Op weg naar Teheran SCHAGER COURANT. Derde Blad. No. 9536 Zaterdag 18 Augustus 1934. Een ander volk met een ander karakter GEWELDIGE OVERSTROOMINGEN IN ROEMENIE. Een zondvloed gelijk. VEERBOOT GEKAPSEISD OP DE GANGES. Drama aan het Scheldestrand. AAN DEN DOOD ONTSNAPT. Nog geen honger? We leven in een wonderen tijd. Conducteur onder een trein geraakt. Roemeensche stad door rooverbende geplunderd. Nieuwe moeilijkheden, maar dan toch einde lijk over de grens. - Op Perzisch gebied. (Van onzen reizenden correspondent.) Kerinde, 8 Augustus. WE zitten in een klein dorpje, midden in het Peitach-gebergte, meer dan zestienhonderd meter hoog en zijn eindelijk ontkomen aan de martelende warmte van het koninkrijk Irak. doch gemakkelijk was dit niet. Nog op het laatste aogenblik legde men er ons de grootste moeilijkhe den in den weg. Toen we aan den grenspost kwamen om Irak te verlaten en Iran, Perzië in te trekken, beweerde de Iraksche grensbeambte, dat we eerst nog terug moes ten naar Khanikin, om daar aan het douane-kan toor vergunning te krijgen met onze machine het jand te verlaten. Gelukkig bedraagt de afstand van de grenspost naar Khanikin nog geen acht kilometer, maar bij zonder tevreden waren we over dezen nieuwen te genslag niet. Er viel evenwel niets aan te verande ren. We moesten weder teiug door de gloeiende zon, door de brandende hitte, die niettegenstaande hel vroege morgenuur reeds drukkend was. Aan het douane-kantoor te Khanikin begon men een nieuw bezwaar op te werpen. Te Bagdad hadden we indertijd vergunning ge kregen met ons voertuigje in Irak te blijven. Een hooge beambte der douanen, een Engelschman, had ons gezegd: „Het komt er niet zoo heel veel op aan, hoe lang u in het land blijft-, de hoofdzaak is, dat u het met de machine weder verlaat en het papier dat ik u geef, af laat teekenen aan de grens en het mij dan uit Perzië toestuurt." Te Khanikin kregen we nu te doen met een hoo- geren ambtcnanr, een Armeniër en toen wisten we reeds, dat het niet zonder moeilijkheden zou af- loopen. In Europa mogen velen voor de Armeniërs in verband met de vroegere moordpartijen op Arme niërs in Turkije een uit medelijden geboren sym- r#hie koesteren, deze sympathie wordt niet gedeeld door Europeanen, die den Oriënt kennen. Ik (en alle hier wonende Europeanen) hebben liever te doen met een Turk* met een Arabier, met een Pers, met een Griek, dan met een Armeniër. De Armeensche beambte te Khanikin verklaarde ons,dat de verblijfvergunning voor ons motorrij wiel met zijspan reeds was afgeloopen en dat we bij ons vertrek uit het land invoerrechten hadden te betalen, vijf-en-twintig per honderd van de waar de van onze machine. Wij beriepen ons op den hoo- gen Engelschen ambtenaar te Bagdad, doch dit hielp niets. We wilden met hem telefoneeren, maar de Armeniër beweerde dat deze Engelschman sedert enkele dagen op reis was, met verlof naar Engeland Mijn makker en ik overlegden wat te doen. Het beste zou zijn geweest terug te keeren naar Bagdad, om daar de zaak in orde te brengen, maar we ge voelden niet den minsten lust nog eens de reis heen en terug door de brandende woestijn naar Bagdad te maken. Een andere mogelijkheid was ons per tele foon met het consulaat in verbinding te stellen, doch op deze wijze zouden misschien weder twee, drie dagen verloren gaan en we hadden ruim ge noeg van Irak en van de warmte. We verlangden naar de koelte der Perzische bergen. Er was bij dit alles één geluk. Toen we te Bagdad aankwamen, was onze machine, gedeeltelijk gebro ken, niet veel meer dan een wrak en dientengevolge was de waarde door de douane toen zeer laag ge schat. Intusschen heeft ons voertuigje groote verande ringen ondergaan. Mijn makker heeft alles gerepa reerd, we hebben nieuwe, dikkere banden laten Ko men en de machine maakt weder een prachtigen indruk. Te betalen zouden we slechts hebben vijf-en-twin tig per honderd van de waarde bij binnenkomst in het land en het cijfer daarvan stond genoteerd op het papier, dat we bij binnenkomst van de douane hadden gekregen. Daaraan viel niets te veranderen, Met de betaling van nog geen vier dinar (nog geen vier Engelsche ponden) zouden we van alles af zijn. Het was hard geld, maar liever betalen en verder trekken, dan nog eens dagen in de helle warmte van Irak te blijven. En zoo betaalden we bij ons vertrek uit Irak voor onze machine invoerrechten. Arabische logica! We konden weder op weg van Khanikin naar de grenspost, waar men ons nu dadelijk door liet Een kleine kilometer verder is de Perzische grens post, waar men, naar wij gehoord hadden, zeer streng, .