Raad S hagen. Neem n "AKKERTJE" Inbraak in gemeentehuis. Schedel van den voor-historischen mensch. Vergadering van den Raad op Vrijdag 17 Augus tus 1934, des avonds kwart over zeven uur. Voorzitter de heer J. Corneiissen, burgemeester, waarnemeifd secretaris de heer C Mol. Afwezig is do heer Mr. Buiskool. De Voorzitter opent niet een woord van welkom, speciaal tot den heer Van Nuland, die in de vergade ring van December ziek is geworden en thans weei aanwezig is. Spr. zegt dat de heer Van Nuland een zeer zware ziekte heeft doorstaan en wc kunnen dankbaar zijn, dat de heer Van Nuland die ziekte heeft doorstaan en zich weer kan wijden aan de be langen der gemeente. De heer Van Nuland dankt den Voorzitter voor deze woorden en hoopt zich weer geheel aan de be langen der gemeente te kunnen geven. De notulen der vorige vergadering worden goedge keurd. Ingekomen stnkken en adressen. Ged. Staten zonden de goedkeuring op het besluit tot wijziging van de verordening op de heffing van radiorechten; idem 4e suppletoire begrooting dienst 1933, idem geldleeningcn ad f5000.— en f 10.000.— (be strating Torenplein enz. en aanvulling stichtings- kosten christcl. school). Hetzelfde college zond bericht, dat voor het reke- ningsjaar 1931 de vergoeding, ingevolge de finan- cieele verhouding tusschen het Rijk en de gemeenten is vastgesteld op f 11.7991 per inwoner. Van Ged. Staten werd de goedkeuring ontvangen op het besluit tot aanvaarding van een perceeltje grond van M. S. Kaptein; idem raadsbesluiten betref fende verhaalpensioensbijdragen politiepersoneel; id. begrootingen 1934; idem overname Halersloot en Loetsloot; idem overname grond van mevr. wed. Joh. Govers. De volgende verslagen kwamen in over 1933: van den Vleeschkeuringsdienst kring Barsingerhorn; van de N.V. Noorderstoomtramweg-maatschappij, van de KV. Spoor-(Tram-)weg Wieringcn—Schagcn. Door den accountant J. J. de Vries werd ingezon den het rapport omtrent de jaarrekening 1933 van het Grondbedrijf. ITot verlies ad f 4327.44, zal op de boek waarde der gronden moeten worden bijgeschreven. Schorsing directeur lichtbedrijven. Door het Scheidsgerecht voor de gemeente-ambte naren was ingezonden de beslissing inzake het be roep, ingesteld door \V. A. P. F. L. Blaeser, tegen het besluit van 12 April j.1., tot zijn schorsing ais direc teur der lichtbedrijven. Het scheidsgerecht deelt daarin mede, dat het, gelezen een brief van B. en W. van Schagen, houden de mededeeling dat W. A. P. F. L. Blaeser, geschorst directeur der lichtbedrijven, zijn zaak aanhangig wenscht te maken bij het Scheidsgerecht voor de ge meente-ambtenaren gelezen het beroepschrift van den heer W. A. P. F. L. Blaeser, tegen het besluit van B. en W. tot zijn schorsing; gelezen het politierapport, zoomede de mededeelin- gen van B. en W. aan den gemeenteraad inzake de onderwerpelijke aangelegenheid; gehoord het college van B. en W.; gehoord den lieer W. A. P. F. L. Blaeser; gelezen de schriftelijke verdediging van den heer W. A. P. F. L. Blaeser; gelezen het rapport van den raadsman van 'dén geschorsten ambtenaar, den heer "Mr. J. A. E. Buis kool; overwegende, dat de heer W. A. P. F. L. Blaeser zich door zijn wangedrag aan plichtsverzuim heeft schuldig gemaakt; overwegende voorts, dat de straf hem door B. en W. opgelegd, niet onbillijk kan worden genoemd; gelet op de artt. 39 tot en met 43 van het amb tenaren-reglement, juncto de artt. 30 tot en met 38 van het werkliedenreglement; Besluit: het door meergenoemden W. A. P. F. L. Blaeser ingestelde beroep tegen het boven aangehaalde be sluit van B. en \V. van Schagen af te wijzen. (w.g.) D. P. TIMMERMAN, Voorzitter, (w.g.) ROGGEVEEN, Secretaris. De heer Bakker stelt B. en W. do vraag of deze schorsing nog langer moet duren en of B. en W. al iets bekend is over het onderzoek van den heer Blaeser. De Voorzitter zegt, dat B. en W. niet anders be