De Rozenhof. Ontploffing op een visschersschuit. Hotelratten. STRIJD TEGEN DE WILDE AUTOBUS DIENSTEN. Ook ten aanzien van de kleine personenauto's. De hittegolf in Amerika. DE SABOTAGE OP DE „NAUTILUS". Bloedig drama te Amsterdam. Vijfde Bloembollenveiling West-Friesland. Kort verhaal Het geheele schip uit elkaar geslagen. Twee opvarenden zwaar gewond. Meisje op den wal door een wegvliegend stuk hout gedood. Gisteravond half zes was schipper P. Kastelein aan het Goereesche hoofd te Goeree bezig door middel van acetyleengas zijn boot van ongedierte te zuiveren. Eensklaps had een geweldige ontploffing plaats, waardoor de boot totaal werd vernield. De schip per en zijn oudste knecht G. de Keizer, liepen ernstige verwondingen op. Zij braken de beide beenen en ieder een arm. Zij zijn in zeer ernsti- gen toestand naar het ziekenhuis te Dirksland vervoerd. De 12-jarige W. Groenendijk werd eveneens aan beenen en hoofd gewond naar het ziekenhuis ver voerd. Zijn toestand is niet ernstig. De 25-jarige J. Groenendijk, die van het schip in de lucht geslingerd werd, kwam ongedeerd op den wal terecht. Een vierjarig dochtertje van den schipper werd door een wegvliegend stuk hout aan het hoofd getroffen. Het kind is spoedig overleden. In de buurt werden vele ruiten en dakpannen vernield. Nadere bijzonderheden. Omtrent het ontploffingsongeluk verneemt V.D. nog de volgende bijzonderheden: Om vier uur Woensdagmiddag was de schipper P. Kastelein, met zijn beide knechts, G. de Keizer en J. Groenendijk, bezig zijn visschersschuit. een blazer, welke gemeerd was aan het havenhoofd, met zwavel te ontsmetten. Daartoe was het geheel ledige vaartuig geheel afgedekt en met zwaveldamp gevuld. Waarschijnlijk tengevolge van het ontsnap pen van carbidgas uti de verlichtingsinstallatie, is toen plotseling een explosie ontstaan, zoo hevig, dat het geheele vaartuig uit elkander vloog. Kastelein en Keizer werden tegen het dek geslagen en bleven met gebroken beenen liggen, terwijl zij voorts ieder een gebroken arm hadden opgeloopen en verder ernstig waren verminkt. Zooals gemeld, bevond zich op den wal in de nabijheid van het schip het vijfjarige dochtertje van den schipper. Het kind kreeg een groot stuk hout tegen het hoofd en werd vrijwel op slag gedood. Twee personen, die zich eveneens in de nabijheid van de schuit bevonden, werden door den lucht druk meters ver weggeslingerd. Zij zijn er zonder letsel afgekomen. Van de visschersboot is alleen het ondergedeelte intact gebleven. Wrakstukken van het schip werden naar alle kanten rondgeslingerd. De mast vloog recht in de hoogte en kwam een stuk verder neer. Verschillende aan de haven staande woningen werden zwaar gehavend, do ruiten spron gen en de daken werden vernield. De tuintjes voor de huizen waren alle bezaaid met overblijfselen van het vaartuig. Sommige stukken hout zijn hon derdvijftig meter weggeslingerd. Onmiddellijk na de explosie kwamen van alle kanten de menschen toeloopen om hulp te bieden. Spoedig waren de geneesheeren van den Borg uit Oudorp en Witkamp uit Goedereed a ter plaatse. De gewonden zijn, nadat de eerste hulp was verleend, «aar het ziekenhuis te Dirksland vervoerd. AUTO VAN GROOTE HOOGTE GESTORT. Met 35 schoolkinderen er In. Greenville. Twee personen werden gedood en 24 kinderen gewond, toen gisteren een vracht wagen van 35 schooljongens van een hoogte van 60 voet langs een bergachtigen weg nabij Caesarshaed in de Ver. Staten, stortte. De neger-chauffeur ver klaarde, dat de remmen van den vrachtwagen, die reeds oud was, geweigerd hadden. ZES KOEIEN GESTOLEN. Uit de weide van de Achelsche kluis. Uit de weide der Paters Trappisten van de Achel sche Kluis zijn zes melkkoeien gestolen. De dieven hebben de gestolen beesten vermoedelijk met een .vrachtauto vervoerd. STRATOSFEERTOCHT ZONDAG A.S. De Brusselsche correspondent van het Hdbld. meldt: Daar