Ka den koningsmoord te Marseile Raad van Schagen. Zaterdag 13 October 1934. SCHAGER COURANT. Derde Blad. No. 9573 Twee medeplichtigen van den moordenaar gearresteerd. Een geschenk aan Napoleon. Hen beslissende wending in het onderzoek. Naar opheldering van de samen zwering. In het onderzoek naar het bloedige drama te Mar- seille is thans, naar het schijnt, een beslissende wending gekomen. Twee, te Annemasso gearresteerde verdachte per sonen, Benesj en Nogak, hebben in den loop van het eerste verhoor toegegeven, dat zij tezamen met Ka lóman in Marseille zijn geweest. Zij lieten verder doorschemeren, dat zij opdracht hadden in Parijs een tweeden aanslag te plegen, wanneer de eerste zou mislukt zijn. In Parijs en in de provincie wordt het onderzoek naar verdachte Zuid-Slaven met kracht voortgezet. Te St. Denis bij Parijs zijn heden twee Zuid-Slavi sche onderdanen gearresteerd, bij wie men verdacht materiaal in beslag heeft genomen. Men heeft nog niet ondubbelzinnig kunnen vaststellen, wat zij in Frankrijk uitrichtten. Reeds Donderdag was men op grond van de ver klaringen van getuigen tot het inzicht gekomen, dal Kalemen, wiens signalement en vingerafdrukken thans naar alle Europecscho hoofdsteden zijn ge zonden, niet alleen heeft gestaan, maar dat de aan slag het werk is geweest van een terroristische ben de, waarvan ongetwijfeld de reeds genoemde Ticho- mir Nalis de spil moet worden geacht. Deze Macedo niër is een half jaar geleden uit Frankrijk en oVer de Belgische grens gezet, na in Marseille eerst vier maanden gevangenisstraf uitgezeten to hebben. De Franscho politie heeft natuurlijk zijn foto en vin gerafdrukken behouden, liet staat ook vast, dat hij Kalemen diensten als tolk heeft bewezen. Waar schijnlijk is hij achtergbleven te Parijs en heeft hij de andere leden van de bende, die dan in het ge heel vier of vijf leden heeft geleld, naar Marseille gestuurd. Verder heeft een chauffeur uit St. Quentin de poli tie medegedeeld, dat liij Dinsdag een buitenlander die uit den D-trein Parijs-Brussel was gestapt, van St. Quentin eerst naar Rijssel en toen naar Rou- b'aix had gebracht, waar de man hem betaalde en verdween. De chauffeur meent in zijn passagier Be nesj to herkennen, wiens portret hij in de kranten heeft gezien. Men acht het niet uitgesloten, dat deze Macedoniër een poging heeft willen doen om een aanslag op Koning Alexander te Parijs te plegen. Men neciuEaiuv daFJiij, lyen luj \e St Quentin van den geslaagden aanslag te Marseille hoorde,- zijn réis heeft onderbroken. De bewapening van den moordenaar. De „Matin" meldt uit Marseille, dat de moorde naar van Koning Alexander buitengewoon zwaar bewapend was. Men vond oji hem een Mauser-ma chinepistool, kaliber 7,Go mm., dat 1240 gram woog, 28,8 cm. lang was en waarin patroonbanden van 10 of 20 patronen gebruikt werden; verder een Wal- ther-pistool, eveneens van 7.G5 mm. kaliber en ten slotte een born, waarvan de herkomst niet kon wor den vastgesteld. Hij bevatte ongeveer 80 gram ched- diet en was van een model, zooals anarchisten ge woonlijk niet bezitten, doch zooals in den oorlog ge bruikt werd. Aan patronen had Kalemen twee pa troonbanden van 20 patronen voor de Mauser- en G patroonbanden van 9 patronen voor den Walther- revolver bij zich. De veiligheidsmaatregelen te Marseille. De politie staat aan hevige aanvallen bloot, en van verschillende kanten wordt uitgesproken, dat Bar- thou niet gestorvep zou zijn als onmiddellijk de ver- eischte voorzorgen getroffen waren. Aan den anderen kant geeft de politie tc Marseille thans van over- prikkeldheid blijk. Degenen, die krachtens hun be roep de gebeurtenissen móeten volgen, worden