De Rozenhof.
Ontploffing op een
visschersschuit.
Hotelratten.
STRIJD TEGEN DE WILDE AUTOBUS
DIENSTEN.
Ook ten aanzien van de kleine
personenauto's.
De hittegolf in Amerika.
DE SABOTAGE OP DE „NAUTILUS".
Bloedig drama te Amsterdam.
Vijfde Bloembollenveiling West-Friesland.
Kort
verhaal
Het geheele schip uit elkaar geslagen. Twee
opvarenden zwaar gewond. Meisje
op den wal door een wegvliegend
stuk hout gedood.
Gisteravond half zes was schipper P. Kastelein
aan het Goereesche hoofd te Goeree bezig door
middel van acetyleengas zijn boot van ongedierte
te zuiveren.
Eensklaps had een geweldige ontploffing plaats,
waardoor de boot totaal werd vernield. De schip
per en zijn oudste knecht G. de Keizer, liepen
ernstige verwondingen op. Zij braken de beide
beenen en ieder een arm. Zij zijn in zeer ernsti-
gen toestand naar het ziekenhuis te Dirksland
vervoerd.
De 12-jarige W. Groenendijk werd eveneens aan
beenen en hoofd gewond naar het ziekenhuis ver
voerd. Zijn toestand is niet ernstig.
De 25-jarige J. Groenendijk, die van het schip
in de lucht geslingerd werd, kwam ongedeerd
op den wal terecht.
Een vierjarig dochtertje van den schipper werd
door een wegvliegend stuk hout aan het hoofd
getroffen. Het kind is spoedig overleden.
In de buurt werden vele ruiten en dakpannen
vernield.
Nadere bijzonderheden.
Omtrent het ontploffingsongeluk verneemt V.D. nog
de volgende bijzonderheden:
Om vier uur Woensdagmiddag was de schipper
P. Kastelein, met zijn beide knechts, G. de Keizer
en J. Groenendijk, bezig zijn visschersschuit. een
blazer, welke gemeerd was aan het havenhoofd,
met zwavel te ontsmetten. Daartoe was het geheel
ledige vaartuig geheel afgedekt en met zwaveldamp
gevuld. Waarschijnlijk tengevolge van het ontsnap
pen van carbidgas uti de verlichtingsinstallatie, is
toen plotseling een explosie ontstaan, zoo hevig, dat
het geheele vaartuig uit elkander vloog. Kastelein
en Keizer werden tegen het dek geslagen en bleven
met gebroken beenen liggen, terwijl zij voorts ieder
een gebroken arm hadden opgeloopen en verder
ernstig waren verminkt.
Zooals gemeld, bevond zich op den wal in de
nabijheid van het schip het vijfjarige dochtertje van
den schipper. Het kind kreeg een groot stuk hout
tegen het hoofd en werd vrijwel op slag gedood.
Twee personen, die zich eveneens in de nabijheid
van de schuit bevonden, werden door den lucht
druk meters ver weggeslingerd. Zij zijn er zonder
letsel afgekomen. Van de visschersboot is alleen het
ondergedeelte intact gebleven. Wrakstukken van
het schip werden naar alle kanten rondgeslingerd.
De mast vloog recht in de hoogte en kwam een stuk
verder neer. Verschillende aan de haven staande
woningen werden zwaar gehavend, do ruiten spron
gen en de daken werden vernield. De tuintjes voor
de huizen waren alle bezaaid met overblijfselen
van het vaartuig. Sommige stukken hout zijn hon
derdvijftig meter weggeslingerd.
Onmiddellijk na de explosie kwamen van alle
kanten de menschen toeloopen om hulp te bieden.
Spoedig waren de geneesheeren van den Borg uit
Oudorp en Witkamp uit Goedereed a ter plaatse. De
gewonden zijn, nadat de eerste hulp was verleend,
«aar het ziekenhuis te Dirksland vervoerd.
AUTO VAN GROOTE HOOGTE GESTORT.
Met 35 schoolkinderen er In.
