst bejag. In deze zaak trad mr. Phns op in kwaliteit van iur. raadsman en verdediger. Door den verdachte, 'n kort levendig en grijzend kereltje, keurig gekleed, werd den diefstal ontkend, wel gaf hij echter toe. bedoelde rijwielen te hebben gekocht, echter met te hebben geweten, dat zijn ne gotie door diefstal zou zijn veraregen. Met uitzondering van eenige rechercheurs uit Alk maar en Helder, bestonden de getuigen uit de besto len eigenaars. De president noemde hel adres, waar verdachte de rijwielen had gekocht, het Mannetje in de Maan, welk mannetje verdachte niet scheen te kennen, wel had hij een rijwiel vlak voor den stal van Bloot- hoofd gekocht van zekeren heei Visser, welke fiets echter het ei gendom scheen te zijn van den heer N. Slooten te Heiloo en had verdachte dezo fiets met f 12-50 toe geruild met een aan den slager Pranger toebehoorend rijwiel, getiteld „Gerinania De heer Pranger had niets aan het rijwie! veranderd. De verdachte schoof alles wat met de fietsen ge beurd was, op rekening van deu mysterieuzen heer Visser. Rechercheur Vedder had in de werkplaats van verdachte te Heiloo een onderzoek ingesteld en ver schillende onderdeelen in beslag genomen. De heer Hcndr.r Blankvoort, grossier ie Alkmaar, behoorde ook tot de gelukkigen, wiens transportfiets eclipseerde, liet weerzien in de rechtzaal was tref fend. hoewel liet merk en het zadel was veranderd en er een jasbeschermer was aangezet Ook dit rijwiel had verdachte weer gekocht in den stal van Bloot- hoofd van mijnheer Visser, zijn uitverkoren leve rancier. De slager R. Snel te Heerhugowaard had dit rijwiel op 13 Nov. in het café van Martin gekocht voor f25. Later kocht hij er nog 'n rijwielplaatje en lantaarn voor 5 gulden bij. Het rijwiel stond buiten! Gevaarlijk werk om zoon rijwiel maar onbeheerd buiten te zetten, zei mr. Ledeboer sarcastisch tot verdachte. (Vooral omdat mijnheer Visser, de onzichtbare man, zoo dicht in de buurt was. - Verslaggever.) Mevrouw Nieuwbuur-Jongmans te Helder had haar rijwiel geplaatst voor het café van anderen Visser en bleek bij haar terugkomst buiten het rijwiel verdwe nen. Thans zag zij het terug in de rechtzaal. In het rijwieltaschje zat een photo-étui. De kiekjes waren er uit, die zal mijnheer Visser misschien op zijn hart dragen., 'n Reuzebcl, die er nu op zit, was ook het eigendom van mevrouw Jongmans niet. Verdachte wist van deze fiets niets af. Misschien door Visser in Bloothoofd's stal gezet! Deze damesfiets was door rechercheur v. d. Burg in beslag genomen in het „magazijn van mijnheer Visser", den stal van Bloothoofd. Rechercheur Sprengcrs uit Den Helder had te Heiloo een onderzoek ingesteld in de garage, alwaar moeilijk te zeggen. In die vreeselijke jaren had ze haar slechts zelden ontmoet, doch nu ze achter den rug waren, was er werkelijk zoo nu en dan een verandering waar te nemen. Geleidelijk was ze dan ook gaan veronderstellen dat Marcia niet gelukkig was cn ze vermoedde sterk, dat dit de schuld van haar echtgenoot moest wezen. Ze kon hierover echter niet met Lillith pra ten, want dan had ze het gevoel gekregen alsof ze een stier die reeds stampte van woede, een rooden doek voorhield. Lillith kon nu eenmaal bitter weinig over haar bierbaren broer hooren. Hoewel zo eigen lijk allerminst met hem sympathiseerde, beschouw de ze hem door alles heen als het hoofd van het ge zin en ze duldde geenerlci aanmerkingen van ande ren over hem. Zelf ontzag ze zich evenwel niet hem op alle moge lijke manieren te becritiseercn: dat kwant er minder op aan. Indien Marcia inderdaad niet gelukkig was, dan kon het enkel en alleen haar eigen schuld wezen, redeneerde ze. Ze bezat alles op do wereld wat ze maar kon wenschen. Haar kinderen waren afschu welijk ondeugend, volkomen waar, maar welke kin deren van tegenwoordig waren dit niet? In dezen modernen tijd kon men moeilijk iets anders ver wachten. Daarover hoefde Marcia dus niet te tob ben: het was bovendien zeer overdreven van haar, hen telkens op de kostschool te gaan bezoeken. Ze verwende hen natuurlijk op een schandelijke ma nier, en ze zou er niets dan ondank voor oogsten. De kinderen voelden er vermoedelijk zelf niets voor de vacanties onder het ouderlijk dak door te bron