HELDERSCHE ALCOHOLSMOKKELAARS. Brieven over Engeland. - Esn onaangenaam avontuur. Een chaos bij de Velser ponten. De veiligheid der grenspassanten. De wapenstilstand in Arabië verlengd. Nederland de wereld over. Afhandeling van de Onnes-zaak. Marktberichten. In hooger beroep voor het Amsterdamsche Hof. Op 23 Juli 1032 werd een groote hoeveelheid ge distilleerd met het vaartuig „II.D. 134" uit de Noord zee binnengesmokkeld in de buitenhaven van Den Helder en daarna overgeladen in een daar liggende „garnalcnkoker", de N.V. „Chemica". Het gedistilleerd werd verborgen in een ruimte onder de luchtkoker in het voorlogies. Eenigen tijd later kwam aan het licht, dat de in voer van het gedistilleerd in een hoeveelheid van 1D130 liter ter sterkte van 95.9 niet op legale wijze was geschied. Het binnensmokkelen was geschied door den 29-jarigen Hclderschen schipper J. J. W. en dc directeur van de N.V. „Chemica", aan wie het scheepje in de buitenhaven hoort. De rechtbank te Alkmaar veroordeelde den directeur der N.V. Chemica P. D. tot vier maanden gevangenisstraf, den schipper W. tot zes weken gevangenisstraf. Een derde persoon, bij dit delict betrokken, zekere J. J. S. J., te Den Helder, hypotheekhouder van de N.V. Chemica, had de voorraad contrabande besteld en betaald bij de firma Z. Ook had hij een deel van den alcohol des nachts per auto naar Amsterdam vervoerd. J. was door de Alkmaarsche Recht bank veroordeeld tot twee maal zes maanden ge vangenisstraf. De man had hooger beroep aangetce- kend, doch gister was hij niet voor het Hof ver schenen. De procureur-generaal mr. Bauduin requireerde bevestiging van het vonnis der rechtbank, tevens eischte hij de onmiddellijke gevangenneming van %erd.; deze was niet ter zitting verschenen, zoodat bet den procureur-generaal gewenscht voorkwam verd, gevangen te nemen vóór hij gelegenheid heeft over de grens te vluchten. Vervolgens behandelde het Hof de zaak tegen den directeur van de „N.V. Chemica" te Den Helder, P. 3). Hij had zich te verantwoorden wegens fraudu leus invoeren van alcohol en wegens het opslaan van alcohol, ingevoerd in strijd met de wet, in het schip „N.V. Chemica". De procureur-generaal zeide in deze zaak schrifte lijk conclusie te willen nemen, hiertoe vroeg hij uit stel van de zaak tot 15 Juni. De verdediger, mr. H. H. Roobol uit Arnhem, wees er in zijn pleidooi op, dat de verd. D. niet had mee gedaan aan het binnensmokkelen van de bussen met alcohol. Wel had hij den tocht van IJmuiden via het lichtschip Haaks (waar het overladen plaats had) naar Den Helder meegemaakt. Maar verd. had liet schip verlaten vóór de ,H.D. 134" de wacht pas seerde. Verd. heeft niets anders gedaan, dan alcohol opslaan in het schip „N.V. Chemica". Op juridischen grond pleitte de verdediger vrijspraak, subsidiair drong hij aan op clementie. De zaak tegen den schipper werd niet in hooger beroep behandeld, daar W. in zijn straf heeft berust. r\ DE MIJNRAMP TE PATURAGES. Huldiging van de redders. De correspondent van de N.R.Ct. te Brussel meldt dat Ue redders, die zich hij de dubbele mijnramp te Paturages op een buitengewoon heldhaftige wijze hebben gedragen, Dinsdag 5 Juni door de Gedepu teerde Staten van Henegouwen te Bergen (Mons) plechtig zullen worden ontvangen. De geheele pro vinciestad zal deze huldiging bijwonen. 