Greenville. Twee personen werden gedood
en 24 kinderen gewond, toen gisteren een vracht
wagen van 35 schooljongens van een hoogte van 60
voet langs een bergachtigen weg nabij Caesarshaed
in de Ver. Staten, stortte. De neger-chauffeur ver
klaarde, dat de remmen van den vrachtwagen, die
reeds oud was, geweigerd hadden.
ZES KOEIEN GESTOLEN.
Uit de weide van de Achelsche kluis.
Uit de weide der Paters Trappisten van de Achel
sche Kluis zijn zes melkkoeien gestolen. De dieven
hebben de gestolen beesten vermoedelijk met een
.vrachtauto vervoerd.
STRATOSFEERTOCHT ZONDAG A.S.
De Brusselsche correspondent van het Hdbld. meldt:
Daar de weersomstandigheden de eerstkomende da
gen nog niet zullen verbeteren, heeft ir. Max Cosijns
besloten zijn stratosfeertocht niet voor Zondag te on
dernemen.
Een arrestatie te Zandvoort.
Aan het politiebureau te Zandvoort is aangifte ge
daan, dat zich te Zandvoort een man met een Duitsche
vrouw bevonden, die in een pension logeerden en niet
wilden betalen. Daar zijn aangehouden F. van R. en
E. M., welke laatste vroeger dienstbode was en reeds
in twee pensions in Zandvoort had gelogeerd en zon
der betaling was vertrokken. Bij het naslaan van 't
Algemeen Politieblad bleken beide personen door de
Amsterdamsche politie te worden gezocht, die ook nog
het een en ander met hen heeft te vereffenen. F. van
R. had o.a. ook te Amsterdam gelogeerd en is ook daar
zonder te betalen vertrokken.
Zij zijn gisteren op transport gesteld naar Amster
dam, aangezien zij kortgeleden een pension aan de
Stadhouderskade in alle stilte hebben verlaten met
achterlating van een schuld van f150.
INVASIE VAN VELDMUIZEN.
De bewoners met hongersnood bedreigd.
Belgrado. (V.D.) Op het Dalmatische eiland
Solta nabij de haven van Split, is een invasie voor
gekomen van duizenden veldmuizen, die de bewo
ners met hongersnood bedreigen. Niemand weet
waar de muizen vandaan gekomen zijn, maar de
verwoestingen, die zij reeds hebben aangericht aan
de oogsten van vijgen, erwten, enz., zijn ontzaglijk.
De weinige katten die op het eiland aanwezig zijn,
zijn volkomen onvoldoende om de muizenplaag te
bestrijden. Bovendien hebben zij in enkele dagen
zooveel muizen gevangen, dat zij er afkeerig van zijn
geworden. De boeren hebben een dringend beroep
gedaan op de regeering om het eiland van deze pest
te bevrijden. Er bestaan plannen om een groot con
tingent katten naar het eiland te sturen.
Circulaire van Ged. Staten van Noord-Holland aan
de burgemeesters in die provincie. Thans
meer resultaat verwacht dan
vroeger.
Ged. Staten van Noord-Holland hebben een cir
culaire gezonden aan de burgemeesters in die pro
vincie, waarin wordt aangedrongen op medewerking
bij de bestrijding van de zg.n. wilde autobusdiens-
ten.
In de eerste plaats wijzen Ged. Staten op de om
standigheid, dat den laatsten tijd in steeds toene
mende mate geregeld openbaar vervoer van perso
nen per autobus plaats vindt, zonder dat voor ver
voer een vergunning is gevraagd en verkregen, als
bedoeld in de wet openbare vervoermiddelen, en dat
de concurrentie, welke de autobusdiensten, die wel
krachtens een dergelijke vergunning worden uitge
oefend, van de wilde diensten ondervonden, steeds
zwaarder wordt.