de weersomstandigheden de eerstkomende da gen nog niet zullen verbeteren, heeft ir. Max Cosijns besloten zijn stratosfeertocht niet voor Zondag te on dernemen. Een arrestatie te Zandvoort. Aan het politiebureau te Zandvoort is aangifte ge daan, dat zich te Zandvoort een man met een Duitsche vrouw bevonden, die in een pension logeerden en niet wilden betalen. Daar zijn aangehouden F. van R. en E. M., welke laatste vroeger dienstbode was en reeds in twee pensions in Zandvoort had gelogeerd en zon der betaling was vertrokken. Bij het naslaan van 't Algemeen Politieblad bleken beide personen door de Amsterdamsche politie te worden gezocht, die ook nog het een en ander met hen heeft te vereffenen. F. van R. had o.a. ook te Amsterdam gelogeerd en is ook daar zonder te betalen vertrokken. Zij zijn gisteren op transport gesteld naar Amster dam, aangezien zij kortgeleden een pension aan de Stadhouderskade in alle stilte hebben verlaten met achterlating van een schuld van f150. INVASIE VAN VELDMUIZEN. De bewoners met hongersnood bedreigd. Belgrado. (V.D.) Op het Dalmatische eiland Solta nabij de haven van Split, is een invasie voor gekomen van duizenden veldmuizen, die de bewo ners met hongersnood bedreigen. Niemand weet waar de muizen vandaan gekomen zijn, maar de verwoestingen, die zij reeds hebben aangericht aan de oogsten van vijgen, erwten, enz., zijn ontzaglijk. De weinige katten die op het eiland aanwezig zijn, zijn volkomen onvoldoende om de muizenplaag te bestrijden. Bovendien hebben zij in enkele dagen zooveel muizen gevangen, dat zij er afkeerig van zijn geworden. De boeren hebben een dringend beroep gedaan op de regeering om het eiland van deze pest te bevrijden. Er bestaan plannen om een groot con tingent katten naar het eiland te sturen. Circulaire van Ged. Staten van Noord-Holland aan de burgemeesters in die provincie. Thans meer resultaat verwacht dan vroeger. Ged. Staten van Noord-Holland hebben een cir culaire gezonden aan de burgemeesters in die pro vincie, waarin wordt aangedrongen op medewerking bij de bestrijding van de zg.n. wilde autobusdiens- ten. In de eerste plaats wijzen Ged. Staten op de om standigheid, dat den laatsten tijd in steeds toene mende mate geregeld openbaar vervoer van perso nen per autobus plaats vindt, zonder dat voor ver voer een vergunning is gevraagd en verkregen, als bedoeld in de wet openbare vervoermiddelen, en dat de concurrentie, welke de autobusdiensten, die wel krachtens een dergelijke vergunning worden uitge oefend, van de wilde diensten ondervonden, steeds zwaarder wordt. Dank zij de invoering van het vergunningsstelsel voor het onderhouden van autobusdiensten is ten aanzien van dit onderdeel van het vervoerwezen een toestand verkregen, waarbij een goede en over het algemeen oeconomische vervoersvoorziening is gewaarborgd, terwijl ook de verkeersveiligheid door de maatregelen, uit dat stelsel voortvloeiende, in be langrijke mate is vergroot. Willen deze vruchten van het vergunningsstelsel echter behouden blijven, dan zal zoo spoedig mogelijk een einde moeten komen aan het euvel van de wilde diensten, waardoor het bestaan van menigen autobusdienst ernstig wordt bedreigd. Het is in dezen tijd met sterk afnemend reizigersvervoer voor vele exploitanten van autobus diensten op zichzelf al heel moeilijk hun bedrijf in stand en op peil te houden, maar zulks wordt prac- tisch onmogelijk, indien een groot deel van het op autobussen aangewezen vervoer door de wilde diens ten tot zich getrokken wordt. De aantrekkingskracht welke de wilde diensten op het nubliek uitoefenen vindi voor een groot deel haar oorzaak in het feit, dat deze diensten meestal voor een lager tarief vervoeren dan de krachtens een vergunning geexploiteerde autobusdiensten, hetgeen mogelijk is. doordat deze wilde diensten niet aan tal van wettelijke verplichtingen gebonden zijn en