gen, maar gaven er natuurlijk de voorkeur aan bij kennissen te gaan logeeren, oordeelde ze. En juist op dat oogenblik bepleitte Dennis heftig een zekere zaak tegenover zijn moeder. „U moet niet vergeten, moeder," zei hij, terwijl hij met haar een wandeling in de huurt van de kostschool maakte, „dat een dergelijke-gelegenheid zich niet gauw meer zal voordoen." Hij was namelijk door de familie van een vriend van hem uifgenoodigd het grootste ge deelte van zijn varantie op hun jacht door te bren gen, waarmede ze Noorwegen zouden bezoeken. „Het wordt bovendien waarlijk tijd dat ik iets van de wereld zie, en het zal in Augustus afschuwelijk warm aan de Engelsehe kust wezen." Marcia begreep dat het erg egoistisch van haar was indien ze den iongen dit pleizier wilde ontzeg gen. Ze mocht geen hinderpaal in hun leven zijn, en verdachte R. zijn auto stalde cn alstoen fn die nuto het foto-etuitjo van mevrouw Nieuwbuur gevonden. Verdachte vermeende, dat het etuitje misschien toebehoorende aan den veelbesproken meneer Visser of misschien van iemand die met hem was mede gereden. De verdachte deed zeer verongelijkt, omdat hij voortdurend voor den gek gehouden werd met dien mijnheer Visser. Dit is een groote dikke kerel cn de mijnheer Visser die men hèm had getoond, was een klein ventje, nog kleiner dan hij, jammerde de verdachte met tranen in zijn stem. Aan den filiaalhouder K. Molenaar te Schagen was op Donderdag 16 November een transportriiwiel uit een steeg naast den winkel ontstolen. Hij her kende zijn eigendom thans direct, ondanks het feit, dat er een ander merk was opecbrnrht. Het was een Magneet en nu een Diana! Wonderlijke trans formatie! Voorts ontbrak de lamp en hot belasting- plaatje. Dit transportrijwiel was te Tuitjenhorn hij zekeren Tijm opgespoord en verdachte erkende dit rijwiel op 10 November te Schagen aan Tijm to hebben verkocht. Hij had het te Schagen gekocht van mijn heer Visser! Die meneer schijnt bijzonder op u gesteld te zijn, spotte de president! De caféhouder Piet Bloothoofd. uit de „Muizen vreugd", gaf toe. dat verdachte daar geregeld ziin rijwielen stalde. Verdachte betaalde niets voor die stalling, alleen genoot Bloothoofd van verdachte eenige faciliteiten. Een zekere mijnheer Visser ken de Bloothoofd niet. ook niet op het door verdachte opgegeven signalement. Ik was er al hang voor. zuchtte Gerrit R. De stevige 33-jarige machinist Matthias Jan West- strate uit Kolhorn, had een Groeonda, 'n half-trnns- nort-rijwicl gemist. Het was hem ontstolen op de Gedempte Gracht te Schagen. Mutatis mutandis her kende hij hier zijn rijwiel. Het zadeltnschie had een gebroken riem en getuige had dit gerepareerd met een koperdrandje en dit herkende hij nu als zijn eigendom, ook herkendo hij zijn zadel, wanrvnn een der spirnnlveeren was gebroken. Dit zadel en tnschje was door een Helderschen rechercheur te Heiloo hij verdachte in de schuur in beslag genomen, niet het rijwiel. Verdachte reide thans dat deze getuige hem twee maal had bedrogen. Het was vermoedelijk de fiets van een ander! Weststrafe erkende vroeger de fiets van verdachte te hebben gekocht. De fiets was door v. d. Burg in den stal van Bloothoofd weer in be slag genomen. Eisen: lfaar en 6 maanden gevangenisstraf. Na afloop van het getuigenverhoor bleef verdachte hij zijn verklaring dat hij alles eerlijk gekorht had. Verdachte was eenmaal veroordeeld ter zake stroo- perij en eenmaal wegens wederspannfghefd. Verdach te deed toen nog een verhaal omtrent don veelbe sproken heer Visser en den oorsprong van ziin han delsrelaties met de-en heer en gaf vervolgens een omschrijving van diens uiterlijk. Eindelijk kwam de Officier aan het woord, die ln extenso de omvangrijke fietsensommen memoreerde en voldoende deed uitkomen, dat de geheimzinnige heer Visser en de andere verhaaltjes van verdachte naar het rijk der fabelen konden worden verwezen. Nadat de Officier alle fietsen in het geding de re vue had laten paseeren. kwam langzamerhand de clou van 's Officiers betoog, namelijk een eisch om den beroepsmisdadiger Gerrit R. wegens het voort gezet misdrijf van diefstal fe veroordcelen tot 1 laar en 6 maanden gevangenlstraf. Mr. Prins erkende dat mijnheer de Officier niet veel hoop