Een opzienbarende boekenserie. Raad Wieringen. Mr. Bomans de schrijver? DYNAMIETAANSLAGEN IN TIROL. JACHTEN IN HET GRENSGEBIED. Vergadering van den Raad op Vrijdag 29 Juni 1934, des middags 2 uur. Voorzitter de heer L. C. Koiff. burgemeester; secre taris de heer C. F. van Duin. Afwezig is de heer Lub, wegens ongesteldheid. Na opening volgt vaststelling der notulen. Mededeelingcn en ingekomen stukken. Eon aantal ingekomen stukken en verslagen wordt voor kennisgeving aangenomen. Als raadslid bedankt Van den heer W. F. Lub was een schrijven inge komen. waarin hij mededeelt, met het oog op zijn gezondheidstoestand ontslag te nemen als lid van den gemeenteraad. De Voorzitter zegt dat het voor den heer Lub zeker groote moeite heeft gekost om dezen brief te schrij ven. Wij weten toch dat de heer Lub het raadslid maatschap niet opvatte als een licht iets. Integen deel. nauwgezet kwam hij steeds de stukken inzien en stelde zich steeds op de hoogte van de verschil lende toestanden. Steeds werd ook met aandacht ge luisterd naar de voorstellen of de verdediging van voorstellen door den heer Lub. Wij zullen den heer Lub hier ten zeerste missen. Het is jammer dat hij om gezondheidsredenen ontslag moet nemen, maar wij hebben kunnen zien, hoe moeilijk het den heer Lub den laatsten tijd al viel om de vergaderingen te bezoeken en wij begrepen dan ook dal langzamer hand de tijd van zijn bedanken naderde. Spr. hoopt flat de heer Lub in de toekomst wat moge opknappen en dat hij nog een prettigen ouden dag zal doorma ken op Wieringen. Met ingang van 1 Juli is tot burgemeester van Wieringen opnieuw benoemd de heer L. C. Kolff. Een verzoek om de hermsloot aan den Molgerdijk te dempen, wordt in handen gesteld van B. en W. om prae-advies. Aan mevr. E. F. de Wit, die ingaande 1 Septcmher a s. ontslag vrnagt als onderwijzeres te Den Oever, wordt dit eervol verleend. Aan C. M. Tijsen Jz. en S. Klein Alhz. wordt voor een half jaar ontheffing van hondenbelasting ver leend. Aan mevr. wed. N. Koorn wordt op haar verzoek kwijtschelding verleend van de huur ad f 14.over 1934 van het perceeltje grond naast de O. I.. school te Hippolytushoef, daar de gemeente van dezen grond gebruik heeft gemaakt voor opslagterrein en wegen aanleg. Verder is ingekomen van het ambtenaren-personeel een verzoek om het pensioen verhaal van 10 dat ingevolge de gewijzigde Pensioenwet 1922, ingaande 1 Juli 1934 van hun jaarwedden wordt geheven onge daan te maken door het toekennen van een evenredige salarisverhooging. Het komt B. en W. voor, dat hetgeen door de be trokkenen gevraagd wordt, niet onredelijk genoemd kan worden. Bij inwilliging van het verzoek ontvan gen zij in werkelijkheid niet meer aan belooning dan thans, terwijl ook voor -de gemeente de toestand ge lijk blijft, behoudens dan. dat. het Rijk de pensioens bijdrage heeft gemeend te moeten verhoogen van SVo op 10 B. en W. wenschen echter eenige restrictie te ma ken. Zoo achten zij het gewenscht de bepaling niet toe te passe.n ten aanzien \an hen, wier salaris in hoofdzaak het karakter draagt eencr standplaatstoe lage, en eveneens niet voor hen, die na 1 Juli a.s. in dienst der gemeente treden. Voorts zal huiten do rege ling moeten blijven hot onderwijzend personeel, aan gezien de gemeente hierover geen zeggenschap heeft. Ook dient dit te geschieden ten opzichte van den burgemeester, den secretaris, den ontvanger en den ambtenaar van den burgerlijken stand, omdat betref fende hunne salarieering slechts Gedeputeerde Staten bevoegdheid bezitten. B. en W. stellen voor in dien geest de verordening ingaande 1 Juli a.s. te wijzigen. Do heer Lont vindt het bezwaarlijk dat deze zaak midden in een dienstjaar wordt behandeld, terwijl het zeer goed mogelijk