in het algemeen slechts dat vervoer verzorgen, hetwelk baten oplevert. Van uit een algemeen verkeersoog- punt gezien hebben die lagere tarieven dus geen waaide en zou het terugdringen van de krachtens vergunning uitgeoefende autobusdiensten, welke ook niet rendabel vervoer verzorgen, door wilde diensten een groote achteruitgang beteekenen; de mogelijk heid tot ordening en regeling van het vervoer, voor zoover op autobussen aangewezen, zou dan aanmer kelijk verzwakken, zoo niet geheel verdwijnen en het algemeen vervoersbelang zou dan aan het belang van speciale groepen van reizigers worden geofferd. Deze kwestie van de zgn. wilde autobusdiensten is niet nieuw en men vraagt zich onwillekeurig af, waarom Ged. Staten juist nu een betreffende circu laire aan de burgemeesters hebben gezonden. In dit verband zijn van belang een tweetal arresten van den Hoogen Raad van recenten datum (30 October 1933 en 28 Mei 1934). Voorheen leverde namelijk het optreden tegen ondernemers van wilde diensten in het algemeen weinig resultaat op, daar de ter zake ingestelde vervolgingen zeer dikwijls in een ontslag van rechtsvervolging eindigden, in verband met het feit, dat de strafrechter een enge interpretatie gaf aan de in art. 15 van de wet openbare vervoermid delen gegeven omschrijving van openbare middelen tot vervoer van personen. Uitb ovengenoemde arresten blijkt echter, dat er in den laatsten tijd wijziging begint te komen in de WIJ hadden de Garstins leeren kennen tijdens een reisje, toen we in hetzelfde hotel woon den. Het was een aardig paar van middel baren leeftijd en vooral de vrouw, Jlenriëtle, beviel ons zeer. Zoo kwamen wij ertoe, mijn vrouw en ik, het paar uit te noodigen; eens een week-end bij ons door te brengen. Wij wonen buiten, dichtbij een mooi bosch en onze tuin is de vreugde en trots van mijn vrouw, die zelf tuiniert. De Garstins kwa men met een namiddagtrein aan en nadat ze zich verfrischt hadden op hun kamers, dronken we thee op het terras. Het was een heerlijke zomeravond. Vóór ons lag do tuin, omsloten door een bloeiende Meidoornheg en vol prachtige rozen. Mijn vrouw had ter eer van de gasten, een paar heerlijke ruikers ge plukt om de logeerkamer te versieren. Na de thee liepen w.e door den tuin. Het kwam me voor, dat Henriëtte stiller en bleeker was dan eerst. Ze werd eerst opgewekter, toen we naar binnen gingen en in den loop van den avond was ze weer vroolijk en charmant. Ik sprak met Garstin over boeken en nam hem mee naar mijn kamer, om hem een zeld zaam exemplaar te laten zien. Toen we samen waren, zei hij eensklaps: ,Doe me een plezier en neem die rozen weg van onze kamers." Ik was verbaasd en wat onthutst. "Hij zei: „Mijn vrouw kan géén rozen verdragen. Ze heeft iets vree- gelijks in verband daarmede meegemaakt." Opeens begreep ik haar zwijgen en bleekheid, toen we in den tuin vol rozen wandelden. En mijn vrouw, die zoo trotsch op haar rozen was Ik stelde haar op de hoogte en zij haastte zich de rozen weg te nemen. Na dat week-end werd onze vriendschap steeds hechter en op een keer, dat we een week-end in de stad bij de Garstins, doorbrach ten, in den winter, ver telde Henriëtte ons, waardoor haar afschuw van rozen ontstaan was. Als jong meisje woon de ze bij familie ze was wees in een pro vincieplaats. Op een dag ze was toen tien jaar werd een naburige villa, die lang had leeggestaan, gehuurd door een vrouw van middelbaren leeftijd. Ze heette Levantier en leefde geheel alleene deed al het huiswerk zelf en tuinierde urenlang, des morgens vroeg en nog des avonds laat. Binnen een paar jaren was de ta melijk verwaarloosde tuin herschapen in een schit terenden rozentuin. Marthe Levantier ging met nie mand van het dorp om, alhoewel ze altijd zeer be leefd was. De kleine Henriëtte, die erg veel van bloemen hield, stond soms vol stille bewondering te kijken Toch vol energie! Al