26 Mei 1934 DE eerste veertien jaren van mijn leven heb ik op liet platteland doorgebracht, en daar zal ik altijd dankbaar voor blijven. Het had evengoed anders kunnen zijn. Kinderen zijn nu eenmaal niet vrij in de keuze van hun ouders. Maar evenmin zijn zij vrij in het kiezen van de plaats, waar zij hun jeugd zullen doorbrengen. En het is een heel verschil geboren te worden op een bovenhuis in een zijstraat van de Jordaan te Amsterdam, of in een aardig huis met een grooten tuin buiten. Gelukkig voor de kinderen, dat ze het gewoonlijk zelf niet voelen. Hoewel ik me zeer levendig her inner uit mijn eigen jeugd, dat ik tijdens de zeer zeldzame treinreizen, die wij maakten van het sta tion Noordscharwoude naar Wormerveer of Amster dam, een diepe jaloerschheid kon voelen bij het pas- secren van Castricum. Jaloerschheid op de kinderen, die daar woonden, en altijd maar naar hartelust in de duinen konden spelen. Misschien zouden de Castricumsche kinderen wel jaloersch geweest zijn, wanneer ze met de Schagen Wognum tram door de weilanden van Lutjewinkel waren gereden, en daar een troepje jongens van hun leeftijd met polsstokken hadden zien loopen. Dwars door alle weilanden heen, recht op alle slooten aan, die geen van alle een hinderpaal vormden op hun weg. Of overdrijf ik een beetje met dat „geen van alle"? Als ik aan mijn jeugd denk, nemen die tochten met den springstok door de Lutjewinkelsche weilan den de allereerste plaats in. Er waren andere ge noegens. Om het verst hoepelen, van de brug over de Ringsloot al. Kwispelen met de platte steenen van den steenhoop aan het eind van dorp. Risten. Pijl en boog schieten. Drievoeten. Maar slootje springen spande, voor mij althans, de kroon. Je was zoo vrij. Wij waren nog maar kleine jon gens, cn het scheen ons toe, dat de heele wereld ons toebehoorde. De boeren op ons dorp waren ook allen even goed voor ons. Wij werden verondersteld niet over de, trouwens haast niet voorkomende, bouw landen te loopen, en eveneens de hooilanden te ver mijden. Overigens konden we gaan, waar we wilden. En ik geloof niet, dat wij van onzen kant het stil zwijgend opgemaakt verdrag schonden. Tenzij, maar we vonden blauwmanen ook zoo héél erg lekker. En dan was er nog een ander verboden terrein, als ik me goed herinner. Dat was „de kooi", de een denkooi. Zou ik hem nu nog kunnen vinden? Ik vraag me wel eens meer af, of de dingen uit mijn jeugd nu nog zou kunnen vinden. Het pad naar Belladonna lnplaats van zoethout. Te Leicester hebben, naar de „Daily Express" meldt, een 14-tal arbeiders van de John Bull-rubber- fabriek aldaar een onaangenaam avontuur beleefd. Toen een vrachtauto voorbijreed, waarop een vreemd soort wortelen geladen waren, vielen eenigo wortelen van den wagen af. Zij werden door een der fabrieksarbeiders opge raapt, die meende, dat het zoethout was en het on der dertien mede-arbeiders verdeelde. Kort daarna werden allen, die van de wortels ge geten hadden, ziek. Bij onderzoek bleek, dat de mannen geen zoethout, maar belladonnawortels had den gegeten. Een der arbeiders, die de noodlottige uitwerking van de giftige wortels begon te bespeuren, sprong op de fiets en reed in de grootst mogelijke vaart naar het naastbijgclegen ziekenhuis. Bij den ingang daar van zakte hij In elkaar. Hem werd onmiddellijk hulp verleend. Andere mannen namen braakmiddelen in, en ten slotte knapten èn de wielrijder en de overigen weer volkomen op. OPNIEUW BESCHIETING VAN MANDSJOERIJSCH SCHIP DOOR RUSSEN? Charbin. (V.D.) De commissaris van Buitenland- sche Aangelegenheden van Mandsjoekwo Shih Lipen heeft bij den consul van Sovjet Rusland geprotes