is dat bij de a.s. behandeling van dc begrooting de salarissen gewijzigd moeten worden. Dc heer Doves vraagt hoe het in andere overeen komstige gemeenten met de salarissen staat. De Voorzitter zegt dat dc behandeling noodig is, door het pensioen verhaal. We krijgen nu een over heveling van den eenen post naar eon anderen post van de begrooting. Uit een staatje blijkt wel dat de salarieering van het gemoentepersoneel hier lager is dan in andere gemeenten in dezelfde klasse on dergebracht als Wieringen. Gemiddeld zijn de sa larissen in door spr. genoemde gemeenten voor lstcn ambtenaar f 3i30; 2en ambtenaar f 2665, en 3en amb tenaar f 2070. Hier zijn dc salarissen respectievelijk f 2G00, f 1800 en f 1200. Dc heer Oden vraagt of dc Voorzitter niet voor de vergelijking noemt enkele uitgezochte gemeenten met hooge salarissen. Dc Voorzitter heeft die indruk niet gekregen. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van B. en W. besloten. De schadevergoeding voor buitengewoon wegenonderhoud. Waar in dc vorige vergadering de stemmen staak ten over een voorstel van B. en W. tot uit keering van een schadevergoeding aan het heemraadschap Wierin gen en den polder Waard-Nieuwland, wegens buiten gewone onderhoudskosten aan hunne wegen, komt dit voorstel thans opnieuw in stemming. De Voorzitter doet mededeeling van een schrijven van het Heemraadschap Wieringen, waarin er op wordt gewezen dat de schade veroorzaakt door het omleggen van het verkeer verre boven f 5000 is gc weest. terwijl voorts gewezen wordt op de houding die steeds tegenover de gemeente door het Heem raadschap is aangenomen. De besprekingen in den raad gaven niet den in druk van een tegemoetkomende houding. Het zou jammer zijn als hier een verhouding zou ontstaan, waarbij toeschietelijkheden ontbraken. De Voorzitter vindt het jammer dat volgens de zen brief hier is gesproken, wat minder aangenaam zou zijn cn dat tegenmaatregelen genomen zouden worden. Het zou spr. spijten als dc raad niet be sloot de f 2000 te voteeren. Wellicht is het rijk ge negen de f 1000 extra bij te dragen. Spr. wijst ook op het gevaar, dat. zoolang deze zaak niet is geregeld het rijk het maken van den weg zal stopzetten en dat zal weer tot gevolg hebben dat dc menschen die aan den weg werkten, werkloos zouden worden. De heer Doves zegt dat zoowel het Heemraad schap als Polder Waard Nieuvvland geen genoegen zullen nemen met een vergoeding van f 3000 inplaats van f 5000. Door den ingenieur was mondeling f 5000 in uitzicht gesteld. Zouden wij dc stemming over het voorstel van B. en W. niet uitstellen en dat dan eerst nog eens overleg wordt gepleegd. De heer P. Kooij vindt het een rare geschiedenis. Wie geeft order om het verkeer om te leggen? Het is spr. hekend, dat iemand, die nauw betrokken is bij het Heemraadschap de boel op zij flikkerde, om- dal niemand besloten had den weg af te sluiten. Heeft nu de ingenieur of de aannemer den weg af gesloten? De heer Doves zegt, dat zoover hem bekend, dc ingenieur dat heeft gedaan. Dc heer P. Kooij: Terwijl hij misschien geen cent op zak had. De heer Oden: Hef is gemakkelijk riemen snijden van eon andermans leer. De heer Doves wijst ook op het extra onderhoud van de Elft en den Akkerweg en daardoor is dc schade meer dan f 5000 geweest. De heer Lont zegt tegen f 2000 gestemd te hebben, evenwel om een andere verhouding te krijgen. Thans zal spr. voor stemmen, omdat hij vindt dat het heemraadschap de schadevergoeding toekomt De heer Oden wijst er op, dat de aannemer voor deel heeft gehad van de afsluiting van den weg. De heer P. Kooij zegt niet gedwongen te willen worden en zal tegen stemmen. Men wil de zaak dwingen, door U er op te wijzen dat men geen con tracten zal teekenen