op alle manieren gehinderd, vooral de fotografen. De Fransche minister van binnenlandsche zaken, Sarraut, die door de Fransche bladen verantwoorde lijk wordt gesteld voor het feit, dat de aanslag in Marseille kon gelukken, is afgetreden. Verder zijn nog andere personen uit hun hooge functies ontheven. Het Gemeentebestuur van Marseille publiceert een verklaring, waarin bet de geruchten tegenspreekt, dat het zich tegen bepaalde veiligheidsmaatregelen ter gelegenheid van de ontvangst van den Koning van Jocgo-Slavië, o.a. gebruikmaking van troepen voor den ordedienst, zou hebben verzet. De stedelijke autoriteiten van Marseille verklaarden, dat zij over het organiseeren van de ontvangst van den Koning in het geheel niet geraadpleegd zijn, doch dat alle ordemaatregelen door een uit Parijs naar Marseille gekomen politie-vertegenwoordiger zijn georgani seerd. Hij heeft den Burgemeester van Marseille Voor het eerst' te Rome geëxposeerd. Rome. Een geschenk, dat een Engelsch officier eens aan Napoleon gegeven heeft, wordt voor het eerst tc Rome voor het publiek ten toon gesteld. Het is een Chineesche lakdoos, ingelegd met paarle moer en het werd Napoleon aangeboden door Mount- stuart Elphwinstone, een bekende Britsch-IndiSche administrateur, uit dank voor bet redden van het leven van zijn Inner, kapitein Elphinstone. Vlak voor den slag bij Waterloo werd de kapitein n.1. zwaar gewond gevangen genomen. Hoewel Napoleon zeer druk bezig was om zijn krijgsplan uit te wer ken, informeerde hij toch met belangstelling naar de gezondheid van den kapitein en zond zijn besten chirurg om hem te helpen. Hierdoor redde hij diens leven. Twee jaat later, toen Napoleon naear St. He- lona verbannen werd, zond Mountstuart Elphinstone hem een Chineesche doos, die hij uit Indië meege bracht had. I)e keizer was zeer verheugd met het geschenk en bracht vele uren door met de spelen, welke do doos bevatte. Het kostbare geschenk staat nu tentoongesteld in het Napoleon Museum in het „Palazzo Primoli" dat opgedragen is aan den zoon van Napoleon „de Koning van Rome". zelfs niet gevraagd, zich bij de personen, die den Koning ontvingen, aan te sluiten. De film van het bloedbad. Zooals gemeld werd, hebben ccnige filmoperateurs het verloop van den aanslag geheel op de filmstrook kunnen vastleggen en zijn deze films ter beschik king van de Justitie gesteld. Verschillende exempla ren ervan zouden rèeds Woensdagavond in de jour- nals der Parijsche bioscopen draaien, doch op het laatste oogenblik heeft de politie de vertooning ervan verboden. Een in Londen vertoonde film zou reeds sterk gecoupeerd zijn geweest. Slechts een enkele Parijsche bioscoop hield zich niet. aan de politic-instructies en vertoonde de film ondanks het. verbod. Volgens degenen, die de film ge zien hebben, blijkt daaruit duidelijk, hoe gebrekkig de ordedienst georganiseerd was. De „Paris Soir" schrijft, dat men nauwelijks kan spreken van een cordon van politieagenten, die de menigte tegenhiel den, doch dat men slechts hier en daar een agent zag, die de grootste moeite had de straat vrij te houden. Bovendien kan men op dc film met verbazing con- stateeren, dat de auto, waarin zich dc koning en de Fransche Minister van Buitcnlandsche Zaken bevon den, slechts door twee hooge .officieren te paard was omgeven en bovendien zeer dicht langs dc menschcn- menigte reed. Uit Londen wordt -over deze film nog het volgen de gemeld: Duizenden Londenaren hebben een film aan schouwd, die wel een der actueelste en meest histo rische is, die ooit vertoond werd. Op het witte doek werden de laatste oogenblikken van Barthou en Ko ning Alexander en de opwinding der razende me