teerd tegen een nieuwe schietpartij vanwege de Sovjetkustwacht, thans op het Mandsjoerijsche stoomschip Yangshoe. dat zich op 28 Mei op de Amoer-rivier bevond. Rijkswaterstaat weigerde iedere medewer king. In verband met een vraag van het s.d. raadslid Van der Flier in den gemeenteraad over het gevaar van het verkeer bij dc stoomponten en den chaos, welke hier veel ontstaat, antwoordde de burgemeester, met het verzoek aan de pers hieraan groote bekendheid te geven, het volgende: Voorheen was altijd gemeentepolitie aanwezig om het verkeer te regelen. Er kwamen toen klachten binnen, dat verschillende autobestuurders zich uit de file voor de ponten bega ven cn waarbij bleek, dat deze autobezitters speciale kaarten hadden van den Rijkswaterstaat voor voor rang op de stoomponten. Het bleek, dat deze kaarten gegeven waren aan personen, die ze niet eens zoo dringend noodig had den. Verder bleek, dat aan doctoren deze kaarten ge weigerd werden. De burgemeester heeft hier den Waterstaat op ge wezen en verzocht dezen maatregel in te trekken, wat geweigerd werd. Ten slotte heeft de burgemeester aan den Water staat een ultimatum gestuurd en gezegd, dat als voor een zekeren datum niet aan zijn verzoek voldaan werd, hij de gemeentepolitie zou wegnemen om het verkeer te regelen. Rijkswaterstaat hield zich doof en de politie is inderdaad weggenomen. Het verkeer wordt nu zeer gebrekkig geregeld door de rijkspolitie en marechaussee, die nu denzelfden last ondervinden van kaarthouders. Het wordt hoog tijd dat hier van hoogerhand flink ingegrepen wordt. „de Morrebok". Het pad van Zoutkaag naar Kol- horn. Soms verbeeld ik me, dat ik zonder aarzelen nog zou loopen, waar ik vroeger zooveel malen ge- loopen heb. Maar meestal twijfel ik. Twee jaar geleden was ik met mijn vrouw en kinderen in South Kensington, waar we het Natural History Museum en het Science Museum hadden bezocht. We waren laat, en wilden zoo gauw moge lijk terug naar onze woning in Chiswick. Toen stelde ik voor een korten weg te nemen, dien ik kende. Ik kende dien weg goed. Ik had hem eenige jaren achtereen minstens twee maal per week geloopen. Hij sneed erg af, maar hij was heel moeilijk te vinden. Je zoudt hem bijvoorbeeld nooit aan iemand hebben kunnen uitleggen. Maar als jo een weg ja ren achtereen twee maal per week geloopen hebt, niet waar? Laat ik maar direct bekennen, dat we ten slotte in Chiswick zijn gekomen, door na een half uur dwalen eerst terug te keeren naar South Kensing ton. En daarom vrees ik, dat de beste en vlugste manier voor mij om van Lutjewinkel naar Moerbeek of Kolhorn te gaan, zou zijn langs gebaande wegen, en de landpaden over te laten aan de jeugd, die op het oogenblik over de Lutjewinkelsche slooten springt Het is eigenaardig, zooals jeugdgedachten ons kun nen bezig houden. Ik moet me nu dwingen er van af te stappen, want niets was verder van mijn bedoe ling verwijderd, dan over slootje springen en land paden te schrijven, toen ik dezen brief begon. Het is allemaal de schuld van die eendenkooi. En dat zit zoo. Een week of zes geleden werd mijn aandacht getrokken door een artikel in een En- gelsch blad, waar met dikke letters boven stond: Vanishing Duck Decoys.. Als iemand me een oogen- bblik van te voren gevraagd had: Wat is „eenden kooi" in het Engelsch, zou ik hem niet hebben kun nen antwoorden. Maar toen ik dat opschrift las, en een paar blikken had geslagen in het artikel zelf, bleef er geen oogenblik twijfel over, of