voor en aleer de schadevergoe ding wordt verleend. De Voorzitter wijst er op dat niet het heemraad schap de contracten niet wil teekenen, maar de landeigenaren. De heer Oden: Maar die landeigenaren zitten ook in het heemraadschap. De Voorzitter zegt dat in stemming zal worden ge bracht dat de gemeente een vergoeding van f 2000 zal verleenen. De heer Doves herhaalt dat het heemraadschap en polder Waard Nieuwland zijn aanspraak op f 5000 blijft handhaven. Tot stemming overgaande wordt het voorstel van B. en W., f 2000 vergoeding, aangenomen met 7 te gen 3 stemmen, tegen stemden de heeren M. Kooij, Oden en P. Kooij. De voordracht tot af- en overschrijvingen, dienst 1933 wordt aangenomen. Instructie voor de vroedvrouw. Op verzoek van Ged. Staten worden in de instructie van de vroedvrouw een tweetal wijzigingen aange bracht. De eerste heeft betrekking op het honorarium, door de vroedvrouw aan anderen dan on- en minvermo penden in rekening te brengen, hetwelk aan de be slissing van Burgemeester en Wethouders wordt on derworpen. Dozo bepaling is niet in overeenstemming met het standpunt, te dien aanzien door de Kroon in- genomen. volgens hetwelk de vroedvrouw vrü behoort te blijven in het bepalen van haar honorarium voor diensten buiten de armenpraktijk bewezen. Het. tweede voorschrift draagt, in strijd met art. 209 der Gemeenlewet. de schorsing van de vroedvrouw niet aan Burgemeester en Wethouders, doch aan den Qaad op. Aanwijzing takken van dienst der ge meente. Daar de te verwachten nieuwe begrootings-, rehe- nings- en boekhoudvoorschriften, vast te stellen bij algemeenen maatregel van bestuur, nog niet zijn af gekomen, stellen B. en W. voor art. 3 der verorde ning tot aanwijzing van de takken van dienst der gemeente voor de toepassing van artikel 252 der Ge meentewet, zoodanig te wijzigen, dat daarin wordt gelezen voor 1 Juli 1931: 1 Juli 1935. Aldus wordt besloten. Aanwijzing standplaats voor tyoonwa- flens. B. en W. deelen hieromtrent het volgende mede: Zooals uit een overgelegd adres van een aantal inwoners blijkt, blijven de klachten omtrent de aan- Scherpe critiek op het politieke leven ln Ne derland. Zal de Katholieke Staatspartij genoodzaakt worden hem bulten haar rijen te sluiton? Den laatsten tijd is er nog al wat te doen geweest over een ietwat wonderlijke roman-serie, den „Do- nald-cyclus", die door het „Utr. D." een „Kitsch-serie" wordt genoemd en waarvan „men" den R.K. Gede puteerde van Noord-Holland, mr. J. B. Bomans, ver denkt, haar, onder pseudoniem, te hebben geschrevea In een „Open Brief" van mr. Van Bolhuis in „Dc Vrij heid" is de heer Bomaas reeds uitgedaagd, zich be kend te maken als de schrijver, die zich achter het pseudoniem J. B. van Rode van het hij dc Wereld bibliotheek verschenen werk verschuilt, dan wel de geruchten, dat hij met dit als sensationeel betitelde boek niets te maken heeft, definitief te weerleggen. Mr. Bomans heeft medegedeeld op deze aanmaning niet te zullen antwoorden. De (R.K.) „Utrechtschs Crt." schrijft thans: „tenzij de heer Bomans zich over tuigend cn definitief van den tegen hem gerezen blaam weet te zuiveren, zal de Katholieke Staatspartij genoodzaakt zijn, hem buiten hare rijen te sluiten." Het Alg. Hdbld. ontleent aan de verschillende ka tholieke persorganen het volgende: Het „U. D.'