kend is dan dat de heer Blaeser aan een psychisch onderzoek moet worden onderworpen en dat zal door een specialist te Amsterdam geschieden. B. en W. heb ben op bespoediging aangedrongen. Spr. meent in de vorige vergadering reeds hetzelfde te hebben gezegd. De heer Bakker vindt het een treurige gang van za ken, die nu al loopt van April af. Spr. vindt dat het niet op den weg van de gemeente ligt, dien toestand te bestendigen, het is vooral niet voor het bedrijf ge- wenscht dat die toestand blijft. Spr. zal in het be lang van den heer Blaeser niet herhalen, wat gebeurd is, maar spr. zou willen dat do Raad besloot hem tc ontslaan, bijv. per 1 Octobcr a.s. Wij compromitteeren op "deze wijze ons zelf. Dc heer Blaeser loopt hiei maar rond en wordt ongedurig. Spr. wijst er op, dat na het benoemen van het scheidsgerecht, de heer Blaeser de leden heeft bezocht. Spr. acht dat niet de juiste weg en had van oen intellectueel mensch als de heer Blaeser verwacht, dut hij de uitspraak van het scheidsgerecht zou afwachten. Alleen dc voorzit ter van het scheidsgerecht heeft hij overgeslagen. Spr. gelooft niet dat B. en W. zich tot het scheidsgerecht hebben gewend. Hij vindt deze gang van zaken be neden alles. Voor de zooveclste maal is hier weer wat gebeurd, dat niet in den haak is. Daarom stelt spr. voor den lieer Blaeser per 1 October te ontslaan. Spr. wil hier in het openbaar zeggen, dat hij de schrij ver van den brief aan B. en W. is geweest. De Voorzitter zegt den heer Bakker kalm te wil len beantwoorden en geeft hem in overweging deze zaak niet te forcecren. Spr. heeft, toen de heer Blaesor hem er over sprak, hem sterk afgeraden om zich tot de leden van het scheidsgerecht te wenden. Spr. ver gelijkt het scheidsgerecht met een rechtbank en het is toch tegen alle regels in, dat men zich zou wen den tot de leden der rechtbank. Dan moet men zich wenden tot fl.cn officier van justitie. Maar de heer Blaeser heeft het. toch gedaan, hij heeft misschien be tere raadgevers dan spr. Spr. merkt voorts op dat de gemeente-secretaris ook secretaris is van het scheids gerecht, maar B. en W. hebben zich er van onthouden om met hem over deze zaak te spreken. Spr. her haalt, dat de zaak niet moet worden geforceerd, de zaak is immers in onderzoek. Na de beruchte vergade ring heeft spr. al tegen den oudsten wethouder ge zegd, dat kan een lange lijdensgeschiedenis worden. Het onderzoek naar zenuwen of iets anders is immers een kwestie van observatie. De heer Mr. Buiskool komt ter vergadering. De Voorzitter vervolgt dat B. en W. al eens op spoed hebben aangedrongen, maar er is alweer een heele tijd over vcrloopcn. Spr. geeft den heer Bakker In overweging zijn voorstel in te trekken. De heer Bakker wil die raad van den Voorzitter ter harte nemen en trekt dan zijn voorstel in, maar hij vindt de laatste daad van den heer Blaeser niet in orde. Als men in een dcrgclijko positie verkeert, moet men voorzichtig wezen. De heer Van Nuland vindt het toch van den lieer Bakker verregaand om een dergelijk voorstel te doen en om een particuliere handeling van een ambtenaar op zulk een wijze in bespreking te bren gen. Wat een ambtenaar in zijn vrije tijd doet, heeft de raad niets mee te maken. Als men de consequen tie van het betoog des heeren Bakker zou aan vaarden mocht de gemeente er nog wei een paar po- litie-agenten aanstellen, opdat elke gemeente-ambte naar of -beambte zou worden nagegaan en op de vingers worden getikt. Wat de heer Bakker heeft gezegd, lijkt spr. te ver te gaan om geen woord van protest tc laten hooren. Over de zaak zelf wil spr. geen oordeel vellen, spr. heeft wel eens wat ge hoord en gelezen, maar wat dc heer Blaeser gedaan heeft, moet hij voor eigen rekening nemen. Det heer Van Erp sluit zich bij da woorden van den Voorzitter en den heer Van Nuland aan en wil er zijn verwondering over uitspreken, dat een ingrij