een „duck decoy" was een „kooi", en op hetzelfde oogenblik zag ik Lutjewinkel, en de weilanden, en ons jon gens met de polsstokken. Tien tegen één dat, wanneer ik nu toevallig eens een Castricumsche jongen was geweest, ik dat ar tikel over eendenkooien zou hebben overgeslagen in de Londensche Observer. Maar nu las ik het met volle aandacht. En toen ik aan het eind was geko men, dacht ik: Wat weet ik toch weinig af van mijn eigen land. Wat zou U zeggen, wanneer een vreemdeling U vroeg, of er nog veel eendenkooien zijn in ons land? Zeer waarschijnlijk is U veel knapper dan ik, maar ik moet bekennen, dat ik hoogstwaarschijnlijk ge antwoord zou hebben: Ik weet niet, of er nog wel één is. In het artikel in de Observer lees ik, dat er op het oogenblik 140 eendenkooien zijn in ons land, en Maastrichtsche K. v. K. zal zich tot de re geering wenden. Bestrijding van den smokkel. In de vergadering van de Maastrichtsche Kamer van Koophandel werd uitvoerig van gedachten ge wisseld over de wijze van bestrijding van het smok- kelwezen in het district der Kamer. Verscheidene leden der Kamer achtten het plicht, het Centraal ge zag er op te wijzen, dat bij de bestrijding van het smokkelwezcn de veiligheid van het individu aller minst betracht wordt. Schietpartijen, zelfs in dicht bevolkte stadscentra, kwamen bij herhaling voor. Door het hoofd der gemeente Maastricht werd hierte gen bij bevoegde instanties reeds tot tweemaal toe geprotesteerd, zoo lezen we in de „Msb." Te snel en te ondoordacht wordt van de vuurwa pens gebruik gemaakt, meende men. Ofschoon o.m. twee directeuren eener Maastrichtsche industrie tij dig met hun wagen hadden gestopt, werd een schot gelost, waarbij de kogel rakelings langs het hoofd der heide inzittenden vloog. Ten opzichte van de ambtenaren werd de wensche- lijkbeid uitgesproken dat deze niet alleen voortref felijk moeten zijn in de beoefening van hun plicht, doch niet minder aanpassingsmogelijkheid dienen te bezitten aan de mentaliteit van het Limburgsche volk. De ambtenaar, die onlangs in Hocnsbroek een smokkelaar doodschoot, bleef met de pet op bet hoofd en een sigaret in den mond toezien, toen door een priester aan bet slachtoffer de genademiddelen der H. Kerk werden toegediend, en nam zoodoende zelfs de burgerlijke beleefdheid niet In acht. De Kamer besloot ann den minister van Finan ciën een request te zenden met verzoek te bevorde ren, dat er naar gestreefd worde de grootst moge lijke zekerheid te bieden, dat bij do smokkcl-bestrij ding geen menschenlevens gevergd worden. Officieel ls te CaTro bekend gemaakt, dat Ibn Saoed er in heeft toegestemd om den wapenstilstand met den Imam van Yemen verscheidene dogen te ver lengen. teneinde den Imam den noodigen tijd te ge ven om de gestelde vredesvoorwaarden uit te voeren. De faam van onze K.L.M. vliegers In Britsch-Indië. Een correspondent van de Londensche „Aero- plane" te Kuala Lumpur, schreef! aan genoemd blad het volgende: Toen de groote vier-motorige Armst rong With- worth .Astraea" van de ïmperial Airways, met Sir Eric Geddes te Kuala Lumpur was geland, voerde een der passagiers een gesprek met een inboorling en vertelde dezen, dat de „Astraea" de Britsche lucht post aan boord had. De Indiër antwoordde: „O ja? Maar het is toch een Hollandsch vliegtuig niet waar?" De „Astraea"-passagier haastte zich toen den man aan het verstand te brengen, dat het bewuste vlieg tuig een Engelsch product was. waarop de bewoner van Kuala Lumpur