\ dat deze uitlating overneemt, voegt er aan toe: „Wij weten niet of dezo opmerking van het Utrecht schc blad uitsluitend de opvatting van zijn redactie representeert, of dat deze op gegevens uit den boezem der R.K. Staatspartij gebaseerd is. Zoo dit laatste het geval is, krijgen wij een. zoowel in min-of-meer juri dischcn, litterairen en politieken zin wonderlijk geval Een novum in het openbare leven, welks verdere ont wikkeling wij met groote belangstelling zullen vol gen." Een feit is, dat een groot deel der Roomsche en an dere pers haar bevreemding over de als „gevaarlijk fascistisch en anti-Orangistisch" gequalificeorde theo rieën van den „romanschrijver" heeft geuit. Zoo schrijft „Ons Noorden" (Dagblad voor de Noordelijke Provinciën) o.m.: indien de onthulling van mr. J. van Bolhuis juist. is. dan heeft mr. Bomans nu toch wel voor goed afgedaan in het publieke leven. Daar hebben we thans ernstige mannen noodig, geen ijdele ziekelijke fantas ten." Hoogst onaangename dingen over ons vorstenhuis. De „Utr. Ct." van 19 Juni vermeldt, dat in den „Donald-cyclus" o.a. hoogst onaangename dingen wor den gezegd over zoo hoogstaande figuren als H.M. de Koningin cn Prinses Juliana; er werd ook in be weerd, dat vele katholieken de voorkeur zouden ge ven aan een .dictatuur boven het Huis van Oranje. De schrijver J. B. van Rode voert in zijn boek als heldenfiguur op: een lid van Gedep. Staten van Noordholland in vrijwel dezelfde jaren, waarin mr. Romans deze functie vervult: Jan Hcrbert MacDonald. uien allerlei zonderlinge opvattingen omtrent onze Constitutie en ons politiek leven in den mond wor den gelegd. „De Vrijheid" van 26 dezer schrijft o.m. het vol gende: ..Het overdreven altruisme. dat Van Rode hier pre dikt en da', 't dictatoriaal geregeerde Nederland tot wezigheid van woonwagens, in het bijzonder op het terrein aan den Kremersweg. aanhouden. Tot nu toe was geen geschikt terreiq te bekomen. B. en W. meenen hierin echter thans geslaagd te zijn De vereeniging „Belterbuurt" heeft zich nl. bereid ver klaard de Belterlaan tot dit doel beschikbaar te stel len. Als huurprijs vraagt ze daarvoor een bedrag van f30*'sjaars. onder conditie, dat de gemeente zorgt voor een afscheiding langs de kanten van prikkeldraad. B. en W. meenen. dat dit terrein geschikt is gele gen en het biedt, voldoende ruimte om een groot aantal wagens te herbergen. De heer P. Veerdig was eveneens bereid zijn te Westerland gelegen grond hiervoor te bestemmen, echter tegen een huur prijs van f 50 per jaar. B. en W. achten de aanbie ding betreffende de Belterlaan echter meer aanne melijk. Op grond hiervan stellen zij voor de Belterlaan op de aangegeven voorwaarden te huren. Het ligt voors hands niet in de bedoeling een voorstel te doen tot het heffen van staangelden, van de woonwagenbe woners, omdat vermoedelijk de geringe opbrengst met de kosten van de noodige controle zou heengaan. Hieromtrent kan zoo noodig later worden beslist. Wil een definitieve regeling worden verkregen, dan zal de beschikbaarstelling van een bepaald terrein gepaard moeten gaan met een verbod om op andere punten, waaronder begrepen particuliere gronden, standplaats in te nemen, en wel om voor de hand liggende redenen. B. en W. stellen daarom voor de in ontwerp over gelegde verordening vast te stellen. De heer Oden vraagt of de gemeente dan weer niet in conflict komt met diverse landeigenaren. Spr. heeft daarom voorgesteld land aan te koopen van Smit.. De Voorziter zegt dat die landeigenaren tevens zijn de bezitters van de Belterlaan en die zijn na een vergadering te hebben gehouden, met het voor stel gekomen om de Belterlaan beschikbaar te stel len. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. Tegemoetkoming vervoerkosten art 13 der Lager-onderwliswet 1920. Vastgesteld worden vergoedingen voor leerlingen van de Christelijke school te Den Oever van F. Hoek stra, H. Moes, M. J. Boekestein, H. Heidcma. B. van Houten, Jb. Tijsen Cz., L Pouwer en S. Wiersma en van de R.K. school te Hippolytushoef van G. Verbo ven en W. de Weert. Behandeld worden bezwaarschriften en verzoeken om ontheffing inzake reinigingsrechten; diverse aan slagen worden gehandhaafd, andere verzoeken toe gestaan. Bij de ronddraag feliciteert do heer M. Kooij den burgemeester"met zijn herbenoeming. De Voorzitter dankt den heer Kooij voor de vrien delijke woorden. De heer Oden heeft in de courant gelezen dat het perceel in de Pompsteeg verkocht is. Spr. geeft B. en W. in overweging er op te letten dat dc Pompsteeg op behoorlijke wijdte blijft. Tevens geeft spr. in overweging de Kliefstraat en den Mekkenstuinweg te teren. De Voorzitter zegt dat dit zal geschieden wat de Klicftstraat betreft, de Mekkenstuinweg is nog niet noodig. Hierna volgt sluiting. het land met de laagste belastingen maakt, is den heer Bomans volkomen vreemd, gelijk Van Rode's fascisme, anti-orangisme, anti-protestantisme en anti semitisme den katholieken Gedeputeerde in zijn pu- blieve leven vreemd schijnen. „Als lid van Gedeputeerde Staten heeft mr. Bomans volgacs de Utrechtsche Courant „kans gezien zijn po sitie nog erger te bederven dan als Kamerlid". Als dit oordeel, dat tevens een veroordeeling is. juist mocht zijn (en het schijnt ons juist), weet dc roomsch-katho- lieke Statenfractie van Noord-Holland, wat haar te doen staat. Niet zij alleen trouwens: ook voor de an dere Statenleden is het geval-Bomans meer dan een dwaas curiosum. „Immers, hoe ter wereld kan thans, in zóó haohe- lljken tijd. een lid van Ged. Staten gehandhaafd wor den. wiens gezag ondermijnd is en die van het te gendeel van warme liefde vervuld schijnt voor de'ge meenten, waaraan hij (als lid van het college van Ged. Staten) speciale aandacht behoort te wijden! Een vorige maal ontleenden wij aan Van Rode's boek een passage, die deed vermoeden, dat hij vernieti ging van Amsterdam en van de Joden beschouwde als een gelukkigen slag, die ons van twee lastige vlie gen te gelijk bevrijdt." „In het College van Gedeputeerde Staten kan een man. wiens romanschrijvend alter ego zulke dwaas heden als wenschelijkheden verkondigt, den door slag geven. Hij kan mede beslissen over het wel en wee der hoofdstad. Wat in schijn de moening is van een roomsch lid van Gedeputeerde Staten, mag niet in waarheid ontsproten zijn aan het brein van een heimelijk fascist, die van chaos droomt, als hij op bouw predikt" „De schrijver van „politieke tendenswerk van be denkelijk allooi" (verdiende qualificatie in het Alg. Handelsblad van Van Rode's romans) mag niet tege lijk lid van Gedeputeerde Staten zijn." „Als een, door de Wereldbibliotheek bevestigde, ontkenning uitblijft, als zij niet reeds deze week na wekenlang onnoodig uitstel wereldkundig wordt ge maakt, zul elk goed Nederlander (van welke kleur ook) het politieke doodvonnis van mr. J. B. Bomans geteekend achten. Er zijn overigens betere, minder van zich zelf vervulde, meer voor het lidmaatschap van Gedeputeerde Staten in aanmerking komende leden der roomsch-katholieke Staatspartij dan de man die zich als jong advocaat na zijn verkiezing als Kamerlid volgaarne door een confrère liet bejubelen, als een genie, als do roomsche Pieter Jelles. „Och arme!" Inmiddels schijnt de auteur J. B. van Rode niet van zins, zich door deze critiek van zijn stuk te laten brengen. Bij de Wereldbiblotheek zijn inmiddels twee nieuwe deelen, deel VI en VII, van den Donald-cyclus uitgekomen. De uitgeefster kondigt deze publicatie aan met de volgende bewoordingen: „Het merkwaardige van deel VI van den Donald- Cyclus (mr. Rodius) is: dat de schrijver zich ditmaal niet verliest in de toekomstvisioenen, maar bij wij ze van tusschenspel uitweidt over een figuur die reeds in de vorige deelen van den Cyclus nu en dan werd genoemd: mr. Rodius. Dit zesde deel speelt dan ook voornamelijk in het heden. Het is overduidelijk dat de schrijver met dezen mr. Rodius