Dank zij de invoering van het vergunningsstelsel
voor het onderhouden van autobusdiensten is ten
aanzien van dit onderdeel van het vervoerwezen
een toestand verkregen, waarbij een goede en over
het algemeen oeconomische vervoersvoorziening is
gewaarborgd, terwijl ook de verkeersveiligheid door
de maatregelen, uit dat stelsel voortvloeiende, in be
langrijke mate is vergroot. Willen deze vruchten van
het vergunningsstelsel echter behouden blijven, dan
zal zoo spoedig mogelijk een einde moeten komen
aan het euvel van de wilde diensten, waardoor het
bestaan van menigen autobusdienst ernstig wordt
bedreigd. Het is in dezen tijd met sterk afnemend
reizigersvervoer voor vele exploitanten van autobus
diensten op zichzelf al heel moeilijk hun bedrijf in
stand en op peil te houden, maar zulks wordt prac-
tisch onmogelijk, indien een groot deel van het op
autobussen aangewezen vervoer door de wilde diens
ten tot zich getrokken wordt.
De aantrekkingskracht welke de wilde diensten
op het nubliek uitoefenen vindi voor een groot deel
haar oorzaak in het feit, dat deze diensten meestal
voor een lager tarief vervoeren dan de krachtens een
vergunning geexploiteerde autobusdiensten, hetgeen
mogelijk is. doordat deze wilde diensten niet aan tal
van wettelijke verplichtingen gebonden zijn en in
het algemeen slechts dat vervoer verzorgen, hetwelk
baten oplevert. Van uit een algemeen verkeersoog-
punt gezien hebben die lagere tarieven dus geen
waaide en zou het terugdringen van de krachtens
vergunning uitgeoefende autobusdiensten, welke ook
niet rendabel vervoer verzorgen, door wilde diensten
een groote achteruitgang beteekenen; de mogelijk
heid tot ordening en regeling van het vervoer, voor
zoover op autobussen aangewezen, zou dan aanmer
kelijk verzwakken, zoo niet geheel verdwijnen en
het algemeen vervoersbelang zou dan aan het belang
van speciale groepen van reizigers worden geofferd.
Deze kwestie van de zgn. wilde autobusdiensten is
niet nieuw en men vraagt zich onwillekeurig af,
waarom Ged. Staten juist nu een betreffende circu
laire aan de burgemeesters hebben gezonden. In dit
verband zijn van belang een tweetal arresten van
den Hoogen Raad van recenten datum (30 October
1933 en 28 Mei 1934). Voorheen leverde namelijk het
optreden tegen ondernemers van wilde diensten in
het algemeen weinig resultaat op, daar de ter zake
ingestelde vervolgingen zeer dikwijls in een ontslag
van rechtsvervolging eindigden, in verband met het
feit, dat de strafrechter een enge interpretatie gaf
aan de in art. 15 van de wet openbare vervoermid
delen gegeven omschrijving van openbare middelen
tot vervoer van personen.
Uitb ovengenoemde arresten blijkt echter, dat er
in den laatsten tijd wijziging begint te komen in de
WIJ hadden de Garstins leeren kennen tijdens
een reisje, toen we in hetzelfde hotel woon
den. Het was een aardig paar van middel
baren leeftijd en vooral de vrouw, Jlenriëtle,
beviel ons zeer. Zoo kwamen wij ertoe, mijn vrouw
en ik, het paar uit te noodigen; eens een week-end
bij ons door te brengen. Wij wonen buiten, dichtbij
een mooi bosch en onze tuin is de vreugde en trots
van mijn vrouw, die zelf tuiniert. De Garstins kwa
men met een namiddagtrein aan en nadat ze zich
verfrischt hadden op hun kamers, dronken we thee
op het terras. Het was een heerlijke zomeravond.