•naar zakelijk is, wat een reiziger als een voordeel kan beschouwen. Voor ons liep het bij de Perzische controle buitengewoon gemakkelijk af. Reeds maan den van tevoren was onze komst door den Nederland- schen zaakgelastigde te Teheran, den heer v. But- tingha Wiggers, aangekondigd en tevens had hij voor ons dc meest mogelijke faciliteiten verkregen. Per soonlijk had hij zich borg gesteld voor de tamelijk groote waarborgsom, die aan de grens voor motor voertuigen geëischt wordt. In het kort, ik had van die zijde een hulp en medewerking als ik niet be ter wensehen kon. De Perzische grensbeambten wa ren van deze diplomatische tusschenkomst zoodanig onder den indruk, dat ze ons niet eens de koffers lieten openen en alles liep als van een leien dakje. Perzië lag voor ons open, Verder konden we, naar de koelte belovende bergen, die zich voor ons verhie ven als een geweldige hinderpaal, naar het scheen, met toppen van cenige duizenden meters hoog. Mijn makker rekende evenwel op de kracht van onze ma chine en ik rekende op de behendigheid, vaardigheid en koelbloedigheid van mijn makker. Lustig suisden we over den mac-adam-weg, maar niet lang, want reeds na enkele kilometers liep onze achterband leeg. Weder was door de gloeiende hitte een band doorgebrand. Het was juist bij een politiehuisje, zooals men hier van afstand tot afstand langs den weg vindt. Er was schaduw en de politicmannen gaven ons heerlijk koel water. Hier leerde ik duidelijk het verschil kennen, dat bestaat tusschen Arabieren en Perzen. Een klein Per zisch knaapje, niet ouder dan elf of twaalf jaar be gon mijn makker te helpen bij het demonteeren van het achterwiel en bleek handig en intelligent. Hij kende het werk reeds, wist steeds welk gereedschap noodig was en nadat hij mijn makker het achterwiel had zien demonteeren, draaide hij later schroeven aan, waarbij hij steeds wist op welke plaats een schroef behoorde en welken schroevendraaier hij er voor gebruiken moest. Zooveel belangstelling, zooveel klaar begrip, zoo veel werklust zal men bij Arabische knapen niet vin den. Inderdaad de Perzen zijn werkzamer en intelli genter dan de Arabieren. Het is een geheel ander ras met andere, en naar mij op dit oogenblik voorkomt, betere tenminste ons aangenamere eigenschappen. De Perzische knaap wilde geen geld hebben voor zijn hulp, maar was echt kinderlijk blijde, toen we hem van onzen reserve-voorraad voedsel een paar 50 huizen verwoest te Bralln. - Enorme schade, vooral aan oogst, aange richt. Boekarest Ten gevolge van ont- zettende stortregens is enorme schade aan gericht aan de havenwerken van Braila, ter wijl in de stad zelf meer dan 50 halzen zijn verwoest, waarvan dertig halzen langs één weg. Geheele fabriekscomplexen zijn onder water gezet, terwijl de in de pakhuizen op geslagen oogstvoorraden aanzienlijke schade hebben geleden. Eenige schepen, welke op de Donau lagen, zijn losgeslagen. Zij hebben groote averij opgeloopen. Ook verschillende andere plaatsen van hetzelfde departement zijn door de ontzettende regenstormen, welke een zondvloed geleken, geweldig geteisterd. De brandweercorpsen en de militairen uit de gar nizoenen hebben overal hulp verleend. Ook boven Boekarest hebben zich Donderdagmid dag wolkbreuken ontlast. Tal van stadsdeelen zijn onder water gezet. Ook in de hoofdstad van Roe menië hebben brandweer en militairen gemeen schappelijk met alle macht gewerkt om de bevolking ter zijde te staan. Onafgebroken ratelden de tele foons in de brandweerkazernes om dringend noo dige hulp te vragen. Het peil van de rivier 4 meter gestegen. Sedert 1927 is een dergelijk noodweer niet voor gekomen. Er is zooveel regen gevallen, dat het peil van de Dimbovitsa, de rivier, welke Boekarest door snijdt, vier meter is gestegen. De bewoners der hui zen, welke door het hooge water het meest werden bedreigd, hebben moeten vluchten. Zij zijn elders onderdak gebracht. Tijdens het noodweer moest het geheele verkeer worden stopgezet. De schade is niet te overzien, doch zij moet in de honderden mil lioenen Lei loopen. NOODLOTTIGE VISSCHERSVAART. Tragische