was de temperatuur zóó hoog Dat 't woter aan de kook gaat, Dan zorgt een "Akkertje" dat Dat kook-gerol "ijskoud" laatl Neem 'n "AKKERTJE" jurisprudentie van den Hoogen Raad en dat in het bijzonder aan de elementen „geregeld' en .langs een bepaalden weg" een ruimere uitlegging wordt gegeven dan tot voor korten tijd het geval was. Ged. Staten hebben in deze omstandigheid aanlei ding gevonden zich betreffende deze aangelegenheid tot de burgemeesters te wenden en er bij deze fune- tionarisen op aan te dringen als hoofd van de po- litei hun medewerking te verleenen tot bestrijding van het euvel der z.g. wilde diensten door het doen opmaken van proces-verbaal tegen de betreffende ondernemers. Tenslotte wijzen Ged. Staten er op. dat de Hooge Raad in het hierboven genoemde arrest van 2S Mei 1934 o.m. heeft beslist dat ook bij het gebruik ma ken van kleine personenautomobielen als open baar vervoermiddel sprake kan zijn van een auto busdienst. waarvoor krachtens de wet een vergun ning vercischt is. MOTORRIJDER IN BOTSING MET EEN VRACHTAUTO. De ongelukkige spoedig na het ongeluk overleden. Gistermiddag te ongeveer vijf uur is de 27-jarige de Vries uit Rottum met zijn motorfiets in de bocht van den weg te Onderdendam in botsing gekomen met een vrachtauto. De man werd zwaar gewond en is spoedig na het ongeluk overleden. Uittocht van Indianen. Kansas City: De Indianen van Oklahoma zijn gisteren tot de overtuiging gekomen, dat de hitte golf heden, Donderdag, beëindigd zal worden door geweldige overstroomingen. Zij trekken thans uit de lager gelegen gebieden weg, ondanks het feit, dat er nog slechts zeer weinig water in de rivierbeddingen over is. De wijze mannen van den stam der Coman- ches hebben n.1. een raadszitting gehouden, waarbij zij tot de conclusie zijn gekomen, dat zekere teeke nen er ongetwijfeld op wijzen: „Dan gaan de slangen heen, dan is het tijd voor dc Indianen ook heen te gaan", aldus verklaarden zij na hun beraadslagingen. Donderdag werd bepaald als de groote en gevaarlijke dag, daar dan evenals ten tijde van den zondvloed de maan vol zal zijn. 466e STAATSLOTERIJ (Niet officieel) lste klasse, 3e lUst Trekking van Woensdag 25 Juli 1933 Hooge Prijzen t 100.— 12700 19910 Prijzen van f20.— 99 153 234 266 486 557 591 692 1125 1343 1550 1587 2232 2317 2517 2633 2638 4096 2789 3022 3563 3622 3635 3923 4024 4"' 1 4456 5439 5816 5963 6677 6698 6821 6834 7294 7799 7963 8102 8556 8711 9225 9314 9852 9859 10536 10709 10886 10987 11191 11669 11963 12012 12291 12560 12610 12803 13552 13891 13921 13965 14474 14806 14885 15189 15277 15723 16202 16411 16525 16591 16620 16791 17506 17511 17535 17875 18063 18071 18346 18470 18952 18999 19102 19596 20063 20461 20531 20685 20952 21568 21695 22388 22596 22922 23034 23248 23424 naar den tuin. Dan glimlachte mevrouw Levantier haar toe, doch ze sprak nóóit. Jaren vergingen. Henriëtte was zestien geworden. Mevrouw Levantier leefde nog steeds in de kleine villa, die nu geheel verborgen was tusschen de heerlijkste rozen. Er waren bogen van klimrozen, die naar het huis leidden, berceaux van rozen, struiken en boompjes met rozen, in allerlei tinten.. De rozenhof was langzamerhand bijna een beziens waardigheid. Vreemdelingen, die voorbij reden in hun wagen, slopten om do rozen te bewonderen. Mevrouw Levantier leefde sober en rustig. Een enkele maal ging ze naar de stad, naar men zeide, om familie te bezoeken. Men hield haar voor we duwe. Eens ontmoette Henriëtte in de stille laan, waarin de villa lag, een burgerlijk uitziende heer, die haar vroeg, waar mevrouw Levantier woonde. Ze wees hem het huis aan, een beetje nieuwsgierig, omdat men zoo zelden iemand bij mevrouw Levan tier zag. Maar hoewel ze er op lelie, ze zag den man nooit meer. Mevrouw Levantier kocht in dat jaar een der andere villa's in de laan haar eigen huis had ze reeds in bezit en verhuurde