weer de opmerking liet hooren: „Maar het zijn toch Hollandsche vliegers, is 't niet?" De correspondent schreef, den indruk te hebben gekregen, dat Nederland en de K.L.M. in het bijzon der bij de Aziaten tot groote bekendheid zijn geko men en dat het dus noodig is de bevolking beter op de hoogte te stellen van hetgeen de Engclschen pres- teeren. dat het vangseizocn duurt van 27 Juli tot 14 Febru ari. Verder, dat jaarlijks meer dan 300.000 wilde een den in die 140 eendenkooien worden gevangen, en dat die allemaal in blikjes worden ingemaakt. Ik wil het natuurlijk graag geloovcn, en ik zal mijn vrouw vragen, of we voor aanstaanden Zondag niet eens een blikje eendjes, inplaats van sardine- tjes zullen nemen. Of eigenlijk weet ik niet, of ik dat wel doen zal, want de Observer laat zoo'n beetje doorschemeren, dat we toch eigenlijk niet zoo heel eerlijk aan die 300.000 eenden komen. Want de En- gelschen vangen af en toe jonge wilde eenden, en doen ze dan een ringetje om hun poot, cn nu zijn die ringetjes, met de eenden er nog aan vast, herhaalde lijk in onze eendenkooien terecht gekomen. Het staat er wel niet letterlijk, dat ze juist bij ons gekomen zijn, maar volgens het artikel moeten wij toch wel de hoofdschuldigen zijn. Want er wordt nog maar over twee andere landen gesproken, die „kooien" hebben, en hij ons vergeleken, zinken die in het niet. Duitschland heeft er elf, en vangt 40.000 eenden, Denemarken twee, en vangt er 12.000. Waar de schrijver van het artikel over klaagt is, dat Engeland deze „industrie" heeft laten schieten. Want Engeland heeft wel degelijk eendenkooien ge had. Van ons afgekeken natuurlijk. In elk geval hoogstwaarschijnlijk. Want het woord „duck decoy" schijnt een letterlijke overname te zijn van ons woord „eendenkooi". Duck is eend, en decoy is den- kooi. Geheel zeker is het niet, maar onmogelijk even min. De Oxford Dictionary zegt: coy komt van het Hollandsche woord kooi, en het „de" dat er voor staat, is onverklaard. Het aantal eenden, dat nu nog gevangen wordt in de Engelschc kooien, zegt het artikel, kan wel haast verwaarloosd worden. Maar een halve eeuw geleden, was er nog een groot aantal van deze kooien. De meeste waren in liet graafschap Lincolnshire, dat er negen en dertig had. Dan kwam Esscx met zes en twintig, en vervolgens Somerset en Yorkshire ieder met veertien. Lancashire had er nog een, Ierland 'n paar, en Schotland geen enkele. Nu moet ik bekennen, dat de volgende zin in het artikel van den Observer-schrijver mij niet duidelijk is. Of andei's blijkt er uit dat wij geweldige pieten zijn, en de Engclschen groote sukkels. Ik heb die Engclsche eendenkooien van een halve eeuw geleden eens bij elkaar opgeteld, en kwam toen tot bijna 100. Rekent U maar na. En nu beweert de schrijver van het artikel, dat „gedurende die periode de jaarlijksche vangst van wilde eenden niet ver onder de 10.000 geweest kan zijn." Hoe dat te rijmen is met onze 140 kooien, die er meer dan 300.000 vangen, en vooral hoe het te rij men is met de twee Deensche, die er 12000 vangen, is me een raadsel. Naar alle waarschijnlijkheid is bij het getal 10.000 een nul weggevallen. Als dat niet het geval is, hebben de Engclschen verstandig gedaan, toen ze hun kooien aan kant hebben gezet. De andere verdachten in Juni voor d« rechtbank. Naar wij vernemen, zullen de met de Onnes-zaak samenhangende strafzaken nog vóór de vacantie en vermoedelijk in Juni a.s. door de rechtbank worden afgehandeld. Aan do