thuiskomst der Portugeesche visschersvloot. Bij den terugkeer van de visschersvloot te Lissa bon speelden zich tragische tooneelen af. De vloot had met een zeer zware zee te kampen eehad, waardoor twee treilers waren omgeslagen en gezon ken zes opvarenden verdronken. De rest der bemanningen werd met groote moeite gered. NEGEN GEWONDEN BIJ EEN AUTO-ONGEVAL. Chauff - achter het stuur ingeslapen. Tor ga u (Duitschland). Een vrachtauto, die dagelijks zestien arbeiders uit Annahurg naar hun werk te Bergern bracht, reed gistermorgen vroeg on denveg tegen een steen, botste tegen een bnom en reed vervolgens het talud van den weg af. Negen personen werden gewond en vier hunner moesten mot ernstige kwetsuren naar het ziekenhuis te Tor- gau aan de Elbe worden overgebracht. De chauffeur, die reeds den gohoelon nacht had gereden, hleok ten gevolge van oververmoeidheid achter het stuur te zijn ingeslapen. stukken chocolade gaven. Weder een verschil: Een Arabische knaap, die zijn handen uit de mouwen steekt, vraagt daarvoor steeds nadrukkelijk een flin ke „baksjes" (een fooi). De weg, waarover we reden, was reeds kenmer kend. Deze weg van de grens tot Teheran is een goed onderhouden mac-adam-weg, die voornamelijk voor goederenvervoer dient. Hier is de groote kara vaanroute waarlangs ook in vroegere tijden, maar toen met ezel-karavanen en bergpaardjes, de handels waren van het westen, van de Middellandsche Zee, naar het oosten werden vervoerd. Thans rijden er vrachtautomobielen van zes, acht, tot elf ton, die de ezel-karavanen en bergpaardjes voor de groote afstan den volkomen hebben verdrongen. Perzische regeering heeft hier over het hooge, wilde gebergte een meer dan achthonderd kilometer langen weg laten aanleg gen, die voor dit vrachtverkeer met meest zeswiclige vrachtwagens uitstekend voldoet en bij schade gemak kelijker is te herstellen dan een asphaltweg. Een reiziger, die uit Perzië in Irak komt, zal daar eerst verbluft staan over den prachtigen asphaltweg, dien hij op Iraksch gebied vindt. Spoedig ontdekt hij echter, dat deze prachtige asphaltweg na vijf kilome ter, nog voor Khanikin, verloopt in niet veel meer dan een spoor, tot dan honderden kilometers verder, dicht bij Bagdad, weder zoo'n stukje prachtige weg begrnt. De weg, die dadelijk op Perzisch grondgebied begint, is misschien minder prachtig, maar loopt dóór, is geen vertooning, maar een werkelijk nuttige, eerbiedafdwingende verbinding. Dit verschil in werkwijze berust op een verschil in karakter, niet slechts van de regeerders, maa van het volk, zoo komt het me voor. En dit verschil valt telkens weder op. Zij, die mecnen, dat „menschen menschcn en wij allen gelijk zijn", hebben slechts een enkele maal de grens van Irak en Perzië over te trekken, om tot een andere overtuiging te komen. J. K. BREDERODE. 170 personen omgekomen. Reuter seint uit Patna: Bij Darihara sloeg op de Ganges een veerboot om, aan boord waarvan zich 200 personen bevonden. Slechts weinigen konden zich redden. Hon derd zeventig menschen kwamen om. Toen de veerboot de rivier overstak, begon hij door den sterken stroom te slingeren. Een aantal kinderen, die zich aan boord bevon den, sprongen te water. Daarop drong een weinig water de boot binnen, waarop een pa niek zich van de passagiers meester maakte. De menschen drongen allen naar één kant, tengfvël^fc waarvan da-boot omsloeg. Een 30-tal passagiers konden gered worden. Vader en dochtertje verdronken. Donderdagmiddag te twaalf uur was aan het strand van den Anna Frisopolder te Wis- sekerke, de heer G. Flipse, hoofdonderwijzer te Kamperland met zijn 13-jarig dochtertje aan het zwemmen. Op een gegeven moment ver dween het kind in de diepte. De vader trachtte zijn dochtertje te redden. Dit mislukte even wel, zoodat beiden verdronken. De lijken zijn nog niet opgehaald. Trein raast over niet afgesloten overweg. Oude man op het nippertje voor de aanstormende wagens weggetrokken. Donderdagochtend is te Delft bij den spoorwegover gang aan de Binnenwatersloot een aantal personen ternauwernood aan den dood ontsnapt. Te ongeveer kwart voor elf moest een uit dc richting Den Haag komende electrische trein den overweg passeeren. Door tot nu toe niet geheel opgehelderde oorzaak werden de afsluitboomen niet neergelaten, met het gevolg dat de trein in volle vaart langs