pende zaak als het verleenen van ontslag aan een ambtenaar, zoo maar door den heer Bakker ter ta fel wordt gebracht en na een wederwoord van den Voorzitter ook zoo maar weer wordt ingetrokken. Dat is geen serieuse behandeling, maar klakkeloos iets naar voren brengen. Den heer Mr. Buiskool spijt het, dat hij wat later ter vergadering is gekomen. Wel meent do tolk tier publieke opinie, dat spr bier niet moest zitten, maar spr. verheugt zich er over dat hij hier wel zit. Spr. bejammert het, dat een quaestie van dergelijken per soonlijken aard in het openbaar wordt besproken en gelooft dat het tot nu een gewoonte is geweest dat na te laten. Spr. wil dan ook volstaan met den Voorzitter voor te stellen, de debatten te sluiten. Spr. weet niet wat dc heer Bakker heeft voorge steld en heeft daaromtrent alleen vermoeden, doch wil er op wijzen, dat men zich de positie van den betrokkene goed moot voorstellen De Voorzitter is het met den heer Mr. Buiskool eens en sluit de discussie. De heer Van Erp vraagt, of nu het besluit tot aan vaarding van een perceel grond van den heer Kap tein is goedgekeurd, spoedig de weg Cornelis Bok- straatStationsweg doorgetrokken zal worden. De heer De Vries deelt mede. dat dit zal plaats vinden tot aan de garage van de H A.B.O. en wel met het oog op de kosten Verder vraagt de heer Van F.rp op welke basis de gemeente gelden heeft verstrekt voor de tramwegen. De Voorzitter denkt dat de heer Van Erp in 't bij zonder doelt op den tramweg Alkmaar—Schapen Op welke voorwaarden dat is geschied, weet spr. niet. dat zou hij moeten nazien in de notulen en raadsbe sluiten. Spr. deelt uitvoerig mede, dat het peheele college van B. en W. naai de vergadering is geweest toen het ging over de opheffing van het baanvak Warnienhuizen—Schagen. Ook B. en W. van Zijpe waren er. Wij zijn zoo vrij geweest advies van een advocaat te vragen en zijn daarna tot cïe conclusie gekomen om niet verder te gaan. omdat wc het aan alle kanten zouden verliezen. De heer De Vries: En in onze onnoozelheid dachten we dat onze zaak vrij sterk stond. De Voorzitter zegt. dat op gronl van de statuten de gemeente wel recht heeft op 't uit te kceren di vidend. Wat de tram Schagen- Van Ewijcksluis be treft. die wordt 1 Januari opgeheven, dc aandeden hebben dus geen waarde en het renteloos voorschot zijn we kwijt. De heer Van Erp zal het op prijs stellen iets van de voorwaarden te vernemen. Het gaat er om dat nu het gedeelte Alkmaar—Warmenhulzen geëxploiteerd wordt met geld van de gemeente Schagen. .De- Voorzitter -tul het advies van Mr. de Groot" overleggen. De heer Van F.rp gelooft het advies wel, hij wil zich niet opwerpen als de zooveclste jurist. U is toch niet naar Mr. Bosman geweest? De Voorzitter: Neen, we zijn niet bij den duvel te biecht geweest. De heer Van Nuland zegt dat de tramexploitatïe als een handelszaak is te beschouwen. Als besloten wordt tot reorganisatie is men gehouden zich bij de beslissing van de meerderheid neer te leggen. De Voorzitter zegt, dat het hier betrof een streek- of gemeentebelang en spr. acht het wel eigenaardig dat dan maar een stuk kan worden afgesneden. Als de gemeente eenige rechten had kunnen aanvoeren, zouden B. en W. wel met het voorstel bij den raad zijn gekomen om een proces tc gaan voeren. De heer Van Nuland wijst op de goedkeuring van de hoogere instanties en procedecren zou ook geen cent geven. De Voorzitter had gehoopt dat het tot statutenwij ziging zou zijn gekomen en dat het gewenschte stemmenaantal er niet was. Aan den raad zullen advies en voorwaarden van de geldleenlng worden overgelegd. De heer Schoorl vraagt, om dan ook mededeeling te doen hoe het staat met de leoningen die voor de rentelooze voorschotten zijn gesloten. Alle stukken worden vervolgens voor kennisge ving aangenomen. Aanvulling werkliedenreglement. Door Ged. Staten werd er op gewezen, dat art. 4 