gaf. doch de verdediger wilde toch trach ten den verdachte uit de bus. waarin de Officier hem wilde insluiten, te doen ontsnappen. Pleiter ver meende dat het opzet niet was aangetoond en dat de bewijslast rustte op het openhaar ministerie. Niet aangetoond was de daderschap van verdach te aan verschillende diefstallen en pleiter nam nog niet als vast aan, dat de genoemde heer Visser op de maan thuishoorde. Volgens genomen informaties was R. geenszins 'n misdadiger, noch een fietsendief. Een rijwieldief is niet zoo stom om een door hcn\ gegapte fiets in Alkmaar te deponeeren in een rij wielstalling. Pleiter wilde wel gelooven, dat verdachte in zijn handel niet kieschkeurig was, doch dit hoort thuis bij schuIdheling. Verdediger koos in deze zaak het standpunt van den verdachte en niet van den of ficier. Enkele interessante aanwijzingen brachten naar meening van pleiter het bewijs van den diefstal niet aan, evenmin als pleiter aannam, dat verdachte de wetenschap had, dat de fietsen van diefstal af komstig waren. Tenslotte concludeerde pleiter vrijspraak, aange zien geen schiin of schaduw van bewijs was geleverd. In zijn repliek nam de officier aan dat het gezin van R. keurig net was, maar men zat al reeds Inug achter R. aan. die van heling werd verdacht cn dia nu echter zelf de rijwieldief bleek te zijn. Eindelijk bleef de officier bij zijn requisitoir pprsisteeren. Mr. Prins dupliceerde op eenige punten in 's of ficiers repliek, waarop de behandeling der zaak werd gesloten. In alle zaken a.s. week uitspraak. ze gaf dan ook dadelijk toe, waarvoor ze met een onstuimige licfkoozing beloond werd. Dennis voelde zich geweldig trotsch, dat zijn moe der nu „Mylady" was, gaf hij te kennen. Het verdere gedeelte van den dag was hij één en al beminnelijk heid, en onder gewone omstandigheden had Marcia zich dan ook volkomen bevredigd moeten voelen. Ze begreep echter maar al te goed dat ze haar toestem ming voor de reis naar Noorwegen had gegeven. De volgende week-end zou Goldie overkomen. Het grootste gedeelte van den tijd bracht zo in Rotten Row door. Marcia was van opinie dat zo er nimmer bekoorlijker had uitgezien dan in haar rijpak, doch ze hoopte van harte, dat haar dochtertje nog tc jong was om zich daarvan bewust te wezen. Den Zondagmorgen nam ze haar mee naar de kerk, hoewel Goldie heftig protesteerde, dat zooiets in de vacantie niet noodig was. Vorder wilde ze haar niets verbieden en het resultaat was dan ook dat ze het meisje vrijwel den heelen dag niet zag. Een paar uur voordat ze naar school zou terug- keeren, kwam ze bij haar moeder in de kamer en begon Marcia met haar over de groote vacantie tc spreken. „Dennis gaat naar Noorwegen, Goldie, dus nu moeten wij eens bedenken waar we samen heen zullen trekken," zei zc. Het kind scheen er echter hitter weinig voor te voelen met haar moeder uit te gaan. „Ik denk wel dat ik door een van mijn vriendinnen geinviteerd word om mee naar Zwitserland te gaan," bracht ze opgewonden uit. „Als Den naar Noorwegen mag. zie ik niet in, waarom ik niet naar Zwitserland kan gaan. U gaat zeker naar Schotland, is het niet?" Het was heel moeilijk dadelijk een antwoord te vinden. In werkelijkheid wist Marcia niet of ze te leurgesteld of blij was. Klaarblijkelijk verwachtte Gnldic het laatste van haar, cn daarom zei ze dan ook: „Als je dat het liefst wilt doen. kindje, zal ik me er natuurlijk niet tegen verzetten." „Het is niet eens goed wanneer ouders en kinde ren elkaar zooveel zien, gelooft U wel? Bovendien hebben we onze vacantie met Paschen met U door gebracht, nietwaar? En met Kerstmis zijn we ook weer thuis. We moeten dus zooveel mogelijk van de zomervacantie profitecren." Wordt vervolgd. DE MONT BLANC IS HOOG, het hoogste punt van Europa! En toch, als wij een toren bouwden van al de Sunlight Zeep die in één jaar wordt verbruikt, zou deze 521 maal hooger zijn! Dit enorme verbruik bewijst hoezeer de Neder. Iandsche huisvrouw Sunlight Zeep op prijs stelt, hoezeer de ervaring haar van de voortreffelijke kwaliteit van Sunlight Zeep heeft overtuigd! THANS VOOR 4 GROOTE S I l KKIN. HOM NI)lI N CTS. Ol' EEK VAK EEN liON M)OR I KAMI GESCHENKEN S19-0J3JH

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 6