Vóór ons lag do tuin, omsloten door een bloeiende
Meidoornheg en vol prachtige rozen. Mijn vrouw had
ter eer van de gasten, een paar heerlijke ruikers ge
plukt om de logeerkamer te versieren. Na de thee
liepen w.e door den tuin. Het kwam me voor, dat
Henriëtte stiller en bleeker was dan eerst. Ze werd
eerst opgewekter, toen we naar binnen gingen en in
den loop van den avond was ze weer vroolijk en
charmant. Ik sprak met Garstin over boeken en
nam hem mee naar mijn kamer, om hem een zeld
zaam exemplaar te laten zien. Toen we samen waren,
zei hij eensklaps: ,Doe me een plezier en neem die
rozen weg van onze kamers."
Ik was verbaasd en wat onthutst. "Hij zei: „Mijn
vrouw kan géén rozen verdragen. Ze heeft iets vree-
gelijks in verband daarmede meegemaakt."
Opeens begreep ik haar zwijgen en bleekheid, toen
we in den tuin vol rozen wandelden. En mijn
vrouw, die zoo trotsch op haar rozen was Ik stelde
haar op de hoogte en zij haastte zich de rozen weg
te nemen.
Na dat week-end
werd onze vriendschap
steeds hechter en op
een keer, dat we een
week-end in de stad bij
de Garstins, doorbrach
ten, in den winter, ver
telde Henriëtte ons,
waardoor haar afschuw
van rozen ontstaan was.
Als jong meisje woon
de ze bij familie ze
was wees in een pro
vincieplaats. Op een
dag ze was toen tien jaar werd een naburige
villa, die lang had leeggestaan, gehuurd door een
vrouw van middelbaren leeftijd. Ze heette Levantier
en leefde geheel alleene deed al het huiswerk zelf
en tuinierde urenlang, des morgens vroeg en nog
des avonds laat. Binnen een paar jaren was de ta
melijk verwaarloosde tuin herschapen in een schit
terenden rozentuin. Marthe Levantier ging met nie
mand van het dorp om, alhoewel ze altijd zeer be
leefd was.
De kleine Henriëtte, die erg veel van bloemen
hield, stond soms vol stille bewondering te kijken
Toch vol energie!
Al was de temperatuur zóó hoog
Dat 't woter aan de kook gaat,
Dan zorgt een "Akkertje" dat
Dat kook-gerol "ijskoud" laatl
Neem 'n "AKKERTJE"
jurisprudentie van den Hoogen Raad en dat in het
bijzonder aan de elementen „geregeld' en .langs
een bepaalden weg" een ruimere uitlegging wordt
gegeven dan tot voor korten tijd het geval was.
Ged. Staten hebben in deze omstandigheid aanlei
ding gevonden zich betreffende deze aangelegenheid
tot de burgemeesters te wenden en er bij deze fune-
tionarisen op aan te dringen als hoofd van de po-
litei hun medewerking te verleenen tot bestrijding
van het euvel der z.g. wilde diensten door het doen
opmaken van proces-verbaal tegen de betreffende
ondernemers.
Tenslotte wijzen Ged. Staten er op. dat de Hooge
Raad in het hierboven genoemde arrest van 2S Mei
1934 o.m. heeft beslist dat ook bij het gebruik ma
ken van kleine personenautomobielen als open
baar vervoermiddel sprake kan zijn van een auto
busdienst. waarvoor krachtens de wet een vergun
ning vercischt is.
MOTORRIJDER IN BOTSING MET EEN
VRACHTAUTO.
De ongelukkige spoedig na het ongeluk
overleden.
Gistermiddag te ongeveer vijf uur is de 27-jarige de
Vries uit Rottum met zijn motorfiets in de bocht van
den weg te Onderdendam in botsing gekomen met
een vrachtauto. De man werd zwaar gewond en is
spoedig na het ongeluk overleden.
Uittocht van Indianen.
Kansas City: De Indianen van Oklahoma
zijn gisteren tot de overtuiging gekomen, dat de hitte
golf heden, Donderdag, beëindigd zal worden door
geweldige overstroomingen. Zij trekken thans uit de
lager gelegen gebieden weg, ondanks het feit, dat er
nog slechts zeer weinig water in de rivierbeddingen
over is. De wijze mannen van den stam der Coman-
ches hebben n.1. een raadszitting gehouden, waarbij
zij tot de conclusie zijn gekomen, dat zekere teeke
nen er ongetwijfeld op wijzen: „Dan gaan de slangen
heen, dan is het tijd voor dc Indianen ook heen te
gaan", aldus verklaarden zij na hun beraadslagingen.