van het werkliedenreglcment aanleiding kan geven tot de mogelijkheid, dat een werkman, aan wien op grond van revohitionnaire gezindheid of lidmaatschap cenor z.g. verboden vorceniging eervol ontslag is ver leend, aanspraak op wachtgeld doet gelden. Naar dc meening van Ged. Staten is het daarom gewenscht, dat in hot werklicdcnreglemcnt alsnog uit drukkelijk worde bepaald, dat bij eervol ontslag op grond van art. 7a geen aanspraak op wachtgeld be staat en worden B. en W. uitgenoodigd aanvulling van het reglement in bovenbedoelden zin te willen bevorderen. Krachtens de hoorvcrordcning hebben B. en W. het gevoelen gevraagd van het Bestuur van den Ned. Bond van personeel in overheidsdienst. Dit bestuur wijst er op dat het bezwaar had tegen het nieuwe artikel 7a, dat de mogelijkheid tot het verleenen van eervol ontslag op grond van rovolutlonnalre gezind heid regelde. Nu intusschcn dit artikel toch in het reglement is opgenomen, meent het hoofdbestuur dat er alle aanleiding bestaat om bij het eventueel verlee nen van een ontslag op grond van revolutionnalre ge zindheid. den betrokken werkman een wachtgeld dan wel een schadeloosstelling toe te kennen. Het Hoofdbestuur heeft dan ook bezwaar tegen de door B. en W. voorgestelde wijziging van het werklie denreglement, waarbij wordt bepaald dat de aan spraak op wachtgeld vervalt indien het eervol ont slag wordt verleend op grond van revolutionnaire ge zindheid of het lid zijn van een z.g. verboden ver- eeniging. De heer Orsel wijst opnieuw op de moeilijkheid te bepalen wie van revolutionnaire gezindheid is en zal met hart en ziel tegen stemraon. Conform het voorstel van B. en W. wordt met 74 stemmen besloten: tegen de hoeren Orsel, Van Erp, Bakker en Mr. Buiskool. Rekeningen 1933. Aangeboden worden: de gemcentcrekening 1933 en de rekeningen dor bedrijven 1933. De gewone dienst der gemcenterekening sluit met een batig slot van ƒ11081.43. De rekening van het clectricitcitsbedrijf sluit met een winstsaldo van f 2950.21y-», die van het gasbedrijf met een winstsaldo van f2Ó24.8i, die van het ei er- veilingbedrijf met een verliessaido van f5.21. Tot leden der commissie van onderzoek worden be noemd de heeren Schoorl, Stam en Bakker, die deze benoeming aannemen. Vastgesteld wordt een suppletoire begrootine dienst 1934 voor het G.E.B. tot ©en bedrag van f 1213.50, he nevens een suppletoire begrooting van den gemeente dienst 1934, eveeneens tot een bedrag van f 1213.50. Converteering van gcldleeningen. Door B. en W. wordt voorgesteld tot converteering van een 4-tal gcldleeningen. Deze renteverlaging zal een besparing opleveren van f 985.27 per jaar. gespe cificeerd als volgt: flt>500 vermindering rente van i 123.75. f71505. vermindering rente met f357.52, f15200, vermindering rente met f114.—, f39000, vermindering rente met 1 f390. De Voorzitter deelt mede, dat in de volgende ver gadering nog meerdere voorsteilen tot converteering zullen worden gedaan. De heer Van Erp hoopt dat dan ook dc verlaging van huur van de woningen der woningbouw ver een igingen onder de oogen zal worden gezien. Dc Voorzitter deelt mede. dat a.s. Dinsdag reeds een onderhoud met het bestuur der woningbouwver- eeniging zal plaats vinden. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt besloten. Door B. en W. wordt voorgesteld tot opheffing van de betrekking van mej. P. A. Visser, als onderwijze res aan de openbare lagere school. Nadere inlichtingen tc verstrekken in comité. De Voorzitter zegt dat de mededeclingcn moeilijk in het openhaar kunnen worden gedaan. De hoer Orsel heeft geen bezwaar eerst in comité te gaan, maar overigens meent spr. dat dc kwestie gerust in 't openbaar kan worden besproken. De Voorzitter zegt dat dc heer Orsel niet weet. wat spr. heeft mede te deelen. De raad gaat in comité. Na heropening doen B. en W. het hierboven ver melde voorstel. De heer Orsel zal zich