nigte, die op den moordenaar aftrok, geprojecteerd. Men is van meening, dat het geen wonder is, dat. de Fransche autoriteiten alles in het werk gesteld heb ben om te verhinderen, dat de film over dc gren zen kwam en dat zij een copie die voor New-York bestemd was in Chcrbourg in beslag beeft genomen. Men is er echter blijkbaar in geslaagd de film naar Engeland te brengen, waar hij nu in 1500 bioscopen wordt gedraaid. Onder de toeschouwers bevonden zich heden een groot aantal ambtenaren van de geheime politic van Scotland Yard, die zoo nauw keurig mogelijk dc gezichten van de menschcnmenig- te bestudeerden, teneinde te zien of zich ook be kende internationale misdadigers daartusschen be vonden. (Zie vervolg op pag. 1 van Eerste Blad). Het wangedrag van den Directeur der lichtbedrijven. Voorstel van B. en W. hem eervol ontslag te verleenen verworpen met 6—5 stemmen. Scherpe discussies. Met ingang van heden, 13 October geheel hersteld in zijn vroegere positie. Spoedeischende vergadering van den Raad op Vrij dag 12 October 1934, des avonds kwart over zeven uur. Voorzitter de heer Jb. de Vries, loco-burgemeester;, secretaris de heer A. C. Roggeveen. Aanwezig zijn alle leden. Dc Voorzitter opent de vergadering en deelt mede dat hij, doordat de Burgemeester met vacantie is, de vergadering zal presideeren. De notulen worden goedgekeurd. Ingekomen stukken. Ingekomen zijn de volgende stukken: Mededeelingen van den Commissaris der Konin gin, dat bij Kon. Besluit van 19 September opnieuw tot Burgemeester dezer gemeente is benoemd de heer J. C.ornelissen; goedkeuring door Ged. Staten van het raadsbesluit tot verlaging van rente van geldleeningen; idem suppletoire begrooting 1934 van de gemeente; idem wijziging' begrooting 1934 vari'liefeleclridteitsbedrijf; mededceling van Ged. Staten dat de beslissing om trent het- raadsbesluit tot herziening Tan het le plan van uitbreiding door hun college is verdaagd; verslag van de vergadering van dc commissie van Uitvoering van den Vleeschkeuringsdienst kring Bar- singerhorn, op 29 September 1.1 Mej. P. A. Visser bericht, dat zij haar benoeming tot onderwijzeres aan de U.L.O. school aanneemt. Ingekomen is proces-verbaal van kasopneming bij den gemeente-ontvanger op 24 September 1.1. Kas en boeken waren met elkaar in overeenstemming. De Voorzitter stelt voor deze stukken voor kennis geving aan tc nemen. De heer Van Erp wensscht een vraag te stellen aan den heer Blaauboer, als vertegenwoordiger van de gemeente in de commissie van den Vleeschkeu ringsdienst. Spr. heeft enkele verslagen dier commis sie afgewacht, maar hem is niet gebleken, dat er af keuring is uitgesproken over het geval dat zich t.a.v. den heer Wurkum heeft afgespeeld. Spr. herinnert er aan hoe de kwestie ter sprake is gebracht, toen het ging om gemeentelijke steun voor de plaatsing van een kind van den heer Wurkum op een bijzón dere school. Op geen enkele wijze nu is spr. gebleken hoe de geldleening met Wurkum is afgedaan en ook uit do begrooting van den Vleeschkeuringsdienst komt dit niet tot uiting. De beer Blaauboer zegt niet te begrijpen, wat de heer Van Erp bedoelt. Dc lieer Van Erp verwondert zich daarover. Spr. deelt dan mede, dat de heer De Boer geld aan den Vleeschkeuringsdienst had geleend, maar in die lee ning was ook geld van den heer Wurkum.. Uit de stukken blijkt niet dat nu de heer Wurkum ontslagen is, dat geld aan hem is terugbetaald. De heer De Veer licht in, dat de Vleeschkeurings dienst bij de Bank van Ned. Gemeenten een geldlee ning had geplaatst van f 125000. Bovendien werd een geldleening van f20.000 geplaatst bij 3 particulieren en één van die particulieren was de lieer