Donderdag werd bepaald als de groote en gevaarlijke
dag, daar dan evenals ten tijde van den zondvloed de
maan vol zal zijn.
466e STAATSLOTERIJ
(Niet officieel)
lste klasse, 3e lUst
Trekking van Woensdag 25 Juli 1933
Hooge Prijzen
t 100.— 12700 19910
Prijzen van f20.—
99
153
234
266
486
557
591
692
1125
1343
1550
1587
2232
2317
2517
2633
2638
4096
2789
3022
3563
3622
3635
3923
4024
4"' 1
4456
5439
5816
5963
6677
6698
6821
6834
7294
7799
7963
8102
8556
8711
9225
9314
9852
9859
10536
10709
10886
10987
11191
11669
11963
12012
12291
12560
12610
12803
13552
13891
13921
13965
14474
14806
14885
15189
15277
15723
16202
16411
16525
16591
16620
16791
17506
17511
17535
17875
18063
18071
18346
18470
18952
18999
19102
19596
20063
20461
20531
20685
20952
21568
21695
22388
22596
22922 23034
23248
23424
naar den tuin. Dan glimlachte mevrouw Levantier
haar toe, doch ze sprak nóóit.
Jaren vergingen.
Henriëtte was zestien geworden.
Mevrouw Levantier leefde nog steeds in de kleine
villa, die nu geheel verborgen was tusschen de
heerlijkste rozen. Er waren bogen van klimrozen,
die naar het huis leidden, berceaux van rozen,
struiken en boompjes met rozen, in allerlei tinten..
De rozenhof was langzamerhand bijna een beziens
waardigheid.
Vreemdelingen, die voorbij reden in hun wagen,
slopten om do rozen te bewonderen.
Mevrouw Levantier leefde sober en rustig. Een
enkele maal ging ze naar de stad, naar men zeide,
om familie te bezoeken. Men hield haar voor we
duwe. Eens ontmoette Henriëtte in de stille laan,
waarin de villa lag, een burgerlijk uitziende heer,
die haar vroeg, waar mevrouw Levantier woonde.
Ze wees hem het huis aan, een beetje nieuwsgierig,
omdat men zoo zelden iemand bij mevrouw Levan
tier zag. Maar hoewel ze er op lelie, ze zag den man
nooit meer. Mevrouw Levantier kocht in dat jaar
een der andere villa's in de laan haar eigen huis
had ze reeds in bezit en verhuurde die.
Zelf bleef ze wonen waar ze was.
In den loop der jaren werd ze tegen Henriëtte iets
mwider terughoudend dan ze gewoonlijk was, Als het
meisje stond te kijken naar de rozen, gaf ze haar er
enkele van. en tenslotte hielden ze wel eens een
praatje. Henriëtte voelde altijd een zonderlingen
tegenzin, om et mevrouw te spreken, hoewel ze niet
kon nalaten naar de rozen te kijken en héél blij
was, als ze er een paar kreeg.
Op een dag stond ze weer te kijken naar die
mooie bloemen, toen een inan plotseling naast haar
stilstond, dien ze niet kende. Hij maakte een be
wonderende opmerking over den tuin en daar hij al
tamelijk oud was, in de oogen van het jonge meisje,
en een bescheiden goedmoedigen indruk maakte,
gaf ze hem antwoord.
Hij vroeg haar een en ander over dezen tuin, en
zij vertelde hem, dat mevrouw Levantier zelf die
mooie tuin aangelegd had en al die rozen zelf ge
kweekt had. Alles doet ze zelf, zei ze, 's morgens
héél vroeg is ze al bezig en ik ben eens laat van
een feestje naar huis gekomen, toen ik haar ook
bezig zag.