zichzelf be doelt en het dus eigenlijk de auteur is, die zijn loven in 't algemeen en zijn politieke leven in het bijzon der. wil rechtvaardigen. Hij geeft zeer afbrekende critiek op het politieke leven in Nederland: en zijn eigen rol daarin worde herhaaldelijk met een ben- gaalsch vuurtje belicht. Dc politieke persoonlijkheden worden niet, zooals hij zg. „sleutelromans" onder gefingeerde namen ten tooneele gebracht, maar voluit met naam en toenaam! Zeer pikant is daarbij, dat de schrijver zijn eigen purtijgenooten en partijleiding zeer bruusk de waarheid zegt, of wat hij voor de waarheid houdt. Het bock zal dan ook ongetwijfeld groot opzien ba ren in de kringen der R.K. Staatspartij en heftige aanvallen ontketenen. Mr. Rodius eindigt met zich af te wenden van de politiek; een soort kluizenaarsleven komt hem veel waardiger voor. Dat kluizenaarsleven kenmerkt zich evenwel door een rusteloos reizen en trekken alles te voet! tot op zijn ouden dag toe. Aan het slot van deel VII (waar wij de werkelijkheid weer ver laten en met volle zeilen de oude Donald-romantiek weer ingaan) zien wij hoe de oude, nobele zwervar Groote materieele schade aangericht. Hier en daar verscheidene pakketten dynamiet gevonden. In Tirol zijn in den nacht op Donderdag wederom verscheidene ernstige dynamiet-aanslagen gepleegd. In Innsbruck werd op het dak van de drukkerij van de uitgeverij „Tyrolia" een pakket gevonden, dat ver scheidene kilogramen woog en dat onmiddellijk in een aangrenzenden tuin werd geworpen. Het bleek, dat het pakket inderdaad een hom bevatte, die ex plodeerde en een vijftig centimeter diep gat ln den grond sloeg. Dc Inrichting van den tuin en meer dan 100 vensterruiten van de uitgeverij werden totaal vernield. In de watercentrale Bruehlau werden drie hoog drukbuizen door een dynamietaanslag vernield, zoo dat do centrale vier tot vijf weken zal moeten worden stopgezet. De zoutwaterleiding van de zoutmijn in het Hall-dal werd in~3e lucht geblazen. Bij de electriciteitscentrale Ruetz in het Stubai-dal heeft men verscheidene pakketten gevonden m. dyna miet, terwijl ook in de Leopoldstrasse in Innsbruck in een duiker verscheidene pakketten dynamiet ge vonden zijn. In Kafstein werden op de hoogdrukwaterleiding van de electrische centrale en op de waterleiding van de stad dynamietaanslagen gepleegd. De beido waterleidingen werden opgeblazen en voor een deel vernield. Daarbij werd ook een hoogspanningskabel vernield. De brokstukken vlogen honderden meters ver weg. Een der stukken vloog dal waar ts en sloeg door het dak \*an een gebouw heen. De ontploffingen werden in de geheele stad gehoord. Tegelijkertijd ging het licht uit, dat eerst later weer kon worden ingeschakeld. Door de neerstroomende watermassa s werd de weg naar de Kaisertalhoogte voor een deol onbegaanbaar gemaakt. Bijna terzelfdertijd werden aanslagen gepleegd op de gemeentelijke watercentrale „Tuxer Reservoir" en op het transformatorenhuis in de nabijheid van het Liszt gedenkteeken. De mate rieele schade is zeer groot. De electrische centrale staat onder bewaking van de politie. De opwinding in de stad is groot. Verscheidene personen werden gewond. De reden voor deze aanslagen moet gezocht worden in het feit, dat Zondag te Salzburg het groote Oosten- rijksche casino geopend zal worden, waarbij talrij ke vooraanstaande vreemdelingen tegenwoordig zul len zijn. Deze omstandigheid was voor de nat. socia listen aanleiding om een algemeen offensief te ope nen, wat te Salzburg en hoogst nerveuze stemming heeft verwekt en voor de regeering aanleiding was tot het bijeenroepen van een ministerraad, waarin tot zeer krachtige maatregelen tegen de terroristen is besloten. Ei zijn verschillende aanwijzingen dat de