die. Zelf bleef ze wonen waar ze was. In den loop der jaren werd ze tegen Henriëtte iets mwider terughoudend dan ze gewoonlijk was, Als het meisje stond te kijken naar de rozen, gaf ze haar er enkele van. en tenslotte hielden ze wel eens een praatje. Henriëtte voelde altijd een zonderlingen tegenzin, om et mevrouw te spreken, hoewel ze niet kon nalaten naar de rozen te kijken en héél blij was, als ze er een paar kreeg. Op een dag stond ze weer te kijken naar die mooie bloemen, toen een inan plotseling naast haar stilstond, dien ze niet kende. Hij maakte een be wonderende opmerking over den tuin en daar hij al tamelijk oud was, in de oogen van het jonge meisje, en een bescheiden goedmoedigen indruk maakte, gaf ze hem antwoord. Hij vroeg haar een en ander over dezen tuin, en zij vertelde hem, dat mevrouw Levantier zelf die mooie tuin aangelegd had en al die rozen zelf ge kweekt had. Alles doet ze zelf, zei ze, 's morgens héél vroeg is ze al bezig en ik ben eens laat van een feestje naar huis gekomen, toen ik haar ook bezig zag. De vreemdeling toonde zich bijzonder belangstel lend, voor wat ze vertelde. Plots haalde hij een foto te voorschijn en vroeg haar of die man haar be kend voorkwam. Henriëtte bekeek deze foto doch schudde ontkennend het hoofd. Toen toonde hij haar een ander, eveneens onbekend, aan het meisje. Ze be gon spijt te krijgen, toen ze al deze foto's zag en wilde wel dat ze niet op de praatlust was ingegaan. Doch plotseling herkende ze een der foto's. „Dien man heb ik eens gesproken", riep ze uit, „hij vroeg me den weg naar mevrouw Levantier", vertelde ze. Iets in het gezicht van dezen man, maakte haar angstig. Een voorgevoel van iets vreeselijks be kroop haar. „Juffrouw", zei hij, „mijn naam is Lebrun, in specteur van politie, hij liet haar de politiepenning zien, ik zou graag willen, dat U alle bijzonderheden omtrent deze ontmoeting beschreef", De dader heeft bekend. Een zuiver per soonlijk oonflict. DEN HELDER. Het onderzoek naar de aan boord van H.M.'s Nautilus plaats gehad hebbende sabotage, heeft het resultaat gehad, dat de in ar rest gestelde schepeling bekend heeft carborun- dum in de voor het smeren der machines te be zigen olie te hebben gemengd en zand en koper- soldeer in de metalen oliepijpjes van de hoofd machine te hebben geworpen. Aanleiding tot deze daad was ontevredenheid over het feit, dat aan zijn verzoek tot overplaat sing geen gevolg was gegeven. Het betreft hier een zuiver persoonlijke daad. Van eenig conflict is geen sprake. De verdachte bevindt zich in arrest en zal waarschijnlijk voor den Zeekrijgsraad terecht staan. Koopman in de Haarlemmer Houttuinen pleegt, na zijn vrouw verwond to hebben, poging tot zelfmoord. Op de eerste étage van perceel Haarlemmer Hout tuinen te Amsterdam heeft zich eergisterenavond on geveer half acht een bloedig drama afgespeeld, waar aan de slechte verstandhouding tusschen twee men schen, die deze étage bewoonden, ten grondslag lag. Deze menschen waren een 52-jarige koopman en een vijf jaar oudere vrouw, die op genoemd adres samenwoonden. Herhaaldelijk waren er heftige ru zies tusschen het tweetal, welke soms zulk een ern stig karakter aannamen, dat de politie moest ingrij pen om erger te voorkomen. Ook eergisteravond was er weer zulk een heftige twist, dat de man, buiten zichzelf van woede, een aardappelmesje greep en de vrouw daarmede een aan tal sneden over hals, handen en een der ooren toe bracht. Luid gillend en hevig bloedend liep zij naar buiten, waar burgers en eenige agenten zich over haar ont fermden. Inmiddels had de man, in do overtuiging dat hij zijn slachtoffer levensgevaarlijk gewond had, zich met hetzelfde mesje getracht, den hals af te snijden. Toen de politie in de kamer kwam waar het drama was geschied, lag hij met een diepe wonde in den hals op den grond. Dadelijk werd de geneeskundige dienst