De vreemdeling toonde zich bijzonder belangstel
lend, voor wat ze vertelde. Plots haalde hij een foto
te voorschijn en vroeg haar of die man haar be
kend voorkwam.
Henriëtte bekeek deze foto doch schudde
ontkennend het hoofd. Toen toonde hij haar een
ander, eveneens onbekend, aan het meisje. Ze be
gon spijt te krijgen, toen ze al deze foto's zag en
wilde wel dat ze niet op de praatlust was ingegaan.
Doch plotseling herkende ze een der foto's. „Dien
man heb ik eens gesproken", riep ze uit, „hij vroeg
me den weg naar mevrouw Levantier", vertelde ze.
Iets in het gezicht van dezen man, maakte haar
angstig. Een voorgevoel van iets vreeselijks be
kroop haar.
„Juffrouw", zei hij, „mijn naam is Lebrun, in
specteur van politie, hij liet haar de politiepenning
zien, ik zou graag willen, dat U alle bijzonderheden
omtrent deze ontmoeting beschreef",
De dader heeft bekend. Een zuiver per
soonlijk oonflict.
DEN HELDER. Het onderzoek naar de aan
boord van H.M.'s Nautilus plaats gehad hebbende
sabotage, heeft het resultaat gehad, dat de in ar
rest gestelde schepeling bekend heeft carborun-
dum in de voor het smeren der machines te be
zigen olie te hebben gemengd en zand en koper-
soldeer in de metalen oliepijpjes van de hoofd
machine te hebben geworpen.
Aanleiding tot deze daad was ontevredenheid
over het feit, dat aan zijn verzoek tot overplaat
sing geen gevolg was gegeven. Het betreft hier een
zuiver persoonlijke daad. Van eenig conflict is
geen sprake.
De verdachte bevindt zich in arrest en zal
waarschijnlijk voor den Zeekrijgsraad terecht
staan.
Koopman in de Haarlemmer Houttuinen
pleegt, na zijn vrouw verwond to hebben,
poging tot zelfmoord.
Op de eerste étage van perceel Haarlemmer Hout
tuinen te Amsterdam heeft zich eergisterenavond on
geveer half acht een bloedig drama afgespeeld, waar
aan de slechte verstandhouding tusschen twee men
schen, die deze étage bewoonden, ten grondslag lag.
Deze menschen waren een 52-jarige koopman en
een vijf jaar oudere vrouw, die op genoemd adres
samenwoonden. Herhaaldelijk waren er heftige ru
zies tusschen het tweetal, welke soms zulk een ern
stig karakter aannamen, dat de politie moest ingrij
pen om erger te voorkomen.
Ook eergisteravond was er weer zulk een heftige
twist, dat de man, buiten zichzelf van woede, een
aardappelmesje greep en de vrouw daarmede een aan
tal sneden over hals, handen en een der ooren toe
bracht.
Luid gillend en hevig bloedend liep zij naar buiten,
waar burgers en eenige agenten zich over haar ont
fermden.
Inmiddels had de man, in do overtuiging dat hij
zijn slachtoffer levensgevaarlijk gewond had, zich
met hetzelfde mesje getracht, den hals af te snijden.
Toen de politie in de kamer kwam waar het drama
was geschied, lag hij met een diepe wonde in den
hals op den grond. Dadelijk werd de geneeskundige
dienst gewaarschuwd, die den man in zorgwekkenden
toestand naar het Wilhelminagasthuis vervoerde.
I)o vrouw was inmiddels in hot Binnengasthuis
verbonden. Haar wonden waren niet ernstig, zoodat
zij zich later op den avond weer naar huis kon bege
ven.
Naar de Msb. nader verneemt, is de wond van den
man waarschijnlijk niet van ernstigen aard. Men kon
hieromtrent nog geen nadere inlichtingen verschaf
fen.