aansla gen gepleegd zijn door lieden, die over de Beiersche grens zijn gekomen, vermoedelijk dus Oostenrijksche legionairen uit Duitschland. die met de plaatselijke toestanden te Salzburg en omstreken goed bekend zijn. In een anto achter een bernchten Cadillac. Smokkelchauffeur reed op maréchaussee in. Reeds drie avonden en nachten hadden de recher cheurs der Crisls-Zuivel Centrale uit Eindhoven met een collega uit Den Haag op den loer gelegen naar een bekend smokkelaar. Door het af- en aanrijden van bekende smokkelwagens was hun aandacht weer getrokken en tegen elf uur kwnm op dim vier den avond de verwachte auto, een Cadillac, zwaar beladen aangeronkt, aldus de „Msb." Daar de auto van de grens af het land in reed, werd hij kalm achtervolgd via Valkenswaard, Leende, Heere en Geldrop. Te trachten een smokkelauto te pnssceren is immers levensgevaarlijk, wijl de heeren het er al te vaak op aanleggen den achervolgenden wagen to kraken. In het dorpje Heeze losten de ambtenaren der C.Z.C. eenige schoten om de .aandacht der mare chaussee in de kazerne te trekken en deze list werd met goeden uitslag bekroond. De marëchaussée ver scheen plots uit de kazerne, rechts van den weg ge legen, met een roode lantaarn. Dc smokkelauto, die tot dan toe links gehouden had om den achtervolgers het passeeren te beletten, schoot nu eensklaps naar rechts, direct op den marechaussóe aan. Door achter de hoornen te springen, redde deze zich het leven. De smokkelaars vlogen door, op Geldrop aan. Tot hun ongeluk lagen daar echter toevalligerwijs de wegen opengebroken. Over stapels keien, en door kui len ging het verder, maar onze C.Z.C.'ers gaven den moed niet op. Plots b" de afsluiting van don Eind- hovensehen weg. stopte de zwaar gepantserde wa gen en wilden de smokkelaars het hazenpad kiezen. Met behulp der Geldropsehe politie werden zij echter gearresteerd. De chauffeur is door dc rechecheurs in Den Bosch voorgeleid en daar ingesloten we gens bedreiging met een misdrijf tegen het leven gericht, het inrijden op den marechaussée bovenbe doeld. De auto bevatte 22 zakken van 50 Kg. suiker elk. Een en ander werd in beslag genomen en heteekent een bate van f 2500. DRIE DOODVONNISSEN IN RUSLAND. Wegens bedrog ten nadeele van den staat. Do rechtbank te Moskou heeft drie personen we gens het bedriegen van den staat veroordeeld tot den dood door den kogel. Een der veroordeelden, Mironov, was leider van de Sowjet-Bouworganisatie en had zich tezamen met zijn inkoop-agent Moisejev, schuldig gemaakt aan het onderhandsch verkoopen van metaal, spijkers, hout en ander bouw materiaal. De derde ter dood veroordeelde was een inspec teur van een spaarbank, die 38.000 roebel had ver duisterd en gespeculeerd had in staatsobligaties. i in de armen van de koningin van Italië, lid van het helden-geslacht MacDonald, den geest geeft. Ook dit deel van den Donald-cyclus is weer rijk aan avonturen en verwikkelingen van allerlei aard. De „Msb." die dit „reclame-proza" citeert (onder de toevoeging: „waartoe is de Wereldbiliotheok ge komen!"), geeft er het volgende commentaar op: „Er staat ons derhalve nog een en ander te wach ten voor dat de Koningin van Italië in actie komt! Al heeft de auteur zich tot dusverre lichtelijk licht schuw getoond, hij ral ons nu toch een blik gunnen op zijn politieke carrière, zij het slechts met behulp van een „bengaalsch vuurtje." „Het Is alleen jammer, dat zoo'n vuurtje, ln tegen stelling met het daglicht, wel eens wat walm geeft. We hopen er het beste van, maar een aankondiging als deze, geheel erop berekend om ongezonde nieuws gierigheid en zucht naar sensatie te prikkelc- maakt een niet bepaald superieuren indruk."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 14