Wurkum. ITet ontslag van den. heer Wurkum is echter voor de commissie van uitvoering geen aanleiding geweest om de geldlening op te zeggen en evenmin is dat het geval geweest voor den heer Wurkum. Waar de geldleening bij de Bank van Ned. Gemeenten gecon verteerd is, is ook aan de 3 particulieren gevraagd de rente van 4^2 terug te brengen tot 4*4 De heer Van Erp vindt het niet juist dat wanneer iemand wegens onregelmatigheden ontslagen wordt, de geldleening in stand wordt gehouden. Spr. vraagt of de buitengemeenten van dergelijke handelingen op de hoogte zijn. De heer Blaauboer merkt op, dat dit een kwestie is tusschen den dienst en de geldgevers en waar geld niet stnkt, meent spr. dat het niet uitmaakt van wien het geld afkomstig is. De heer Van Erp vindt het niet juist, dat men van een ondergeschikte geld gaat lccnen en absurd acht spr. het in dit geval. Nu Wurkum wegens onregel matigheden is ontslagen, zou spr. met zoo iemand geen zaken meer willen doen. De heer Schoorl vindt deze zaak zeer eenvoudig en oordeelt dat de heer Van Erp verder gaat dan noodig is. Wij hebben niets met deze zaak te ma ken, de gemeente Barsingcrhorn heeft de geldleening gesloten. Hot komt vaak voor, dat een aantal parti culieren deel nemen aan geldleeningen van gemeen ten; de 2 hier ters prake gebrachte zaken hebben jjiets met elkaar te maken. jjDen Voorzitter komt het ook vreemcTvoor, dat de heer Van Erp deze zaak ter sprake brengt. De heer Van Erp zegt dan van meening te ver schillen. Spr. vraagt wanneer de begrooting van den Vleeschkeuringsdienst hier behandeld wordt. De Voorzitter zegt, dat dit gebeurt, bij de gemeente- begrooting. Op de gemeentcbegrooting staat de post voor bijdrage uitgetrokken en dan kan de hcole geste van den Vleeschkeuringsdienst ter sprake ko men. De ingekomen stukken worden hierna voor ken nisgeving aangenomen. Uitbreiding parkeerverbod. Van garagehouders in deze gemeente is het ver zoek ingekomen om liet parkeerverbod zoodanige uit breiding te geven, dat het verbod niet alleen geldt voor marktdagen, maar tevens op feestdagen, als Paaschtentoonstelling, Winkelweek, Harddraverij en andere dagen, waarop eenige festiviteit in Schagen wordt gehouden, alssmede tijdens de bioscoopuren en de uren waarin tooneel- of andere uitvoeringen worden gehouden. Naar aanleiding van dit adres doelen B. en W. me de, dat zij bereid zijn de omschrijving der tijdstippen inzake het parkeerverbod uit te breiden, zooals adres santen verzoeken. Ten aanzien van de plaatsen, waar alsdan het par keerverbod geldt zijn B. en W. bereid deze als volgt te bepalen: de Markt, met uitzondering van het gedeelte, lig gende vóór de perceelen, thans plaatselijk gemerkt Wijk A, nrs. 83, 84, 85 en 86, dc Loet, het. Rénsgars, de Heerenstraat, het Noord, de toegangen tot liet Slotplein, de straten in het Heerenbosch, de Gedemp te Gracht, de Laan, de Molenstraat, de Nieuwe Laagzijdc en de Gedempte Laan. De heer Orsel geeft zijn tevredenheid over dit voorstel te kennen en wijst op den onhoudbaren toe stand die thans bestaat. Spr. merkt ook op, dat het met kermis is voorgekomen, dat een garagehouder alle bussen op de straat plaatste, teneinde de auto's van particulieren in de garage te kunnen onderbren gen. Het verkeer kwam daardoor in gevaar en de politie had daarop moeten toezien. Prins Georgc van Engoland heeft Donderdag de groote internationale automobieltentoon- stelling in Oimpia Hall te Londen geopend. Een overzicht van de groote expositiezaal. De heer Schoorl kan zich ook wel met het voor stel van B. en W. vereenigen, maar vraagt of B. en W. niet vreezen, dat het verkeer naar Schagen door de voorgestelde regeling