verdachten Koning, Witbraad en de drio inbrekers is medeplichtigheid cn oplich ting ten laste gelegd. Aangezien de heer Onnes door de rechtbank van de oplichting is vrijgesproken, zal ccn veroordeel ing wegens medeplichtigheid niet kunnen volgen; het O.M. zal dus tegen hen vrijspraak moeten requiree- ren, doch pro forma moeten de zaken worden afge handeld. PURMEREND, 29 Mei 1934. Aangevoerd: 25 stapels kleine boerenkaas f 19. han del matig: 2953 Kg. boter f 1.35—1.45 per kilo; wei- boter f 125—1.40 per kilo: 579 runderen, waaronder 2S0 vette 5452 ct. per kilo, handel matig: 179 gel- dekoeien 80140 per stuk, handel stug; 70 melk koeien 110225 per stuk. handel stug: 50 stieren 3446 ct. per kilo. handel matig: 38 paarden f 70— 140 per stuk, handel matig; 70 vette kalveren 30—50 ct. per kilo. handel stug; 652 nuchtere kalveren: slnchtkalveren f 39 per stuk, handel matig; fok- kalveren f 614 per stuk, handel matig: 332 vette varkens: slachtvnrkens 27—32 ct. per kilo. handel matig; 23 magere varkens f 11—20 per stuk, handel stug; 371 biggen f 612 per stuk, handel stug: 577 schapen f 10—14 per stuk. handel stug: 815 lamme ren f 611 per stuk, handel stug: 64 hokken f 310 per stuk, handel matig; kipeicrcn f 2.20—2.70, eend- eieren f 2.40, per 100- stuks; piepkuikens 37'A—92% ct por stuk, handel matig; 3723 kipeieren A f 2-20 2.80, 6456 eendeieren A f 2.45 per 100 stuks: oude kippen cn hanen 4555 ct.. handel matig: eenden 30—65 ct. per stuk; konijnen f 0.30—2; duiven 40 ct per paar. Op de gemeentelijke Kaasbcurs waren heden aange voerd: 20 partijen kaas, wegende 60.000 K.G., han del vlug, hoogste prijs f 17.50. Eierveiling „Paradijs". Aanvoer: 235.000 eendeieren f 2.46-2.70. 105000 kineieren: 70-80 Ke. f 3.30-4.30. 65-66 Ke. f 2.70-2.80. 63—64 Kg. f 2.60-2.70. 60—62 Kg. f 2.40-2.00. 58—59 Kg. f 2.30-2.50. 56-57 Kg. f 2.20-2,40, 53-55 Kg. f 2—2.30, 50-52 Kg. f 1.80-2. BROEK OP LANGF.NDIJK. 30 Mei 1934. Aanvoer: 28000 K.G. aardappelen: Schotsche muizen f5.70—7.30. drielingen f5—6.30, kleine 12.90—5, 600 krop sla f 0.90. NOORDSCHARWOUDE, 30 Mei. 1250 Kg. D. witte kool f 3.60-4. Nagekomen berichten HARENKARSP F. I- Verloren: een portcmonnaie met 70 cent. Inllcft tingen bij de politie. I 4 v CF. ND 11 K NOORDSCHARWOUDE. G. Ens naar Boedapest. Dinsdagavond werd in het repetitielokaal van dc gymnastickvcrccniging „Hercules" een korte bijeen komst gehouden, waarhij van den heer G. Ens, keur- turner en lid van „Hercules" afscheid genomen werd, wegens zijn deelnemen aan het wereldkampi oenschap turnen te Boedapest. Er werden eenige hartelijke woorden gesproken en werd den heer Ens veel succes toegewenscht en een hartelijk tot weerziens waarhij wij ons gaarne aan sluiten. W I E tiIN CE RW A A til) De jonge heer Joop van Balen to Anna Paulow- na. vergezeld door Jaap van Ham, alhier, hebben j.1. Zaterdag en Zondag deelgenomen ann de Westelijke Ford-tour en wel met goed succes. Zij hadden n.1. den 3en prijs: oen zilveren beker plus f 100, gelijk wij gister reeds meldden. Hun afrit was te Julianadorp. Fr moesten 25 plaatsen in Noord- en Zuid-Holland bezocht worden. Bovendien moesten te Gorcura en Purmerend on- derdeelcn van do Ford worden getold en dat. waren er niet weinig, nl. resp. ruim 700 en ruim 500. Ge noemde heeren waren een paar in verschil. De ge heele afstand was 030 K.M. Den eersten dag hadden de jongelui reeds op 24 plaatsen hun kaart laten stempelen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 2