togen deze opheffing ver zetten. omdat zij tot gevolg zal hebben verslechte ring van het onderwijs. Nu reeds zijn er klassen met 4945 leerlingen. De heer Van Nuland vindt het vreemd dat de heer Orsel zich aldus uit. Deze post van de hegrootine is met algemeene sternen aangenomen en spr. wijst op de consequentie er van als men. nadat de be groot ing tevoren ernstig is onderzocht, later een dergelijk standpunt aanneemt. Op die wijze komt de begrooting op losse schroeven te staan. De mo tiveering van den heer Orsel kan spr. dan ook niet toejuichen en bewonderen. De heer Orsel zegt niet de bedoeling te hebben de commissie van de hegrooting In de schaduw te zetten. Spr. heeft dan ook zijn stem aan de corn- m'ssio gegeven. De Voorzitter zegt dat dit ook de bedoeling niet van den heer Van Nuland is. De begrooting wordt bestudeerd, er is alle gelegenheid posten te bespre ken en eindelijk gant do hamer en wordt de be grooting aangenomen. Om dan later op de besluiten terug te komen, kan ook snr niet bewonderen. Maar tenslotte hebben de heer Orsel e.a. het recht dat te doen. Do heer Schoorl zegt dat hij. gehoord de inlich tingen in comité en het voornemen voor de vol gende vergadering, zich met het voorstel van B. en W. kan vereenigen. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen met 8 tegen 3 stemmen: tegen stemden de heeren Orsel, Bakker en Buiskool. Reclames straatbelastinq. Waar behandeling reclames tegen belastingaansla gen steeds in comité geschieden, heeft de heer Van Nuland bezwaar tegen de behandeling in comité van de reclames tegen de straatholasting. De Voorzitter heeft in dit geval geen bezwaar te gen openbare behandeling, maar alle gemeentera den behandelen de belastingreclames in comité. De heer Mr. Buiskool vindt dit in 'f algemeen ook iuist. maar het gaat hier 0111 een principe. Alleen wanneer persoonlijke omstandigheden van reclaman ten ter sprake zouden komen, is 't heter ze in comité t- behandelen. De Voorzitter zegt dat dit Inderdaad niet het ge val is. De heer Blaauboer prefereert behandeling in co mité. omdat misschien veel gepraat wordt en in openbare vergadering toch geen beslissing zal vallen, omdat hoogere instanties gekend zullen dienen te worden. De Voorzitter, zegt in ieder geval in comité mede deeling te willen doen over het onderhoud dat de beer Mol met den heer Van der Brugge heeft ge had en ook wil spr. zijn houding verdedigen. De raad gaat dus in comité. Na heropening deelt de Voorzitter mede, dat de volgende reclames tegen de straat belast ing zijn in gekomen: le. van den heer Sprengers. namens den beer Rekker voor wat betreft de woningen aan de Veldstraat; 2e. van den hoor Tuinman betreffende de woningen aan do Kanaalstraat; 3e. van den heer Schotten betreffende de woningen aan do Bierkade: 4e. van den heer Bakker betreffende zijn perceel over de Loet. In verband met het onderhoud dat de go- meente-onvanger met den heer Van der Brugge tor griffie had en lettende op de bepalingen van artikel 1 der verordening, stellen B. cn W. voor de aan slagen te handhaven. De heer Van Nuland zegt deze zaak in 't open baar te willen behandelen, omdat het hier een wet telijke aangelegenheid betreft. Z. i. moet art. 1 zoo worden uitgelegd, dat de reclames dienen te worden ingewilligd. De heer Schoorl wijst er op dat wat de toepas sing van art. 1 betreft, de govallen ongelijk zijn en daarom verzoekt spr, de gevallen afzonderlijk In stemming te brengen. De heer Mr. Buiskool zegt dat art. 1 zóó luidt dat aangeslagen worden de eigenaren van nerceelen, staande aan de openbare straten en wegen der ge meente. Z.i. moet aan der gemeente gliik staan de kwalificatie inde gemeente. Spr. meent dat nu de verordening is vastgesteld, allo verzoeken moeten worden afgewezen, waarna dc reclamanten zich dan kunnen wenden tot den Raad van beroep. De aanslagen genoemd onder 1 en 2 worden