zal worden getroffen. De Voorzitter deelt mede, dat B. en W. dit ook be sproken hebben, maar h.i. kan een toestand als tij dens de laatst revue-dagen toch niet bestendigd blij ven. Toen wierp trouwens ook iemand zich op als autobewaarder en waar de autobezitters dan ook wat betalen, ligt het meer in de lijn dut ze naar do garagehouders gaan. B. en W. gevoelen wel dat aan net voorgosteldc ook bezwaren zijn verhonden, maar de huidige toestand kan niet bestendigd blijven. Bij het verdere betoog komt naar voren dat spr. ver trouwt dat ook nu met dc noodige souplesse zal wor den opgetreden, door het hoofd van dc polit:e en de politie. De heer Van Nuland wees op de mogelijkheid dat straks weer andere bewoners zullen klagen, dat do auto's voor hun perceelen worden neergezet. Dc heer Stam achtte een vrij karpeerterrein in het hart van de gemeente gewenscht, doch hem werd gewezen op de straten die vrij blijven om te par keeren. De heer De Veer wees vooral op den onhoudbaren toestand des Donderdags. Het resultaat van de bespreking was ten slotte dat het voorstel van B. en W. met algemeene stemmen werd aangenomen en de heer Mr. Buiskool de op merking maakte, dat als de garagehouders nu zoo verstandig zijn den prijs wat naar beneden to gooien, zij er ongetwijfeld voordeel van zullen hebben. Het voorstel van B. en W. om den direc teur der lichtbedrijven eervol ontslag te verleenen. B. en W. stellen den Raad voor den directeur der lichtbedrijven, den heer W. A. P. F. L. Blaeser, met ingang van 1 November 1934 eervol ontslag te verlee nen en hem tot den pensioengerechtigden leeftijd (19 Februari 1938) een vergoeding toe te kennen gelijk aan het bedrag, dat hij alsdan aan pensioen zal ont vangen, n.1. pl.m. f 2005. Bij aanneming van dit voorstel vragen B. en W de machtiging van den Raad tot het oproepen van sollicitanten naar de betrekking op een jaarwedde van f2500, met vrij wonen, vuur en licht, met 3 twee- jaarlijksche verhoogingen van f200. De financieele gevolgen hiervan zullen zijn als volgt: Uit te betalen vergoeding aan W. A. P. F. L. Blaeser 3*4 jaar f 2005 per jaar is f G516. Het uit te betalen tegenwoordige salaris van den directeur zou bedragen 3<4 X f3400 is f11050. Uit te betalen over hetzelfde tijdvak aan den nieuwen titularis f8375. verschil f 2075. Nadeelig»verschil in totaal f 3841. De Voorzitter zegt dat eerst het eerste gedeelte van het voorstel, het verleenen van eervol ontslag en het toekennen van vergoeding zal worden besproken. De heer Van Nuland zegt dat hij langen tijd is ziek geweest en dat hij blij is, dat, nu hij weer her steld is, hij in de gelegenheid is over deze zaak een enkel woord te zeggen. Spr. heeft deze zaak niet meegemaakt en hoeft dus de bescheiden moeten be- studeeren. En hij heeft daarbij het gevoel gekregen, dat deze zaak schromelijk is overdreven. En het tweede gevoel dat bij spr. post vatte, was, dat B. en W. verbazend met deze zaak hebben gezeten. Voor spr. is de uitspraak van den pensioenraad niet vreemd, terwijl hij ook wel vermoedde, dat dezti zaak zoo lang zou duren. Met dat al heeft deze zaak de gemeente geen prettige parten gespeeld. Spr. gaat na, hoe naast den accountant die dc admini stratie moest voeren, een bediende werkzaam was, die anders tot Mei in functie zou blijven, hoe de i baasfitter technisch leider werd met een vergoeding van f 10 per week ert hoe spr. heeft gehoord dat deze niet capabel was om het electrisch bedrijf te behce- ren en toen zijn confrère gemeend had zijn vinger omhoog te steken en erop had gewezen dat dus do technische leiding van het electrisch bedrijf beter aan hem kon worden toevertrouwd. B. en W., royaal als ze in