den open overweg denderde. Eenige voetgangers en een wielrijder, die er juist passeerden konden zich net bijtijds uit de voeten ma ken. Een bejaard man werd op het laatste oogenblik voor den aanstormenden trein weggetrokken. De treinbestuurder, die bemerkt had dat er iets niet in orde was, deed den trein stoppen, om te on derzoeken of er geen ongelukken gebeurd waren. Ge lukkig echter was alles goed afgeloopen. De politie heeft proces-verbaal van een en ander opgemaakt. Gandhi zou het plan hebben om op nieuw te gaan vasten. Te Bombay loopt het gerucht, dat Gandhi van plan zou zijn opnieuw te gaan vasten, nu als protest tegen de corruptie en het nepotisme, die in de or ganisatie van het congres te Bombay hcerschen. Gandhi is besloten tot een zuivering van deze in stelling over te gaan, voordat hij zijn politieke cam pagne tegen de Engelsche regeering begint. Hij geeft er zich rekenschap van, dat het gezag, dat het congres tot dusver genoot, ernstig bedreigd wordt door het optreden van eenige avonturiers zonder scrupules, die zich slechts als nationale leiders voordoen, om partij te kunnen trekken van dc ma- tericcle voordeelen, die deze functies meebrengen. Het stoffelijk overschot van wijlen dr. H. P. Bcrlage, een van Nederlands grootste bouwmeesters, is Don derdag op Westerveld gecremeerd. De lijkbaar wordt naar het crematorium gedragen. I Een burgemeester, die met een collega van standplaats wil ruilen. Men schrijft aan de N. R. Ct.: In het laatste nummer van Do Gemeentestem komt een advertentie voor. waarin een burgemeester van een gemeente in het groote-steden-gebied met een ambtsinkomen van ongeveer f 4000. ter kennis van zijn collega's brengt, dat hii van standplaats wenscht te ruilen, liefst met een collega in het zuiden des lands. Vooral in dezen tijd is een dergelijke advertentie een merkwaardig verschijnsel. Zelfs vroeger, toen vraag en aanbod het nog zoo ongeveer met elkaar •vndon vinden, zal een dergeHike ruil wel nimmer zijn voorgekomen. Het is ook moeilijk aan te nemen dat van regeeringszijde aan een dergelijke transactie zal worden medegewerkt. En bij die ..zijde" moet men toch terecht komen als men het na wat loven en bieden onder elkaar eens is geworden, gesteld al, dat er iemand zal te vinden zijn. die op deze adver tentie reflecteert. Wij leven in een wonderen tijd. Misschien lezen wij binnenkort, dat dc heer A. met ingang van een bepaalden datum is benoethd tot burgemeester van X. met gelijktijdig ontslag als burgemeester van Z. en dat de heer B. met ingang van denzelfden datum ;s benoemd tot burgemeester van Z. met gelijktijdig ontslag als burgemeester van X. De ongelukkige op slag gedood. Donderdagmiddag om zes uur is op de spoorbaan in de Houthaven te Amsterdam een hoofdgeleidcr van een goederentrein, die om kwart voor zes uit de Petroleumhaven vertrekt, en om 6 uur liet Centraal Station passeert op weg tiaar do Rietlanden, onder een der wagons geraakt on op slag gedood. Een wandelaarster op don Hem weg zag, dat een man onder den trein geraakte, waarop haar echtge noot ging kijken. Deze ontdekte het lijk van den hoofdgeleidcr H. Z., waarvan het hoofd van het li chaam was gescheiden. Direct daarop heeft men den G.G. en G.D. alsmede de politie van het bureau Spaarndammerstraat gewaarschuwd. Dc G.G. en G.D. bracht het lijk naar het Wilhclmi- nagasthuis, terwijl de politic een onderzoek naar do oorzaak instelde. Het ongeval moet zijn geschied, toen de trein, welke voor een onveilig sein had moeten stoppen, zich weer in beweging zette. In de huizen der rijkste inwoners binnen gedrongen cn alle geld en sieraden meege nomen. Boekarest, 16 Augustus: Het stadje Stephanesto aan de Moldau is in den nacht door de bende van den beruchten roover- hoofdman Koroju bezet. De roovers hadden van te voren een landgoed in de nabijheid geplunderd cn alle paarden uit de stallen meegenomen. Het eerste bezoek in het stadje gold de politie, waar alle aan wezige politiemannen overweldigd en geboeid wer den. Een hunner, die zich verzette, werd doodelijk gewond. De roovers verdeelden zich vervolgens in '.lcine groepen, die de huizen der rijkste bewoners binnendrongen cn geld cn sieraden meenamen. Een wijnhandelaar, die zich verzette, werd mishandeld. In totaal werden negen huizen geplunderd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 9