Te Bovenkarspel heeft dc blocmbollenveilingsver-
eeniging West-Friesland Woensdag haar vijfde groote
veiling van leverbare bloembollen gehouden. De aan
voer bedroeg ruim 10 millioen (vorige veiling G'/ó mil-
Hoen) stuks. Er was meer belangstelling, en de han
del was aanmerkelijk vlotter. Ongeveer 70 van den
aanvoer werd verkocht (vorige veiling 30 Dc rest
werd op het wijzerbord doorgedraaid of opgehouden.
De vraag naar de gewone soorten is nog weinig of
niet beter geworden, maar voor de goede soorten was
meer belangstelling dan voorheen. We noemen hier
generaal De Wet, Oranje Nassau, Witto Valk, Tel-
toreador, couronne d'Or, Albino, Salmouetta, Peach
Blossom, Schoonord en Boule de Neige.
Het is niet gemakkelijk, zich de détails te herin
neren van een gebeurtenis, die men zelf, op d&t
oogenblik tenminste onbelangrijk vond Doch Hen
riëtte slaagde erin door middel van haar dagboek
den datum en het uur vast te stellen. Ze was erg
nieuwsgierig toen ze alles verteld had, wat ze zich
kon herinneren, trachtte ze den inspecteur uit te
hooren. Deze keek haar ernstig aan en sprak: „Er
zijn dingen, die een jong meisje, zooals U veel be
ter niet kan hooren."
Zooiets is juist geschikt, een meisje nieuwsgierig
te maken. Henriëtte kon bijna niet slapen van op
winding.
Ten laatste stond ze op.
Het was een prachtige maannacht.
Uit haar venster kan zij een stuk van den tuin
zien van mevrouw Levantier en plotseling hield ze
den adem in: er waren mannen in haar tuin.
Inbrekers?!
Neen, dat kon niet. Ze herkende den ouden veld
wachter van het dorp.
W&t kon er gaande zijn daarginds tusschen de
rozen?
Toen deed het meisje iets. wat ze haar levenlang
betreurde: Ze kleedde zich fluks aan en sloop heel
zachtjes naar beneden, ging de tuin door en kwam
zoo aan den straatweg. Deze stak ze over en ver
borg zich vervolgens tusschen de rozen van me
vrouw Levantier. Ze kon tusschen de haag door
gluren en ze zag dat de inspecteur bezig was met
den veldwachter en nog iemand te graven. Al de
mooie rozenstruiken op die plek waren totaal ver
woest! En plotseling had het meisje bijna gegild,
want Lebrun fluisterde: „Ja hier
Ze groeven nog ijveriger en haalden iets te voor
schijn. Als in een nachtmerrie staarde het van
schrik verstijfde meisje op het ontzettende, dat
daar in het maanlicht lag een lijk Ze ver
loor het bewustzijn en toen ze weer tot zichzelf
kwam merkte ze met ontzetting, dat ze nog steeds
aan het graven waren! De rozenhof was een ruine
en daar, in het maanlicht, lag weer iets verschrik
kelijks, een andere doode
Gillend rende het meisje weg en thuis kreeg ze
een zenuwtoeval.
Ze was langen tijd ziek.
Veel later hoorde ze de lugubere geschiedenis.
Mevrouw Levantier was een verschrikkelijke mis
dadigster geweest.
Zij had, door middel van advertenties, trouwlus
tige, gefortuneerde mannen gelokt, ze in de stad
ontmoet, en dan bij zich uitgenoodigd. Onder voor
wendsel, dat ze om haar goeden naam bevreesd
was, mochten ze niet over het bezoek spreken en
moesten des avonds komen.
Deze ongelukkige bezoekers verlieten haar nóóit
meer.
Ze vergiftigde ze, ontstal hun, wat ze bij zich had
den en hegroef het lijk in den tuin! De rozenhof.
Sinsdien en is het wonder? behield Henriët
te een ziekelijke afschuw voor rozen. De geur al
leen reeds roept haar dat verschrikkelijke uur bij
den rozenhof weer voor den geest, hoewel reeds
vele jaren verloopen zijn,
(Nadruk verboden.) VINCENT LAROCHE.