gehand haafd met 8 tegen 3 stemmen, tegen de heeren Van Nuland, Klaver en Schoorl; de aanslngcn genoemd onder 3 en 4 worden gehandhaafd met 10 tegen 1 stem, die van den heer Van Nuland. De rondvraag. De heer Van Erp vraagt hoe het staat met de uit gifte van den grond bij het haventerrein. Maanden geleden zijn er aanvragen ingekomen. De Voorzitter deelt mede dat er een 3-tal aanvra gen is. B. en W. hebben een kaart van het terrein doen maken en dc aanvragers zullen een afdruk van de kaart ontvangen. Dc heer Van Erp wijst op do mogelijkheid dat er meer gegadigden zijn en wil daarom openbare aan kondiging. Zal geschieden. De heer Van Erp vraagt of er t.a.v. de wijziging der Winkelsluitingswet voorstellen zijn tc venvach ten. De Voorzitter deelt mede dat B. en W. buitenge woon diligent zijn. De circulaire van den Minister kwam in voordat de wijziging in het Staatsblad stond en vandaag is reeds aan de beide midden- standsvoreonigingen een circulaire gezonden, waarin gevraagd wordt uitvoering tc geven aan do wet en liet gevoelen van de betrokkenen kenbaar te maken. Spr. wijst er op dat er in deze zaak een soort refe rendum, een novum hier, wordt gehouden. De heer Van Erp is geen bewonderaar van de re dactie der circulaire, en wijst op de mogelijkheid dat de uitspraak eenor meerderheid oorzaak kan zijn, dat aan liet verlangen van kleine winkeliers niet wordt voldaan. Spr. raadt daarom B. en W. aan, dit wapen mot do grootst mogelijke voorzichtig- Leid te hanteeren. uil zoo'n nieuw handig zakdoosje bij Vrouwenpijn, Onbehaaglijkheid. Dc Voorzitter zegt dat deze zaak voor Schagen van groot belang is, want de Winkelsluitingswet is voor Schagen een onding. B. en W. zullen dan ook met beide handen aangrijpen de gelegenheid die wordt geopend om verruiming te verkrijgen. De heer Mr. Buiskool deelt mede geen bewonder aar te zijn van het hoorrecht, want al te vaak ziet men dat het tenslotte een mijnheer is, die besluit. Het inwinnen van advies van belanghebbenden is dwingend voorgeschreven, maar als dc meerderheid nu geen termen aanwezig acht voor wijziging en de raad besloot toch tot wijziging, zou dan het be sluit van den raad voorgaan? De Voorzitter vreest dat men dan zal kijken naar de uitspraak van de betrokkenen. De heer Blaauboer zegt dat B. en W. de betrokke nen moeten hooren en B. cn W. doen dit via de or ganisaties. Niet het oordeel van de organisatie is gevraagd. De lieer Mr. Buiskool merkt verder nog op dat do raad door den Staat wordt gebruikt als loopjongen, men daalt af tot de zoog evreesde corporatieve ge dachte. De Voorzitter oordeelt dat hot niet veel geeft dat de heer Mr. Buiskool dat hier zegt; hij moet zich tot lid van het parlement laten verkiezen. De heer Schoorl zegt dat hll de bezwaren hier ge uit, zou deelen als het ging om de uitspraak van een vereeniging, want spr. heefl meermalen gezien dat de wil van een persoon domineerde. Maar hier zal het een referendum zijn en dan heeft de uit spraak een heel andere waarde. De heer Van Erp vraagt hoe ver B. en W. zijn met de plannen, in verband met het raadsbesluit, tot het amoveeren van de oude school. De Voorzitter zegt dat het heele rijtje aan dezen kant van de tafel, van die zaak veel afweet. Maar gezien het stadium waarin de zaak verkeert, kan spr. geen vrijheid nemen mededeelingen te doen. Wel blijkt dat in coniité te kunnen gebeuren. De heer Van Erp wijst er op dat het HeerenboscK gebruikt wordt als opslagplaats van ongeregelde goe deren. Dat drukt do waarde der pcrceeien. Do Voorzitter is het hiermee eens. Dc heer Van Erp vraagt of liet juist is dat de waarnemende directeur der gasfabriek een gratifica tie ontvangt. De Voorzitter doolt mede dat er een tweehoofdige directie is, de heer Burger voor het technische ge deelte, do heer De Vries, zoon van den wethouder voor 't administratieve geedelte. Tot nu was de heer De Vries als accountant