deze zaak waren,gaven hem volkomen gelijk en kenden hem een bedrag toe van f 2.50 per weck met terugwerkende kracht. Was dit alles voor B. en W. geen aanleiding om spoedig een eind aan deze zaak tc maken? B. en W. zullen zeggen dat ze eerst"bericht moeten hebben van den pensioenraad. Zeker, maar B. en W. hadden eerder te bevocgder plaatse moeten informccrcn. En toen 6 Sept. dc beslissing van den Pensioenraad af kwam, hebben B. en W. zich nog niet gehaast, doch zijn nevenpaden ingeslagen en hebben opheldering gevraagd over bijkomstigheden. B. en W. hebben do zaak dan veel te lang getraineerd. Thans stellen B. en W. voor den directeur eervol ontslag te verleenen. Is dat wel consequent t.a.v. het voorstel van 24 April, toon zij hein wilden handha ven en hem voorloopig met den titel van administra teur tegen een salaris van f 2500 plus emolumenten in functie wilden laten? Toen wilden B. en W. hem wel handhaven, toen achtten zij bij handhaving het bedrijf niet bena deeld! Is er dan na die bewuste vergadering van 24 April iets gebeurd dat in het nadeel van het bedrijf is? Spr. wijst op het ingrijpend voorstel, een amb tenaar, die 21 jaren al zijn krachten aan het bedrijf heeft Vggevcn. Als nu het voorgestelde eervol ontslag werd ver leend, zou dat een blamage zijp voor dc gemeente. Heeft deze directeur verdiend, dat een dergelijke ontslagbrief hem zou worden thuisgestuurd? Spr. wijst er uitvoerig op hoe hij gedurende zijn W/z- jarig lidmaatschap met belangsteling heeft gevolgd de rapporten over de lichtbedrijven en boe in al die rapporten één lijn viel waar te nemen, n.1. de hulde aan de technische leiding en de administratieve cor rectheid van den directeur. Wat heeft, er dan plaats gehad om een dergelijk voorstel tc doen? Is er frau de gepleegd? of een verregaande nonchalance in do boekhouding te constateeren? Neen, alleen het lut tele feit, wat spr. echter niet goedkeurt, maar waar mede de directeur zichzelf heeft geblameerd en ge compromitteerd. Spr. wijst er op dat van de *24 uren deze diretceur er 24 werkte en dat in den laatsten tijd wel tot uiting is gekomen het gemis van zijn leiding. Dat de direc teur er al die jaren zooveel van de gemeente heeft uitgespaard, daarvoor wenscht spr. hem een woord van hulde tc brengen. En uit dankbaarheid wordt voorgesteld om hem eervol ontslag te verleenen en hem een vergoeding toe te kennen tot aan den pensioengerechtigden leef tijd. Hem een dergelijk briefje thuis te zenden, daar zal spr. zijn stem niet aan geven. De Voorzitter zegt dat B. en W. nooit ontkend heb ben, dat de administratie goed gevoerd werd. Om wat zich had afgespeeld meenden B. en W. hem als directeur niet te kunnen handhaven, wel echter als administrateur. Iemand wiens prestige zoozeer was geschaad, was h.i. niet als directeur te handhaven. Spr. wijst er op dat het geneeskundig onderzoek ge heel op verzoek van den heer Blaeser heeft plaats gehad en dat dit onderzoek zoo lang zou duren, had spr. niet bevroed. Spr. ontkent ten stelligste dat B. en W. deze zaak hebben getraineerd, integendeel hebben zij alles gedaan om de zaak te bespoedigen en er nog een telegram aan den Pensioenraad aan gewaagd. Spr. wijst er ook op dat lichtere misgrepen wel eens zwaarder worden gestraft dan nu door B. en W. wordt voorgesteld. Steeds hebben B. en W. zich laten leiden door het belang van het gezin en dat is ook nu nog liet geval. Spr. is 3 jaar lid van het college van B. en W. en verschillende dingen hebben zich gedurende dien tijd voorgedaan. Meer dere malen is dc directeur gewaarschuwd dat het den verkeerden kant uitging.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1934 | | pagina 9