gewaarschuwd, die den man in zorgwekkenden toestand naar het Wilhelminagasthuis vervoerde. I)o vrouw was inmiddels in hot Binnengasthuis verbonden. Haar wonden waren niet ernstig, zoodat zij zich later op den avond weer naar huis kon bege ven. Naar de Msb. nader verneemt, is de wond van den man waarschijnlijk niet van ernstigen aard. Men kon hieromtrent nog geen nadere inlichtingen verschaf fen. Te Bovenkarspel heeft dc blocmbollenveilingsver- eeniging West-Friesland Woensdag haar vijfde groote veiling van leverbare bloembollen gehouden. De aan voer bedroeg ruim 10 millioen (vorige veiling G'/ó mil- Hoen) stuks. Er was meer belangstelling, en de han del was aanmerkelijk vlotter. Ongeveer 70 van den aanvoer werd verkocht (vorige veiling 30 Dc rest werd op het wijzerbord doorgedraaid of opgehouden. De vraag naar de gewone soorten is nog weinig of niet beter geworden, maar voor de goede soorten was meer belangstelling dan voorheen. We noemen hier generaal De Wet, Oranje Nassau, Witto Valk, Tel- toreador, couronne d'Or, Albino, Salmouetta, Peach Blossom, Schoonord en Boule de Neige. Het is niet gemakkelijk, zich de détails te herin neren van een gebeurtenis, die men zelf, op d&t oogenblik tenminste onbelangrijk vond Doch Hen riëtte slaagde erin door middel van haar dagboek den datum en het uur vast te stellen. Ze was erg nieuwsgierig toen ze alles verteld had, wat ze zich kon herinneren, trachtte ze den inspecteur uit te hooren. Deze keek haar ernstig aan en sprak: „Er zijn dingen, die een jong meisje, zooals U veel be ter niet kan hooren." Zooiets is juist geschikt, een meisje nieuwsgierig te maken. Henriëtte kon bijna niet slapen van op winding. Ten laatste stond ze op. Het was een prachtige maannacht. Uit haar venster kan zij een stuk van den tuin zien van mevrouw Levantier en plotseling hield ze den adem in: er waren mannen in haar tuin. Inbrekers?! Neen, dat kon niet. Ze herkende den ouden veld wachter van het dorp. W&t kon er gaande zijn daarginds tusschen de rozen? Toen deed het meisje iets. wat ze haar levenlang betreurde: Ze kleedde zich fluks aan en sloop heel zachtjes naar beneden, ging de tuin door en kwam zoo aan den straatweg. Deze stak ze over en ver borg zich vervolgens tusschen de rozen van me vrouw Levantier. Ze kon tusschen de haag door gluren en ze zag dat de inspecteur bezig was met den veldwachter en nog iemand te graven. Al de mooie rozenstruiken op die plek waren totaal ver woest! En plotseling had het meisje bijna gegild, want Lebrun fluisterde: „Ja hier Ze groeven nog ijveriger en haalden iets te voor schijn. Als in een nachtmerrie staarde het van schrik verstijfde meisje op het ontzettende, dat daar in het maanlicht lag een lijk Ze ver loor het bewustzijn en toen ze weer tot zichzelf kwam merkte ze met ontzetting, dat ze nog steeds aan het graven waren! De rozenhof was een ruine en daar, in het maanlicht, lag weer iets verschrik kelijks, een andere doode Gillend rende het meisje weg en thuis kreeg ze een zenuwtoeval. Ze was langen tijd ziek. Veel later hoorde ze de lugubere geschiedenis. Mevrouw Levantier was een verschrikkelijke mis dadigster geweest. Zij had, door middel van advertenties, trouwlus tige, gefortuneerde mannen gelokt, ze in de stad ontmoet, en dan bij zich uitgenoodigd. Onder voor wendsel, dat ze om haar goeden naam bevreesd was, mochten ze niet over het bezoek spreken en moesten des avonds komen. Deze ongelukkige bezoekers verlieten haar nóóit meer. Ze vergiftigde ze, ontstal hun, wat ze bij zich had den en hegroef het lijk in den tuin! De rozenhof. Sinsdien en is het wonder? behield Henriët te een ziekelijke afschuw voor rozen. De geur al leen reeds roept haar dat verschrikkelijke uur bij den rozenhof weer voor den geest, hoewel reeds vele jaren verloopen zijn, (Nadruk verboden.) VINCENT LAROCHE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 2