lvelast met het onderzoek der administratie, nu ziet do heer K. Roggeveen do administratie na. Het spreekt vanzelf dot die per sonen betaald moeten worden en dc belooning is \an den heer Do Vries gesteld op f 3 per dag, die voor den heer Burger f 10 per week. De heer Van Erp herinnert er aan dat hij bij do behandeling der zaak Blaeser reeds aan den heer de Vries heeft gevraagd, wat dat zaakje zou kosten. Nu kunnen we dat berekenen. Spr. had het juister gevonden als de heer de Vries maar accountant was gebleven. De Voorzitter zegt dat do hoer De Vries de aan gewezen persoon was, want die kende de admini stratie der bedrijven. I)e heer Van F.rp: F.r zijn nog wel 10 anderen, die het kunnen doen. De Voorzitter: Andoren zullen het toch eerst moe ten leerfcn. Spr. wijst er op dat de heer Blaeser 5/8 salaris geniet. Do heer Van Erp: Ja zeker, dit is dan de compen satie zeker. De heer Orsel informeert in verhand mot de ge wijzigde steunregeling naar een eventueele regeling waarbij de gemeente de contributie van ziekenfond sen voor haar rekening neemt. Do Voorzitter deelt mede, dat ook deze aangele genheid bij B. en W. in bespreking is. Gemcento, be langhebbenden en de fondsen kunnen dc kosten dra gen. Aan do doktoren zijn gegevens gevraagd en als B. en W. het hebben behandeld, zal het bij den raad aanhangig worden gemaakt. Nu de tram Schagen—Warmonhuizen is opgehe ven, bepleit dc heer Bakker liet vlak maken van de kluft op de Loet. De Voorzitter zal zich tot de spoorwegmaatschappij wenden. De heer Mr. Buiskool bepleit het uitbaggeren van de sloot, loopende achter de pcrceeien van Kruit e.a. aan dc I.aagzijde. Spr. wijst op dc bctcekcnis ervan in geval van brand. De Voorzitter zegt dat do sloot telkens door do Nieuwst raat bewoners wordt dichtgegooid, maar op nieuw zal de sloot worden uitgebaggerd. De heer Van Nuland herinnert eraan dat een ge deelte van de U.L.O.-sehool ondergebracht is in do Rijkslandbouwwintersrhool. Deze zal echter spoedig ontruimd moeten worden en spr. vraagt of B. en W. reeds een andere oplossing hebben. De Voorzitter deelt mede dat het hoofd van de U.L.O.-sehool verschillende dingen in overweging heeft gegeven, als gebruik van zaal kantongerecht, houten hulpschool enz. Maar do kosten zouden veel te hoog zijn. Nu zal een lokaal van de O.L.S. worden gebruikt voor een gedeelte van de U.L.O.-sehool. De heer Van Nuland geeft in overweging de gc- heele U.L.O.-sehool onder te brengen in de O.L.S. en dan hot voorbereidend onderwijs in de U.L.O.-sehool De Voorzitter zegt dat de hoofden der scholen te gen een dergelijke oplossing ernstige bezwaren had den; een lokaal ontmoette geen bezwaar. Hierna sluiting. De kamers van den burgemeester en den secretaris binnenqedronqen. Gisternacht is ingebroken in het gemeentehuis van Ketteren te Opheuaden. Vermoedelijk door ee- hmikmaking van een valschen sleutel heeft men zich toegang tot de burgemeesterskamer en de «0- secretaric verleend. Alle kasten werden geopend. De kluis was gesloten, zoodat geen geld is meegenomen. Voorzoover men kan nagaan wordt niets vermist. De werkster, die gistermorgen vroeg ontdekte, det er ongewrnsehto gasten waren geweest, waarschuw de den burgemeester. Onder diens leiding werd een politie-onderzoek ingesteld Do rijkspolitie uit Tlel doet een uitgebreid onderzoek met een politiehond, wiens werk echter door den velen regen, die gister nacht gevallen is. zeer bemoeilijkt wordt. Belangrijke anthropologische vondst in Joego-Slavië. Belgrado, (V.D.): In een gewelf in het Lika- gebergte in Joego-Slavië is een schedel gevonden, die van groot belang voor de anthropologio wordt ge acht. De goed geconserveerde schedel toont een zeer laag voorhoofd, dat sterk naar achteren loopt, een terugwijkende kin en zeer ontwikkelde kaakbeende ren met opvallend groote hoektanden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 10